Nooit meer naast elkaar Oude scheidslijnen komen weer tevoorschijn JOEGOSLAVIË ZATERDAGS ZATERDAG 6 JUL11991 De 20-jarige Goran Grgjc keert niet meer naar zijn legereenheid terug. Vier maanden duurde zijn diensttijd. Daarna deserteerde hij. Hij beschermde de afgelopen week zijn woon plaats Ten ja, bij het Oostkroatische Osijek, tegen Servische overvallen. Het Joegoslavische Volksleger heeft sinds vorige week voor hem afgedaan. „Ik heb al tijd gedacht dat het leger de mensen moest beschermen, maar zij kiezen telkens de kant van de Serviërs. Als we niet oppassen, wor den we afgeslacht „Nu wil mijn vriend, die daar in het oude dorp woont, mij doden. Waarom weet ik niet, maar hij loopt rond met een automatisch wa pen, dat hij wil gebruiken", zegt Goran, die zelf ook een vuurwapen draagt. Het conflict tussen Goran en zijn vrienden uit het oude Tenja is het echte drama. Zij kunnen nooit meer vredelievend naast elkaar leven. Wat zeventig jaar groeide, viel in enke le weken uit elkaar. Veel dienstplichtigen, vooral uit Slovenië en Kroatië, beleefden de afgelopen weken Gorans innerlijke strijd. Velen verlieten het Volksleger en ko zen voor hun woon plaats en hun repu bliek. Hier, rond Osijek, ging de strijd van de nieuwe republiek vooral tegen uit Ser vië afkomstige para militaire organisaties, de zogenaamde Chetniks. De Kroaten geloven dat Servië opzettelijk Chetniks inzet om hun repu bliek te destabilise ren. Dat geeft het le ger dan weer een ar gument om in te grij pen. Mensen als Goran Gcgic zien het leger dan ook als de grote onderdrukker. „Het leger is van Servië, niet van ons. Ze moeten ons met rust laten. Iedereen zegt dat wij uit Joegosla vië willen, maar dat is helemaal niet waar. Wij vinden alleen dat wij zelf moeten kunnen bepalen wat we doen. Dat kan ook in een confederatie". INVLOED In de veel-volkerenstaat Joegoslavië vormt het leger een van de weinige bindende ele menten. Iedere jongen moet in het leger en krijgt daai een Joegoslavisch 'gevoel' inge prent. In theorie moet de natie op die manier langzaam samengroeien. Uit de gebeurtenissen van de afgelopen weken blijkt dat daar in de praktijk weinig van terecht is gekomen. Sinds de staat in 1918 werd opgericht als het koninkrijk van Serviërs, Slovenen en Kroaten, groeide de eenheid nauwelijks. Pas door de strijd tegen de Duitse overheersing ontstond een zeker 'natie-gevoel'. Tito zelf een Kroaat maakte daar handig gebruik van, maar de eenheid onder Tito was een schijneenheid. De Kroaat Zo ran Grozdanic: „Tito beloofde ons de vrijheid. Maar daar kwam het nooit van. Altijd moesten we naar Servië luisteren. Zelfs het federale parlement wilde geen reke ning houden met voorstellen van Kroatië en Slovenië". De invloed van Servië valt niet te onder schatten. Kroaten en Slovenen weten het al heel lang: het leger is Servië. Een belangrijk deel van de legertop is Servisch, of voegde zich geheel in het Servische gedragspatroon. Voor het officierskorps geldt ongeveer het zelfde: generaals en officieren die zich niet wilden aanpassen, zijn op een zijspoor ge rangeerd. Eerder deze week overkwam dat een van de laatste Sloveense generaals, Konrad Kol- sek, commandant van het vijfde legerdistrict waaronder Slovenië en Kroatië vallen. Van zijn opvolger, de Servische generaal Zivrota Avramovic, verwacht de legerleiding een veel harder optreden. Dienstplichtigen, de ruggegraat van het le ger. vormen een apart verhaal. Haast vanzelf sprekend komen Slovenen en Kroaten bijna altijd terecht in republieken ver van hun woonplaats, bij voorbeeld in zuid-Servië. en vaak in gemengde eenheden. Daar spreken ze de taai niet en heersen andere gewoonten, zodat er weinig kans bestaat op collectieve desertie of muiterij. Vooral in Nisc, het 'Sibe rië' van Joegoslavië, zitten veel Sloveense en Kroatische soldaten. Voor Servische militairen gaat het heel wat eenvoudiger. Hun eenheden, vaak geheel Servisch, liggen in de rijke Sloveense en Kroatische streken, soms midden in de ste den. Vaak behoren zij tot een elite-een heid. DESERTIE Al sinds het begin van de strijd bleken veel soldaten te de serteren. Etnische Albanezen (uit Kos ovo). Macedoniërs en moslims uit Bos nië verdwenen en masse uit de eenhe den in Slovenië. De uittocht nam dusda nige vormen aan dat de legerleiding be gin deze week nog duizenden reservis ten uit Servië en Hercegovina onder de wapens riep. De colonne tanks en ar tillerie die woensdag uit Belgrado vertrok, bestond vooral uit reservisten. Het overlopen van Kroaten en Slovenen was in het geheel niet te stuiten. Zij begaven zich als eersten naar hun nationale eenhe den. die inmiddels 78.000 man sterk zijn in Slovenië. Kroatië heeft een speciale strijd macht. formeel een onderdeel van de politie, van zo n 75.000 manschappen. De opsplitsing van Joegoslavië openbaarde zich ook in het leger. De leiding leek tot voor kort alleen Servische en Montenegrijnse een heden volledig te vertrouwen, terwijl de stroom deserteurs almaar aanzwelde. Zelfs de Macedoniërs begonnen te twijfelen. Een delegatie uit Skopje heeft deze week onder zocht hoe het hun dienstplichtige landgeno ten in Slovenië vergaat. Zelfs in Servië groei de de onrust: Servische moeders wilden het geweld beëindigen en eisten in het parle ment dat hun zonen naar huis komen. De felheid waarmee Servië nu de afge scheiden republieken aanpakt, mag verba zing wekken, verklaarbaar is het wel. Het uit eenvallen- van Joegoslavië zal onvermijdelijk leiden tot het failliet van het armere, zuidelij ke deel van het land. Vooral Slovenië, maar ook Kroatië verdienen de dinars die nodig zijn om het land overeind te houden. „Wij hebben altijd ons geld naar Belgrado ge stuurd. Zij hebben het uitgegeven. Het leger, dat wij betalen, schiet nu op ons", roepen Kroaten en Slovenen in koor. En aan die hartekreet valt nauwelijks iets af te dingen. De onevenwichtige welvaartsverdeling in Joegoslavië blijkt uit dit staatje: Gemiddeld salaris werk- dinar 10 cent) loosheid Slovenië 616.000 3 Kroatië 438.000 6 Vojvodina 380.000 11 Servië 365.000 11 Bosnië/Hercegpvina 339.000 14 Montenegro 298.000 18 Macedonië 275.000 16 Kosovo 273.000 25 (Bron Le Monde Diplomatique, mei 1991) De cijfers dateren uit 1988 (inkomen) en 1989 (werkloosheid). Sindsdien heeft de in flatie onverbiddelijk toegeslagen: die be draagt nu 60 procent per jaar. Daardoor zijn de tegenstellingen alleen maar verder verscherpt. THE INDEPENDENT Vraag êen joegoslaaf waar hij vandaan komt en hij zal zelden 'Joegoslavië' zeggen. Hij zal de naam van zijn republiek noemen. Het land heeft voor zijn inwoners altijd veel minder echt geleken dan voor de buitenwereld. Het werd gevormd door het aan elkaar plakken van stukjes van de voormalige Ottomaanse en Habsburgse rijken. Dat gebeurde onder het Servische koninkrijk, dat in 1929 een dic tatuur werd. Maar de oude scheidslijn tussen de twee rijken veroorzaakt tot op de dag van vandaag problemen. Zij gaat terug tot de scheiding tussen het Romeinse en Byzantijnse rijk. Zelfs nu nog wordt in Kroatië het Latijnse al fabet gebruikt en in Servië het cyrillische schrift. De situatie wordt verder bemoeilijkt door de aanwezigheid van een grote islami tische bevolkingsgroep, waartoe ook door de Turken bekeerde Albanezen horen. Verschillendeservischeen roatische nationalistische stromingen vochten om de heerschappij toen het Ottomaanse rijk in de negentiende eeuw werd vermorzeld onder de groeiende spanningen tussen Servië en het Oostenrijks-Hongaarse rijk. Dit leidde mede tot de Eerste Wereldoorlog. Rusland, Frankrijk en Engeland vochten toen aan de kant van Servië tegen Oostenrijk- Hongarije, Duitsland en de Turken. In de chaos die daarvan het gevolg was, kwam een ongemakkelijke alliantie tot stand tussen het Servische en Kroatische nationalisme. Dit vormde de basis voor het koninkrijk van de Serviërs, Kroaten en Slovenen, dat in 1918 werd uitgeroepen en elf jaar later werd her doopt in Joegoslavië. Mei de Tweede Wereldoorlog kwam de in vasie van Hitier. Het land bracht het grootste deel van de oorlog door in bitter verzet tegen de nazi's en was tegelijkertijd verwikkeld in een bloedige burgeroorlog waarbij Servische para-militaire monarchisten, nazi-gezinde Kroaten en communisten onder leiding van Josip Broz Tito betrokken waren. De herinne ring aan de burgeroorlog is vandaag nog bui tengewoon levend. Met name herinneren de Serviërs zich hoe hun minderheid in Kroatië werd afgeslacht door de nazistische mario nettenregering van Ante Pavelic. Socialistische Federale Republiek Zuidslaviê verdeeld in zes republieken en twee autonome provincies SL0VENI KROATIË BOSNIË HERCEGOVINA Belgrado Slovenië «mam bevolking: 1,9 miljo taal: Sloveens alfabet: Romeins Kroaten /'ulo SERVIE Sarajevo Kroatië bevolking: 4,6 miljoen taal: Servo - kroatisch alfabet: Romeins Servië bevolking: 9,3 miljoen taal: Servo - kroatisch alfabet: Cyrillisch Bosnië Hercogovina bevolking: 4,1 miljoen taal: Servo - kroatisch alfabet: Cyrillisch ca. 23 miljoen n verdeeld in 24 etnische groepen 3 hoofdreligies: orthodox, rooms-katholiek en de islam 3 officiële talen, geschreven in Cyrillisch- en Romeins alfabet Macedonië bevolking: 1,9 miljoen taal: Macedonisch alfabet: Cyrillisch Macedoniërs- Albanezen- Anderen- Montenegro bevolking: 600.000 taal: Servo - kroatisch alfabet: Cyrillisch Kosovo mmmmmmm (province van Servië) bevolking: 1,6 miljoen taal: Servo - kroatisch alfabet: Cyrillisch Vojvodina (provincie van Servië) bevolking: 2 miljoen taal: Servo - kroatisch alfabet: Cyrillisch Na de oorlog i bijkomende voordeel dat zij partizanen van verschillende nationaliteiten hadden aange trokken. Daaronder bevonden zich met na me Kroaten, zodat ze in staat waren het land de schijn van eenheid op te leggen. Dit werd bekrachtigd door de persoonlijkheid van Ti to, vooral nadat hij in 1948 had gebroken met Moskou. Joegoslavië werd officiéél een niet-gebon- den land, dat een unieke en uiteindelijk on werkbare vorm van 'socialistisch zelfbestuur' afkondigde en een ingewikkelde en voortdu rend veranderende grondwet hanteerde om de macht te delen. Vanwege zijn sleutelposi tie werd het land door beide zijden gesteund, en ontving het aanzienlijke hulp uit het wes ten. Tito stierf in 1980 en het land raakte ge staag in economisch en politiek verval, een proces dat onlangs werd versneld door het einde van de Koude Oorlog en de ting van het communisme. Maar de oude scheidslijn bleef bestaan. Slovenië en Kroatië kozen een niet-communistische regering en gingen de weg op naar een markt-economie. Servië, dat eindelijk een vrije keuze kreeg, koos voor het simpele mengsel van commu nisme en nationalisme dat door Slobodan Milosevic werd uitgedragen. Zijn opzettelijk ophitsen van het Servische misnoegen deed de noordelijke republieken nog meer vast houden aan hun besluit om zo snel mogelijk weg te komen van Belgrado. Daarbij hebben de Serviërs ook de Albanezen uit Kosovo ver van zich verwijderd. Hun rechten zijn syste matisch geschonden. Oude verantwoordelijk voor de huidige problemen, maar niet alleen. Er zijn eindeloze geschillen geweest over de verdeling van rijkdommen. Slovenië en Kroatië zijn rijker dan hun zuide lijke buren. Zij klagen erover dat zij het fede rale budget moeten subsidiëren, waaronder het leger valt, de federale ambtenarij en de hoge kosten van de Servische bezetting van Kosovo. Ze zijn tot de overtuiging gekomen dat ze zich met hun handel beter kunnen richten op Oostenrijk en de Europese Gemeenschap. De Kroaten, die normaal gesproken aardig wat geld verdienen met het toerisme, denken op dit punt ongeveer hetzelfde als Slovenië, maar hun situatie wordt bemoeilijkt door de aanwezigheid van een grote en nu zeer be zorgde Servische minderheid. De redenen voor een sterk Servisch verzet tegen het uiteenvallen van Joegoslavië ko men voor een deel voort uit trots en zijn voor een ander deel economisch. Het Servische nationalisme, dat altijd krachtig is geweest, is warm gehouden door ambitieuze politici en is in naam van nationale eenheid gebruikt door de strijdkrachten. Daarachter gaat de zorg schuil dat het ver lies van de Sloveense en Kroatische econo mie Servië in nog grotere problemen zou storten dan nu het geval is. Eind vorig jaar haalde Servië tot grote woede van de andere republieken drie miljard gulden van de Joe goslavische Nationale Bank. servift vreest ook het wegdrijven van andere delen van het land. De Albanezen uit Kosovo voelden er niet veel voor zich aan te sluiten bij een communistisch Albanië, maar zij zien nu aan de andere kant van de grens tekenen van een ontluikende democratie. De Macedonische nationalisten hebben hun oog laten vallen op de Macedoniërs van Grieken land en Bulgarije. De Servische pogingen om het land bijeen te houden hebben nu echter het omgekeerde effect gehad. In plaats van vorig jaar het Slo veense en Kraotische voorstel aan te grijpen dat voorzag in een lossere confederale struc tuur, met één markt en één munt, hielden de Serviërs krachtiger dan ooit vast aan het idee van de eenheidsstaat. Ze verwijderden daarmee de noordelijke republieken zo ver van zich, zelfs nog voor ze de laatste klap hadden toegebracht door het inzetten van de strijdkrachten, dat een terug keer waarschijnlijk toen al niet meer mogelijk Vertaling Luutje Ntonwrtsverdrlrt Joegoslavië bestaat niet meer. Het ingrijpen van het leger in Slovenië maakt herstel van de federatie onmogelijk. Steeds minder dienstplichtigen uit andere republieken dan Servië en Montenegro bleken de afgelopen week bereid het vuile werk voor Belgrado op te knappen. Wat ooit door Tito angstvallig bijeen werd gehouden, valt dezer dagen letterlijk in duigen. Met het uiteenvallen van Joegoslavië weid In Kroatië het wisselen van de wacht bij het parle mentsgebouw in ere hersteld. FOTO. AP Servische Chetniks bewijzen de laatste eer aan landgenoten die in de burgeroorlog zijn gesneuveld.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 37