Cultuur 'i 'Niet één belediging zal ongewroken blijven' P THEO VERHAAR Jatten en plunderen bij gebrek aan talent 'Als man componeert, wordt hij niet gestoord door melkboer' Feestuitgaven bij Annie M.G. Schmidt's tachtigste R«Uct* 071-161400 CEES VAN HOORE RENEE DE BORST PAUL DE TOMBE Vom^ynn* RUTGER 1 HOOGERDUK 13 BOEKEN Beschouwingen Komrij gebundeld in 'Met het bloed dat drukinkt heet RECENSIE NICO KEUNING Met het bloed dat drukinkt heet. Gen* Komn, Urtg De Arbeiderspers -^^■errit Komrij vertrok I in 1984 naar Por- tugal. waar hij met zijn vriend Charles Hofman als een landheer een buiten be woont en waar hij zich, zoals hij het eens noemde, voornamelijk bezighoudt met het naar buiten Idjken. Komrij is in zijn Portugees Arca- dië tot rust gekomen. Naast zijn Shakespeare-vertalingen, poë ziebloemlezingen van de laatste vier eeuwen de roman 'Over de bergen', schrijft hij nog wel elke woensdag zijn NRG-co- lumn 'Een en Ander', maar wat ook na zijn onlangs verschenen beschouwingen over politiek, wetenschap en literatuur on miskenbaar aan het licht treedt is dat het gif uit de aderen van Komrij lijkt te zijn weggevloeid. Het gif heeft, zo blijkt uit de titel van zijn laatste boek Met het bloed dat drukinkt heet', zijn werking verloren door een over dosis inkt. Anders gezegd, de woede en de wraak hebben bij Komrij. ondanks zijn afkeer van columnitis, plaatsgemaakt voor de behoefte wekelijks gelezen te worden: 'Ik ben niet iemand die graag op een zolderkamer expe rimentele romans wil zitten schrijven, die vervolgens drie le zers trekken.' Uit het oeuvre van Komrij is al eerder gebleken dat zijn rol van De man in kamerjas draagt m'n koffer. Vooruitlopend op z'n dankwoord druk ik hem 'n geldstuk in z'n hand. Dat weigert hij aan te nemen. Wat bijzaak is wordt hoofdzaak, 'n Kleine kamer 'n onderkomen tussen het tijdse. 't Sleetse peinzen over het waarom verkleint de speelruimte van gedachten. Je laat de vorm los zoals het schilderij de rand. En als ik wil ontsnappen wordt de kamer alsmaar groter. Het is alsof ik reis zonder dat ik vertrek. Op 'n moment van berusting de tv aangezet. Beeld geleidt beter dan geluid. Onverstaanbare woorden drukken afstand uit. Als elke reiziger ben ik overspelig jegens het heden. In de hoop dat 't heden mij betrapt. Bij uitgeverij De Harmonie ver scheen de gedichtenbundel 'Stof bedekt niet', het debuut van Theo Verhaar. Verhaar schrijft een weerbarstig soort poëzie, waarvan de betekenis zich niet snel prijs geeft. Maar wie enige moeite doet, wordt niet teleurgesteld. In boven staand gedicht is een klein voorval aanleiding tot een be schouwing over ruimte, tijd en denken. Een reiziger vvil een hotelbe diende een fooi geven, maar deze weigert. Door deze weige ring wordt dit voorval ineens erg belangrijk voor de reiziger. Waarom in godsnaam weigert die lui? - die gedachte laat hem niet meer los. heeft tot gevolg dat hij de omgeving niet meer echt waarneemt. 'Hij laat de vorm los zoals het schilderij de rand'. Als hij probeert niet meer aan het voorval te denken brengt dat weer andere gedach ten op gang. Er is zoveel bewe ging in zijn hoofd ineens, zijn geest gaat duizenden kanten te gelijk op. 'Het is alsof ik reis zonder dat ik vertrek'. Dit gedicht van Verhaar lijkt een commentaar te geven op de fi losofische uitspraak: 'Ik denk. dus ik besta'. Wat Verhaar zegt, is dit: 'Ik denk, dus ik zie het he den niet meer'. Denken is voor hem een soort 'overspel', den ken maakt de ogen ontrouw aan de directe omgeving, aan het heden. Hij hoopt dat het heden hem op dat overspel 'betrapt'. Voor 'het heden' moet wij lezen: het leven. Hij. Verhaar, is bang dat dat leven hem vanwege zijn ontrouw straks misschien niet meer wil. nar hem beter ligt dan die van romanschrijver Een zin. een metafoor, een gedachte behels de vaak meer dan dat hele bouwwerk van verzonnen we relden die men als spiegel van de werkelijkheid aan de man wilde brengen en roman noem de. Eerst zoog men het uit de duim en daarna verkwanselde men het voor echt'. Als dichter heeft Komrij zichzelf nog wel enige tijd serieus geno men. maar ook die tijd van de 'jongeling' is voorbij. Liever een oude notaris, een oude bos wachter. een ouwe flikker des noods'. dan een oude poëet. Deze géne voor het Hogere, dit wentelen in Meine Wenigkeit. vindt in deze overpeinzingen van de vermoeide nar. zijn oor sprong in de voortdurende in nerlijke strijd tussen vorm of vent die Komrij al sinds zijn eer ste kennismaking met de litera tuur bezighoudt. Deze begrip pen zijn in algemenere zin te vervangen door het woordpaar leugen of waarheid. Hierover schrijft Komrij wekelijks zijn krantehoekje vol. Tussen deze begrippen slaat de nar met zijn pen. die soms nog onverwacht >m zien heen: 'Het met haat. dat gesis al de kleine hitsertjes om heen. dat gedraai en gelieg de ogenschijnlijke meepra 'Met het bloed dat drukinkt heet' bevat onder meer be schouwingen over het dom la waai. de mixer van de mengel moes. het designer-café. de Ne derlandse dorpsburgemeester, het kleuterdagverblijf, het Lan delijk Steunpunt Rouwbegelei ding. het fetisjisme van de hoge hak. een proefschrift over men struatiepijn. molestbestendige kunst in de gevangenis, politici als windnehting-zoekende weerhanen, cultuur als de sier dop op de grutterskar. De motor achter deze schrijfd- wang wordt niet alleen gevoed door het verlangen gele/en te worden, maar ontleent zijn kracht tevens aan een diep ge worteld calvinistisch vertrou wen op de Wrake Gods: 'Niet één fluistering, hoe achterbaks of zigzaggend ook verpakt, blijft ongestraft op aarde. Niet één belediging, hoe weeïg en on grijpbaar ook. zal tijdens ons le ven ongewroken blijven. Als ons tenminste tyfus of een passe rende tram niet vóór zijn'. De lezer zij gewaarschuwd! Gerrit Komrij: liever een oude notaris, een oude boswachter, 'een ouwe flikker desnoods dan een oude poëet fOfO RtAAl Martin Bril (links) en Dirk van Weelden: machteloos grasduinen in de TweedeWereldoorlogliteratuur. foto mmrtin corbiin LITERATUUR RECENSIE. ROB VOOREN Marton Bnl en DirV van Weetdrn. Terug werkende kracht Een leesge«h^den.s van de Tweede Wereldoorlog Uitg De BengeB, 25 In dit land waar nooit iets voorvalt, teert men gene raties lang op de weinige keren dat het Nederlandse volk deel heeft aan het wereldgebeu ren. De schaarse gelegenheden waarbij we in een oorlog ver zeild raakten, worden decennia, zelfs eeuwen lang uitgespon nen. doorverteld, betreurd en gevierd. Er moet wel een enor me collectieve eenzaamheid ten grondslag liggen aan het feit dat Alva nog niets is vergeven of dat de belangstelling voor de Twee de Wereldoorlog allerminst ta nende is. Integendeel, waar het '40 '45 betreft. Hoewel dr. L de long eindelijk aan het eind van zijn Latijn schijnt gekomen, dromt men als nooit tevoren sa men rond oorlogsmonumenten, waarschuwt men de jeugd voor de gevaren van fascisme en krijg, en houdt men de blik met onverminderde argwaan gericht op het Boze Buurland. De hoeveelheid proza die in Ne derland is gewijd aan alle moge lijke facetten van WO II moet gigantisch zijn. te oordelen naar M UMjdtaMUUr dat het duo Martin Bnl en Dirk van Weel den heeft geraadpleegd ten be hoeve van het gelegenheids werkje "Terugwerkende kracht. Een leesgeschiedenis van de Tweede Wereldoorlog De samenstellers, zo lezen we in het plechtige voorwoord, kre gen eind 1989 het verzoek van Uitgeverij De Bezige Bij om in het jubileumjaar van de Tweede Wereldoorlog. 1990, een bloem lezing van de Nederlandse lite ratuur over de vijf bange jaren t e makenT e rugwerkende kracht. I-xm leesgeschiedenis van de Tweede Wereldoorlog' ziet nu met enige vertraging het licht, en het is geen literaire bloemlezing geworden, maar een documentaire, waarin naast literaire fragmenten ook ruimte is voor kinderboeken, school boeken. ingezonden brieven, journalistieke artikelen en tran scripties van radio- en tv-pro- gramma s De samenstellers hebben het 'jubileumjaar' dus met een jaar gemist, maar dat mag de pret niet drukken. De feestelijkheid is er niet minder om. Wij vieren 'de vijf bange jaren' immers èlle jaren. met onverminderde hartstocht. Dat Bril en Van Weelden. auteurs van zakelijk eigentijds proza, de Oorlog niet hebben meegemaakt, doet er uiteraard niet toe. 'De Tweede Wereldoorlog bestaat voor ons alleen van horen zeggen en dus uitsluitend als Vernaai. Maar het is een Verhaal dat tot op de dag van vandaag geldt als een norm waaraan integriteit, on recht en politiek denken wordt gemeten, miaschien is het zelfs de steeds veranderende spiegel waarin Nederland zichzelf be kijkt. Plakken Bnl en Van Weelden hebben hun gebrek aan persoonlijke er varingen behendig ondervan gen. Hoe moet je een boek sa menstellen over een oorlog. die ie alleen uit de tweede hand kent? Door te herhalen wat je hebt gehoord en gelezen: pre cies de romantische wijze waar op generatie na generatie Ne derlanders de schaarse deelna mes aan het werHdtreffen met paplepel, schoolboek, docu mentaire en literatuur krijgt in gegoten. Bril en Van Wedden nebben uit eigen bibliotheek, uit die van De Bezige Bij en van het Rijksinstituut voor Ooriogs documentatie allerhande frag menten gevist een soon rang schikking aangebracht en de stukjes aan elkander tot een boek geplakt. Deze nijverheid leidt tot hervertelling van het Verhaal in vijf hoofdstukken In tal van fragmentjes hebben de heren herdrukt 'wat onze gene ratie te lezen heeft gekregen over de Tweede Wereldoorlog I Ik hoofdstuk rlrh hm Verhaal, van inval tot bevrij ding. overnieuw, alleen steeds vanuit een ander perspectief, vanuit een anderr pen ode kind. scholier, puber, student Het resultaat is een warboel. Op de gekozen stukjes zelf kan men geen kritiek uitoefenen. Soms nmstig uit literaire prachtm mans. maar altijd ziin ze uit het oorspronkelijke verband gerukt en ingepast in het 'eigen' ver haal der secundaire auteurs. Bij gebrek aan ervaringsfeiten, aan literair talent, aan hun eigen verhaal hebben Bnl en Van Weelden bij anderen gejat en geplunderd, en het resultaat vervolgens gepresenteerd als een onginelc beleving In deze mèlée van fragmenten, knipsels, citaten, navrrtrlsrls en transcripties valt geen oor spronkriijkr visie te nefimnen De enige keer dat de samenstel Iers in hun leesgeschiedenis zelfstandig het woord tot de Ie zer richten, is op blz. 112-113 als de reactie van scholieren op een dagblad enquête in 1 ("Zou jtj met een Duitser trou wen?**) In cursieve letters wordt samengevat. Geen woord over hun eigen opvattingen. Ah de huidige generatie auteurs niet meer in staat is het Verhaal met eigen middelen, uit eigen bron te hervertellen, is het Einde er van m zkin Vom dk mat In ze grasduinen van Bril en Van Woelden kopen we mets Misschien is het tijd het Verhaal af te sluiten en aandacht te schenken aan de profetieën van W. F Hermant, die in 'De Don k.r. Kam i I—mm lat ai n jonge gevangene onder meer tegen Osrwoudt laat rrggrn 'Deze oorlog is nog maar een voorproefje van de wereld die komt' De componerende vrouw wil op haar merites beoordeeld worden. Ze wil geheel geïnte greerd in de door mannen ge domineerde muziekwereld haar scheppende arbeid verrichten. Na zeven congressen 'Vrouw in muziek' ligt er nu een boek. Zes Vrouwelijke Componisten. On danks de wens en de behoefte tot integratie is het blijkbaar nog steeds nodig de vrouw in de muziek als vrouw te behande len. Kwaliteit verloochent zich niet. Vrouwen als Henriëtte Bosmans en recenter Tera de Marez Oyens zijn als componis ten volledig geïntegreerd en ge accepteerd. Ook de ster van de Russin Sofia Gubaidulina is rij zende. De geschiedschrijving over de vtouw in de muziek staat er echter armoedig voor. Het boek wil een eerste aanzet zijn tot het opvullen van deze leemte. Het is een resultaat van gedegen musicologische arbeid en. voor al in het geval van Gertrude van den Bergh (1793-1840). minu tieus speurwerk. Biografie en een geschiedenis van de maatschappelijke positie de componerende de eerste aandachi Helen Metzei aar. Ai man zit te componeren wordt hij niet door de melkboer ge stoord' zo verwoordt Tera de Marez Oyens het achterliggende sekse-probleem. Door de eeu wen heen is de vrouw het we zen geweest dat kinderen haart, dat het gezin verzorgt De man creëert, maakt kunst De diverse hoofdstukken zijn gewijd aan Gertrude van den Bergh. Catharina van Rennes. Elisabeth Kuyper. Henriettr Bosmans. let Stants. en Tera de Marez Oyens. Door de onbe kendheid van de componistes is in de eerste plaats naar een be hoorlijke biografie gestreefd. Slechts in de inleiding wordt een aanzet gegeven tot het schetsen van een maatschappe lijke context. In de verschillende hoofdstukken woordt het thema slechts zijdelings aangestipt Zo komt bij van Rennes de plaats v an de vrouw als gewaar dead pedagoge ia mmm Zo krijgt hél thema vrouw-zijn bij Kuyper vorm in haar strijd om als aingente geaccepteerd te worden. Bosmans is echter weer te veel componist om iets zin nigs over haar vTouwettjkheid te kunnen zeggen Maar ze hoort wel thuis in dit rijtje vrouwelijke componisten. let Stants is er een beetje mei de haren bijgesleept. Haar rol in het muziekleven was zo margi naai dat ze misschien beter on besproken had kunnen blijven. Een overzicht van de huidige stand van zaken was meer op rijn plaats grweest In het hoofdstuk over Tera de Marez Oyens is de biografie ver laten De enige nog levende componiste van de besprokrn zes is vooral zrff aan het woord. In dit zeer goed leesbare ka leidosconi* be componisten portret sluimert het thema vrouw en muziek slechts op de achlrrgrond. Een thema dat deze vtouw ondanks haar be trokken beid allang ontgroeid is Ondanks het wal specialistische onderwerp is het boek zeer gord leesbaar en iezrrowaardig Alleen hangt dc bespreking van enkele composities er trlkrns een beetje bt| Dit boek moest geschreven worden I ieze inlei dendr aandacht lijkt hard nodig om aandacht voor viouwelijke componisten te vragen Iht boek is het eerste in ren reeks ovrr aspecten van de Nedrr landsr muziek- Het volgende verschijnt in november Dat wordt een heel boek over één componist Ton de Leeuw, ge slacht: man' JEUGDBOEKEN RECENSIE tuur van Annie M G Schmidt Eindredac tie Murtc Satverda (Quendo. 34.90) Gebonden feestuitgave van Pluk van de Petteflet door Annie M G Schmidt met il lustraties van hep Westendorp (Quendo. 29.90) c k ben een God in het diepst i>an mijn ge- dachten maar in de bibliotheek een vo lontair die hunkrend op een baantje zit te wachten en boeken uit leent., met een ze ker air. Hollandse nuchterheid en (te gendraadse) humor markeren vanaf haar debuut eind '38 in het protestants-christelijke tijd schrift Opwaartsche Wegen het oeuvre van Annie M.G. Schmidt. Ter gelegenheid van haar tachtigste verjaardaR ver scheen in de serie Schrij versprentenboeken de feestuit gave Altijd acht gebleven - over de kinderliteratuur van An nie M.G. Schmidt. Tine van Buul. Aukje Hohrop. Murk Salverda en Erna Staal verzamelden bijdragen van Ka- rel van het Reve (die ingaat op het plezier dat hij zelf nog altijd beleeft aan Schmidts werk). Guus Sötemann (een weten schappelijke analyse van haar kinderpoëzie). Kees Fens en ve le anderen. Het overzicht is aangevuld met het geestige dankwoord dat de jarige in 1988 uitsprak bij het in ontvangst nemen van de Hans Christian Andersenprijs en een reeks van bio- en bibliografi sche gegevens. Naast net soms vermakelijke, soms uitputtende huldebetoon van de feestredenaars, verdient zeker ook het in dit 31-ste Schrijversprentenboek afge drukte illustratiemateriaal aan dacht. Bladerend door het boek vormen al die brieffragmenten, foto's en tekeningen een hoofd stuk op zichzelf: een beeldbio grafie van de kinderboekenau teur Annie M G. Schmidt, die om met Kees Fens te spreken 'kinderen weer heeft gemaakt tot wat ze horen te zijn van nature volkomen anarchisten' Incompleet Tot de meest bekende kinder boeken van Annie M.G- Schmidt hoort Pluk van de Petteflet. Nadat de hilarische belevenissen van het onderne mende jochie met z'n rode kraan wagentje in maandelijkse afleveringen in het tijdschrift Margriet waren verschenen, werden de verhaaltjes in 1971 door Querido gebundeld. Sinds dien verschenen bij deze uitge verij tien herdrukken, met een gezamenlijke oplage van bijna een kwart miljoen exempla- Als geschenk aan de jarige heeft Quendo nu een feestuitgave van Pluk het licht doen zien. waarin op hagelwit papier alle kleurrijke illustraties van Fiep Westendorp zijn weergegeven. Hoewel, alle? Vergelijking van het eigen be dnimelde gezinsexemplaar (zes de druk. 1981) met de nieuwe prachtband levert naast hoera geroep over de nu in spranke lende kleuren afgedrukte zwart wit illustraties, ook op z'n minst twee onprettige verrassingen op. Want wttr is die schitteren de tekening gebleven van de zieke Stampen |es in bed. en waarom ontbeert deze dertien de druk de fel realistische prent waarop de dokteT zieke Aagje een prik Reeft, recht in haar blo te bil? Een echte Westendorp kan toch niet zomaar over de rand vallen? Hopen nu maar dat deze be treurde ommisaie nog vóór An nie M.G s negentigste verjaar dag wordt rechtgezet Want em incompleet cadeau aanbieden, dat kan je als uitgeverij toch ei genlijk niet maken .,v. Illustratie Rep Westendorp dokter geeft zieke Aagje een prik Waarom ft deze tekening niet In de feesturtga ve opgenomen' »ti(/jrw< rfRRfPIRDORr

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 13