rails Obstakels tussen de De toerist laat Tunesië links liggen Hoteliers ondergaan de nasleep van Golfoorlog gevecht met stress en agressie De machinist, en het dagelijkse PAGINA 12 WOENSDAG 13 MAART 1991 Een gigantisch geschuif met wagons is noodzakelijk om in de spits treinen te verlengen en in de schaarse 'daluren' met kortere treinen energiezui nig te rijden. De dienstregeling biedt weinig speelruimte, de perrons zijn te kort en de rails worden te druk bereden. Stop en sneltreinen moeten te vaak op elkaar wachten. Te veel spoorwegovergangen kosten niet alleen tijd maar ook men senlevens. De angst die iede re machinist beheerst: iets vóór de trein krijgen. De dage lijkse omgang met obstakels tussen de rails. door Pieter van de Vliet De wereld is kleiner dan normaal, stelt machinist Willem van der Horst vast. Mist onttrekt het baanvak grotendeels aan het zicht. Schijnbaar lopen de rails dood achter de grauwsluier, die de na tuur over het landschap heeft gelegd. Met 130 kilometer per uur dendert de trein richting Zandvoorl. Als machinist moet je er gevoel voor hebben onder deze omstandigheden zo constant te rij den. "Er zijn collega's, die nu met het zweet in hun handen aan de remkraan zitten. Uit angst er wat vóór te krijgen. Bij elke spoorwegovergang voelen ze hun hart bonzen. Stress is slecht voor je gezondheid; vooral als je probeert het te onderdrukken kun je er goed ziek van worden. Ik heb dat niet. Al laat het me beslist niet koud als er opeens eentje voor staat. Wat elke machinist een keer overkomt. Dat weet je. daar hoef je de statistieken niet voor te kennen". Terloops vertelt hij van die ene keer dat het hém overkwam. Vorig jaar okto ber was dat, het fatale voorval had plaats op een overweg tussen Hazerswoude en Alphen aan den Rijn. "Het motorblok van de auto schoot zo'n tien meter weg. De bestuurder werd eruit geslingerd. Maar dat heb ik niet gezien, daar was het te donker voor. Een remkraan van de trein werd bij de botsing weggeslagen waardoor ik pas na achthonderd meter tot stilstand kwam". In de restauratie van het in zon baden de Zandvoort komt Van der Horst nader-, hand 'nog even' terug op het ongeluk. Hij komt dan tot de oprechte bekentenis nog altijd blij te zijn dat het donker was, toen tertijd; dat hij het niet écht heeft gezien. Hij heeft de dag daarop geïnformeerd bij de spoorwegpolitie of de automobilist nog leefde. Ze vertelden hem dat de man in zorgwekkende toestand naar een streekziekenhuis was overgebracht en van daaruit in allerijl naar een gespeciali seerd ziekenhuis. De man opzoeken in het ziekenhuis, nee, dat heeft Van der Horst niet kunnen opbrengen. Je kunt je tenslotte niet het leed van de hele wereld aantrekken, dan heb je geen leven meer. "Familie van mensen die zich voor de trein hebben ge gooid proberen wel eens met de machi nist in contact te komen. Begrijpelijk, omdat hij de laatste was die het slachtof fer in leven zag. Toch houdt de NS zulke contacten doelbewust af. En terecht denk ik". Het afkoppelen van wagons en locomo tief kost in Zandvoort nogal wat tijd, om dat de rangeerders niet met portofoons zijn uitgerust. Hoewel het niet zijn taak is als machinist, ziet de 55-jarige Willem van der Horst erop toe dat het 'veilig' ge beurt. Met zijn 33 dienstjaren voelt hij zich verantwoordelijk, voelt hij zich ver bonden met 'zijn' trein. "Het loskoppe len van de verwarmingskabel kan niet zomaar gebeuren. Eerst moet je je ervan vergewissen dat de beugel van de draad is, want daar staat 1500 volt op. Anders heb je wel zwarte handjes, begrijp je". Op de weg terug naar Utrecht Centraal laat Willem ter hoogte van Maarssen de hoorn nadrukkelijk loeien. Een voor zorgsmaatregel. Want: "Ze lopen nogal eens onder de bomen door om de stop trein te halen. Of ze wandelen opzettelijk de rails op. Nou, reken maar dat ze schrikken als ik die hoorn laat loeien". Utrecht CS. Eindstation. In de alcohol vrije kantine, in het kale beton van de Katreinetoren, voorziet Willem zijn ver haal over het ongeluk van een slot. Hij zegt het niet nadrukkelijk, maar er moet uit blijken dat hij geprobeerd heeft de botsing te voorkomen, "Ik zag die auto meteen. Met een nood gang kwam hij op de spoorwegovergang af. Ik voelde dat de automobilist niets in de gaten had. gaf aanhoudend signalen, maar de man reageerde niet. 'Jongen remmen, anders moet ik het doen'. Ik had de remkraan al snel vast, remde uit alle macht maar ik wist dat ik met dat ge wicht en die snelheid nooit op tijd zou stilstaan. Op het allerlaatste moment heeft hij me gezien en op de rem gestaan, maar het was te laat: de auto kwam met de kop op de overweg. Het enige dat ik in een flits heb gezien is de motorkap". Niet alleen Magere Hein ligt in de na bijheid van de rails voortdurend op de loer, onaangenaam is ook dat de agressie vandaag de dag clandestien meerijdt. Le gio zijn bijvoorbeeld de verhalen over voetbalaanhangers die complete trein stellen verbouwen en, als ze niet oppas sen, conducteurs molesteren. Ga er maar aan staan. Rollenspel Met rollenspelen wordt de conducteurs geleerd hoe ze lichamelijk en geestelijk geweld moeten voorkomen en bestrij den. De 44-jarige Henk Leenen kan het zo op het eerste gezicht zonder rollenspel wel af. Een potig type, Leenen. "De pas sagiers mogen best weten dat ik de con ducteur ben, de baas op de trein". Zijn natuurlijke overwicht ten spijt heeft ook Leenen een enkele keer klap pen opgelopen. In 1973 was dat, in de 'danstrein' tussen Nijmegen en Gelder- malsen. Discogangers hadden zich klem gezopen en wilden indruk maken op de meisjes in het gezelschap. Ze jutten el kaar op, schreeuwden, joelden, verniel den. En ze hadden geen kaartjes. Of oude kaartjes. Of ze wilden betalen met een biljet van 250 gulden. Daar heeft de con ducteur niet van terug, wisten ze. "Henk, wijs wezen, laat maar zitten, draai je om", dacht hij nog. Maar klappen kreeg hij toch. Tanden door de lip, een blauw oog Meestal lost hij het op door oproer kraaiers af te zonderen. Louter door ze "met het mondje weg te praten" bij hun vriendjes. "Joh, kom even mee naar de eerste klas, dan hebben we het er even over", zegt hij dan. Buiten groepsver band stellen zulke jongens doorgaans weinig voor. Henk begeleidt die dag aankomend conducteur John Luykx. John heeft bij een grootgrutter gewerkt, maar de trein vindt hij stukken spannender. De 'onre gelmatigheid' van het vak trekt hem. De conducteurs lopen door de trein. Dat heeft effect; twee is meer dan één. John schrijft de gegevens op van een jon gen die beweert zijn O V-jaarkaart voor studenten thuis te hebben laten liggen. De jongen kan zich niet legitimeren; hij heeft alleen een schoolagenda bij zich. Maar zo'n agenda kan een truc zijn om de uit het hoofd geleerde valse gegevens te 'staven'. Daarom vraagt John onver wacht nog eens naar hetzelfde. 'Wanneer was je ook al weer geboren?' 'En hoe schrijf je je naam?'. Hij is als aankomend conducteur al aardig 'getruct'. In de coupé zit weer eens een jongen zonder kaartje. Hij had er wel een willen kopen, maar het was zo druk voor het lo ket, luidt het excuus. "Hij is m'n getui ge". Hij wijst op iemand tegenover hem, die nogal nadrukkelijk bevestigend knikt; wie er oog voor heeft ziet dat het afgesproken werk moet zijn. Het geld voor een enkeltje heeft de jongen pas klaar in de hand. Als Henk zegt dat daar f 3,50 administratiekosten bovenop ko men, reageert de jongen geschrokken. Zo veel geld heeft hij niet, zegt hij. "Maar je moet toch straks ook terug", oppert Henk. De jongen trapt er in. "Ja", zegt hij. "Als ik hem een retourtje verkoop is dat z'n straf en bovendien heeft de NS dan dat geld binnen. Want op de terug weg doet zo'n jongen hetzelfde. Probeert hij wéér zwart te rijden". Klagers Het wemelt in de trein van de OV-jaar- kaarthouders. Er is een bij, die in de ver onderstelling verkeert zijn opoefiets gra tis te kunnen meenemen. "Als je 't ou- wetje kan opvouwen kost 't niks", zegt Henk. Hij heeft de lachers op z'n hand; de student krijgt een rooie kop. Behalve lachers zijn er klagers. Slacht offers van te krappe overstaptijden die door een vertraging van enkele minuten hun aansluiting missen en daardoor soms een uur te laat op hun werk komen. Henk adviseert hun een klacht bij de NS te deponeren. "Ik vind dat die mensen gelijk hebben". De dienstregeling is krap. Te weinig rails, te korte perrons, onvoldoende scheiding van snel- en stoptreinen, te veel verschillend en verouderd materieel en daardoor te veel vertragingen. Het comfort valt soms tegen; treinen zijn of te koud of te heet. Het gebeurt dat je in het ene compartiment bijna bevriest en in het andere bijkans wordt gebraden. Dat er het een en ander mankeert aan de treinstellen van de NS, daarvan weet Johan de Nas mee te praten. Storings monteur materieel is zijn functie, wegen wacht bij de spoorwegen. Hij heeft het razend druk. In steeds langere en vollere treinen moet hij almaar meer reparaties verrichten. Vooral deuren, die geacht worden automatisch te sluiten, laten het nogal eens afweten. Op zoek naar zo'n deur wurmt hij zich door de wachtenden. Hij heeft geen tijd om een een passend antwoord te geven op de vraag waarom de trein vertraging heeft. Zelfs komt De Nas tijd tekort om reizigers uit te leggen dat het wachten nóg langer duurt als hij die vragen wél zou beantwoorden. Bij de NS gaat er immers al genoeg geld verlo ren door verspilde tijd. 'Weer zorgeloos naar de zon met Martinair en Transavia'. De luchtvaartondernemers gooiden er deze week samen met de reisbureaus en de verkeersbureaus van acht populaire vakantielanden een paginagrote advertentie tegenaan om de consument eraan te herinneren hoe zorgeloos een zonvakantie eigenlijk kan zijn. Een zestal fleurige kiekjes met water, blauwe lucht en zandstrand moet de boze droom van de Golfoorlog en de dreiging die die voor het luchtverkeer met zich bracht, snel doen vergeten. De opgewekte toon van de advertentie - 'witte stranden, bruine gezichten', 'kristalhelder water' en 'groene oases' - moet verdoezelen hoe de toeristenindustrie in de piepzak zit. Geen woord over de Golfoorlog of het uitblijven van reserveringen voor zomervakanties, die de ondernemers in deze sector al wekenlang slapeloze nachten bezorgen. door Theo Haerkens Douggade grootste en best bewaarde archeologische bezienswaardigheid van Tunesië. Verwacht mag worden dat er dit jaar beduidend minder toeristen dan anders op deze trekpleister af zullen komen. (Archieffoto) In de toeristenlanden is de nood tot rampzalige hoogte gestegen. De toeristi sche belangstelling voor Zuid-Europa mag de laatste dagen dan enigszins aan trekken, nu de Golfoorlog voorbij is, in Marokko en Tunesie wordt het ergste ge vreesd. De vooruitzichten zijn somberder dan ooit. Overheid en ondernemers in Tune sië gaan ervan uit dat dit seizoen niet meer kan worden goedgemaakt. Leeg zijn de tientallen hotels in de kustplaat sen Sousse en Hammamet, die normali ter in deze tijd van het jaar al half vol zit ten. Het gastenboek van hotel Club Me- diterranée telt thans welgeteld vijf in schrijvingen. De strandstoelen aan de rand van het zwembad in de tuin van het viersterren- hotel Hasdrubal bij Sousse staan keurig in het gelid. Het water is helder blauw en oogt uitnodigend, maar de eerste gast moet er nog induiken. De directie van hotel Continental verkeert onderhand in een vertrouwenscrisis. De hoop op een massale toestroom van gasten lijkt hier minimaal aanwezig. Het zwembad is nog leeg. Alleen in het diepe staat een deci meter water waarin groene algen welig tieren. De Golfoorlog heeft de Tunesisische overheid opgezadeld met een ware kater. En dat terwijl het land zo aardig in de markt kwam te liggen bij de zon minnen de vakantieganger die niet al te duur uit wil zijn. Van jaar tot jaar wisten meer en meer mensen de weg te vinden naar dit zonnige oord. Vorig jaar brachten zo'n 100.000 Nederlanders er hun vakantie door. Redden Kamel Ghannouchi, woordvoerder van het Nationaal Bureau voor Toerisme in Tunesië, steekt zijn bezorgdheid niet on der stoelen of banken. "Het toerisme ligt vrijwel stil". Mohamed Jegjam, de minis ter van toerisme, is de afgelopen weken voortdurend op pad geweest om te red den wat er te redden valt. Maar niemand gelooft dat de toeristen, die voorname lijk komen uit Frankrijk, Duitsland, En geland, Italië en Nederland, alsnog met vliegtuigladingen tegelijk deze kant op zullen komen. Niet iedereen schuift alle schuld naar de Golfoorlog en de daaruit voortvloei ende onaangename confrontaties tussen Westerlingen en Tunesiers. Anne-Marie. een Vlaamse hostess die al meer dan twintig jaar in het land woont en werkt, wijst er op dat de wintersporters al weei een jaar of drie goed aan hun trekken zijr gekomen. En geld kan tenslotte maai éen keer worden uitgegeven, nietwaar?' Een en ander wordt beaamd door Nik- oline van der Werf van het Tunesisch Verkeersbureau. "De markt is gewend aan schommelingen. Op dit moment zijn de verre bestemmingen, bijvoorbeeld in Azië, weer heel concurrerend". De sympathie die de Tunesische be volking koestert voor de Iraakse leider Saddam Hussein heeft de Westerse va kantiegangers kopschuw gemaakt. En de stelling van president Ben Ali dat de Golfoorlog geen invloed heeft op de gast vrijheid van de Tunesiër heeft maar wei nig mensen overtuigd. Tot die uitzonderingen behoren va kantiegangers R. Bosman uit Egmond aan Zee en J. Winter uit Heerhugowaard. Zij menen dat er "niets, maar dan ook niets aan de hand is. De mensen zijn net zo vriendelijk als voorheen", betogen beiden, terwijl ze hun woorden met weidse gebaren kracht bijzetten. "En wij kunnen het weten, want we zijn hier al voor de achtste of negende keer". Onder de maat De voorlichting die over het land wordt verstrekt vinden zij absoluut onder de maat "want de meeste Tunesiërs zijn juist tegen Saddam Hussein". En dat het ministerie van buitenlandse zaken in Ne derland toeristen nog steeds afraadt naar Tunesië af te reizen, is voor hen onbegrij pelijk. Het verloop van de Golfoorlog en de ondergang van Irak "heeft niet auto matisch gevolgen voor de binnenlandse situatie in het land", formuleert een woordvoerder op gezag van ambassa deur R. Mulder. De moord op de tweede man van de ambassade in Tunis, Akkerman, vorige week. heeft Den Haag in elk geval niet minder voorzichtig gemaakt. Over de achtergrond van de fatale schietpartij is volgens het ministerie nog niets bekend, zelfs niet of die wel iets te maken heeft met de gebeurtenissen in de Golf. De au toriteiten in Tunesië lijkt er veel aangele gen te zijn de moordzaak snel op te los sen. Begrijpelijk, want een ongelukkiger moment voor de aanslag is haast niet denkbaar. Dat neemt niet weg dat ook Tunesi sche overheidsdienaren soms wonderlij ke wegen bewandelen om duidelijk te maken dat toeristen in hun land niets te vrezen hebben. Hattem, een gids van het ministerie van toerisme ontraadt zijn ge hoor gesprekken over de Golfoorlog aan te knopen met de bevolking van de toe ristenplaats Hammamet. "De mensen zijn het er niet mee eens dat de Amerikaanse president Bush met zijn ingrijpen in Irak de grote Arabische familie splijt", verklaart hij op voorhand emotionele reacties. "De gewone man begrijpt niet dat ons land economisch moet overleven. Je moet niet discussië ren met mensen die niet eens kunnen le zen of schrijven". Van de beter gesitueer den verwacht hij minder heftige reacties "omdat zij rationeler zijn of eerst naar hun portemonnee kijken". Mager jaar De directies van de grote hotels hebben zich erbij neergelegd dat dit een mager jaar wordt. Maar de directeuren, steevast gestoken in pakken van goede snit, kun nen'niet nalaten zo terloops mogelijk op te merken dat "politiek en toerisme toch niets met elkaar te maken hebben". Over de vraag hoe het nu verder moet. zijn de geesten verdeeld. Mohamed Sam- moud, directeur van het Manarhotel in Mammamed, meent dat het seizoen niet meer goed te maken is. "De mensen heb ben hun zomervakantie al ergens anders gereserveerd". Anderen troosten zich met de weten schap dat mensen snel vergeten. "Er komt een eind aan, de vraag is alleen wanneer". Een medewerkster van een reisbureau die op studiereis is, is niet van plan zich van de wijs te laten brengen. "Klanten die niet naar Tunesië durven, maar wel naar Spanje, vraag ik gewoon of ze wel eens van de ETA hebben ge hoord". Machinist Willem van der Horst: "Er zijn collega'sdie met het zweet in hun handen aan de remkraan zitten". «Archieffoto <n foto npm

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 12