Overspelige vrouwen gestenigd met handgrote bakstenen en keien
Een boomlange kleuterjuf en een lofzang op het kleine
De ziekte die 'liefde' heet
De lokstem
van 't bloed
'Zelfmoordboek'
voor de kinderen
ANDRÉ SOLLIE
Hoe Eddy van
het dak
af waaide
samenstelling Cees van Hoore
Freidoune Sahebjams felle kritiek op Iraanse strafrecht
Ghorban-Ali heeft een vlieger ge
maakt. De kinderen van het dorp
verzamelen zich op een weiland om
hem op te laten. Wanneer het So-
rayas beurt is om ermee over het
veld te rennen, struikelt ze en laat ze
de vlieger los. De kinderen zijn vre
selijk boos op Soraya. '"Je zult een
nieuwe vlieger voor ons moeten ma
ken...zolang die niet af is, mag je
niet met ons spelen.' Zo had Ghor
ban-Ali beslist onder bijval van de
andere kinderen die zand en kiezel
steentjes naar Soraya gooiden. Ze
begroef haar gezicht in haar rokken
en wachtte".
Deze gebeurtenis in het leven van
de kleine Soraya werpt zijn scha
duw vooruit. In het boek De geste
nigde vrouw van de Iraanse schrij
ver Freidoune Sahebjam, dat on
langs in vertaling verscheen bij uit
geverij Arena, sterft Soraya door
steniging.
Freidoune Sahebjam woont sinds
1979 in Parijs, toen hij "als vriend
van de sjah" door ayatollah Kho-
meiny ter dood werd veroordeeld.
Hij schreef voor Le Monde en Le
Figaro en is nu journalist voor
L'Express en Paris Match. In 1987
trok hij voor de zevende keer in cog-
nito bij Pakistan de Iraanse grens
over. In een afgelegen grensdorpje
sprak hij een oude vrouw, die hem
vertelde dat een week daarvoor een
vrouw gestenigd was, omdat ze haar
man ontrouw zou zijn geweest.
Overspel
Sinds het begin van de Iraanse revo
lutie in 1978 zijn er naar schatting
duizend vrouwen gestenigd. Met
name vrouwen die beschuldigd
worden van overspel zijn slachtof
fer. Steniging is in Iran een wettelij
ke strafvorm. Er zijn zelfs officiële
aanwijzingen over de formaten van
de stenen die voor dit doel gebruikt
mogen worden, vanerend van
handgrote keien tot bakstenen. De
beschuldigde vrouw wordt tot haar
schouders ingegraven en de ouders
van de ter dood veroordeelde wer
pen de eerste steen. Pas als de ou
ders raak gegooid hebben, werpen
de kinderen hun steen en daarna de
andere betrokkenen, tot de execu
tie is volbracht.
De oude vrouw in het grensdorp
verzocht Sahebjam het verhaal op
te tekenen. Hij schreef De geste
nigde vrouw, "een onbarmhartige
aanklacht tegen de fundamentalis
tische wetten in Iran", aldus de
woorden op de achterflap. Maar
meer dan dat is het boek een aan
klacht tegen de Iraanse maatschap
pij, zoals die is verworden onder het
gezag van fanatieke moslims.
In de roman wordt het verhaal
verteld van Soraya Morteza, die op
dertienjarige leeftijd wordt uitgehu
welijkt aan Ghorban-Ali. Het huwe
lijk is voor beiden verre van bevre
digend. Na een paar jaar wordt
GPD>
Ghorban-Ali dan ook verliefd op die zelf bepaald geen onbeschreven nu de beschuldigingen lijdzaam,
een ander meisje. Hij wil met haar blad is, zet hij een val voor Soraya. Zelfs Zahra, de oudste en meest in-
trouwen, maar hij kan zich geen De vrouw wordt valselijk beschul- vloedrijke vrouw van het dorp, kan
twee vrouwen permitteren. Zijn digd van overspel. niets doen tegen de hetze die tegen
zwijgzame, vroeg oud geworden Soraya voert niets aan om zichzelf Soraya is opgezet. Het vonnis van
echtgenote zit hem danig in de weg. te verdedigen. Zoals de regen van de dorpsraad luidt: dood door steni-
Samen met de burgemeester en de kiezelsteentjes die in haar jeugd op ging.
mollah, de geestelijke van het dorp haar werd losgelaten, ondergaat ze De schrijver maakt ons schrij
nend duidelijk hoe absurd de steni
ging is. We zien de steniging door de
ogen van het theatergezelschap, dat(
juist in het tforp is gearriveerd. De
acteurs nemen geen deel aan de
haatgevoelens van de dorpelingen
en kijken verbijsterd toe bij het ge
beuren. Een paar uur na de executie
evenwel zetten zij hun spullen klaar
op de plaats waar Soraya gestorven
is. En weer stromen de dorpelingen
samen op het dorpsplein, nogmaals
aangetrokken tot volksvermaak.
Ontvoerd
De roman van Sahebjam speelt zich
grotendeels af ten tijde van de revo
lutie in Iran, in '78-'79. Ayatollah
Khomeiny is teruggekeerd uit bal
lingschap en de sjah is uit het land
gevlucht. Met de instelling van de
islamitische republiek, op 31 maart
1979, ligt de macht bij de geestelijke
leiders. Vrouwen hebben vanaf die
tijd niets meer te vertellen. Dit
blijkt in het boek niet eens zozeer
uit de steniging van Soraya, maar
uit de tanende macht van Zahra. Zij
heeft altijd een belangrijke rol ge
speeld in de 'gemeentepolitiek'
door haar gezag over burgemeester
Ebrahim, Maar vanaf de dag dat de
mollah in het dorp arriveert, verzet
Ebrahim zich tegen de overmacht
van de oude vrouw. Zahra kan niets
doen tegen het complot van de drie
Net als de andere vrouwen
het dorp is zij sinds de islami
tische republiek onderworpen aan
de wet, die de mannen stelden.
Freidoune Sahebjam is na het
verschijnen van dit boek vorig jaar
wel 'de andere Rushdie" genoemd.
Ongetwijfeld zijn er parallellen tus
sen de beide schrijvers. Khomeiny
veroordeelde Sahebjam ter dood
mede om zijn politieke boeken over
Iran, de islam en de toekomst van
het Midden- Oosten. In 1979 werd
Sahebjam in Parijs op klaarlichte
dag ontvoerd door Khomeiny-ge-
zinde studenten. Zij sloegen de
schrijver in elkaar en veroordeel
den hem in een tribunaal opnieuw.
Hoewel de politieke achtergron
den van Rushdie en Sahebjam over
eenkomen. verschillen hun romans
wezenlijk van elkaar. De gestenig
de vrouw van Sahebjam is een veel
directere aanklacht tegen het fun
damentalisme. een directer verslag
van de gevolgen van fanatieke gods-
dienstbeoefening voor de samenle
ving dan het sprookjesachtige werk
van Rushdie. De roman laat zich le
zen als een politieke reportage. Alle
gegevens zijn verzameld, alle be
trokkenen zijn geïnterviewd en de
schrijver heeft alles samengevoegd
tot een verhaal, dat als een regen
van kiezelsteentjes naar de beschul
digde wordt gegooid.
ASTRID VAN DEN BERG
'stenigde
'Oesters', prachtige roman Rascha Peper
Lenze Bouwers heeft zich in zijn
bundel 'Het schuim bedekt de mes
sen' het sonnet laten aanmeten. Dat
eigenlijk onzinnige bouwwerkje,
dan weer verworpen als 'corset',
dan weer geprezen als 'klein heelal',
wordt bij Bouwers, die al eerder op
viel door zijn vormvastheid in enke
le bundels rondelen, een voortreffe
lijk werkend machientje. Hij bouwt
ze zo ingenieus datje ze nauwelijks
als sonnetten leest.
Hij is de uitvinder of op z'n minst
de vervolmaker van het chaotische
sonnet. Verdacht regelmatige pas
sages worden onderbroken door
bijna onmogelijk over de versregels
heen lopende zinnen, afbrekingen
en losse woorden die met de uit de
maat lopende accenten de kans op
struikeling verhogen. Het zijn
bouwpakketten van sonnetten, met
alle onderdelen en het complete be
vestigingsmateriaal, maar zonder
enig ander montagevoorschrift dan:
bevestig dus lees maar.
Dat lezen, met hoeveel inzet en
vernuft dat ook moet, gaat al snel
geheel van harte. Het begint vaak al
bij de titels. Achterbergiaanse slag
woorden als 'strategie', 'erfrecht',
met actuele varianten als 'incest',
'uithuisplaatsing', 'zorgbreedte'.
Ook traditoneel: het gedicht gaat
dan over het iri de titel genoemde,
behandelt het. Incest wordt tot in
z'n afgrond verkend, in 'dyslexie' is
de dichter niet de maker, maar de
kenner, de weter:
Het zit in de familie. Vraag niet:
spel
je doopnamen, lees heel snel larie
koek.
Iets in m'n hersenen meldt wazig
fel:
hoe onderscheid ik zuiver volk
van vloek?
Zo worden begrippen uit de zach
te sector hard gemaakt, onbestem
de zaken aan het licht gebracht en
opgemeten. Alles binnen het nauw
keurig afgepaald sonnet, maar vol
spanning door het temperament dat
het gedicht voortdrijft - woede, lief
de, ongeduld, sarcasme. Steeds
weet Bouwers de chaos van voor
oordelen en onbestemde begrippen
te kluisteren in een slotzin die af
doende is en toch nergens een dood
doener. Het is altijd de moeite van
het ontcijferen waard, door zijn in
tegere waakzaamheid tegen scheur
kalender-wijsheden.
Bouwers' sonnetten - denk niet
dat ze koeltjes zijn, de pen krast
soms van woede:
Natuurlijk ben ik zo dichter ge
worden
die agressief zoekt naar verwante
woorden.
die intuïtief kiest de stem van
bloed
en blozen, want geen klankkleur
van wie hoort te
zingen verbleekt als een vale ver
dorde.
Spel langzaam: liefde is voor le
zen goed.
WIM VEGT
De AKO-literatuurprijs? Zo langza
merhand verdient een boek aanbe
veling als het niet door de jaarlijks
wisselende MAVO-jury voor die
proletenprijs wordt genomineerd.
Dan maar niet bij Van Dis, die wel
licht dit jaar aan zichzelf genoeg
heeft. Vorig jaar achtte ik de bundel
'De waterdame' van Rascha Peper
wel een officiële erkenning waar
dig, maar die aanbeveling zette
geen zoden aan de dijk. Gelukkig
maar, misschien. Waar talent tiert
wellicht het weligst in stilte en scha
duw.
Dat Rascha Peper een van onze
aanzienlijker literaire talenten is,
staat wel vast - zeker na de verschij
ning van haar tweede boek, de ro
man 'Oesters', een voorbeeldig
werkje over de verloren liefde tus
sen een meisje van twintig en een
man van zestig. Het gegeven lijkt
triviaal, maar al in een van de verha
len waarmee de schrijfster in 'Een
waterdame' voor de dag kwam,
wordt dit thema als terloops in een
giftig en tegelijk triest verhaaltje ge
ïntroduceerd. In 'Ridders', het
tweede verhaal van die bundel',
gaat de naamloze, vrouwelijke
hoofdpersoon weerzinwekkend
naar bed met een karikaturaal-stui-
tende oudere man in een hopeloze
poging een meisjesliefde voor een
man van middelbare leeftijd, inmid
dels overleden, te vergeten.
In ingetogener proza wordt zo'n
smartelijke, gedoemde liefde in
'Oesters' uitvoerig en messcherp
beschreven, zonder dat machteloos
heimwee en een beheerst maar in
tens verlangen verloren gaan. Als
de twintigjarige literatuurstudente
Olga aan het eind van een vakantie
in Frankrijk mee terug rijdt met
Frank Winter, een kunstschilder
van bijna zestig, kan ze de verliefd
heid die erop volgt zelfs nauwelijks
geloven. "Wat bezielde haar? Een
man van zestig! Haar eigen vader
was nota bene negenenveertig! Zo
iets kón helemaal niet, dat kwam
niet voor, daar hoorde je nooit van".
Maar het gebeurt wel, en de liefde
tussen Frank en Olga wordt een in-
en aangrijpende verhouding, die
stand houdt ondanks de woonaf-
stand, ondanks de bezwaren van 01-
ga's moeder. Zelfs ondanks haar
verliefdheid op en uiteindelijke
keuze voor de veel jongere Harold.
Als de laatste carrière maakt en naar
het buitenland vertrekt, gaat Olga
mee. Haar verhouding met Frank
staat dan al op een laag pitje, en en
kel bij toeval ontdekt ze zijn overlij
densadvertentie in de krant.
De eenvoud en overzichtelijkheid
van deze liefdesgeschiedenis krijgt
complexiteit en diepgang door de li
teraire structuur die de schrijfster
heeft aangebracht. Olga lijdt op la
tere leeftijd, gehuwd met Harold en
gewend aan een diplomatenstijl van
leven, aan ernstige depressies. In
Wenen, de stad van Freud, bezoekt
ze een psychiater. Op het bureau
van Herr Doktor Kroch staat een
klein diereschedeltje. "Een spits
kopje, spierwit uitgeloogd, met ga
ve, scherpe tandjes; op sommige
plaatsen is het bijna doorzichtig".
De aanblik van dit schedeltje ontke
tent, in afwisselende terugblikken,
een reeks van herinneringen aan
haar periode met Frank, die haar la
ter een stilleven zal nalaten. Daarop
staat afgebeeld een 'vanitas', een
opgezet aapje met schedel, symbool
van vergankelijkheid.
Olga's latere depressie blijkt ten
slotte een diepere grond te hebben
dan de nasleep van een lichamelijke
ziekte, waarvan ze herstellende is.
De ontlading en daarmee de be
wustwording van haar schuldge
voelens omdat ze Frank in de steek
Rascha Peper: overspringende vonk
heeft gelaten, volgen als ze uiteinde- schoolse af, maar zo waardig en in-
lijk het bewuste schilderij tevoor- nig verteld dat die zeldzame vonk
schijn haalt. op de lezer overspringt. De vonk
Een prachtige roman. Gestileerd van talent,
en voorbeeldig ingericht, voorzien Zo'n volkomen boekje, daar kan
van sluitende thema's en motieven, geen literatuurprijs tegenop,
afwisseling van tijd en plaats, be- ROB VOOREN
hoedzame uitdieping van de be
langrijkste personages - op het Rascha Peper, Oesters. Uitg. Veen.
Kinderen kunnen ook te véél als
volwassenen worden benaderd. Dat
is 'Mij vertellen ze nooit iets' het ge
val. Het boek gaat over Charlotte,
haar vriendin Loeloe en vooral over
de moeder van Charlotte. Na een
verhuizing naar het platteland raakt
de moeder van Charlotte langzaam
maar zeker in een depressie. Het
huishouden wordt verwaarloosd,
voor Charlotte is steeds minder tijd
en de vader van Charlotte maakt
steeds meer omtrekkende bewegin
gen. Het gaat met de dag slechter.
Dan probeert de moeder van
Charlotte zelfmoord te plegen. Op
school wordt tegen Charlotte ge
zegd dat haar moeder gek is en ze
gelooft dat. Uiteindelijk legt de
moeder van hartsvriedin Loeloe uit
dat iedereen wel eens droevig is. 'En
als er niemand is met wie je er over
kan praten kan zoiets heel erg wor
den'.
Opzadelen
Al met al ongetwijfeld een zeer ver
antwoord boek dat echter zijn doel
voorbijschiet. Kinderen die in de
zelfde situatie zitten zullen er alleen
maar droeviger van worden en om
andere kindertjes duidelijk te ma
ken dat het leven niet altijd roze-
geur en maneschijn is, zijn wel bete
re manieren. Lezen hoort voor kin
deren vooral leuk te zijn. Dit boek
maakt zelfs volwassenen droef door
de uitzichtloosheid die eruit
spreekt. Daar moet je, althans naar
mijn idee, kinderen niet mee opza
delen. Depressies, droefheid en an
dere problemen des levens kunnen
beter met kinderen worden bespro
ken. In boekvorm voorschotelen
lijkt niet de beste manier.
MONICA WESSEZJNG
Kirston Bolc, Mij vertellen ze nooit
iets. Vertaald door Els van Deldcn, te
keningen Gertie Jaquct.
Er is van alles mis met 'Dat wil ik
niet!' van Renate Hanewald en Ur
sula Kirchberg. Kleuter Chris is
boos op zijn oppas mevrouw Knol,
omdat hij vindt dat zijn moeder
meer tijd en aandacht voor hem
moet hebben.
Dat is in een notedop de inhoud
van het verhaal. Op zich geen gek
gegeven om een prentenboek over
te maken zou je zeggen. Hanewald
en Kirchberg bakken er niks van.
De eerste zin luidt: "Chris liep ver
drietig achter mevrouw Knol aan".
"Ach, gut", denk je dan, "zijn ham
ster is zeker zojuist doodgegaan,
zijn moeder is ernstig ziek, of vader
is na tien jaar trouwe dienst bij een
lampenfabriek ontslagen. Zielig
voor zo'n klein manneke".
Chrisje is echter helemaal niet
verdrietig. Hij is hartstikke boos.
"Hij was heel boos - net als iedere
ochtend!" staat even verderop. De
oorzaak van zijn boosheid heeft
kleine Chris scherp in
"Waarom heeft mamma geen tijd?
Waarom vindt ze mij niet lief? Ze
maakt zich altijd zorgen om haar pa
tiënten maar nooit om mij." Toch
een reden voor verdriet? Vader
door het ontslag aan de drugs ge
raakt en moeder moet nu zelf de
kost verdienen?
Allemaal niets van aan. Chris
blijkt aan het eind van het boek een
heuse vader te hebben. Waarom is
Chris dan niet boos op zijn vader?
Waarom zorgt pa niet beter voor zijn
zoon? Kan hij hem niet naar school
brengen?
Die vragen worden niet beant
woord in dit prentenboek waar de
illustraties soms uitgesproken hou
terig en slecht van verhouding zijn.
Mevrouw Knol komt met haar
kruin tot een boomkruin en de kleu
terjuf is net zo groot als een flinke
kleuter op de achtergrond van de te
kening. De uitwerking van het ver
haal haalt ook niks op. Chris blijft
klein gebleven probleemvol-
Illustratie uit 'Pappa, opstaan.
Een heel stuk beter is het van een
summiere hoeveelheid tekst voor
ziene 'Naar de dierentuin' van Jan
Ormerod. Via een rondgang langs
een aantal typische dierentuindie-
ren komen de vader met zijn twee
kinderen uiteindelijk uit bij twee
mussen die een nestje aan het bou
wen zijn. Dat vinden ze eigenlijk het
leukste van alles wat ze gezien had
den. Een verrassend slot dat zo'n op
het eerste gezicht doorsnee dieren-
tuinboek van een goede tekenaar
verheft boven de middelmaat. Die
kleine, doodordinaire mussen die
daar in volle vrijheid temidden van
de gekooide en opgesloten dieren
bezig zijn met het bouwen van hun
nest: dat blijkt het meest te boeien.
Een kleine lofzang op het kleine, het
gewone, dat in de vrije natuur geob
serveerd voor veel genoegen kan
zorgen. De oplettende kijker zal
door het hele prentenboek heen op
elke pagina de mussen aantreffen,
druk bezig met verzamelen van ma
teriaal voor hun nest.
Jan Ormerod staat meestal garan
voor fraai tekenwerk. Dat bewijs
hij ook in dit boek. Sfeervolle teke
ningen die gevarieerd over de pagi
na's verdeeld worden, zorgen
goed gebruik van kaders en uitver
grotingen voor veel kijkgenot. He
is maar goed dat de tekst onderge
schikt is aan de illustraties,
zelfs in die kleine hoeveelheid is he
gerommel met de werkwoordstij'
den gigantisch.
Dat goed tekenen met goed
schrijven kan samengaan bewijst
Erhard Dietl in 'Pappa, opstaan!'
Een heerlijk prentenboek over een
zeer slaperige vader die dochter
Pauline op alle mogelijke manieren
uit zijn bed probeert te krijgen. Aan
alle voorwaarden die hij stelt, vol
doet zij op haar eigen wijze. Van het
mooie muziekje dat pappa graag
eerst wil horen, schrikken zelfs de
personen op de foto aan de muur.
Pantoffels, ontbijt, uit bed gerold
worden: niets kan hem tot opstaan
vermurwen. Maar Pauline is slim.
Ze weet exact dat stilte een verras
sende uitwerking op het gedrag van
haar vader heeft: "Wat gebeurt er
nou? denkt pappa." Hij gaat op zoek
naar dochterlief. De opzet van Pau
line is geslaagd: pappa is opgestaan.
Maar niet voor lang. Het voorstel
van pappa om "nog even lekker sa
men in bed te kruipen", wordt gre
tig aanvaard.
Zo'n verhaal vol vaart verteld en
ten.
CASPER MARKESTEIJN
Jan Ormerod: Naar de dierentuin,
uitg. Dc Vrios-Brouwers
Erhard Dictl: Pappa, opstaan!, uitg.
De Vrics-Brouwcrs
AMANDELEN
M'n zusje d'r amandelen,
die duren me te lang.
Ik moet nog tien keer wandelen
met mama, op de gang.
Dan heeft ze d'r amandelen;
of is ze ze dan kwijt?
Ik weet het niet; we wandelen.
En langzaam gaat de tijd.
Dat heb je met amandelen:
het duurt een hele poos.
Maar is 't zover (amandelen!),
dan krijg je veel cadeaus.
Ik wil dus ook amandelen;
dat wil ik, o, zo graag.
Amandelen, amandelen.
Al gaat het nog zo traag.
Uit: André Sollie, 'Zeg maar niks', zuurzoete gedichten voo
publiek. Uitg. Houtekiet. ISBN9052401209.
een jong
Egidius, waar bestu bleven
Mi lanct na di, gheselle mijn:
Du coors die doot, du liets mi
tle-
getekend, met een heel aannemelij
ke kinderlijke slimmigheid en een
onverwacht slot, is een pure aan
winst. Legio kinderen die van zo'n
boek talloze keren kunnen genie-
Zo begint de klaagzang van een
14de-eeuws anonymus, een lied dat
je zes eeuwen nadien nog steeds
niet onberoerd laat.
Tegenwoordig doet men dat niet
meer; amoureuze ellende wordt zo
niet anders beleefd, dan toch anders
verwoord. Vergelijk het boven
staande maar eens met het begin
van 'Het goede voorbeeld', van de
wél aan de anonimiteit ontstegen
Elizabeth Termeer: "Toen Eddy
Rutten een week voor Kerstmis
1953 van het dak van zijn moeders
huis waaide en men zijn vrouw
Roos voorzichtig van de dodelijke
afloop op de hoogte bracht, kreeg zij
een aanval van woede die vele jaren
aanhield".
Andere tijden, andere zeden. On
ze anonymus zou zich in stupeur
hebben afgewend maar wij lezen
door want wij willen graag weten
waarom die Roos nou zo vreselijk
kwaad werd en bovendien zijn we
geïnteresseerd in het karakter van
dat vrouwmens: wie wordt er door
zo'n treurig voorval nu razend, en
niet radeloos?
Het luchtige toontje stoot ons ook
niet af, integendeel, het wijst op
licht verteerbaar amusement, een
beetje TROS. een beetje AVRO en
zo kan je je collega's weer eens ver
tellen dat je onlangs nog een "best
geinig" boek hebt gelezen, dat net
een aflevering leek van een televi
siefeuilleton. Zodat je gelukkig wei
nig gemist hebt. Het wel en wee van
Roos is, zoals het een familiepro
gramma betaamt, in weinig woor
den naverteld: de eigenzinnige
moeder blijft achter met drie kinde
ren en een stevig ingenestelde foe
tus. Geldzorgen zijn er niet en de
vier kinderen, die in eigenzinnig
heid voor hun moeder niet onder
doen. gaan hun al even eigenzinnige
gang; ze wonen samen met soms ou
dere mannen en krijgen onwettige
kinderen, kortom ze leven hun ei
gen leven en geen hunner stoort
zich aan wat anderen er wel niet van
zouden kunnen denken.
Het blijft allemaal gezellig. Verge
leken bij dit boek is bijvoorbeeld
'Zeg 'ns A' een tijdbom onder alle
gevestigde waarden en normen.
'Het goede voorbeeld' kan dan ook
zo op de televisie: 't taalgebruik is
helder, de opbouw evenwichtig, de
dialogen zijn vlot, de gebeurtenis
sen worden met vaart en verve afge
wikkeld, je hoeft er niet voor op het
puntje van je stoel te gaan zitten en
je wordt er geen streep wijzer van.
Kortom: gefundenes Fressen voor
kijkcijferfetisjisten.
Het zal er wel niet van komen,
maar voor de liefhebbers is er dus
het boek. Het mag dan wel geen
'gheselscap goet ende fijn' wezen.
volgens de oude anonymus, verve
len doet het niet.
PEER VAN T ZELFDE
Elisabeth Termeer. Het roe do voor-