'Als vrouw ben ik rustiger' Hoe serieus is de travestie van Maarten 't Hart? PAGINA 27 'Een makkelijk wapen voor tegenstanders' BIJLAGE VAN HET LEIDSCH/ALPHENS DAGBLAD De schrijver Maarten 't Hart als vrouw. Het is geen grap, het is geen komische verkleedpartij, het is bloed serieus. De aanleiding was een wed denschap, maar de reden zit dieper. Sinds de schrijver in vrouwenkleren verschenen is op het Boekenbal, en op televisie bij Jan Lenferink en Son- ja Barend, wil hij er best over praten, in zijn ruime, sober ingerichte huis Teylingerhof, aan de rand van War mond. Om er te komen moet je tussen een rooms-katholiek bejaardentehuis en de ruïne van een kerk door. De verstil de begraafplaats ernaast vervult de bezoeker onontkoombaar met een ge voel van tijdelijkheid en vergeefs heid. De werkelijkheid is weer eens betekenisvoller dan een romanschrij ver het zou kunnen bedenken. Om me dat nog eens goed in te peperen, kwet teren en kwinkeleren de vogels in Warmond nadrukkelijker dan elders. 't Hart woont er al negen jaar. "Vroeger, tijdens m'n studie in Lei den, zat ik hier op kamers. Ik had toen een hele strenge hospita van wie ik bijna niks mocht. Daarna is het huis nog eens afgebrand. Toen het uitein delijk te koop stond wilde ik die kans niet laten lopen. Het was heerlijk om hier alles te kunnen doen wat ik wil de. Een soort wraak, ja". Hachelijk De vraag of hij verkleed als vrouw op het Boekenbal verscheen om een ta boe te doorbreken, beantwoordt 't Hart volmondig bevestigend. Hij ver telt dat hij al een kleine twintig jaar betrokken is bij TenT, een Amster damse werkgroep van travestieten en transseksuelen. "Ik zat vorig jaar op de Uitmarkt in Amsterdam te signeren. Toen kwam er iemand naar me toe van TenT die ik al veel langer ken. Hij zei: 'Je moet er wat mee doen, ermee naar buiten tre den. Voor jou houdt het niet zoveel ri sico's in, het zal je je baan niet kosten, hooguit een paar lezers'. Travestieten zitten maatschappelijk nog steeds in een moeilijke positie, er rust een ta boe op. Ik heb er dan ook lang over lo pen nadenken, ik vond het een beetje hachelijk om ermee naar buiten te ko men". Door het toch te doen hoopt 't Hart hetzelfde te bereiken als Gerard Reve indertijd met het naar buiten brengen van zijn homoseksualiteit: het ver schijnsel bekender en meer geaccep teerd maken bij het grote publiek. De reacties op zijn optreden als vrouw waren overwegend positief, zegt hij. "Dat viel me onzettend mee. Ik had gedacht dat ik me hier in het dorp niet meer zou kunnen vertonen. Ik had van tevoren voor dagen inkopen ge daan. Maar de mensen deden er heel gewoon over. Je weet natuurlijk nooit wat ze achter je rug roddelen, maar vaak begonnen ze er zelf over te pra ten. Ze zeiden dat ik er zo leuk uitzag, dat ik als vrouw veel knapper ben dan als man, jonger ook". "Alleen oudere lezeressen, van bo ven de zestig, die vinden het ver schrikkelijk. Zij schrijven me woe dende brieven. Voor die mensen ligt de man-vrouw-rol zo vast dat ze niet kunnen accepteren dat je zoiets doet". Uit feministische hoek daarentegen krijgt hij veel positieve reacties. Een aardig kaartje bijvoorbeeld van Step hanie de Voogd, feministe van het eerste uur en ooit een geharnast vijan din. Ook Hanneke Groenteman, met wie 't Hart in het verleden flink in de clinch lag, reageerde blij verrast. In het radioprogramma in 'Met het oog op morgen', feliciteerde ze de schrij ver met zijn optreden bij Rur. Cisca Dresselhuys, gevreesd hoofdredactri ce van Opzij, zocht hem zelfs op voor een interview. Maar hoe zit het met de directe fa milie? "Mijn moeder heeft Rur niet gezien, maar wel Sonja Barend, waar ik overi gens niet in vrouwenkleding was, er alleen over praatte. Ze reageerde er heel makkelijk op. En mijn zus wist het al jaren. Elke travestiet heeft na melijk af en toe de neiging z'n spullen weg te doen. Dan beklemt het je, dan wil je ervan af, van die drang. Ik heb toen alles aan m'n zus gegeven. Want ik vond het zonde om weg te gooien, zo zuinig ben ik dan ook wel weer". Zijn vrouw Hanneke, die in Leiden als wetenschappelijk bibliothecares se werkt, is altijd op de hoogte ge weest van Maarten's zucht naar vrouw-zijn. "Zij vindt het acceptabel, mits ze het maar niet hoeft te zien. Dat is ook wel begrijpelijk, zij is met een man getrouwd, niet met iemand die een vrouw wil zijn". Makkelijk wapen In de essaybundel 'Een dasspeld uit Toela' betoogt Maarten 't Hart dat een literaire carrière niet bevorderlijk is voor de reputatie van een weten schapper. Hij spreekt uit ervaring, want hij combineerde jarenlang een baan als bioloog met het schrijver schap. Is hij niet bang dat ditmaal zijn optreden als travestiet zijn naam als literator nadelig zal beïnvloeden? "Ik kan nog helemaal niet overzien hoe dat zal lopen. Je geeft je vijanden natuurlijk wel een makkelijk wapen in handen. Maar ik denk dat mensen die er flauwe, gemene of boosaardige opmerkingen over maken, alleen zichzelf laten zien. Daarmee tonen ze hoezeer ze nog vol vooroordelen zit ten." Maarten 't Hart verscheen onlangs op het Boekenbal met pruik en in een enkel- lange glitterjurk en bij Rur in een fraai pakje van Frank Govers. Wekenlang was hij in literaire kringen het ge sprek van de dag. Hoe seri eus is de travestie van Maarten 't Hart en waar komt die drang om in vrou wenkleding te lopen van daan? Op naar Warmond voor een gesprek met een van de best verkopende schrijvers van Nederland, die in zijn recent verschenen 'Een dasspeld uit Toela' grondig de vloer aanveegt met de Nederlandse literatuurcritici. door Inge van den Blink "En ik heb als schrijver nu wel een zodanige positie dat ik een stootje kan velen. Ik kan me wel wat veroorloven. Bovendien zijn ze allemaal al boos op me vanwege 'Een dasspeld uit Toela'. Erger kan het toch al niet". In deze essaybundel zet Maarten 't Hart zich af tegen de literaire kritiek zoals die zich in Nederland de afgelo pen tien, twintig jaar heeft ontwik keld. De groeiende invloed van neer landici met hun eenzijdige aandacht voor vorm en structuur is 't Hart een doorn in het oog. Zijn grootste vijand in dit verband is Carel Peeters, litera- tuurredacteur van Vrij Nederland. Hij schreef, zegt 't Hart, over 'Een das speld uit Toela' een buitengewoon flauw stuk. "Kinderachtig en lullig. Het is best te begrijpen dat hij het niet met me eens is en zich aangevallen voelt, want in feite richt alles wat ik over literaire kritiek beweer zich te gen Carel Peeters. Maar hij verzwijgt zijn motieven". "Renate Rubinstein heeft me nog tegen hem verdedigd: een van haar laatste daden voor ze gestorven is. Ik ben een maand voor haar overlijden bij haar op bezoek geweest. Toen heb ben we gelachen, geroddeld en lelijke dingen over Carel Peeters gezegd. Een week voor ze stierf heb ik haar nog aan de telefoon gehad. Ze was toen heel monter en opgewekt, er was niets aan haar te merken. Moedig, hoor". Donkerblonde pruik Wie het werk van 't Hart heeft ge volgd, weet dat het thema travestie ei genlijk al veel langer speelt. In de spannende en aangrijpende roman 'Ik had een wapenbroeder', uit 1973, heeft de ik-figuur, Ammer Stol, dienstplichtig soldaat, een homo seksuele verhouding, en trekt vrou wenkleren aan. Een citaat: "Ik neem de donker blonde pruik van de kop en laat hem voorzichtig op mijn hoofd neerko men. Voor de spiegel trek ik de pruik recht. Het elastische materiaal waar op de haren zijn ingeplant sluit om mijn hoofd. Ik ervaar een diep geluk zalig gevoel als ik mezelf in de spiegel bekijk". Zijn de gevoelens van Ammer Stol in travestie te vergelijken met die van Maarten 't Hart? "Ja, in feite is dat deel van de roman volstrekt autobiografisch. Ik geloof ook nog steeds dat het een van mijn beste boeken is. Maar ik heb het ver schijnsel toen in een homoseksuele context geplaatst, en dat heeft hele maal niks met mezelf te maken. Ik wilde mijn ervaringen verder van me zelf afzetten, door te fictionaliseren de indruk geven dat het niks met mij te maken had. Ik durfde er toen nog he lemaal niet voor uit te komen". "Het is zo, dat je heel graag een an der wilt zijn. Dat kun je ook bereiken door een roman te schrijven, dan kruip je ook in een andere huid. Maar aan de basis van de travestie ligt, dat ik heel graag een vrouw wil zijn. Als kind van vier of vijf jaar wilde ik al een meisje zijn. Daar zaten allerlei voordelen aan vast. Je hoefde niet kaal te worden, je hoefde niet in dienst, wat me vreselijk leek, en je Maarten als Maartje: "Een echte vrouw word je natuurlijk nooit. Je kunt het proberen, maar het lukt je nooit. Als je 's avonds in de spiegel kijkt zie je weer datje groot en lomp bent. Dat is dan weereen tegenvaller. Daarom wil ik me ook niet laten opereren, want je weet van tevoren datje nooit een echte overtuigende vrouw wordt. (Foto Kltu Koppel leefde langer. Want vrouwen worden gemiddeld zes jaar ouder". Na de op merking dat dat toch eigenlijk opper vlakkige dingen zijn, waar genoeg praktische nadelen van het vrouw zijn tegenover staan, probeert 't Hart uit te leggen dat het verlangen dieper zit. Het is veel meer dan een verkleed partij. "Waar het vandaan komt weet ik niet. Freud heeft het begrip penisnijd geïntroduceerd, maar ik heb last van baarmoedernijd. Het aller-, allerleuk ste dat er is, een kind krijgen, dat is je als man ontzegd. Zelf een kind krij gen, dat moet toch een ongelooflijke ervaring zijn". Jaloezie Maar hij heeft juist altijd geschre ven dat hij geen kinderen wilde, 't Hart: "Ja, dat is een beetje tegenstrij dig. Maar ik weet zeker dat ik, als ik een vrouw was, het absoluut zou wil len. Misschien komt mijn standpunt wel voort uit jaloezie: als ik ze niet zelf kan krijgen, dan maar helemaal niet". Dat ook zijn, soms rabiate, soms wat subtieler verwoorde anti-feminisme in wezen voortkwam uit jaloezie op vrouwen, geeft Maarten 't Hart nu royaal toe. Hij zei het ook letterlijk in het programma van Jan Lenferink, waarvan hij me tijdens het interview een video laat zien. Geert, een fraai opgetuigde relnicht die ook aan het televisiegesprek deelnam, merkte op dat hij in kleding zoals *t Hart tijdens de uitzending droeg, hooguit de aard appels zou schillen. "Hmpfzegt 't Hart tijdens het kij ken een beetje beledigd, "een pakje van Frank Govers van tweeduizend gulden!" En hij voegt er aan toe dat hij het bijbehorende jasje helaas niet aankon omdat het patroon daarvan met het beeld interfereerde, wat een hinderlijk glittereffect gaf. Over het effect dat het dragen van vrouwenkleren op hem heeft, zegt hij: "Ik voel me veel minder nerveus, minder opgejaagd. Ik ben als vrouw veel rusteriger. En ook minder gees tig, denk ik als ik mezelf bij Lenferink zie. minder ad rem. Dat zal er wel mee te maken hebben dat ik in vrouwen kleding minder het gevoel heb dat ik me moet waarmaken, dan hoef ik niet zoveel te bewijzen". "Het voelt alsof er in mezelf een kant zit die normaal gesproken niet naar buiten komt. een kant die onder drukt wordt en die zich door een an dere uiterlijke verschijningsvorm kan uiten". Thuis, als hij zit te schrijven, trekt 't Hart geen vrouwenkleren aan. Het lijkt alsof het gevoel vrouw te zijn pas goed kan opbloeien als er toeschou wers zijn. Zo vond hij het heerlijk, vertelt hij, om na de opnamen voor Rur over straat te gaan in zijn mooie kleren, en als vrouw gezien te worden. 'Toen ik op het Boekenbal was had ik het ontzettend warm, dus ging ik steeds naar buiten om even af te koe len. Alle mensen die me daar zagen lo pen dachten dat ik gewoon een vrouw was, en dan voel je je ook een vrouw. Het is moeilijk uit te leggen waarom dat zo prettig is, maar het is gewoon zo. Dat rusteloze is dan helemaal weg. dat gevoel dat er nog zoveel moet ge beuren, dat je nog zoveel boeken moet schrijven". "Maar een echte vrouw word je na tuurlijk nooit. Je kunt het proberen, maar het lukt je nooit. Als je 's avonds in de spiegel kijkt zie je weer dat je groot en lomp bent. Dat is dan weer een tegenvaller. Daarom wil ik me ook niet laten opereren, want je weet van tevoren dat je nooit een echte overtuigende vrouw wordt. Bij TenT zie je wel mannen bij wie het heel goed lukte, maar als je groot bent. zoals ik, moet je er sowieso niet aan beginnen". Schuldgevoel In het werk van Maarten 't Hart dui ken voortdurend de woorden 'schuld' en 'schuldgevoel' op. Ook in een stuk over de overleden bioloog Dick Hille- nius, uit 'Een dasspeld uit Toela'. Heeft dat schuldgevoel, zijn religieu ze opvoeding, iets te maken met zijn verlangen naar vrouw-zijn? "Ja. Het lijkt alsof ik, als vrouw ver kleed, mijn hele gereformeerde verle den van me afwerp. Dat ben ik dan in één klap kwijt. Want het is natuurlijk iets dat helemaal tegen het woord des Heren ingaat. In de bijbel wordt er zo nadrukkelijk tegen gewaarschuwd, mannen die vrouwenkleren aantrek ken. In Leviticus staat dat mannen die dat doen gedood moeten worden. Het is nog net hiet opgenomen in de tien geboden, maar het is wel iets dat volstrekt verworpen wordt" "Verkleden en toneelspelen, dat mocht ik als kind allemaal niet, dat was zondig. Alles dat zweemde naar uiterlijke verfraaiing was verboden: ijdel vertoon, wereldse wuftheid. Er is in mijn jeugd dus nooit enige uitlaat klep voor zulke gevoelens geweest. Dan wordt de drang om die neiging in het geniep uit te leven natuurlijk steeds sterker". "De travestie heeft bij mij niks met een seksuele kick of bevrediging te maken. Maar dat is heel verschillend. Bij TenT zeggen ze dat een travestiet iemand is die seksuele gevoelens ont leent aan het dragen van vrouwenkle ding, en dat iemand die het liefst een vrouw zou willen zijn, zoals ik, een transseksueel is". Opvallend is dat vrouwen die zich als man kleden, zoals Andreas Bur nier of Elly de Waard, weinig opzien baren, terwijl een man in vrouwenkle ding nog vaak gek gevonden wordt en lacherige reacties oproept. Hoe zou dat komen? "Ik weet het niet. Toen vrouwen in 1920 voor het eerst broeken gingen dragen waren de reacties ook heel fel. En zelfs in de jaren vijftig zag je het nog heel weinig. Mijn moeder trok als het heel koud was weieens een broek onder haar jurk aan, maar dat mocht niemand zien". "Het heeft misschien ook te maken met het feit dat mannen een dominan te rol in onze maatschappij vervullen. Het zou heel goed kunnen dat je als man als het ware een stap terugdoet wanneer je vrouwenkleding aantrekt, dat je dan je dominerende functie ver loochent". "Andreas Burnier beschrijft in 'Een tevreden lach' hoe ze ernaar verlangt om een man te zijn. Dat komt gek ge noeg veel minder voor. Maar toen ik dat las, kon ik het me heel goed voor stellen. Zij beschrijft hoe erg ze het vond om voor het eerst te menstru eren. Ik had hetzelfde toen ik me voor het eerst moest scheren. Ik vond dat zo vreselijk!" Nadelen Gevraagd waarom hij niet altijd vrou wenkleding draagt, als dat hem zo'n prettig gevoel geeft, wijst 't Hart op de praktische nadelen. Het is bijvoor beeld erg warm. zo'n pruik op. Maar ook valt tijdens het gesprek meer dan eens het woord 'hachelijk'. Maarten 't Hart is er dan wel voor 'uitgekomen', maar het is zeker geen probleemloze zaak. Zo wil hij ook liever niet 'als jon gedame', zoals hij dat noemt, op de fo to. "Want je weet nooit wie er aan de deur komt". Toch zegt hij, gevraagd hoe vaak hij zich wil verkleden: "De zin is er altijd. Maar ik probeer het een beetje te bestrijden en er niet aan toe te geven. Anders wil je het de volgen de dag weer, en dan weer". Travestie, zegt 't Hart, komt voor in alle milieus: "Het is een volstrekte dwarsdoorsnede uit de Nederlandse bevolking: arbeiders, intellectuelen, van alles door elkaar. Het zijn in het algemeen wel een beetje bedeesde, bange mensen". Dat veel travestieten afschuwelijke kleren dragen, gedateerde bloeme tjesjurken en wanstaltige ouderwetse handtassen, dat is de schrgver zonder meer met me eens: "Ze hebben vaak een slechte smaak, en kleden zich dan ook heel overdreven, met hele grote oorbellen, netkousen, en veel te hoge hakken. Ik hou daar helemaal niet van. Het gaat er juist om dat je bgna onzichtbaar de grens overschriidt".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 27