Overspelige vrouwen gestenigd met handgrote bakstenen en keien Een boomlange kleuterjuf en een lofzang op het kleine De ziekte die 'liefde' heet De lokstem van 't bloed 'Zelfmoordboek' voor de kinderen ANDRÉ SOLLIE Hoe Eddy van het dak af waaide samenstelling Cees van Hoore Freidoune Sahebjams felle kritiek op Iraanse strafrecht Ghorban-Ali heeft een vlieger ge maakt. De kinderen van het dorp verzamelen zich op een weiland om hem op te laten. Wanneer het So- rayas beurt is om ermee over het veld te rennen, struikelt ze en laat ze de vlieger los. De kinderen zijn vre selijk boos op Soraya. '"Je zult een nieuwe vlieger voor ons moeten ma ken...zolang die niet af is, mag je niet met ons spelen.' Zo had Ghor ban-Ali beslist onder bijval van de andere kinderen die zand en kiezel steentjes naar Soraya gooiden. Ze begroef haar gezicht in haar rokken en wachtte". Deze gebeurtenis in het leven van de kleine Soraya werpt zijn scha duw vooruit. In het boek De geste nigde vrouw van de Iraanse schrij ver Freidoune Sahebjam, dat on langs in vertaling verscheen bij uit geverij Arena, sterft Soraya door steniging. Freidoune Sahebjam woont sinds 1979 in Parijs, toen hij "als vriend van de sjah" door ayatollah Kho- meiny ter dood werd veroordeeld. Hij schreef voor Le Monde en Le Figaro en is nu journalist voor L'Express en Paris Match. In 1987 trok hij voor de zevende keer in cog- nito bij Pakistan de Iraanse grens over. In een afgelegen grensdorpje sprak hij een oude vrouw, die hem vertelde dat een week daarvoor een vrouw gestenigd was, omdat ze haar man ontrouw zou zijn geweest. Overspel Sinds het begin van de Iraanse revo lutie in 1978 zijn er naar schatting duizend vrouwen gestenigd. Met name vrouwen die beschuldigd worden van overspel zijn slachtof fer. Steniging is in Iran een wettelij ke strafvorm. Er zijn zelfs officiële aanwijzingen over de formaten van de stenen die voor dit doel gebruikt mogen worden, vanerend van handgrote keien tot bakstenen. De beschuldigde vrouw wordt tot haar schouders ingegraven en de ouders van de ter dood veroordeelde wer pen de eerste steen. Pas als de ou ders raak gegooid hebben, werpen de kinderen hun steen en daarna de andere betrokkenen, tot de execu tie is volbracht. De oude vrouw in het grensdorp verzocht Sahebjam het verhaal op te tekenen. Hij schreef De geste nigde vrouw, "een onbarmhartige aanklacht tegen de fundamentalis tische wetten in Iran", aldus de woorden op de achterflap. Maar meer dan dat is het boek een aan klacht tegen de Iraanse maatschap pij, zoals die is verworden onder het gezag van fanatieke moslims. In de roman wordt het verhaal verteld van Soraya Morteza, die op dertienjarige leeftijd wordt uitgehu welijkt aan Ghorban-Ali. Het huwe lijk is voor beiden verre van bevre digend. Na een paar jaar wordt GPD> Ghorban-Ali dan ook verliefd op die zelf bepaald geen onbeschreven nu de beschuldigingen lijdzaam, een ander meisje. Hij wil met haar blad is, zet hij een val voor Soraya. Zelfs Zahra, de oudste en meest in- trouwen, maar hij kan zich geen De vrouw wordt valselijk beschul- vloedrijke vrouw van het dorp, kan twee vrouwen permitteren. Zijn digd van overspel. niets doen tegen de hetze die tegen zwijgzame, vroeg oud geworden Soraya voert niets aan om zichzelf Soraya is opgezet. Het vonnis van echtgenote zit hem danig in de weg. te verdedigen. Zoals de regen van de dorpsraad luidt: dood door steni- Samen met de burgemeester en de kiezelsteentjes die in haar jeugd op ging. mollah, de geestelijke van het dorp haar werd losgelaten, ondergaat ze De schrijver maakt ons schrij nend duidelijk hoe absurd de steni ging is. We zien de steniging door de ogen van het theatergezelschap, dat( juist in het tforp is gearriveerd. De acteurs nemen geen deel aan de haatgevoelens van de dorpelingen en kijken verbijsterd toe bij het ge beuren. Een paar uur na de executie evenwel zetten zij hun spullen klaar op de plaats waar Soraya gestorven is. En weer stromen de dorpelingen samen op het dorpsplein, nogmaals aangetrokken tot volksvermaak. Ontvoerd De roman van Sahebjam speelt zich grotendeels af ten tijde van de revo lutie in Iran, in '78-'79. Ayatollah Khomeiny is teruggekeerd uit bal lingschap en de sjah is uit het land gevlucht. Met de instelling van de islamitische republiek, op 31 maart 1979, ligt de macht bij de geestelijke leiders. Vrouwen hebben vanaf die tijd niets meer te vertellen. Dit blijkt in het boek niet eens zozeer uit de steniging van Soraya, maar uit de tanende macht van Zahra. Zij heeft altijd een belangrijke rol ge speeld in de 'gemeentepolitiek' door haar gezag over burgemeester Ebrahim, Maar vanaf de dag dat de mollah in het dorp arriveert, verzet Ebrahim zich tegen de overmacht van de oude vrouw. Zahra kan niets doen tegen het complot van de drie Net als de andere vrouwen het dorp is zij sinds de islami tische republiek onderworpen aan de wet, die de mannen stelden. Freidoune Sahebjam is na het verschijnen van dit boek vorig jaar wel 'de andere Rushdie" genoemd. Ongetwijfeld zijn er parallellen tus sen de beide schrijvers. Khomeiny veroordeelde Sahebjam ter dood mede om zijn politieke boeken over Iran, de islam en de toekomst van het Midden- Oosten. In 1979 werd Sahebjam in Parijs op klaarlichte dag ontvoerd door Khomeiny-ge- zinde studenten. Zij sloegen de schrijver in elkaar en veroordeel den hem in een tribunaal opnieuw. Hoewel de politieke achtergron den van Rushdie en Sahebjam over eenkomen. verschillen hun romans wezenlijk van elkaar. De gestenig de vrouw van Sahebjam is een veel directere aanklacht tegen het fun damentalisme. een directer verslag van de gevolgen van fanatieke gods- dienstbeoefening voor de samenle ving dan het sprookjesachtige werk van Rushdie. De roman laat zich le zen als een politieke reportage. Alle gegevens zijn verzameld, alle be trokkenen zijn geïnterviewd en de schrijver heeft alles samengevoegd tot een verhaal, dat als een regen van kiezelsteentjes naar de beschul digde wordt gegooid. ASTRID VAN DEN BERG 'stenigde 'Oesters', prachtige roman Rascha Peper Lenze Bouwers heeft zich in zijn bundel 'Het schuim bedekt de mes sen' het sonnet laten aanmeten. Dat eigenlijk onzinnige bouwwerkje, dan weer verworpen als 'corset', dan weer geprezen als 'klein heelal', wordt bij Bouwers, die al eerder op viel door zijn vormvastheid in enke le bundels rondelen, een voortreffe lijk werkend machientje. Hij bouwt ze zo ingenieus datje ze nauwelijks als sonnetten leest. Hij is de uitvinder of op z'n minst de vervolmaker van het chaotische sonnet. Verdacht regelmatige pas sages worden onderbroken door bijna onmogelijk over de versregels heen lopende zinnen, afbrekingen en losse woorden die met de uit de maat lopende accenten de kans op struikeling verhogen. Het zijn bouwpakketten van sonnetten, met alle onderdelen en het complete be vestigingsmateriaal, maar zonder enig ander montagevoorschrift dan: bevestig dus lees maar. Dat lezen, met hoeveel inzet en vernuft dat ook moet, gaat al snel geheel van harte. Het begint vaak al bij de titels. Achterbergiaanse slag woorden als 'strategie', 'erfrecht', met actuele varianten als 'incest', 'uithuisplaatsing', 'zorgbreedte'. Ook traditoneel: het gedicht gaat dan over het iri de titel genoemde, behandelt het. Incest wordt tot in z'n afgrond verkend, in 'dyslexie' is de dichter niet de maker, maar de kenner, de weter: Het zit in de familie. Vraag niet: spel je doopnamen, lees heel snel larie koek. Iets in m'n hersenen meldt wazig fel: hoe onderscheid ik zuiver volk van vloek? Zo worden begrippen uit de zach te sector hard gemaakt, onbestem de zaken aan het licht gebracht en opgemeten. Alles binnen het nauw keurig afgepaald sonnet, maar vol spanning door het temperament dat het gedicht voortdrijft - woede, lief de, ongeduld, sarcasme. Steeds weet Bouwers de chaos van voor oordelen en onbestemde begrippen te kluisteren in een slotzin die af doende is en toch nergens een dood doener. Het is altijd de moeite van het ontcijferen waard, door zijn in tegere waakzaamheid tegen scheur kalender-wijsheden. Bouwers' sonnetten - denk niet dat ze koeltjes zijn, de pen krast soms van woede: Natuurlijk ben ik zo dichter ge worden die agressief zoekt naar verwante woorden. die intuïtief kiest de stem van bloed en blozen, want geen klankkleur van wie hoort te zingen verbleekt als een vale ver dorde. Spel langzaam: liefde is voor le zen goed. WIM VEGT De AKO-literatuurprijs? Zo langza merhand verdient een boek aanbe veling als het niet door de jaarlijks wisselende MAVO-jury voor die proletenprijs wordt genomineerd. Dan maar niet bij Van Dis, die wel licht dit jaar aan zichzelf genoeg heeft. Vorig jaar achtte ik de bundel 'De waterdame' van Rascha Peper wel een officiële erkenning waar dig, maar die aanbeveling zette geen zoden aan de dijk. Gelukkig maar, misschien. Waar talent tiert wellicht het weligst in stilte en scha duw. Dat Rascha Peper een van onze aanzienlijker literaire talenten is, staat wel vast - zeker na de verschij ning van haar tweede boek, de ro man 'Oesters', een voorbeeldig werkje over de verloren liefde tus sen een meisje van twintig en een man van zestig. Het gegeven lijkt triviaal, maar al in een van de verha len waarmee de schrijfster in 'Een waterdame' voor de dag kwam, wordt dit thema als terloops in een giftig en tegelijk triest verhaaltje ge ïntroduceerd. In 'Ridders', het tweede verhaal van die bundel', gaat de naamloze, vrouwelijke hoofdpersoon weerzinwekkend naar bed met een karikaturaal-stui- tende oudere man in een hopeloze poging een meisjesliefde voor een man van middelbare leeftijd, inmid dels overleden, te vergeten. In ingetogener proza wordt zo'n smartelijke, gedoemde liefde in 'Oesters' uitvoerig en messcherp beschreven, zonder dat machteloos heimwee en een beheerst maar in tens verlangen verloren gaan. Als de twintigjarige literatuurstudente Olga aan het eind van een vakantie in Frankrijk mee terug rijdt met Frank Winter, een kunstschilder van bijna zestig, kan ze de verliefd heid die erop volgt zelfs nauwelijks geloven. "Wat bezielde haar? Een man van zestig! Haar eigen vader was nota bene negenenveertig! Zo iets kón helemaal niet, dat kwam niet voor, daar hoorde je nooit van". Maar het gebeurt wel, en de liefde tussen Frank en Olga wordt een in- en aangrijpende verhouding, die stand houdt ondanks de woonaf- stand, ondanks de bezwaren van 01- ga's moeder. Zelfs ondanks haar verliefdheid op en uiteindelijke keuze voor de veel jongere Harold. Als de laatste carrière maakt en naar het buitenland vertrekt, gaat Olga mee. Haar verhouding met Frank staat dan al op een laag pitje, en en kel bij toeval ontdekt ze zijn overlij densadvertentie in de krant. De eenvoud en overzichtelijkheid van deze liefdesgeschiedenis krijgt complexiteit en diepgang door de li teraire structuur die de schrijfster heeft aangebracht. Olga lijdt op la tere leeftijd, gehuwd met Harold en gewend aan een diplomatenstijl van leven, aan ernstige depressies. In Wenen, de stad van Freud, bezoekt ze een psychiater. Op het bureau van Herr Doktor Kroch staat een klein diereschedeltje. "Een spits kopje, spierwit uitgeloogd, met ga ve, scherpe tandjes; op sommige plaatsen is het bijna doorzichtig". De aanblik van dit schedeltje ontke tent, in afwisselende terugblikken, een reeks van herinneringen aan haar periode met Frank, die haar la ter een stilleven zal nalaten. Daarop staat afgebeeld een 'vanitas', een opgezet aapje met schedel, symbool van vergankelijkheid. Olga's latere depressie blijkt ten slotte een diepere grond te hebben dan de nasleep van een lichamelijke ziekte, waarvan ze herstellende is. De ontlading en daarmee de be wustwording van haar schuldge voelens omdat ze Frank in de steek Rascha Peper: overspringende vonk heeft gelaten, volgen als ze uiteinde- schoolse af, maar zo waardig en in- lijk het bewuste schilderij tevoor- nig verteld dat die zeldzame vonk schijn haalt. op de lezer overspringt. De vonk Een prachtige roman. Gestileerd van talent, en voorbeeldig ingericht, voorzien Zo'n volkomen boekje, daar kan van sluitende thema's en motieven, geen literatuurprijs tegenop, afwisseling van tijd en plaats, be- ROB VOOREN hoedzame uitdieping van de be langrijkste personages - op het Rascha Peper, Oesters. Uitg. Veen. Kinderen kunnen ook te véél als volwassenen worden benaderd. Dat is 'Mij vertellen ze nooit iets' het ge val. Het boek gaat over Charlotte, haar vriendin Loeloe en vooral over de moeder van Charlotte. Na een verhuizing naar het platteland raakt de moeder van Charlotte langzaam maar zeker in een depressie. Het huishouden wordt verwaarloosd, voor Charlotte is steeds minder tijd en de vader van Charlotte maakt steeds meer omtrekkende bewegin gen. Het gaat met de dag slechter. Dan probeert de moeder van Charlotte zelfmoord te plegen. Op school wordt tegen Charlotte ge zegd dat haar moeder gek is en ze gelooft dat. Uiteindelijk legt de moeder van hartsvriedin Loeloe uit dat iedereen wel eens droevig is. 'En als er niemand is met wie je er over kan praten kan zoiets heel erg wor den'. Opzadelen Al met al ongetwijfeld een zeer ver antwoord boek dat echter zijn doel voorbijschiet. Kinderen die in de zelfde situatie zitten zullen er alleen maar droeviger van worden en om andere kindertjes duidelijk te ma ken dat het leven niet altijd roze- geur en maneschijn is, zijn wel bete re manieren. Lezen hoort voor kin deren vooral leuk te zijn. Dit boek maakt zelfs volwassenen droef door de uitzichtloosheid die eruit spreekt. Daar moet je, althans naar mijn idee, kinderen niet mee opza delen. Depressies, droefheid en an dere problemen des levens kunnen beter met kinderen worden bespro ken. In boekvorm voorschotelen lijkt niet de beste manier. MONICA WESSEZJNG Kirston Bolc, Mij vertellen ze nooit iets. Vertaald door Els van Deldcn, te keningen Gertie Jaquct. Er is van alles mis met 'Dat wil ik niet!' van Renate Hanewald en Ur sula Kirchberg. Kleuter Chris is boos op zijn oppas mevrouw Knol, omdat hij vindt dat zijn moeder meer tijd en aandacht voor hem moet hebben. Dat is in een notedop de inhoud van het verhaal. Op zich geen gek gegeven om een prentenboek over te maken zou je zeggen. Hanewald en Kirchberg bakken er niks van. De eerste zin luidt: "Chris liep ver drietig achter mevrouw Knol aan". "Ach, gut", denk je dan, "zijn ham ster is zeker zojuist doodgegaan, zijn moeder is ernstig ziek, of vader is na tien jaar trouwe dienst bij een lampenfabriek ontslagen. Zielig voor zo'n klein manneke". Chrisje is echter helemaal niet verdrietig. Hij is hartstikke boos. "Hij was heel boos - net als iedere ochtend!" staat even verderop. De oorzaak van zijn boosheid heeft kleine Chris scherp in "Waarom heeft mamma geen tijd? Waarom vindt ze mij niet lief? Ze maakt zich altijd zorgen om haar pa tiënten maar nooit om mij." Toch een reden voor verdriet? Vader door het ontslag aan de drugs ge raakt en moeder moet nu zelf de kost verdienen? Allemaal niets van aan. Chris blijkt aan het eind van het boek een heuse vader te hebben. Waarom is Chris dan niet boos op zijn vader? Waarom zorgt pa niet beter voor zijn zoon? Kan hij hem niet naar school brengen? Die vragen worden niet beant woord in dit prentenboek waar de illustraties soms uitgesproken hou terig en slecht van verhouding zijn. Mevrouw Knol komt met haar kruin tot een boomkruin en de kleu terjuf is net zo groot als een flinke kleuter op de achtergrond van de te kening. De uitwerking van het ver haal haalt ook niks op. Chris blijft klein gebleven probleemvol- Illustratie uit 'Pappa, opstaan. Een heel stuk beter is het van een summiere hoeveelheid tekst voor ziene 'Naar de dierentuin' van Jan Ormerod. Via een rondgang langs een aantal typische dierentuindie- ren komen de vader met zijn twee kinderen uiteindelijk uit bij twee mussen die een nestje aan het bou wen zijn. Dat vinden ze eigenlijk het leukste van alles wat ze gezien had den. Een verrassend slot dat zo'n op het eerste gezicht doorsnee dieren- tuinboek van een goede tekenaar verheft boven de middelmaat. Die kleine, doodordinaire mussen die daar in volle vrijheid temidden van de gekooide en opgesloten dieren bezig zijn met het bouwen van hun nest: dat blijkt het meest te boeien. Een kleine lofzang op het kleine, het gewone, dat in de vrije natuur geob serveerd voor veel genoegen kan zorgen. De oplettende kijker zal door het hele prentenboek heen op elke pagina de mussen aantreffen, druk bezig met verzamelen van ma teriaal voor hun nest. Jan Ormerod staat meestal garan voor fraai tekenwerk. Dat bewijs hij ook in dit boek. Sfeervolle teke ningen die gevarieerd over de pagi na's verdeeld worden, zorgen goed gebruik van kaders en uitver grotingen voor veel kijkgenot. He is maar goed dat de tekst onderge schikt is aan de illustraties, zelfs in die kleine hoeveelheid is he gerommel met de werkwoordstij' den gigantisch. Dat goed tekenen met goed schrijven kan samengaan bewijst Erhard Dietl in 'Pappa, opstaan!' Een heerlijk prentenboek over een zeer slaperige vader die dochter Pauline op alle mogelijke manieren uit zijn bed probeert te krijgen. Aan alle voorwaarden die hij stelt, vol doet zij op haar eigen wijze. Van het mooie muziekje dat pappa graag eerst wil horen, schrikken zelfs de personen op de foto aan de muur. Pantoffels, ontbijt, uit bed gerold worden: niets kan hem tot opstaan vermurwen. Maar Pauline is slim. Ze weet exact dat stilte een verras sende uitwerking op het gedrag van haar vader heeft: "Wat gebeurt er nou? denkt pappa." Hij gaat op zoek naar dochterlief. De opzet van Pau line is geslaagd: pappa is opgestaan. Maar niet voor lang. Het voorstel van pappa om "nog even lekker sa men in bed te kruipen", wordt gre tig aanvaard. Zo'n verhaal vol vaart verteld en ten. CASPER MARKESTEIJN Jan Ormerod: Naar de dierentuin, uitg. Dc Vrios-Brouwers Erhard Dictl: Pappa, opstaan!, uitg. De Vrics-Brouwcrs AMANDELEN M'n zusje d'r amandelen, die duren me te lang. Ik moet nog tien keer wandelen met mama, op de gang. Dan heeft ze d'r amandelen; of is ze ze dan kwijt? Ik weet het niet; we wandelen. En langzaam gaat de tijd. Dat heb je met amandelen: het duurt een hele poos. Maar is 't zover (amandelen!), dan krijg je veel cadeaus. Ik wil dus ook amandelen; dat wil ik, o, zo graag. Amandelen, amandelen. Al gaat het nog zo traag. Uit: André Sollie, 'Zeg maar niks', zuurzoete gedichten voo publiek. Uitg. Houtekiet. ISBN9052401209. een jong Egidius, waar bestu bleven Mi lanct na di, gheselle mijn: Du coors die doot, du liets mi tle- getekend, met een heel aannemelij ke kinderlijke slimmigheid en een onverwacht slot, is een pure aan winst. Legio kinderen die van zo'n boek talloze keren kunnen genie- Zo begint de klaagzang van een 14de-eeuws anonymus, een lied dat je zes eeuwen nadien nog steeds niet onberoerd laat. Tegenwoordig doet men dat niet meer; amoureuze ellende wordt zo niet anders beleefd, dan toch anders verwoord. Vergelijk het boven staande maar eens met het begin van 'Het goede voorbeeld', van de wél aan de anonimiteit ontstegen Elizabeth Termeer: "Toen Eddy Rutten een week voor Kerstmis 1953 van het dak van zijn moeders huis waaide en men zijn vrouw Roos voorzichtig van de dodelijke afloop op de hoogte bracht, kreeg zij een aanval van woede die vele jaren aanhield". Andere tijden, andere zeden. On ze anonymus zou zich in stupeur hebben afgewend maar wij lezen door want wij willen graag weten waarom die Roos nou zo vreselijk kwaad werd en bovendien zijn we geïnteresseerd in het karakter van dat vrouwmens: wie wordt er door zo'n treurig voorval nu razend, en niet radeloos? Het luchtige toontje stoot ons ook niet af, integendeel, het wijst op licht verteerbaar amusement, een beetje TROS. een beetje AVRO en zo kan je je collega's weer eens ver tellen dat je onlangs nog een "best geinig" boek hebt gelezen, dat net een aflevering leek van een televi siefeuilleton. Zodat je gelukkig wei nig gemist hebt. Het wel en wee van Roos is, zoals het een familiepro gramma betaamt, in weinig woor den naverteld: de eigenzinnige moeder blijft achter met drie kinde ren en een stevig ingenestelde foe tus. Geldzorgen zijn er niet en de vier kinderen, die in eigenzinnig heid voor hun moeder niet onder doen. gaan hun al even eigenzinnige gang; ze wonen samen met soms ou dere mannen en krijgen onwettige kinderen, kortom ze leven hun ei gen leven en geen hunner stoort zich aan wat anderen er wel niet van zouden kunnen denken. Het blijft allemaal gezellig. Verge leken bij dit boek is bijvoorbeeld 'Zeg 'ns A' een tijdbom onder alle gevestigde waarden en normen. 'Het goede voorbeeld' kan dan ook zo op de televisie: 't taalgebruik is helder, de opbouw evenwichtig, de dialogen zijn vlot, de gebeurtenis sen worden met vaart en verve afge wikkeld, je hoeft er niet voor op het puntje van je stoel te gaan zitten en je wordt er geen streep wijzer van. Kortom: gefundenes Fressen voor kijkcijferfetisjisten. Het zal er wel niet van komen, maar voor de liefhebbers is er dus het boek. Het mag dan wel geen 'gheselscap goet ende fijn' wezen. volgens de oude anonymus, verve len doet het niet. PEER VAN T ZELFDE Elisabeth Termeer. Het roe do voor-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 13