Saddam ziet ons tenminste als X V ZATERDAGS ZATERDAG 8 JUN11991 BIJVOEGSEL Voor een oude Palestijn wordt het even allemaal te veel van het 'slechte'. Als hij een fototoestel ontwaart, wil hij de eigenaar met zijn stok te lijf gaan. Naar de reden van zijn woedeuit barsting kan alleen maar worden gegist. Nog net op tijd kan zijn aanval door een van de omstanders worden gepareerd. Even later maakt agressie plaats voor begrip als in een bewaakt ogenblik wordt uitgelegd dat het be zoek goede bedoelingen heeft. Sommige moeders hebben geen behoefte aan een toelichting. Als de camera op hen wordt gericht, halen zij snel hun kinderen naar binnen. Schieten, ook van beelden, heeft voor veel Palestijnen een wrange bete kenis gekregen. Voor het overige is op straat vriendelijkheid troef en lijkt de spanning even uit het Al- Husseinkamp te zijn verdwenen. Kinderen maken lachend het V-teken, anderen spelen met huisvuil, in sommige gevallen hun enige bezit. Voor de vaak als vuil behandelde Pales tijnen is het duidelijk behelpen. 70.000 men sen wonen op een strook grond van slechts drie kilometer lang en enkele honderden me ters breed. „Van enige privacy is dan ook geen sprake. Je doet bij wijze van spreken alles met elkaar. Je woont naast, boven en vooral op elkaar. Een tuin heb je hier niet. Daar is geen plaats voor. De meesten zijn al lang blij dat ze een dak boven hun hoofd hebben, of het nu van beton is, golfplaat of van asbest. Veel mensen krijgen net genoeg dat ze in leven kunnen blijven", zo schildert de Pales tijnse ambtenaar Mohammed Ibrahim Handeh het kamp dat echter niet alleen van armoede, maar vooral ook van solidariteit aan elkaar hangt. Of zoals de 43- jarige Handeh stelt: „Mensen die het zich kunnen permitteren een eigen huis buiten het kamp te kopen, vergeten de achterblijvers niet Ze maken wat geld over om het voor anderen wat gemakke lijker te maken". Handeh is een van de gelukki gen. voor wie de wereld wat gro ter is dan het verblijf aan de rand van Amman. Afkomstig uit Lod bij Tel Aviv belandde hij in 1950 met zijn ouders in het kamp dat Palestijnen in Jordaanse kampen beschouwen oorlog tegen Israël als enige oplossing door de Verenigde Naties werd opgezet. Dat gebeurde na de totstandkoming van de staat Israël die leidde tot de vlucht van vele dui zenden Palestijnen. „De eerste vier jaar zaten we hier in tenten en was het allemaal heel primitief. Daarna zijn we geleidelijk aan hui zen gaan bouwen. Eerst één kamer, toen één ernaast of er bovenop. Als je daar tenminste de ruimte voor had. En het geld". In 1973 is Handeh even buiten het kamp zelf standig gaan wonen. Zes jaar nadat Israël in de Zesdaagse Oorlog zijn Beloofde Land on der meer met de Westelijke Jordaanoever had uitgebreid. Sindsdien is het uitzicht van de Palestijnen op een betere toekomst en een eigen natie nog beperkter geworden dan de blik die hen is gegund in de vluchtelingen kampen. CLUBHUIS Niettemin blijven velen van hen hopen op „vrijheid", „terugkeer naar huis" en het „te rugdrijven van Israël". Die geluiden zijn vooral te horen in het kantoor van het club huis van het Al-Husseinkamp waar volgens de traditie alleen mannen mogen komen. „De islam zegt dat we oorlog zullen voeren. De laatste oorlog. Op een andere manier ver dwijnt Israël nooit meer van de Westelijke Jordaanoever. We moeten ze aanpakken. Zo snel mogelijk. We zitten hier al veel te lang. Wachten, wachten en nog eens wachten. Waarop? Er wordt eindeloos gepraat, maar er verandert niets en intussen zitten wij hier maar", merkt Basim Shannak op. Net als Handeh werkt de 31-jarige Shannak voor de Jordaanse overheid. Zijn ouders arri Ongeveer een half miljoen Palestijnen woont in Jordanië in twaalf kampen van de Verenigde Naties. Ze zijn gevlucht na het gep™«L i«ia wdgm «ij» h« wü aan duidelijkheid te wensen overlaat, gebeurt echter niets. Al 43 jaar wordt alleen maar kele korrel zand aan ons teruggeven. Waar- wordt dat land niet op dezelfde i hun problemen is er niet. Een van de opgangcentra is het Al-Hus seinkamp bij de Jordaanse hoofdstad Amman waar de bewoners blijven hopen op terugkeer naar hun Beloofde Land, Palestina. uitroepen van de staat Israël in 1948 of na de Zesdaagse Oorlog in 1967. Ze mogen de kampen in en uit, maar een echte uitweg uit aangepaki ai, imk? wiiroin wordi gemeten7" Ditmaal knikt het hele kantoor Het liefst zouden de meeste aanwezigen Israël nog de zelfde dag van de kaart willen vegen waar het trouwens toch al uitsluitend als Palestina staat vermeld. Althans in lordaniê. Een nieu we oproep tot strijd zou echter meteen weer op een veto van Himoor stuiten. ..Terecht", zal Mohammed Ibrahim Handeh later zeggen „We zouden ais beesten worden afgemaakt. We hebben alleen een kans als de Arabische wereld één front zou vormen, maar dat zal het Westen nooit toelaten Het probleem voor het Westen is niet Kuwayt of Saddam Het gaat er om dat de Arabische landen zich niet mogen verenigen Zt| vor men immers het hart van de wereld Slaan zij de handen ineen, dan zal vooral Europa niets meer voorstellen veerden in 1948 in het kamp. Als hij in het Engels alvast de rekening vereffent met Is raël, krijgt hij in het Duits bijval van Moham med Yusef Fara Franeh. Hij heeft op kosten van de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie PLO in de voormalige DDR een opleiding gevolgd voor automonteur en runt nu in het kamp een eigen bedrijfje. Wat Palestina is, of om met de Israëliërs te spreken wès, heeft hij al leen van horen zeggen van zijn vader en moeder. „Waarom mag ik niet in mijn eigen land wonen? Echt, we moeten zelf in actie komen. Nu". Met het vaak gehoorde argument dat de Pa lestijnen als veruit de grootste bevolkings groep in Jordanië (60 70 procent van de 3.5 miljoen Jordaniërs is Palestijn) in feite al hun eigen staat hebben, zijn de vluchtelingen het totaal niet eens. Of ze nu de vluchtelingen status hebben, of de Jordaanse nationaliteit, ze willen terug naar hun land, Palestina. Hoeveel bewegingsvrijheid zij in en buiten het kamp ook hebben. „Het zou voor de Is raëliërs ile gemakkelijkste oplossing zijn als wij hier blijven en zij op onze grond kunnen blijven zitten, zodat ze daar steeds meer mensen van buiten af kunnen stallen. Maar wij heb ben hier niets te zoeken en de Israëliërs daar niet". Vanaf de muur lijkt de 'papie ren' tijger Saddam Hussein in stemmend te knikken. Ondanks het feit dat hij door de geallieer den uit kuwayt is gegooid, is hij bij de Palestijnen nog verschrik kelijk populair Hij geniet meer aanzien dan bijvoorbeeld de Jordaanse koning Hussein die op de wand met heel wat min der ruimte genoegen moet ne men. Basim Shannak: ..Saddam betekent nog altijd veel voor ons. Na Nasser (oud-president van Egypte, red was hij de eer ste die zei: hier ben ik. Hij durf de het tegen het Westen op te nemen Mubarak en Assad (de huidige presidenten van Egypte en Syrië, red.) begrijpen dat niet. Saddam ziet ons als mensen. Hij wil de olie eerlijk verde len in het belang van het hele Arabische volk. Ik ben er ook zeker van dat hij zich in Irak zal weten te handhaven en de rust in eigen land op korte termijn zal herstellen. En dat is een goede zaak". VERTEGENWOORDIGER Op dat moment loopt kamil Himoor met zijn wandelstok de kamer en het gesprek binnen. Een oudere man. gehuld in een mantel en met de zwartwitte kufiah van de Palestijnen op het hoofd. Prompt doet iedereen er het zwijgen toe. Als een van de dertien personen die in het kamp het contact onderhouden tussen de VN en de Palestijnen mag Himoor zich verheugen in een grote dosis bewonde ring van zijn landgenoten. Die spreken hem ook niet tegen als hij zijn stem verheft. Ten minste niet waar hij bij is. „Het heeft geen zin om oorlog te voeren. De grote landen, de Verenigde Staten voorop, zullen niet toekijken als wij Israël aanvallen. Die boodschap probeer ik hier steeds over te brengen aan de mensen. Oorlog is zelfmoord. We zullen moeten blijven wachten, hoe moeilijk dat ook is. Trouwens, de mensen hier zijn te zeer verdeeld. Niet ie dereen wil oorlog Waarop moet worden gewacht is niet duidelijk. Net als iedere an dere Palestijn verwacht Himoor niets van de vredespogingen van de Amerikaanse minister van buitenlandse zaken Baker of van wie dan ook. „De mensen hier voelen zich in de steek gelaten Door iedereen, ook door de Ara bische landen. Behalve door Sad dam. In het geval van Kuwayt wist men niet hoe snel een reso lutie van de Verenigde Naties moest worden uitgevoerd. Over de door Israel bezette gebieden zijn ook duidelijke uitspraken ge daan en resoluties aangenomen Terwijl ook hier de situatie niets FRUSTRATIES Hoewel Handeh een oorlog met Israël afwijst, weet hij als oud-vertegenwoordiger van de Palestijnen en ex-voorzitter van de mannen- club maar al te goed wat onder zijn landge noten leeft. Ook al leidt hij een ..bevoonecht leventje" buiten het kamp „Je hoort over je land praten, je krijgt groente en fruit uit je land, maar je mag er niet heen. Dat is hard en leidt tot frustraties. De mensen kunnen met hun gevoelens geen kant op. De onder - w J, m ^--v. handelingen zitten muurvast, oorlog is zin loos. Wat doen ze dan' Ze gaan er zelf op uit en vallen grenswachten en mensen in de dorpen aan de grens aan Handeh laat m het midden hi| die acties wel of niet goedkeurt. Hij kan zich in elk ge val voorstellen waarom sommigen dat doen Het leven in het kamp is immers even triest als uitzichtloos In die mate dat een opstand door sommigen niet wordt uitgesloten Zo n intifadah zou het vluchtelingenkamp er al leen maar t roost elozer op maken Voor veel mensen zou dat overigens weinig verschil maken Van de 70 000 mensen heb ben er slechts 20 000 een baan. hetzij in. het zij buiten het kamp. Bijvoorbeeld als markt koopman ambtenaar, onderwijzer, timmer man of monteur Veel bewoners van het kamp zijn daar te. jong of te oud voor. De rest is werkloos, naar schatting dertig procent „Dat leidt tot de nodige problemen U zitten nogal wat dieven ondier de Palestijnen zegt Franeh, een opmerking die hem bepaald niet In dank wordt afgenomen In het verleden konden de werkkizen reke nen op de steun van <1e rrenigde Naties, maar door gebrek aan geld is die hulp wrggr vallen Om die reden zijn ook anderr facilitei ten geschrapt, zoals het verstrekken van ma ten aal voor het bouwen van huizen, het uit - delen van kleding en het aanleggen van we gen of wal daar ook voor mag doorgaan De VN houden zich alleen nog bezjg met medi sebe verzorging, onderwijs en het onderhou den van het kamp „En dat onderhoud stelt ook al niet veel meer voor. Het is hier toch niet schoon En er zou den ook best wat meer straten mogen zijn (rciukkig helpen de mensen elkaar. Anders zou het helemaal een troep zijn en zou den mensen in de grootste pro biemen komen strlt Kamil Hl- Buiten wordt intussen volop handel gedreven op de markt, de dagelijkse poging om elkaar hegri|pet,|k dat mensei het kamp gdorrs zljr vturhfetingrn. I dorrs 7 •- -X W s Viv v"' v Kinderen in het Al-Husseinkamp. Sommigen n tegen vreemdelingen, anderen spelen met huisvuil, in sommige gevallen hun enige bezit

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 39