Het schilderen, niet het motief
Vakantie in explosieve sfeer
Fraai overzicht Georg Baselitz in Stedelijk Museum
Expositie Dogtroep verrassend
uitstapje naar fantasiewereld
Auteur Thomése in Leiden
b /vrruLi iyyi
KUNST
rAUINA 35
Dennis Potters 'Voldoende koolhydraat' in LAK-theater
Auteur Point!
spreekt in
Burclit literair
LEIDEN De schrijver Frans
Pointl is op donderdag 18 april te
gast bij urcht literair. Hij gaat een
gesprek aan met Jaap Goedege-
buuren. hoogleraar in de theorie en
geschiedenis van de literatuur aan
de Katholieke Universiteit Brabant
in Tilburg.
Frans Pointl is sinds zgn AKO-
nominatie voor de verhalenbundel
'De kip die over de soep vloog' en
zijn optreden bij Adriaan van Dis zo
bekend geworden, dat hij zich on
derhand. naar eigen zeggen, een
kruising voelt tussen Dik Trom en
Jos Brink'. Toch kan hij van run
roem niet echt genieten; hij was 'lie
ver een gelukig mens geweest die
niet schreef, maar het is anders ge
lopen'. In zijn boeken staat Pointl's
oorlogstrauma centraal en dan met
name de gevolgen die de jodenver
volging voor zijn familie en hemzelf
heeft gehad.
De bijeenkomst begint om 20.15
uur. Plaats van handeling: de
Burchtsocieteit aan de Burgsteeg
14.
"Voldoende Koolhydraat', van Dennis Potter in
een co-produktie van Het Gebeuren en Het
Nationale Toneel. Regie: Johan Timmers/Leo-
pold Witte. Met Jules Royaards. Gijs Scholten
van Aschat. Elja Pelgrom. Jacqueline Blom en
Frank Houtappels. Gezien op 29 maart in Het
Theater aan de Haven. Den Haag. Op 10 en 11
apnl in het LAK-theater te zien.
DEN HAAG/LEIDEN - Het is een
wijdverbreid misverstand: proble
men thuis en/of op het werk ont
vluchten en op vakantie gaan om
wat druk van de ketel te halen. Veel
al lukt dat namelijk niet, en bereik
je het tegenovergestelde. Juist wan
neer je in den vreemde alle tijd tot
piekeren hebt, wil de bom nog wel
eens barsten. Dat is het geval in
'Voldoende Koolhydraat', al is het
niet helemaal waar dat hier de zaak
geheel en al escaleert. Het scheelt
echter niet veel, en met name de po
gingen om het vooral toch nog maar
'gezellig' te houden, maken het ex
plosieve sfeertje des te lachwekken
der en dus ook des te schrijnender.
Plaats van handeling is een zon
overgoten vakantieverblijf op een
Grieks eilandje. Twee managers
van de multinational Greenfood
mogen hier van hun superieuren
wat tot rust komen, want het botert
niet tussen hen beiden. Zo moet de
oudere Jack bijvoorbeeld niet heb
ben van de ideeën van zijn jongere
collega Eddy omtrent de biotechni
sche manipulatie van voedsel.
Jack wordt vergezeld door zijn
vrouw Elisabeth, Eddy door zijn
tweede vrouw Lucie en zijn zoon
Ben uit een eerder huwelijk. Naast
alle gevoeligheden op zakelijk ter
rein blijkt dat Eddy ook nog eens
een verhouding met de vrouw van
Jack heeft. Dat zijn al heel wat ver
wikkelingen, waar de vrouw van
Eddy bij wijze van wraak nog het
een en ander aan toevoegt.
Toegegeven: het klinkt als een af
levering van Medisch Centrum
West, maar ontstijgt dat niveau zon
der enige twijfel. Alleen al het
schrijftalent van de Engelse auteur
Dennis Potter - in ons land bekend
vanwege zijn door de VPRO twee
maal uitgezonden televisieserie
The Singing Detective' - staat daar
borg voor. In flitsende dialogen
draait het in wezen steeds om het
zelfde: beurtelings probeert de één
de ander op zijn of haar woorden te
vangen.
Dat typisch kreeftachtig rode
kleurtje van vakantiegangers die
pas zijn aangekomen, tekent hier
bovendien de geladen sfeer. De ro
manticus Jack citeert bijvoorbeeld
Keats, waarop Eddy schamper rea
geert met de mededeling dat je met
gedichten de huur niet kunt beta
len. Volgens Jack is dat nou typisch
'het jargon van de proleet' hetgeen
door Eddy slechts met 'Tsjilp, tsjilp'
wordt afgedaan. En als het eindelo
ze jennen echt uit de hand dreigt te
lopen, is er altijd wel iemand die de
opwinding sust.
Het regisseursduo Timmers/Wit-
te heeft de spelers voor ongeloof
waardige overdrijving behoed;
sterk ensemblespel is het resultaat.
Jules Royaards geeft blijk van zijn
ruime blijspelervaring, want hij
geeft op meesterlijke wijze gestalte
aan de mokkende berusting van
Jack die méér door heeft dan zijn
omgeving vermoedt. Elja Pelgrom
als zijn vrouw Elisabeth maakt met
veel gefrusteerd venijn een paar de
nigrerende opmerkingen. Gijs
Scholten van Aschat speelt Eddy
Scène uit 'Voldoende koolhydraat', gespeeld door Het gebeuren en Het Nationale Toneel. Van linkf naar rechts:
Gijs Scholten van Aschat, Elja Pelgrom en Jules Rooyaards. (foto p»n sok>
als een blaaskaak die het moeite- rol van de enigzins naïeve, egocen- tie opstandige en licht geraakte pu-
loos van Jack denkt te kunnen win- trische Lucie en Frank Houtappels ber.
nen. Jacqueline Blom vertolkt de maakt van zopn Ben een per defini- WIJNAND ZEILSTRA.
Drie eeuwen
Koreaanse lamst
in Volkenkunde
LEIDEN - Onder de naam 'Idyl
le en idealen', drie eeuwen Ko
reaanse schilderkunst' presen
teert het Rijksmuseum voor
Volkenkunde tot 9 juni een
breed overzicht van Koreaanse
schilderkunst.
De schilderijen zijn afkomstig
van enkele belangrijke Ko
reaanse schilders uit de Yi-dy-
nastie (1392-1910). De verzame
ling bestrijkt ruwweg de perio
de 1700-1910. Ze zijn allen af
komstig van de unieke verzame
ling van de in New York woon
achtige Koreaanse danser Cho
Won-Kyung.
De Koreaanse schilderkunst
past in de naturalistische tradi
tie van de Oostaziatische schil
derkunst, maar heeft een afkeer
van het decoratieve en gekun
stelde. Het ontwikkelde eigen
stijlmiddelen, waarbij eeuwen
oude technieken in gebruik ble-
De 77 werken in het Rijksmu
seum zijn goede voorbeelden
van deze Koreaanse stijl. De
meeste werken hebben de even
wicht en de rust in de natuur tot
onderwerp. Daarnaast behoren
ook enkele representatieve gen
restukken en een voorbeeld van
de hofschilderkunst.
Alwin Bar speelt
Beethoven in
Stadsgehoorzaal
LEIDEN - De pianist Alwin Bar zal
op vrijdag 12 april het laatste con
cert van de Beethoven-cyclus 1991
geven. De vorige twee concerten
werden in de Kapelzaal van het K
&0 gegeven, maar dit derde
Beethovenconcert zal in de Stads
gehoorzaal van Leiden worden uit
gevoerd. Het concert begint om
20.15 uur.
Op het programma staan drie gro
te sonates, opus 109, 110 en 111.
Toegangskaarten kan men dage
lijks bestellen op het Uitbureau van
K&O aan de Oude Vest 45 in Lei
den. Op de avond van het concert
worden aan de kassa van de Stads
gehoorzaal ook kaarten verkocht.
Gedichtenavond bij
Burcht literair
LEIDEN - Burcht Literair en de
T.S. Èliot Society verzorgen op vrij
dag 26 april een avond over de ge
dichten van Herman Gorter en Fre-
derik van Eeden onder de titel 'De
lente komt van verre'.
Op deze avond zullen onder ande
ren J.L. Goedegebuure, Anton Kor-
teweg, R. van der Paardt, Maureen
Peck, P. Schmitz, P. Schrgvers en
Chr. de Zoeten een gedicht van één
van de dichters voordragen en er
een interpretatie van geven.
Het geheel wordt ingeleid door
Tj. A. Westendorp. De avond wordt
in de Burchtsocieteit gehouden en
begint om 20.00 uur.
Fodor-kwintet en
Brautigam in
Stadsgehoorzaal
LEIDEN - Door de medewerking
van de bekende pianist Ronald
Brautigam is het Fodor-kwintet in
staat om op zondag 14 april in de
Leidse Stadsgehoorzaal het piano-
kwmtet in Es opus 16 van Ludwig
van Beethoven uit te voeren. Behal
ve dit werk van Beethoven worden
tgdens dit koffieconcert, dat om
11.30 uur begint, composities van
Danzi, Nielsen en Zemlinsky uitge
voerd.
Het Fodor-kwintet bestaat uit de
fluitiste Marieke Schneemann. de
hoboïst Bart Schneemann. de kla
rinettist Harmen de Boer. de hoor
nist Jacob Slagter en de fagottist
Ronald Karten.
Toegangskaarten kunnen wor
den gekocht bg K&O in Leiden of
aan de kassa van de Stadsgehoor
zaal op de ochtend van het concert.
Liesbeth List
toch meest
ontroerend
in haar chansons
AMSTERDAM - Vaak wordt
Georg Baselitz een expres
sionistisch schilder ge
noemd. Dat is onjuist.
Baselitz is een exponent van
de formele schilderkunst.
Motieven interesseren hem
nauwelijks; hebben in ieder
geval geen inhoudelijke be
tekenis. Niet voor niets
plaatst hij motieven onder
steboven op de drager. In
het Stedelijk Museum in
Amsterdam zijn nu tekenin
gen en prenten te zien uit de
periode 1958-1988.
wijk de Boer;met- Liesbelh List en Rob van
Dijk; gezien: 5 april in de Leidse Schouwburg.
Nog Ie zien in onder meer Scheveningen (19
april) en Delft (30 april).
Of het nu kwam omdat Ramses
Shaffy voor het eerst in haar solo-
de zaal zat, of dat La List
gedeelte van haar twee
de solo-programma nog niet als een
maatkostuum om haar schouders
heeft hangen, het wilde in het begin
maar niet vlotten met 'List en om
streken'.
Liesbeth List is natuurlijk vooral
een zangeres, en een goede ook,
maar aan cabaretteksten moet zij
zich niet wagen. Cynisch of 'leuk',
het kwam geen van beide over. Ver
spreken deed zij zich in het begin
ook ettelijke malen, zodat je het erg
ste moest vrezen: List op haar re
tour?
Gelukkig is dat beslist niet het ge
val. Meteen na de pauze daverde zij
over het toneel in een dronkemans
lied, haalde zij uit in een chanson
van Serge Lama (vertaald door Bou-
dewijn Spitzen) en ontroerde zij
mateloos in 'Ik ben gebroken'.
'Bekijk het maar', een weerbar
stig nummer van Carly Simon, was
weer een minpuntje. List moet zich
gewoon niet aan Amerikaanse
songs wagen. Haar stem is meer ge
schikt, voor chansons van klassiek
kaliber.
Een lievig liedje uit haar vorige
programma over haar dochter, een
vleugje nostalgie over Vlieland, het
kan allemaal. Maar grote verrassing
was toch het plotseling samen op
treden met Shaffy. Nét op het mo
ment dat zij zich eens te meer reali
seerde dat haar 'goeroe' pal voor
haar in de zaal zat, was zij haar tekst
kwijt. Haar 'leermeester' te hulp
roepend, liet hij zich overhalen op
het toneel nog éénmaal 'Shaffy-can-
tate' ten gehore te brengen.
Natuurlijk ging de zaal, overwel
digd door herinneringen aan mooie
tijden, plat. En toen er als toegift
nog 'Brussel' en 'Amsterdam' met
nog immer oplaaiend vuur werd ge
bracht, kon de avond, ondanks het
matte begin niet meer stuk.
Waarmee eens te meer is bewezen
dat Liesbeth List in de wieg is ge
legd voor het chanson. En dat moet
zij blijven zingen ook.
ANNEMIEK RUYGROK
André Previn weg bij
Royal Philharmonic
LONDEN - Andre Previn vertrekt
volgend jaar als eerste dirigent van
het Royal Philharmonic Orchestra.
Previn, die morgen 62 wordt, zal
niet worden vervangen als hij in juli
1992 aftreedt. Vier jaar geleden gaf
Previn zijn post als muzikaal leider
op ten gunste van de Russische pia
nist Vladimir Ashkenazy.
"Ashkenazy werkt zo hard en
heeft zijn eigen repertoire zo uitge
breid dat de rol van de eerste diri
gent naast die van muzikaal leider
niet meer zo belangrijk is als die
was", aldus luidde een door het or
kest uitgegeven verklaring.
Previn introduceerde de Russi
sche pianist toen hij nog muzikaal
leider was zelf bij het orkest. Vol
gens zakelgk leider Ian Maclay
vindt Previn het echter steeds moei
lijker om onder Ashkenazy te wer
ken.
Baselitz (1938)
wordt vaak in één adem genoemd
met collega's als A.R. Penck, Jorg
Immendorff, en Markus Lupertz.
Dat klopt in zover dat zij allemaal
rond de jaren zestig dezelfde pro
blemen hebben gekend. Proble
men, omdat ze naarstig op zoek wa
ren naar een eigen identiteit. De
voortrekkersrol die Berlijn voor de
Tweede Wereldoorlog vervulde was
na 1945 verdwenen en dus hadden
de kunstenaars weinig tot niets om
op terug te vallen. Een nieuw begin
werd gemaakt en 'De Nieuwe Schil
derkunst' was geboren.
Zelfstandig
Anders dan zijn vrienden zoekt
Baselitz (eigenlijk: Georg Kern)
naar een manier om de schilder
kunst als zodanig te beschouwen.
Hij is er van overtuigd dat de schil
derkunst niets met de wereld om
ons heen te maken heeft. Een schil
derij draagt iets bij aan de werke-
i Baselitz, afkomstig uit het Museum v
lijkheid is altijd een zelfstandige
bijdrage aan de werkelijkheid. In
eerste instantie schildert hij heel
heftig, gebaseerd op grafische
kunst uit de achttiende en negen
tiende eeuw. Maar die bijna naïeve
doeken en bladen verwijzen ergens
nog naar de werkelijkheid: vooral
beroepen en allerhande attributen.
De in Duitsland geboren Baselitz,
sinds 1975 wonend en werkend op
slot Derneburg in Niedersachsen,
besluit om ook die link naar de hem
omringende wereld uit te sluiten. Al
schilderend ontdekt hij dat hij om
dat te bereiken alle motieven van
hun inhoudelijke waarde moet ont
doen. Wat ligt dan meer voor de
hand dan die elementen op de kop
te plaatsen. Niet 'gewoon' schilde
ren en vervolgens het doek of blad
honderdtachtig graden draaien,
maar daadwerkelijk op de kop
schilderen, tekenen, etsen.
Zo is Baselitz consequent bezig
met pure schilderkunst. Het was
wellicht makkelijker geweest de
schilderkunst te verlaten (onder an
deren Daniel Buren heeft dat ge
daan) maar de Duitser meent dat de
problemen èn de oplossingen van
de schilderkunst binnen de discipli
ne moeten worden gevonden.
En zo zie je nu in het Stedelijk
Museum bijvoorbeeld een adelaar,
op z'n kop weergegeven. Is het dan
nog een adelaar? Allicht. Maar dat
heeft niets met de intenties en werk
wijze van de schilder, maar alles
met onze geschiedenis, onze beeld
vorming van doen. Wij zijn dermate
beïnvloed door de geschiedenis van
de schilder- en beeldhouwkunst dat
we ons slechts met moeite kunnen
losmaken van een vertelling, een
min of meer herkenbare verbeel
ding. Ondanks de abstracte kunst
stromingen (toch ook niet iets van
een aantal dagen terug) krijgen wij
het in onze hersenen maar niet voor
elkaar om een omgekeerde adelaar
als een autonoom beeld te beschou
wen. Wij zien nog steeds een beest
voor ons —weliswaar op z'n kop—
met veertjes, een snavel, ogen en
poten.
Onderwerp
Omdat Baselitz zichzelf heeft opge
zadeld met de schilderkunst moet
hij èrgens beginnen. Ergens binnen
die schilderkunst. En dan kun je
niet om schilderkundige of pictura
le elementen heen. En dus schil
dert, tekent en gutst hij. Waarbij het
onderwerp er totaal niet toe doet zo
lang datgene wat men schildert vol
doende mogelijkheden biedt öm te
schilderen zoals hij wil schilderen.
En zo heeft de adelaar of de boom
in het werk van Baselitz dezelfde
status als de Mont St. Victoire in het
werk van Cézanne. Een vergelijking
van Rudi Fuchs die hout snijdt.
Zoals ook bij de 'grootvader van het
kubisme' heeft ook Baselitz nog de
beschikking over dat enorme ruime
palet van mogelijkheden die schil
der- en tekenkunst hem biedt.
Dat levert prachtige bladen op.
Binnen één werk is hij in staat di
verse technieken en facturen te ge
bruiken. Is hij bovendien in staat
om beeldelementen talloze malen te
gebruiken, steeds op een een ande
re wgze verbeeld. Daarmee krijgt
elk werk een geheel eigen karakter.
Heel duidelijjk komt dat naar voren
in de drie series die in het Stedelijk
te zien zijn. 'Kampfmotieve I, II en
III' bestaat steeds uit twaalf houts
kooltekeningen van zeventig bij
honderd centimeter. Tegen elkaar
opgehangen valt prachtig de voort
gang van het proces waar te nemen.
Je moet vanwege de omvang welis
waar steeds even een paar passen
terug, maar anderszijds word je
steeds ook weer naar de bladen toe
getrokken. Om te kijken wat er zich
op die verschillende bladen af
speelt. En dan doel ik niet op de om
gekeerde koppen, maar op de lij
nen, de krassen, de vlakken, de
structuren die na verloop van tijd
een geheel eigen leven gaan leiden.
Kortom: de tekeningen geven haar
fijn aan hoe de man werkt en —be
langrijker- wat hij met zijn bladen
voorheeft.
Tentoonstelling: Georg
Baselitz, tekeningen en prenten
1958-1988. Stedelijk Museum,
Paulus Potterstraat 13, Amster
dam. Open: maandag t/m zondag
van 11-17 uur. Tot 5 mei. Catalo
gus.
Van onze correspondente
Francoise Ledeboer
AMSTERDAM - Wie zich in het Am
sterdamse Theaterinstituut beperkt
tot kijken, geniet maar half. Wie
zich echter laat overhalen om op de
expositie over de Dogtroep op
knoppen te drukken èn aan hand
grepen te trekken die figuren en at
tributen in werking stellen, beleeft
een aantal kostelijke uren. Van hun
optredens wisten we het al, maar
hetzelfde geldt voor deze tentoon
stelling: ook voor volwassenen
heeft het theatergezelschap een uit
stapje naar eén onvoorspelbare
maar altijd aantrekkelijke fantasie
wereld in petto.
De Dogtroep begon in 1975 met
spektakelvoorstellingen die zich bij
voorkeur niet afspelen binnen de
vier muren van een theater. De filo
sofie van de groep is dat kunst
thuishoort binnen de samenleving:
het is vormgeving van alles wat in
het dagelijks leven niet aan bod
komt en dient zo dicht mogelijk bij
het publiek te worden gepresen
teerd.
"Onze kunst is geen vehikel voor
een moraal, onze beelden zijn sym
bolen die iets vertellen wat je niet
ziet. Het is openbare verbeelding,
ongepolijste schoonheid, met de
kracht van het intuïtief opwinden
de en het rationeel onbegrijpelijke",
zo formuleren de medewerkers hun
artistieke drijfveren. Zij willen een
gids naar het innerlijk van individu
ele toeschdbwers zijn.
Het succes van hun formule was zo
groot dat de Dogtroep in de afgelo
pen zestien jaar ook steeds vaker
werd gevraagd voor optredens in
het buitenland. Van Marseille tot
Moskou en van Toronto tot de pol
ders bij Lelystad: 'overal laten kin
deren en volwassenen zich inmid
dels van harte overrompelen door
optredens waarin het samenvoegen
van een brede schakering aan vaar
digheden zorgt voor telkens weer
andere verrassingseffecten. Van
beeldhouwen tot schrijven, van mu
ziek maken tot lassen en van acte
ren tot bergbeklimmen: de mede
werkers van de Dogtroep zijn van
alle markten thuis.
Het scenario wordt echter pas defi
nitief vastgesteld op de speelplek.
De voorstelling groeit zo vanuit de
omgeving. Een verhaal met een plot
moet de toeschouwer echter niet
verwachten: "Onze stukken zijn als
dagdromen, als een landschap in
verandering".
De Dogtroep ontwikkelde in de
loop van de jaren mobiele installa
ties die steeds opnieuw kunnen
worden gebruikt. In het Theaterin
stituut staat het onderstel van 'De
Kar' met één zwenkwiel aan de
voorkant en twee grote ijzeren wie
len aan de achterkant. Dat is een
ideaal rijdend podium voor parades
en concerten, maar kan ook dienen
als onderstel voor een grote vogel
kop. Een deel is afkoppelbaar en in
de uitsparing past dan precies de
grote drum. Ook werkt de groep
veel met 'De blauwe toren', een
bouwsel van zes meter hoog waar
aan wieken kunnen worden beves
tigd.
Spuitman
De bezoekers worden langs een
aantal vermakelijke en veel ge
bruikte requisieten geleid. Aan een
van de muren is bij voorbeeld de jas
van 'De spuitman' opgehangen. Het
idee was een figuur te maken die op
een absurde manier in tranen kon
uitbarsten. Het uiteinde van een
brandslang werd daartoe in een jas
gemonteerd. Daarin werden stukjes
tuinslang bevestigd. Met de brand-
kraan aan 'huilt' de spuitman uit
zijn armen, nek, ellebogen en rug,
een act die elke keer veel hilariteit
oogst. t
Kenmerkend voor de inventivi
teit van Dogtroep is ook de figuur
met het rugorgel. Het instrument
werd gemaakt uit orgelpijpen die
waren gekocht op het Waterloo-
plein. Het probleem was aanvanke
lijk daar geluid uit te krijgen. De
vondst bestond tenslotte uit lucht-
bedpompen die met de hand wor
den bediend.
Het leukste is de schaars verlichte
versierde zaal waar een beroep
wordt gedaan op de zelfwerkzaam
heid en fantasie van de bezoeker.
Men kan er een snavel open en dicht
laten klappen, een gele draak met
groene stippen laten steigeren, een
vogelkop laten vliegen en horizon
tale wieken met vogelkoppen in be
weging zetten (bukken graag).
De acht vaste medewerkers zijn
kennelijk gefascineerd door vogels
want elders in het statige pand aan
de Herengracht worden ook enige
vogelmaskers getoond die in voor
stellingen worden gebruikt. Requi
sieten als de spuitbaby, het spuug-
mannetje, licht- en blokschoenen
en vuurldompen getuigen echter
opnieuw dat de rijke fantasie en cre
ativiteit van het theatergezelschap
niet in een vast omlijnd kader is te
plaatsen.
Eerste uur
De waardering voor het werk van de
Dogtroep werd in 1981 met een ge-
deeltelijke en in 1985 met een volle
dige subsidie beloond. Dat was een
ontwikkeling die de medewerkers
van het eerste uur bij de oprichting
in het geheel niet voor ogen stond,
maar die het gezelschap nu wel zon
der financiële zorgen in staat stelt
tot "een steeds verdergaand onder
zoek naar nieuwe vormen van le
vende geïntegreerde kunst". Zo
lang zij zich verbazen over 'de blij
vende honger' naar hun werk, zal
een internationaal publiek kunnen
ervaren wat zij inmiddels heel zeker
weten. "Kunst is geen luxe" en
hoort niet alleen thuis in de theaters
waar alleen een select gezelschap de
weg naar weet te vinden.
De tentoonstelling duurt tot en
met 9 juni. Het Theaterinstituut
aan de Herengracht 168 is open
van dinsdag tot en met zondag van
11.00 tot 17.00 uur.
LEIDEN In de centrale bibliotheek aan de Nieuwstraat wordt op zon
dag 14 april de schrgver P.F. Thomése (1958) geïnterviewd. Dit gebeurt
door Hanneke Eggels, cursusleidster moderne Nederlandse letterkunde
van de Stichting Literaire Salon.
Thomese, die verhalen schreef in de literaire tijdschriften De Revisor en
De Held, debuteerde vorig jaar met de verhalenbundel 'Zuidland'. Voor
deze bundel kreeg hij een nominatie voor de AKO-literatuurprgs. Volgens
het juryrapport 'neigt hg naar het barokke, zonder gekunsteld te zgn'.
Het gesprek met Eggels zal vooral gaan over de vaderlandse geschiede
nis, die in de debuutbundel een belangrijke rol speelt. Maar ook zal
Thoméses voorkeur voor stuurloze mensen aan de orde komen, die elke
greep over hun omgeving zgn kwgtgeraakt. Het vraaggesprek begint om
14.00 uur.