Binnenland 'Verpleging kan aantrekkelijker' 'Meeste hulp levert niet meer dan 'n bed op' 'Te veel geheimtaal bij rechters en advocaten' Advocaten en rechters houden tijdens kort gedin gen te weinig rekening met de direct betrokke nen. Partijen begrijpen vaak niet waar de juristen het over hebben. Dit blijkt uit de eerste resultaten van een onderzoek dat de Rijks Universiteit Lei den heeft gehouden bij de Haarlemse rechtbank. Steeds meer mensen kiezen voor een kort ge ding, omdat langs deze weg tijdrovende procedu res kunnen worden voorkomen. Rechtbankpresi denten zijn soepel met de eis dat sprake moet zijn van spoedeisend belang. De vakgroep rechtssociologie van de juridische faculteit van de Leidse universiteit doet al enkele jaren onderzoek naar het kort geding. De afgelo pen jaren zijn duizenden dossiers bestudeerd bij de negentien Nederlandse rechtbanken. Ook wer den kranteverslagen doorgenomen en hadden ge sprekken plaats met rechtbankpresidenten en ad vocaten. Tussen eind oktober vorig jaar en eind januari heeft een student-stagiaire in totaal 39 kort gedin gen in Haarlem bijgewoond. Aanvankelijk waren 50 gevallen uitgekozen, maar 11 zaken werden voor de zitting ingetrokken. Daarnaast werd na afloop van de zaak een po ging gedaan met de partijen zelf in contact te tre den. Dat leverde 17 interviews op. Centrale vraag daarin was hoe een kort geding door de betrok ken partijen wordt ervaren. Uit de eerste onderzoeksresultaten blijkt dat partijen zich op zittingen soms overdonderd voe len door de rechtszaal en de toga's. Het geeft ont spanning en voldoening als een rechter actief is en vragen stelt en ook de betrokkene zelf aan het woord laat. In dit verband springt de vroegere Haarlemse rechtbankpresident mr. H.F. van den Haak, die inmiddels naar het Amsterdamse gerechtshof is vertrokken, er unaniem positief uit. Ook partijen die hun zaak hebben verloren, noemen de man vriendelijk, geïnteresseerd en goed voorbereid. De meningen over andere rechters, vice-presi- I denten, zijn zeer verdeeld. Ze worden onverschil- I lig, afwezig, ongeïnteresseerd en gehaast ge noemd, maar ook gespitst, goed voorbereid, gron dig en rustig de tijd nemend. Conclusie uit het onderzoeksverslag: „Een rechter die naar het pla- j fond zit te turen wekt ten onrechte de indruk zich niet in de zaak te hebben Verdiept en ongeïnte- I resseerd te zijn." Rechters zouden dan ook meer I rekening moeten houden met hun houding, zo wordt gezegd. Volgens de Leidse universiteit verzuimen advo caten nogal eens een vonnis goed aan hun cliën ten uit te leggen. Regelmatig bleek dat partijen, met name particulieren, een verkeerde voorstel ling van zaken hadden en nog met vragen zaten. Bovendien zorgen juridische begrippen als 'uit voerbaar bij voorraad', 'onmiddellijk opeisbare boete', 'rechtsvoorganger', 'proces-verbaal' en j ontvankelijkheid' voor vraagtekens. Advocaten, zo wordt gezegd, moeten hun cliënten beter voorbe reiden op wat hen tijdens en na het proces te wachten staat. Dat is noodzakelijk voor een posi tief, tevreden gevoel over het verloop van het kort KOKANJE Zuidzee Met het huidige hondeweer kan ik me voorstellen dat iemand, die een jaar lang op een onbe woond eiland in de Stille Zuid zee heeft gezeten, zich afvraagt waarom hij in 's hemelsnaam naar Nederland is teruggekeerd. Een telefoontje naar Bob Snoij- ink bevestigt mijn vermoeden: als het aan hem lag, dan sloeg hij morgen nog de deur van zijn nieuwbouwwoning achter zich dicht om zich op weg te bege ven naar Fiji. Vorig jaar zocht ik hem en zijn vrouw in het Noordhollandse Bergen op. Een jaar lang had den zij zich staande weten te houden op het piepkleine ei landje Ata, dat uit een reep zand en wat tropisch bos bestond. In het boek „Een jaar op een on bewoond eiland" brengt Bob verslag uit van dit gewaagde ex periment. Hij ontwikkelde zich daar tot visser, die bijna dage- lijksjnet netten en een vis-speer i de v Zijr perste de olie uit de klappemo- ten en probeerde het groente tuintje te beschermen tegen de vraatzucht van palmratten en heremietkreeften. Toen ik hen ontmoette, waren ze hun eerste inzinking net te boven. Na afloop van het kern gezonde verblijf op het eiland waren ze weer bezweken voor de dubbele verleiding van alco hol en tabak. Die fase was nu weer achter de rug. Ook in Ne derland, op een steenworp af stand van het strand waar eens de dichter Adriaan Roland Holst zijn orakeltaal tegen de golven prevelde, moet een mens toch op een gezonde en vitale wijze kunnen leven. De jaren zestig zijn aan de be- gin-veertiger Bob niet onge merkt voorbijgegaan. Hij bracht vele jaren in India en Nepal door. Net als andere generatie genoten was hij op zoek naar spirituele waarden en een een-, voudiger vorm van bestaan. Ie mand als de journalist Eelke de Jong liet Amsterdam achter zich en leefde jaren als schaapherder in het oosten van het land. An deren monsterden aan als licht matroos op de wilde vaart of probeerden vuurtorenwachter te worden. Maar de keuze voor een onbewoond Zuidzee-eiland vormt toch wel de overtreffende trap van deze hang naar roman tiek en deze zucht naar een be zield bestaan. Al moet daar meteen aan worden toegevoegd dat de onderneming van de Snoijinks ook haar zakelijke en prozaïsche kanten had. Zo werd de expeditie gesponsord door een weekblad, waarin Bob ver slag diende uit te brengen van de triomfen en nederlagen in zijn Robinson Crusoë-bestaan. Voorts bleek het eiland niet al leen het eigendom van een Amerikaanse rijkaard te zijn, maar beschouwden vissers van omringende eilanden het strand van Ata ook als hun favoriete picknickplaats. Hoe staat het met je plannen voor een viswinkel op Fiji?, vraag ik aan Bob. Het liefst zou hij, op een bewoond eiland in de buurt van Ata, een winkel op coöperatieve grondslag willen vestigen. In ruil voor de harders en de barracuda's, wil hij de vis sers rijst en ander basisvoedsel verschaffen. Van de winst kun nen bijvoorbeeld zonnepanelen worden aangeschaft, die de hui zen op een goedkope manier van stroom zullen voorzien. „Het lijkt me wel wat", zegt Bob, „om als vertegenwoordiger van een zonnepanelenbedrijf al die kleine eilandjes te bezoe ken". Hij heeft ook daadwerke lijk contact met een Nederland se fabrikant van dergelijke pa nelen, die dit produkt tegen gunstige voorwaarden in derde wereld-landen tracht te slijten. Maar misschien doet zich nog een betere gelegenheid voor om in Fiji aan de slag te komen. Onlangs waren de Snoijinks te gast bij een Belgische miljonair en zijn vermogende vrienden. Tijdens het banket hield Bob een causerie over het simpele leven op Ata. Bij het dessert ver trouwde de Belg hem toe dat hij in zijn leven twee dromen had gekoesterd: het bezitten van een eigen kasteel en een eigen Zuid- zee-eiland. Het kasteel had hij inmiddels verworven. Nadat hij de causerie had aangehoord en bovendien te weten was geko men dat de prijs voor onbe woonde eilandjes een stuk lager lag dan die voor kastelen, be sloot hij prompt om zijn huwe lijksreis naar Bali te vervangen door een reis naar Fiji. Na de derde cognac stelde hij Bob al vast aan als beheerder van het eilandje Nieuw-Knokke. Het staat voor Bob vast dat hij het naar een bekende feministe genoemde straatje in Nieuw- Bergen zal verruilen voor het verre klapperparadijs. Hij weet alleen nog niet of hij er als dea ler in zonnepanelen, als major- domus van een Belgische rijk aard of als visboer a Vrijdag 28 juni 1991 Redactie: 023-150225 JANINE BOSMA ALTAN ERDOGAN RONALD FRISART (chef) PATRICK VAN DEN HURK SJAAK SMAKMAN FRANS VISSER MARGOT KLOMPMAKER Vormgeving: HANS BOEZELUN Algemeen Nederlands Persbureau (ANP), Gemeenschappelijke Persdienst (GPD), Inter Press Service (IPS). Commissie Werner waarschuwt voor grote uitstroom personeel Als de huidige trends zich voortzetten, is in het jaar 2000 één op de vijf arbeids plaatsen voor verplegen- den en verzorgenden niet bezet. Om dat te voorko men, is het belangrijker om de uitstroom uit opleiding en beroep tegen te gaan dan om de instroom te be vorderen. DEN HAAG .ANP Drs. J. Werner, voorzitter van de Commissie positiebepaling be roep verpleegkundige en ver zorgende, zei dit gisteren bij de aanbieding van het rapport van de commissie aan staatssecreta ris Simons van volksgezond heid. De commissie heeft de resul taten van een groot aantal on derzoeken geanalyseerd en de visie gevraagd van tal van groe pen in de gezondheidszorg. Ze concludeert dat het werk aan trekkelijker moet worden ge maakt om mensen vast te hou den. Nu oefenen ziekenverzorgen den gemiddeld maar 8 a 9 jaar hun beroep uit en verpleegkun digen 10 14 jaar. Van degenen die wel de juiste opleiding heb ben oefent 47 procent het be- Pedagogisch Instituut helpt zwervertjes aan een opleiding roep niet uit. „Er is dus nog een enorm reservoir", aldus Werner. De commissie heeft 21 aan bevelingen gedaan. Zo pleit ze voor meer functiedifferentiatie. Om met Wemer te spreken: „Nu moeten ze zo'n beetje alles doen tussen vloeren boenen en het bédienen van hoogwaardige technologie." De commissie ziet deze ongedifferentieerd heid als een van de grootste be lemmeringen voor een profes sionele en autonome beroeps uitoefening. Ze spreekt zich dan ook uit voor twee functieni- Verder zal de enorme variatie aan opleidingsmogelijkheden moeten worden gestroomlijnd en meer moeten aansluiten op de praktijk. De commissie roept de verpleegkundigen en zieken verzorgenden op zich te vereni gen in een „volwaardige be roepsorganisatie" zodat ze meer invloed kunnen krijgen op het beleid en op de leiding van de instellingen. Er blijkt niet genoeg geld te zijn om de uitkomsten van functiewaardering te betalen. De bejaardenoorden, het kruis werk en de gezinszorg komen daarvoor 350 miljoen gulden te kort. Dat het zolang duurt voor dat de verpleegkundigen en ver zorgenden het salaris krijgen waar ze recht op hebben, levert frustraties op, aldus Werner. Hij zei ook dat de budgetten van de instellingen niet alleen op aantallen specialisten en po- iikliniekbezoeken zouden moe ten worden gebaseerd, maar ook op het benodigde aantal verpleegkundigen. Staatssecretaris Simons her innerde eraan dat vorig jaar voor de thuiszorg een bedrag beschikbaar is gesteld dat op loopt tot 800 miljoen gulden in 1992 voor verlichting van de werkdruk, hogere salarissen voor leerlingen en functiewaar dering. Hij denkt dat het in sa menhang met de door de com missie voorgestelde functiedif ferentiatie (waardoor ook lager betaalde banen kunnen ont staan) mogelijk zal zijn om de achterstand in de functiewaar dering geleidelijk in te lopen. De AbvaKabo en de CNV- bond CFO hebben teleurgesteld gereageerd op het rapport. Ze zijn het wel eens met de aanbe velingen, maar volgens hen zijn daar nauwelijks nieuwe voor stellen bij. Bovendien is een groot deel ervan al uitgevoerd of er wordt binnenkort mee be gonnen. De Nederlandse Maatschap pij voor Verpleegkunde (NMV) en de WIO (Verpleegkundigen en Verzorgenden In Opstand) vinden het prima dat de com missie zegt dat de verpleging en verzorging meer invloed moe ten krijgen, maar zij stellen dat het rapport daarvoor geen con crete handvaten biedt De achttienjarige Amber giert het uit. Het voorgespiegelde toekomstbeeld, waarin zij als succesvolle restauranthouder scheppen geld verdient terwijl mede-student Maarten in een achteraf-keukentje een moeiza me boterham verdient, komt de tengere blondine erg grappig voor. Amber is een van vier zwerfjongeren, die vanmiddag in Amsterdam het toelatingscer tificaat instellingskok krijgen uit handen van de Amsterdamse wethouder A. Wïldekamp. Een eigen restaurantje lijkt Amber wel wat. Wie weet komt het nog zover. Het certificaat dat ze via het Psychologisch Pe dagogisch Instituut Amsterdam (PPI) heeft gehaald, verschaft haar na de zomer namelijk toe gang tot het tweede jaar van de opleiding Instellingskok van het Kort Middelbaar Beroepsonder wijs (KMBO). Daarna, mijmert ze, wil ze haar middenstandsdi ploma halen. Aan de vooravond van de 'grote dag' schuiven Amber en Maarten (20) aan tafel in het PPI-schoolgebouw. Vriendelijk, in eerste instantie quasi-onge- ïnteresseerd. Met een mij- maak-je-niets-wijs houding rukt Maarten met zijn tanden een hap uit de Mars die hij in zijn hand geklemd houdt. Of hij blij is? „Mmmmmmwah. Vakantie hè. Ik heb gewoon een papiertje gehaald." Amber voelt zich op gelucht. „D'r is de afgelopen maanden flink aan de touwen getrokken." Pension Zeezicht De diploma-uitreiking van vanmiddag is een persoonlijk succes voor het PPI, een jeugd hulpverleningsinstelling dat het afgelopen half jaar in nauwe sa menwerking met een aantal an dere hulpverleningsinstanties en Pension Zeezicht (opvangte huis voor zwerfjongeren), ver schillende leerprojecten heeft opgezet. Die moeten zwerfjon geren de kans bieden op banen waar ze anders niet voor in aan merking zouden komen. Zo is er behalve de koksoplei ding de mogelijkheid het theo rie-rijexamen af te leggen. Als daarna het praktijk-examen met goed gevolg is afgelegd, bemid delt het PPI voor diegenen die een baan in de vervoerssector ambiëren. Het PPI legt zich van oudsher onder meer toe op de begeleiding van probleem-jon geren die vroegtijdig de school banken dreigen te verlaten. Het werken met zwerfjongeren be tekende een geheel nieuw hoofdstuk en dus een andere aanpak. Er is bewust voor gekozen de jongeren niet te uit en te na door te zagen over-hun verle den, zoals bij sommige hulpver leningsinstanties wel gebeurt. Maarten en Amber. „Als alle hulpverleningsinstanties gaan werken zoals Zeezicht en het PPI, dan wordt het nog wat met de zwerfjongeren." FOTO WIM SAUS „Zwerfjongeren hebben geen behoefte aan 25 gesprekken voor ze eindelijk aan de slag kunnen", zegt project-coördi nator Hans Kruijssen. „longe ren zoals Amber en Maarten zijn praatmoe. Ze hebben hun verhaal al duizend keer af moe ten draaien." „Op een gegeven moment weet je precies wat hulpverle ners willen horen", vult Maar ten aan. „Het PPI bereikt meer dan bijvoorbeeld het JAC (Jon geren Advies Centrum, red.). Daar vragen ze je het hemd van je lijf: voor je 't weet bestaat er zo'n dik dossier over je. Meer dan vijf nachten 'shelter' (on derdak) levert 't niet op." Honkbalknuppel Het afgelopen half jaar zijn 125 zwerfjongeren via de be trokken instanties bij het PPI te recht gekomen om zich te ori ënteren op mogelijkheden voor studie of een baan. Zeventien zijn er echt aan de slag gegaan. Weinig? „Zo kun je 't ook opvat ten. Ik zeg: het zijn er zéven tien", zegt Hans. Maarten en Amber zijn via Pension Zeezicht bij het PPI ge komen. „Ze laten je bij Zeezicht heus niet de hele dag op je kont zitten", zegt Amber. Je krijgt de keuze uit twee mogelijkheden: werken of naar school." Het is nog maar kort geleden dat ze het parcours van hulp verleningsinstanties hebben af gelegd. Ondanks hun geringe aantal levensjaren, hebben ze al een heel mensenleven aan ont nuchterende ervaringen achter zich. Na enig aandringen volgt voor de 1001ste keer hun ver haal. Amber werd op zestienjarige leeftijd het ouderlijk huis uitge dreven door de scheiding van haar ouders en de nieuwe vriend van haar moeder, die ze niet kan luchten of zien. Moe der ziet ze nog wel eens, vader niet. „In de zes maanden dat ik in Zeezicht woon, is hij één keer geweest, een half uur lang. Je ei gen vader die niet meer dan dertig minuten van z'n tijd voor je over heeft. Heel erg zwak vindt ik dat." Even is het stil. Aan het huiselijke leven van Maarten kwam een nog abrup ter eind. „Op een dag stond m'n vader met 'n honkbalknuppel aan het voeteneind van m'n bed. Eruit! scheeuwde-ie. Toen heb ik nog wat geld en m'n pas poort bij elkaar gegraaid en ben ik gegaan." Het JAC en opvangtehuis Lu cifer volgden. „Daar werd ik er op kerstavond uit gegooid! Kén je 't je voorstellen? Ik had zoge naamd drie fietsen in de gracht gego'oid. Ik! Kén je 't je voorstel len?" „Alsof je zo'n lieverdje bent", relativeert Amber. Daar na is Maarten met een vriend gaan zwerven door heel Neder land. „Elke dag 'n beetje stoned hè", zegt hij met een klein lachje. Toch, zegt hij, was het zwer ven „best wel leuk". Maar als hij moet kiezen, dan gaat zijn voor keur duidelijk uit naar Zeezicht en het PPI. „Nu heb ik een dak boven m'n hoofd. Ik heb in trei nen en dergelijke geslapen. Nou, da's echt niet alles." Chef-kok Lucas Ondanks een ongeregeld ver leden, hebben Maarten en Am ber geen moeite met de regel maat die het schoolgaan met zich meebrengt. Dat is voor een groot deel te danken aan de aanpak waarvoor het PPI heeft gekozen: het zitten in de schoolbankjes beperkt zich tot één ochtend in de week. Alle andere dagen brengen ze in het kader van de praktijkervaring door achter het fomuis van Zee zicht, onder de bezielende lei ding van chef-kok Lucas. Wat de theorie betreft, kiest het PPI voor een individuele aanpak. Om iedere leerling de volle aandacht te geven, is een klas nooit groter dan zeven leer lingen. Verder: veel overhorin gen. „Dat willen ze, ze vragen er expliciet om", zegt docente Ma- rij Pinxt. „Ach, je had ze hier in het begin moeten zien binnen komen", zegt ze met haast moederlijke genegenheid. „Vers pennemapje, mooi schriftje. Boterhammetjes in een zakje. Op tijd. Helemaal echt." De sfeer in het klaslokaal is al tijd erg 'relaxed'. Ieder werkt in zijn of haar eigen tempo, er mag worden gerookt en docen ten vertrekken geen spier wan neer ze bij tijd en wijle voor rot te vis worden uitgemaakt. Alles bij elkaar een succesformule, want in een half jaar tijd is het gelukt de vier aspirant-koks de leerstof van een jaar theorie en twee jaar praktijkervaring bij te brengen. Navolging „De conclusie van deze eerste periode is dat we vooral zo moeten doorgaan. Dat is mis schien een cliché, maar het is tenslotte een experiment", zegt project-coördinator Hans Kruijssen. Het project krijgt mogelijk na volging in andere delen van Ne derland. Vorige week nog zijn hulpverleners uit Rotterdam op bezoek geweest, vertelt Hans. En alsof hij de pr-man van het PPI is besluit Maarten: „Als alle hulpverleningsinstanties gaan werken zoals Zeezicht en het PPI, dan wordt het nog wat met de zwerfjongeren."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 4