Binnenland
Van staatsbank tot
ware volkskapitalist
Tientallen dassen prooi van stropers en honden
"O H - 2« ;x
'Medicijn moet uit de
handel bij misbruik'
Vrijdag 19 april 1991
IE BOS AAA ALTAN ERDOGAN RONALD FRISART PATRICK V
SJAAK SAAAKAAAN FRANS VISSER AAARGOT KLOMPMAKER Vormgeving A
R4
DE POSTBANK mocht
anderhalf jaar geleden
geen effecten verkopen
Inmiddels heeft de bank
twee beleggingsfondsen,
die groeien als kool
Algemeen Nederlands Persbureau (ANP). Gemeenschappelijk* Persdienst (GPD), Inter Press
Nieuwe beleggingsfondsen Postbank dwingen respect concurrenten af
Niemand misgunt de Postbank haar succes. Maar het
steekt sommige bankiers dat als de Postbank één keer
een net uitgooit, ze meteen zoveel vis vangt. Neem het
Postbank Beleggingsfonds, de eerste stap van de Post
bank op de particuliere beleggingsmarkt. Na amper veer
tien maanden telt dit fonds al ruim 120 000 deelnemers
en overstijgt de inleg de half miljard gulden.
S HAAG LUUK SINGIKS
Deze maand werd een tweede
fonds door de Postbank opge
richt: het Vermogens Groei
Fonds, dal voornamelijk belegt
in obligaties. Na drie weken be
draagt het belegd vermogen in
dit fonds al zestig miljoen gul
den.
De Postbank heeft nog één
konijn in de hoed. Op 1 mei
opent ze een beursorder-lijn,
voor het telefonisch doorgeven
van beursorders. De Postbank
voert de opdrachten uit zonder
advies, maar tegen een laag ta
rief. Het tarief staat nog niet
vast, maar zal in elk geval lager
zijn dan dat van andere make
laars op de beurs, zo verzekert
de bank.
Daarmee introduceert de
Postbank, die tot voor kort on
der toezicht van de overheid al
leen betaal- en spaardiensten
mocht verrichten, een noviteit
op de beurs: ze is de eerste bank
in Nederland die gaat optreden
als 'broker' (makelaar) en door
de lage priis misschien zelfs als
'discount broker'. De concur
rentie reageert afwachtend of
ronduit jaloers.
„We zouden best met ze wil
len ruilen. Want wat de Post
bank ook begint, ze kan altijd
rekenen op grote belangstel
ling" (R. Mostertman, directeur
beleggingen van Credit Lyon-
nais Bank Nederland, de vierde
bank in Nederland). „De Post
bank meent dat mensen zonder
advies zullen beleggen. Dat wil
len we eerst eens zien" (een
woordvoerder van de Rabo
bank). „Met die lage tarieven
kan ik me niet voorstellen dat ze
er niet op toe hoeven te leggen"
(A. van der Meer, beleggingsad
viseur van Bank Mees Hope).
„De beurs-orderlijn past hele
maal in de filosofie van de Post
bank", zegt drs. C.J.M. Scholtes,
lid van de Raad van Bestuur van
de bank en president-commis
saris van de twee beleggings
fondsen. „Het is een typisch
thuisbank-produkt: snel en ge
makkelijk. Daar komen onze
klanten op af. Klanten van de
Postbank onderscheiden zich
niet van die van andere banken
doordat ze armer of rijker zijn.
Ze zijn wèl zelfstandiger. Ze
zoeken het zelf wel uit".
„Toegegeven", zegt Scholtes
achter zijn glazen conferentie
tafel in het zandkasteel', zoals
het hoofdkantoor van de NMB
Postbank in de Bijlmer wel
wordt genoemd, „dit is geen
produkt voor miljoenen. Maar
waarom zouden we dat aanbie
den? We zijn er niet op uit ie
dereen te laten beleggen. Daar
zit niet iedereen op te wach
ten".
Net zoals de beurslijn is het
nieuwe Vermogens Groei Fonds
van de Postbank niet voor Jan
en alleman in het leven geroe
pen. Het Vermogens Groei
Fonds keert de rente-inkomsten
niet uit. In plaats daarvan wordt
de rente opnieuw belegd, waar
door de koers van de aandelen
in het beleggingsfonds stijgt. En
koersstijgingen, als ze door ver
koop worden gerealiseerd, zijn
onbelast.
Door zijn fiscale opzet is dit;
fonds het aantrekkelijkst
beleggers met een belastbaar
inkomen van 43 000 gulden of
meer (boven modaal), die 50 in
plaats van 35 procent belasting
moeten betalen over hun rente.
Een fonds dat mikt op de hoge
re inkomens; doet dat geen af
breuk aan de diep gekoesterde
toegankelijkheid van de Post
bank? „Nee, waarom? We willen
nog steeds expliciet een bank
voor iedereen zijn."
De toeloop naar het nieuwe
fonds zal toch behoorlijk zijn,
meent Scholtes. „Als dit fonds
binnen een jaar minder dan
honderd miljoen gulden op
brengt, ben ik uitgesproken on
tevreden. Maar waarom zou het
groeifonds onder doen voor het
beleggingsfonds? Er zullen mis
schien iets minder mensen op
afkomen vanwege de fiscale
drempel. Maar op den duur
moet het groeifonds ook hon
derden miljoenen guldens groot
worden."
Door hun omvang vormen de
Postbank-beleggingsfondsen
(nog) geen bedreiging voor de
concurrentie. Ze worden over
schaduwd door beleggingsfond-
Het 'zandkasteel': hoofdkantoor van de NMB-Postbank in Amsterdam.
sen van ABN-Amro (het Amro
All-in Fund beheert bijna twee
miljard gulden) of de Robeco
Groep, die sinds kort samen
werkt met de Rabobank. Maar
de snelheid en de overtuiging
waarmee de Postbank een
plaatsje op de markt verovert,
dwingt bij andere banken res
pect af.
Die overtuiging gaat een tik
keltje te ver, menen anderen,
doelend op de lage provisie die
de Postbank in rekening brengt
voor transacties in de eigen be
leggingsfondsen. De Postbank
rekent 0,4 procent transactie
kosten en is daardoor een tien
de procent goedkoper dan an
dere banken.
Dit minieme verschil (een or
der van duizend gulden via de
Postbank is een gulden goedko
per) heeft de andere banken
nog niet zover gebracht ook
hun tarieven te verlagen. Post-
bank's grootste concurrent,
ABN-Amro, noemt het wel „een
serieus teken uit de markt".
„Tien jaar lang hebben ande
re banken onze verzelfstandi
ging proberen tegen te houden,
rentie. Nu we een zelfstandige
bank ziin, kijken ze van ons op.
Ze dachten dat we geen erva
ring hadden met beleggen, om
dat de Postbank geen effecten
mocht verkopen toen ze nog
een staatsbank was. Maar des
tijds waren we al actief als insti
tutionele belegger. De achter
stand op de particuliere markt
halen we nu in één keer in. In
de toekomst willen we een to
taalpakket van vier fondsen
aanbieden. Maar de Postbank
zal nooit een baaierd van pro-
dukten worden. De Postbank
moet alles massaal kunnen
doen."
Tientallen dassen, waaronder
dieren van nog geen zes weken
oud, zijn de afgelopen weken in
de regio Nijmegen en in Noord-
Limburg ten prooi gevallen aan
stropers met honden. De das
sen, wettelijk beschermde die
ren, zijn door de met zendertjes
uitgeruste honden opgejaagd en
daarna afgemaakt. Bovendien
werden op verscheidene plaat
sen eeuwenoude dassenburch-
ten opengegraven en verwoest.
De Vereniging Das en Boom
uit Beek-Ubbergen ontdekte de
eerste sporen van stroperij en
vernieling vtm de burchten rond
de paasdagen. Voorzitter Jaap
Dirkmaat is onthutst en verhijs
terd.
De stropers zijn volgens hem
bewust op jacht gegaan naar de
dassen. „Ze gingen op pad met
scheppen en met zenders uitge
ruste nonden. Zelfs in Staatsna-
tuurreservaten en gebieden van
Natuurmonumenten.
Deze jachtpartijen zouden in
Engeland veelvuldig voorko
men. Dirkmaat: „Daar zijn dit
.soort moordpartijen heel ge
woon. Zo'n negenduizend das-
senbuchten worden er jaarlijks
voor de sport uitgegraven. Als
dit in Nederland dezelfde kant
opgaat, dan zijn we voor het
einde van de zomer door onze
dassen heen".
Nederland telt volgens Dirk
maat momenteel zon vijfhon
derd dassenburchten, elk goed
voor drie tot vier bewoners.
„Juist in deze tijd zijn de dieren
zeer kwetsbaar. De jongen zijn
nog maar een paar weken oud
en niet in staat te vluchten. Een
hond die de burcht binnen
dringt, verscheurt ze binnen
een paar tellen."
Volgens Dirkmaat zijn het
overigens niet alleen stropers,
de dassen. „Ooï wandelaars
met honden sturen hun dieren
regelmatig zo'n burcht binnen.
Zo maar, voor de lol. Onnozel
en niet of nauwelijks beseffend
wat hun dieren daarbinnen alle
maal aanrichten".
Volgens de Vereniging Das en
Boom is verscherpt toezicht op
dassenburchten en hun bewo
ners dringend noodzakelijk.
„Misschien moeten we zelfs wel
overgaan op elektronische be
veiliging van de buchten. Maar
de meest simpele oplossing is
natuurlijk dat mensen bij die
burchten uit de buurt blijven."
Medicijnfabrikanten hebben de
morele plicht een geneesmiddel
uit de handel te nemen als het
misbruik ervan grote vormen
aanneemt. Bij een slaapmiddel
als Rohypnol ligt die grens op
tussen vijf en tien procent. Dat
zei A. Schoenmakers van fabri
kant Hoffmann Laroche Neder
land, gisteren tijdens een bij
eenkomst over bedrijfsethiek.
Hoffmann Laroche is de fa
brikant van Rohypnol, een
slaapmiddel dat de afgelopen
jaren in opspraak kwam door
de bijwerkingen die optreden
als het wordt gecombineerd
met alcohol en drugs.
Junks gebruiken Rohypnol in
een 'cocktail' van pillen en tra
ditionele drugs, waardoor het
middel exact het tegenoverge
stelde effect heeft. In plaats van
slaperig wordt de gebruiker hy
peractief en vaak erg agressief.
Als de cocktail is uitgewerkt,
weten de meeste junks niet
meer wat ze hebben gedaan. Ze
noemen Rohypnol daarom ook
wel 'de vergeetpil'. Volgens
Schoenmakers gebruiken junks
Rohypnol echter niet op grote
schaal en heeft de overheid na
de eerste verhalen over mis
bruik terecht besloten het mid
del niet uit de markt te nemen.
„Geneesmiddelen moeten
worden beoordeeld op gebruik,
ACHTERGROND
DEN HAAC MARGREET VERMEULEN
'Huurverhoging leidt tot leegstand in vrije sector
De volkshuisvesting-specialist van de PvdA
is bang dat de duurdere huurwoningen
/ii h/rii mi demaikf pitteen. ..i n toegtfand
Is pas echt peperduur." Voor de doorsnee
huuder in ae vrije sector kan de trits forse
huurverhogingen het beslissende duwtje in
de rug zijn om de overstap te maken naar
een koophuis. De Pree: „Mensen met een
huur van pakweg 800 of 900 gulden gaan
met een huurverhoging van 22 procent in
vier jaar tijd natuurlijk nog eens rekenen.
Een koophuis valt dan mogelijk goedkoper
uit. Kopen vergroot de keuzemogelijkheden
op de woningmarkt en je doet aantoermo-
gensopbouw."
De Pree moet er niet aan denken dat zijn
vrees werkelijkheid wordt, want leegstand is
de grote vijand van de verhuurders. „Vooral
van de sociale verhuurders, want die kun
nen niet zomaar de huur verlagen om een
nieuwe categorie huurders te lokken." Voor
iedere huurverlaging moet het ministerie
van VROM toestemming geven
Het tweede heikele punt voor De Pree is dat
de allerlaagste inkomens zich geen sociale
nieuwbouwwoning meer kunnen veroorlo
ven. „De echte minima hebben meer dan
250 gulden huursubsidie per maand nodig
om zo'n woning te kunnen betrekken. Ge
meenten mogen echter geen woningen toe
wijzen waarvoor de huurder-in-spe meer
dan 250 gulden huursubsidie per maand
nodig hebben, uitzonderingen daargela
ten", aldus De Pree. Hij vindt het op zijn
zachtst gezegd wrang dat nieuwbouwwo
ningen in de sociale sector niet bereikbaar
zijn voor de laagste inkomensgroepen. „Die
woningen worden immers ook voor deze
mensen gebouwd."
Niettemin gaat De Pree volgende week ak
koord met de huurverhoging en de verho
ging van de belasting van huiseigenaren.
„Kijk. de huurverhoging is niet leuk. maar ik
kan hem verdedigen. Als er geen koppeling
tussén lonen en uitkeringen zou zijn, dan
Er is geen spandoek ontrold en het volk
heeft niet écht gemopperd toen het ka
binet besloot de jaarlijkse huurverhoging
op te trekken naar 5.5 procent. Ook van
de Tweede Kamer verwacht niemand
vuurwerk. Toch is het PvdA-Kameriid
Wilfried De Pree beducht voor tenminste
twee kwalijke effecten van de extra
huurverhogingen vanaf 1 juli.
waren de gevolgen van deze huurverhogin
gen desastreus geweest. De koppeling stelt
burgers in staat de huurverhogingen te dra
gen. Het klinkt misschien wat zot. We heb
ben natuurlijk niet de koppeling ingesteld
om daarna de huren te verhogen. Maar de
koopkracht kan het hebben, redeneren ook
de rekenmeesters van het Centraal Planbu
reau. Ik moet wel toegeven dat er na de las
tenverzwaringen van de koppeling niets
over blijft."
De Pree stelt een aantal voorwaarden aan
de serie huurverhogingen. „Als de rente
structureel daalt, moet het mogelijk zijn de
huurverhoging naar beneden bij te stellen.
We willen de huurverhogingen sowieso per
jaar vaststellen. Dat was zo en dat moet zo
olijven." Staatssecretaris Heerma is het
daarmee trouwens eens. jtai tweede steunt
De Pree de huurverhoging alleen zolang de
koppeling gehandhaafd blijft.
Maar de belangrijkste eis is dat De Pree
twee voorgenomen kortingen op de indivi
duele huursubsidie van de hand wijst.
Staat—w rataris I leerma hoeft reu paar 'sys
teemcorrecties' in de zin, waardoor bejaar
den en alleenstaanden die net boven het
minimum zitten, vanaf 1992 elk jaar iets
minder huursubsidie dntvangen. Daardoor
gaan ze er uiteindelijk na zes jaar 35 gulden
per maand op achteruit.
De Pree; ..ak te de huren verhoogt, g—n
automatisch de uitgaven voor huursubsidie
omhoog. Dat moet Heerma voor lief ne
men. Dat hoort er bij. In de volkshuisves
ting heb je bouwsubsidies en huursubsi
dies. Heerma wil een verschuiving teweeg
brengen van bouwsubsidies naar huursub
sidies. Dat vinden wij terecht, want de sub
sidies op de bouw komen voor 40 procent
terecht bij inkomensgroepen die ze eigen-
lilt mei nódig hebben. Huursuhsi.lir is per
soonsgebonden en komt voor 100 procent
ten goede aan de lagere inkomens. Maar
een verschuiving betekent dat er aan de ene
kant iets af gaat en er aan de andere kant
iets bij komt. Dat was ook altijd het uit
gangspunt van Heerma."
Het voordeel van huursubsidies vindt De
Pree dat ze zichtbaar zijn. „Mensen die elke
maand 650 gulden huur betalen vinden dat
veel geld. Ze hebben er geen flauw benul
van dat diezelfde woning 1100 of 1200 gul
den zou kosten als de woning zonder
bouwsubsidie zou zijn gebouwd." Het na
deel van de huursubsidie is dat het een
makkelijke prooi is voor bezuinigingen. De
Pree: „Dat maakt mensen onzeker. Om die
reden zijn er nog altijd veel mensen die
geen huursubsidie aanvragen, ook al heb
ben ze er recht op."
Onlangs beet De Pree in het stof toen
staatssecretaris Heerma weigerde om de
subsidies op dc 'verhoogde toiletpot'
zoals Van Kooten en De Bie de kleine wo
ningaanpassingen tot 2000 gulden voor ge
handicapten oneerbiedig noemden
voorlopig te handhaven. De Pree: „Ik ben
niet geneigd om erg lacherig over deze
voorziening te doen. Je zult maar handgre
pen en zo'n aangepaste WC nodig hebben
en het niet kunnen betalen." De Pree ont
kent ten stelligste dat het zijn fractie niet
slecht uit kwam om met het geruzie over de
woningaanpassingen voor gehandicapten
de aandacht af te leiden van de huurverho
gingen. „(ietverdikkeme. Dat is geen mo
ment in me opgekomen."
Neusspray als
wapen tegen
het bedplassen
Bedplassen kan worden tegen
gegaan met een neusspray die
de stof desmopressine bevat.
Dat is vandaag meegedeeld op
een internationaal congres van
urologen in Zeist. Het middel,
dat door een Zweedse fabrikant
op de markt wordt gebracht, is
geschikt voor kinderen vanaf
zes jaar en voor volwassenen.
De voorzitter van het sympo
sium, de Maastrichtse hoogle
raar urologie Janknegt, zei dat
15 tot 20 procent van de kinde
ren van vijf jaar en 1 tot 2 pro
cent van de vijftienjarigen nog
niet 'droog' is. Nederland teit
naar schatting 100.000 bedplas
sende kinderen, terwijl onge
veer 10.000 volwassenen met dit
probleem kampen.
Scandinavisch onderzoek
heeft uitgewezen dat een tekort
aan het hormoon ADH een oor
zaak is van bedplassen (enure
sis noetuma). Dit hormoon be
perkt de urineproduktie door de
nieren. Normaal gesproken
hebben oudere kinderen en vol
wassenen 's nachts meer ADH
in hun lichaam dan overdag.
Volgens Janknegt lijkt des
mopressine zeer sterk op ADH,
waardoor de nachtelijke urine
produktie wordt genormali
seerd. Hij zei dat er in meer dan
80 procent van de gevallen van
bedplassen succes mee wordt
geboekt. Zelf heeft hij er patiën
ten van acht tot zestien jaar
mee behandeld, bij wie met on
voldoende resultaat al andere
therapieën waren toegepast.
KOKANJE
Bestaat er zoiets als
een Nederlands
volkskarakter, vraagt
Herman Pleij zich af in „Het
Nederlandse onbehagen",
waarin hij zich op kritische wij
ze over het culturele klimaat in
ons land buigt. Hij geeft dan
meteen zelf het antwoord: het
begrip Is niet alleen onhanteer
baar, maar bovendien zo be
smet geraakt door een „onguur
nationalisme" dat „elke hoop
op rehabilitatie voor lange tijd
uitgesloten is".
Het is natuurlijk waar dat
volkskarakter een vaag en nau
welijks te omschrijven begfip is,
maar dat wil nog niet zeggen
dat het niets aanduidt. Er zijn
nu eenmaal markante verschil
len tussen de volkeren en daar
is men zich ook al eeuwenlang
van bewust. Wat het tweede
punt betreft, heeft Pley zeker
gelijk: de ideologen binnen de
NSB hielden zich maar al te
graag met zaken als volksaard
en volksziel bezig. Vele volks-
kundigen en heemkundigen
voelden zich in de iaren dertig
aangesproken door net gedach-
tengoed van het nationaal-soci-
alisme. Zij dweepten met het
Germaanse verleden en de Ger
maanse geest.
In het in oorlogstijd versche
nen handboek „Volk van Ne
derland" wordt die dweepzucht
op onverhulde wijze getoond.
Het boek stond onder redactie
van Jan de Vries, die ooit de IJs
landse Edda vertaalde, en die
zich later zou ontwikkelen tot
een pleitbezorger van de pan-
Germaanse zaak. In de oorlog
was hij een van de topmensen
in de Kultuurkamer.
Wat bij lezing van het hand
boek meteen opvalt, is de grote
afkeer die erin voor de moderne
tijd in het algemeen en voor de
stad in het bijzonder wordt geë
taleerd. Onder „volk" worden
de bewoners van het platteland
verstaan, en niet de „heel en
half beschaafden" die in de ste
den een eigen geestelijk leven
leiden. Ten plattelande leefde
men nog dichtbij de natuur en
de oude tradities. De bovenklas
se in de stad wordt in het boek
ook wel als „geldadel" aange
duid, dit in tegenstelling tot de
„bloedadel" van boeren en vis
sers. Voor de volkskundige I.
Waterink is de stad zelfs een
broedplaats van cultuurziekten,
waar de psychopaten en hyste
rici elkaar onder de voet dreigen
te lopen. Daar wordt de geest
verduisterd door „seniele afta
keling". terwijl uit de eenvoudi
ge kringen van het veerkrachti
ge platteland steeds weer grote
leidersfiguren naar voren tre
den.
Voor Jan de Vries had de mo
derne tijd niets anders dan ver
val en onluistering te bieden.
„Om de volkskuituur vast te leg
gen". schreef hij, „moeten wij
ons haasten, want nu de radio
tot in de kleinste dorpen zijn
schallende stem doet hooren,
nu de modeme verkeersmidde
len stad en platteland dichter
dan ooit tot elkaar hebben ge
bracht, nu dancing en jazz,
bioskoop en krant tot in de ver
ste uithoek hun prooi weten te
achterhalen, gaat die oude
volksbeschaving sneller verlo
ren dan het in vroegere eeuwen
ooit geschied is."
Van de oude volkskunst is al
bijna niets meer over, verzucht
Gerda Schaap in haar bijdrage
over het zonnerad-motief op
boerenkarren en koekplanken.
„Wij kunnen slechts wen-
schen", schrijft zij, „dat heel de
modeme techniek dusdanig
door een wijze en volksverbon
den overheid wordt beheerd dat
die zoveel moogelijk bijdraagt
tot het ontstaan van een organi
sche en harmonische volksge
meenschap naar Germaan-
schen aard".
Zij spuwt haar gal over de
ontaarding van deze kunst, over
koffiekannen in de vorm van
een aap en tabakspotten in de
gedaante van Napoleons hoofd.
Maar ook daar, waar het „Ger-
maansche bloed van oudsher
dun is geweest", kon de volks
kunst niet wortel schieten - daar
ziet men houtsnijwerk dat een
„overspannen en ongezonde
verbeelding" verraadt, sterk lij-
kend op de „religieuze en eroti
sche kleinplastiek van gevange
nen en krankzinnigen". Hier
hebben we, volgens Gerda
Schaap, te maken met het ge
knutsel van asocialen uit de
dorpse samenleving.
Het hoofdstuk over het Ne
derlandse volkskarakter, waar
mee de bundel begint, is overi
gens helemaal niet op gezwol
len toon geschreven. Waterink
is van mening dat „degelijk
heid" de opvallendste karakter
trek van de Nederlander is. Hij
heeft het over diens nuchter
heid, de vormende invloed van
de strijd tegen het water, bur
gerlijkheid en andere bekende
zaken. Maar hij zegt tevens, en
dat moet ook voor Herman Pleij
een verrassing zijn, dat het „jui
chen op commando, het jube
len op bevel van een of anderen
leider, den Nederlander niet j
ligt". Een uitspraak die - binnen
het kader van dit boek - een
haast ketterse allure heeft.
GERRfT JAN ZWIER MEDEWERKER