'Niet de eerste en niet de laatste verandering'
Leidsch Dagblad
LEIDSCH
DAGBLAD.
De waanzin van ambtelijke 'overregulering'
GescliiedschrijverJoop Breedeveld over wijzigingen bij Leidsch Dagblad:
LEIDEN - Het eerste Leidsch
Dagblad dat in 1860 verschijnt
is klein van formaat. De krant is
25 centimeter hoog en 16,5 cen
timeter breed. Veertig jaar ver
der in de tijd, rond 1900, onder
gaat de krant een ware gedaan
teverandering, als het formaat
naar '54 bij 38' gaat. Bijna een
eeuw en vele veranderingen la
ter, gaat het Leidsch Dagblad er
op 16 april weer anders uit zien.
"Het is niet de eerste wijziging
van het 'gezicht' van de krant,
het zal ook wel niet de laatste
zijn", zegt J. Breedeveld, werk
nemer van het Leidsch Dag
blad.
Breedeveld is ruim veertig jaar
1870 begint de krant te groeien. In
dat jaar heeft het Leidsch Dagblad
280 abonnees, in 1880 zijn dat er
ruim 3500 en rond de eeuwwisse
ling 9500.
De zoon van oprichter Sijthoff,
Gerard Henri, die in 1886 bewind
voerder wordt, wil van de kranten
uitgeverij een modern bedrijf ma
ken. Het Leidsch Dagblad krijgt de
eerste telefoonaansluiting in Lei
den, is als eerste op het elektrici
teitsnet aangesloten en heeft ook de
eerste vrachtwagen. In 1900 krijgt
het bedrijf als eerste in Nederland
een moderne zetmachine. Het for
maat van de krant verandert, ze
wordt ook dikker. Breedeveld: "De
rode draad van de geschiedenis van
het Leidsch Dagblad tot de jaren '80
het hoofd boven water te houden.
Het Leidsch Dagblad hoeft geen
mensen te ontslaan. Als de oorlog
aanbreekt heeft de krant ruim
20.000 abonnees. Voor Breedeveld
is dat een zwarte periode uit de ge
schiedenis van de krant, omdat vol
gens hem toen een onjuist beeld
over de krant is ontstaan. "Er is ge
zegd dat het Leidsch Dagblad 'fout'
is geweest in de oorlog. Dat is niet
waar. Directie en commissarissen
hebben in die tijd naar mijn mening
juist gehandeld".
Toch krijgt de krant na de oorlog
een verschijningsverbod van een
paar maanden en werd directeur
Henny geschorst. Breedeveld: "De
regering in Londen vaardigde in
De aanhef van de krant in de vorige eeuw (boven) en de nieuwe 'kop' van de krant op 16 april 1991.
werkzaam in het kantoor aan de
Witte Singel. De laatste maanden
tot zijn VUT - in juni van dit jaar -
besteedt hij aan de geschiedschrij
ving van het Leidsch Dagblad.
Daarin schenkt hij natuurlijk ook
aandacht aan de wijzigingen die de
krant in de loop van 131 jaar heeft
ondergaan.
Dat zijn er, volgens Breedeveld,
vele geweest. "Het eerste nummer
van het Leidsch Dagblad bevatte
binnen- en buitenlandsnieuws, eco
nomisch nieuws en berichten over
de kerk. De eerste krant was maar
vier pagina's dik". Soms kwam de
krant niet vol, maar dan vulde de
oprichter en uitgever van het
Leidsch Dagblad, A.W. Sijthoff, de
pagina's met advertenties van boe
ken die hij uitgaf.
Leids blaadje
Veel stelt de krant in de eerste tien
jaar van het bestaan nog niet voor.
"Het Leidse blaadje werd de krant
door de bevolking genoemd. Na
is eigenlijk: steeds meer pagina's en
meer abonnees".
Het jaar 1924 verandert het beeld
van de krant aanzienlijk. Er kunnen
foto's worden afgedrukt. De eerste
is er een van Koningin Wilhelmina
en Prins Hendrik in Scheveningen'.
Het betekent niet dat vanaf die dag
elke pagina met een foto wordt ver
luchtigd. Die komen veelal terecht
op de pagina met 'gemengd
Intussen heeft het Leidsch Dag
blad een nieuwe directeur. Het is de
eerste niet-Sijthoff, Jan Willem
Henny. "Een mannetjesputter",
weet Breedeveld nog, "Maar ver
schrikkelijk eigenzinnig. Hij was
oprichter van het ANP, voorzitter
van de Nederlandse Dagbladpers,
maar als de drukpers stuk was,
ging-ie er zelf onder liggen om hem
te repareren".
Crisisjaren
In de crisisjaren weten de kranten
1943 het bevel uit dat de kranten
hun activiteiten moesten staken.
Het Leidsch Dagblad besloot toen
om dat niet te doen, het zou tot ge
volg hebben dat de werknemers
van de krant in Duitsland tewerk
zouden worden gesteld".
Breedeveld heeft zelfs bewonde
ring voor de redacteuren van toen.
"Als ik de leggers doorblader, sta ik
ervan te kijken wat men nog durfde
te schrijven". Als de Duitse bezetter
op 1 januari 1944 een NSB-hoofdre-
dacteur wil benoemen, besluiten di
rectie en raad van commissarissen
wèl om de uitgave van de krant te
staken. Het is dan ook een tegenval
ler wanneer het Leidsch Dagblad na
de bevrijding niet mag verschijnen.
Later krijgt de krant in hoger be
roep tegen dat besluit gelijk; er is
juist gehandeld tijdens de oorlogs
jaren.
'Toch is het kwaad dan eigenlijk
al geschied. Onze concurrenten in
De 'geschiedschrijver van het Leidsch Dagblad, Joop Breedeveld. "De lezer denkt op 16 april misschien iels totaal anders in handen te krijgen, de
volgende geschiedschrijver van het Leidsch Dagblad zal het wellicht bekijken als de zoveelste verandering in de historie van de krant", (foio wi» Dijkmui
de stad kregen vastere voet aan de
grond. Het duurt tot 1957 voor het
Leidsch Dagblad weer hetzelfde
aantal lezers heeft als voor de oor
log.
The Beatles
In de zestiger jaren wordt een be
houdende krant gemaakt. Discussie
onstaat of een verslag met foto's van
The Beatles in het Hillegomse Tre
slong wel in de krant moet worden
afgedrukt: dat langharig tuig! Een
redacteur die een kritisch stuk
schrijft over de 3 October-Vereeni-
ging wordt op staande voet ontsla
gen. Dat wordt met veel moeite on
gedaan gemaakt.
De krant zet de groei in de jaren
'70 gestaag door. Onder de hoofdre
dacteuren Soetenhorst en Mulder
slaat de krant een koers in, die links
van het midden ligt. Aan de stijging
van de oplagecijfers komt pas na
1980 een einde. Net als vele andere
regionale kranten begint het
Leidsch Dagblad abonnees te ver
hezen, die dalende trend is pas
sinds korte tijd tot staan gebracht.
De komende veranderingen moe
ten een periode van groei inluiden.
Breedeveld zal die wijzigingen van
af 10 mei - zijn laatste werkdag - van
af de zijlijn bekijken. "De lezer
denkt op 16 april misschien iets to
taal anders in handen te krijgen, de
volgende geschiedschrijver van het
Leidsch Dagblad zal het wellicht
bekijken als de zoveelste verande
ring in de historie van de krant".
Ouftjfycutos
Honderd jaar geleden stond in
de krant:
- Hedenmorgen om halfelf is een
voor een voertuig gespannen
paard, door het losgaan van het
zwengelhout, op de Haarlem
merstraat nabij de Bakkersteeg
op hol geraakt en eerst op de
Beestenmarkt tot staan ge
bracht. In zijn woeste vaart
heeft het dier op de Haarlem
merstraat een ouden man, zeke
ren Frank, omvergeworpen, met
het gevolg dat hij, volgens dr.
Van Rhijn, wiens hulp werd in
geroepen, een arm had gebro
ken.
- Een moderne aartsvader. - Ze
kere Lucas Nflarvinil Paez, op
20-jarigen leeftijd uit Galicie
naar Amerika vertrokken, is
thans als grijsaard van 93 jaren
met een groot vermogen en met
al zijn familieleden, te Barcelo
na aangekomen. Hij is driemaal
gehuwd geweest en heeft 23 zo
nen, 16 dochters, 81 kleinkinde
ren. 84 achterkleinkinderen, enz.
Hij deed den overtocht met de ge
heels familie op een eigen schip,
met een kleinzoon tot kapitein
- Prachtisch - Tc De Kalh. in
Texas, zeide Maandag-ochtend
een arbeider bij het opstaan tot
zijne vrouw, dat zij haar gebed
moest doen, aangezien hij haar
dooden zou zoodra hij zijne
schoenen aangetrokken had. De
verschrikte vrouw besloot hem
vóór te zijn. haalde ijlings eene
bijl en kliefde haren echtgenoot,
terwijl hij zijne schoenen aan
trok, den schedel
Vijfentwintig jaar geleden:
- Alle Britten boven de 21 jaar
kunnen kiezen met uitzondering
van lords, krankzinnigen en
misdadigers. Er waren natuur
lijk onverwachte dingen: Her-
bert Charles Jones, een 72-jange
voormalige landarbeider m So-
merstet stierf, toen hij zijn stem
uitbracht De bruid Judith Cole
ging onmiddelijk na het kerke
lijk huwelijk naar de stembus en
liet de gasten wachten.
Studiedag aids
LEIDEM Het Aids-platform Lei
den en omstreken houdt op donder
dag 4 april een symposium over
aids. Tijdens het symposium zal een
groot aantal vakmensen, onder wie
huisartsen, internisten, maatschap
pelijk werkers en een psychiater, de
problemen van en de huJp aan aids-
patienten onder de loep nemen.
Het symposium wordt gehouden
in het AZL. Het Leidse academisch
ziekenhuis is aanwezig als centrum
ziekenhuis voor HIV-infectieziek-
ten en aids. Overigens is ook de Ba
sisgezondheidsdienst bij de voorbe
reiding betrokken geweest.
De bijeenkomst begint om 16.30
uur en duurt tot 20.40 uur.
De oorsprong van het bedrijf van
De Goeij ligt in het begin van de ja
ren tachtig. In 1984 werd de Finan
ciële Verhoudingswet ingevoerd,
die een breuk met het verleden be
tekende. Tot 1984 kregen de ge
meenten een uitkering uit het Ge
meentefonds die was gebaseerd op
het aantal inwoners. Meer inwo
ners, meer geld. Vooral de grote ge
meenten schreeuwden moord en
brand over deze regeling, omdat
hun inwoneraantal in de jaren ze
ventig steeds verder terugliep. Doel
van de nieuwe wet was dan ook om
de grote steden aan een extraatje te
helpen.
Om dat voor elkaar te krijgen,
werd bedacht dat niet meer het aan
tal inwoners van een gemeente
doorslaggevend zou zijn voor de
vaststelling van de uitkering, maar
het aantal woningen, de oppervlak
te van de bebouwing, de omvang
van de bebouwde kom en de gemid
delde hoogte van de bebouwing.
Dat laatste criterium wordt gehan
teerd omdat een flatgebouw van
twintig of dertig verdiepingen veel
meer bewoners - en dus veel meer
voorzieningen - noodzakelijk maakt
dan een paar rijtjeshuizen.
Luchtfoto's
"Die criteria lijken duidelijk en
overzichtelijk, maar in de praktijk
valt het bar tegen", zeggen De Goeij
en Nijveld. "Eenmaal per drie jaar
worden van heel Nederland lucht
foto's gemaakt. Op basis van die fo
to's wordt bepaald in hoeverre een
gemeente bebouwd is, maar die
luchtfoto's hebben een schaal van 1:
18.000. De vraag is of je alles kan on
derscheiden. Bovendien kan bij het
interpreteren van de foto's een klei
ne vergissing of een fout gemaakt
worden, die grote gevolgen heeft".
De Goeij ontdekte in 1984 hoe
makkelijk fouten ontstaan en klop
te bij èen willekeurig gekozen ge-t
meente aan met de vraag of hij de
berekening mocht nakijken. Zijn
ervaring in de landmeetkunde zorg
Leiderdorps bedrijf profiteert van omslachtige criteria verdeling rijksgelden
Van onze correspondent Marcel Gelauff
LEIDERDORP Slechts weinigen in Nederland weten
hoe de geldstroom van rijk naar gemeenten is geregeld. H.
de Goeij, directeur van adviesbureau Elbocon bv in Leider
dorp en zijn medewerker N. Nijveld behoren tot die min
derheid. Ze verdienen er zelfs een groot deel van hun dage
lijkse boterham aan. Tot de klantenkring van Elbocon be
horen inmiddels 250 van de 642 Nederlandse gemeenten.
Kort gezegd komt het erop neer dat ze gemeenten adviseren
over de handigste manier om het rijk zoveel mogelijk geld
uit de zak te kloppen.
Schuur
Bent u daar nog? De Goeij en Nij
veld wel. Ze vertellen over het
Drentse dorpje Zuidlaren dat door
een brand plotseling veel minder
bebouwde oppervlakte had met alle
gevolgen van dien:
In februari 1986 brandde de Prins
Bernhard Hoeve tot de grond toe af.
De verzekering vergoedde alle
schade aan het beurscomplex en
binnen een padr maanden stond er
een rij nieuwe hallen. Niks aan de
hand lijkt het dus, maar deze stevi
ge brand scheelde de gemeente
Zuidlaren wel driejaar lang een uit
kering van 23.000 gulden uit het Ge
meentefonds, het potje dat het rijk
heeft om de gemeenten van geld te
voorzien. Wanneer de brand twee
maanden later was uitgebroken.
had Zuidlaren die 23 mille gewoon
gekregen.
"Toeval, daar komt het op neer.
Puur toeval. Absurditeiten als in
Zuidlaren zijn onbedoelde gevol
gen van een poging wetgeving zo
gedetailleerd te maken dat hij voor
elke gemeente rechtvaardig uit
pakt. In de praktijk is de Finaciele
Verhoudingswet dus helemaal niet
rechtvaardig. Hij hangt van wille
keur aan elkaar. Bovendien is hij zo
verschrikkelijk ingewikkeld, dat
bijna niemand meer begrijpt hoe hij
precies in elkaar steekt", zegt De
Goeij.
Nog een voorbeeld:
Gemeente A geeft een onderne
mende particulier toestemming om
een huis te bouwen. De uitkering
uit het Gemeentefonds aan ge
meente A gaat met 500 gulden om
hoog. Gemeente B geeft de broer
van deze ondernemende particulier
toestemming precies hetzelfde huis
te bouwen. Zelfs het gepiep van de
deurbel stemt overeen. Verder ver
andert in beide gemeenten niets. De
uitkering uit het Gemeentefonds
aan gemeente B gaat met 50.000 gul
den per jaar omlaag. Jammer, maar
helaas. Zo zijn de regels en van re
gels kunnen we uiteraard niet afwij
ken. zou het ministerie van financi
ën gemeente B ongetwijfeld voor
houden wanneer deze verontrust
aan de bel zou trekken.
"Je kunt als gemeente pech heb
ben en geluk. Het ligt er maar aan
hoe de normen in jouw geval uit
pakken. Elbocon krijgt regelmatig
verzoeken van gemeenten of we
eens willen uitrekenen of het ver
standig is daar en daar te bouwen.
Soms gaat een bouwplan dan niet
door. Ze wachten ook wel eens een
paar maanden met het slopen van
een groot gebouw tot er weer lucht
foto's zijn gemaakt. En je moet ook
niet raar opkijken als ergens opeens
een oude schuur of een leegstand
pand wordt omgeduwd. Dat scheelt
weer drie jaar op de uitkering uit
het gemeentefonds".
Lachen
En het ministerie van financiën?
Dat vindt het allemaal best. Het
geld dat Elbocon voor zijn klanten
binnenhaalt, gaat ten koste van an
dere (vooral de grote) gemeenten,
want het enige wat De Goeij en Nij
veld doen is het anders verdelen
van de 14,3 miljard gulden die het
rijk jaarlijks in het Gemeentefonds
stopt.
De Goeij: "Kijk, we kunnen wel
lachen om al die regeltjes, en er zijn
nog veel meer bepalingen en crite
ria dan we nu hebben verteld, maar
het is natuurlijk waanzin waar we
hier mee bezig zijn. Wat denk je dat
bat uitvoeren van de Financiële
Verhoudingswet kost? Al die lucht
foto's, elke dne jaar weer. het werk
dat eraan vastzit. Het gaat om tien
tallen miljoenen. Het rijk haalt die
kosten natuurlijk wel eerst uit Ge
meentefonds, voordat het geld naar
de gemeenten gaat Wij verdienen
er zelf ook een aardige boterham
aan. maar uiteindelijk moet de be
lastingbetaler het allemaal ophoes
ten".
de ervoor dat hij de ondoorgronde
lijke cijfermassa de baas kon. "Ik
haalde er inderdaad fouten uit, en
bij de volgende tien gemeenten
ging het net zo. Op een of andere
manier vallen de berekeningen van
het ministerie meestal in het nadeel
van de gemeenten uit".
Zie hier de geboorte van een
nieuw bedrijf. De Goeij en Nijveld
gaan tegenwoordig gemeenten af
en houden lezingen over de juiste
interpretatie van de Financiële Ver
houdingswet. Van Groningen tot
Maastricht zitten de klanten. Vooral
de bepaling dat de oppervlakte van
de bebouwing en de bebouwde
kom dienen te worden vastgesteld,
blijkt een bron van discussie en el
lende. Want waar begint en waar
eindigt de bebouwde kom?
De wet zegt dat een woning of een
schuur die op minder dan tweehon
derd meter van de rest van de be
bouwing van een dorp in een wei
land wordt gezet, tot gevolg heeft
dat dat hele weiland bij de bebouw
de kom wordt getrokken. De ge
middelde hoogte van de bebouwing
neemt daarmee af en dat doet de uit
kering uit het Gemeentefonds da
len.
H. de Goeij en N. Nijveld (rechts). "Wij verdienen er een aardige boterham aan, maar uiteindelijk moet de belastingebetaler het allemaal ophoesten'.
Ifoto GPD)