OEKEN
Luther als een aap met ezelsoren
Vleselijke onlusten
De mening als tiran - en waartoe dat leiden kan
'Dodelijke lading' en
de 'G van genadeloos'
GERRY
YANDER
LINDEN
(1952)
Charles Waterton (1782-1865), een knotsgekke natuurbeschermer
Edwin Oostmeijer.
Debuutroman Edwin Oostmeijer
j DINSDAG 26 FEBRUARI 1991
zus
Soms denk ik het kruitvat
van ontwapening ben jij
in al die ijzeren ijver
tot volharden.
Een hoge narcis die uitkijkt
op het IJ. een onuitgeslapen
kaktustrompct met lawaai
aan haar handen
en grote dromen tussen
ontgoochelde werken.
Elkaar opgeraapt en~rechtge-
zet,
een onuitroeibaar verbond
van liefde die je hebt.
Bovenstaand gedicht komt uit
de bundel 'Val op de rand', Ger
ry van der Lindens debuut
I (Uitg. Prometheus), dat - geheel
I onterecht - nog maar weinig
aandacht heeft gekregen in de
j pers. 'Zus' schetst de liefde die le
den van een gezin voor elkaar
I dienen te hebben, ook al hebben
I ze qua karakter niets met elkaar
gemeen. Deze zus is kennelijk
een vredesactiviste geweest.
I Mooi is het beeld van de 'kaktus-
trompet met lawaai/aan haar
I handen'. Daarin zien wij de de-
I monstrante terug die fanatieke
j leuzen roept die - net als kiniit-
sporen na het afvuren van een
j schot - aan haar handen zijn
j blijven 'kleven'. De laatste regel
heeft iets bitters en tegelijk iets
troostrijks.
Hans Magnus Enzensberger is een
Duitse dichter, romancier en es
sayist die al sinds lange tijd de soci
ale en culturele ontwikkelingen in
de westerse wereld kritisch gade
slaat. Hij schrijft de laatste jaren bij
voorkeur essays, omdat in dit genre
niet de waarheid vooropstaat (En-
zensberger beweert niet dat hij die
kent), maar de waarachtigheid.
Het gaat hierbij om meer dan op
rechtheid alleen. De auteur is er in
nerlijk van overtuigd dat hij de
waarheid spreekt, al weet hij dat hij
die niet kan bewijzen. Maar waar-
1 achtigheid alleen is niet genoeg
voor een goed essay. De auteur
moet ook kritisch zijn, inzicht heb:
ben in de onderwerpen die hij wil
bespreken en hij moet goed kunnen
i observeren. En natuurlijk moet hij
helder kunnen schrijven.
Enzensberger heeft al die eigen-
schappen in ruime mate en dat
maakt hem tot een uitstekend es-
j sayist. Het is daarom verheugend
dat de Bezige Bij veertien essays,
die hij in de jaren '80 heeft geschre-
j ven, nu heeft gebundeld onder de tiJ
tel 'Lof van de inconsequentie'. In
een nawoord schetst de samenstel-
r Ier van de bundel, Cyrille Offer-
I mans, een biografie van Enzensber
ger. Hij legt daarin uit welke invloe
den Enzensberger heeft ondergaan
en hoe zijn standpunten zich heb
ben ontwikkeld.
Recensent
In 'Lof van de inconsequentie' geeft
Enzensberger onder meer zijn me
ning over de literaire recensie. Dat
dit voor een recensent bittere lec
tuur is, blijkt al uit de titel: 'De te
loorgang van de recensent'. Hierin
toont Enzensberger aan, dat deze
een zielepoot is en niet de Machtige
Criticus, voor wiens haviksoog alle
auteurs beven.
Volgens Enzensberger bestond
die Machtige Recensent vooral in
een tijd dat lezen een standsver
plichting was. Wie in de achttiende
of negentiende eeuw deel uitmaak
te van de hogere burgerij of de adel,
hoorde te lezen. Volgens de heer
Verdwijnende vogel- en
plantensoorten, bomen die
ontijdig hun bladeren verlie
zen en afsterven door lucht
verontreiniging. Vogels die
voor de sport worden neer
geschoten of omdat ze scha
delijk zouden zijn. Het lijken
plagen van onze eeuw, voor
al van de laatste decennia.
Dat is een misvatting. Wie
het leven van Charles Water
ton (1782-1865) volgt, komt
er achter dat het ook in de
eerste helft van de vorige
eeuw al volkomen mis was.
Julia Blackburn schreef
over deze Britse natuurbe
schermer een boeiend boek.
Charles Waterton is de geschiedenis
ingegaan als een van de grote Engel
se excentriekelingen. Hij krijgt niet
voor niets een plaats in Edith Sit-
wells 'English excentrics' en het is
ook niet toevallig dat hij door de we
tenschap nimmer serieus genomen
is. Hij was dermate buitenissig dat
hij stapelgek moet zijn geweest,
zelfs als ook maar de helft van de
over hem vertelde anecdotes of
door hemzelf opgediste verhalen op
waarheid berust.
De heldendaad waardoor hij het
bekendst geworden is en waarover
hij in zijn eens veelgelezen 'Wande
rings in South America' verhaalt,
namelijk dat hij op de rug van een
gevangen alligator in het oerwoud
gezeten zou hebben terwijl India
nen het spartelende dier naar de ri
vieroever trokken, is onnozel. Zo
iets intrigeert nu niet meer.
Veel idioter, kwalijker ook. zijn
deze twee handelingen voor huidi
ge lezers: Waterton was fervent ka
tholiek en zou in 1817 in audiëntie
bij paus Pius VII ontvangen wor
den om over de religieuze gewoon
ten der Zuid-Amerikaanse India
nen te spreken. Waterton reist naar
Rome, en als we zijn Autobiography
mogen geloven ontmoette hij daar
direct een oude vriend met wie hij
toen het topje van de St. Pieter be
klom tot op het kruis "en toen nog
dertien voet hoger tot aan de blik
semafleider, waarop wij onze hand
schoenen achterlieten. Hierna be
zochten wij het kasteel St. Angelo
waar het ons lukte op het hoofd van
de beschermengel te klimmen
waarop we op één been hebben ge
staan".
Misschien is het relaas wat over
dreven, een fabel hoeft het niet te
zijn. Wie de Piranesi-etsen in Boy
mans gaat bekijken (Vedute di Ro
ma) zal op de toppen van de gebou
wen inderdaad hier en daar waag
halzen ontwaren. Hoe dan ook: Pius
VII 'was not amused'. De hand
schoenen moesten weg (doordat
niemand ze eraf durfde te halen
moesten de heren het zelf doen) en
de paus liet het gesprek over de In
dianen met iemand die zich zo on
waardig gedroeg schieten.
Aap
De tweede grap is veel kwalijker.
sende opinie werd iemand die las,
verstandig en wijs en dus een ver
antwoordelijk burger. In iets dat
moet heeft niemand zin, dus wie
daadwerkelijk een boek opensloeg
werd zeer bewonderd: lezende
meisjes waren nette meisjes, dat
vond iedereen. Het spreekt vanzelf
dat als lezen zo belangrijk en nuttig
was, de keuze van het boek niet aan
de lezer zelf mocht worden overge
laten. Hij mocht eens een sentimen
tele, opruiende of pornografische
roman onder ogen krijgen! De keu
ze we.d gemaakt door recensenten,
kritische, onafhankelijke mannen
van onbesproken levenswandel. Zij
vertelden de lezers wat goede boe
ken waren, waakten tegen zedelijk
Gorilla's waren destijds in Europa
vrijwel nooit vertoond, en een aap
die als wat afwijkende chimpansee
in Engeland vertoond werd, en Jen
ny werd genoemd, is hoogst waar
schijnlijk een gorilla geweest. Wa
terton kreeg het dier te zien en hij
heeft roerend over haar erbarmelij
ke toestand geschreven (het dier
was ziek, droeg meisjeskleren,
klom in hem omhoog en klemde
zich aan hem vast). Toen Jenny in
1856 stierf, kreeg hij, zoals hem be
loofd was, het kadaver toegezonden
om het te prepareren. En wat doet
hij er dan mee? Hij zet de aap welis
waar op, maar voorziet haar van de
oren van een ezel en vertoont haar
in zijn rariteitenkabinet als een ver
schijning van Maarten Luther,
naast een aap met horens die ook
reeds als 'Maarten Luther na zijn
val' aangeduid was.
Iemand die zo omgaat met zeld
zaam materiaal kan door de weten
schap moeilijk ernstig worden ge
nomen. En Waterton heeft zijn le
ven lang allerlei streken uitgehaald,
bij voorbeeld de 'Nondescript' gefa
briceerd, een aapmens die hij be
weerde te hebben geschoten, maar
die hij in werkelijkheid in elkaar
knutselde, uitgaand van het achter
ste van een brulaap.
Charles Waterton was een welge
stelde (hoewel niet echt schatrijke)
Engelse landjonker die van zijn va
der een groot landgoed met daarop
Ealton Hall in de buurt van Wake
field, Yorkshire, geërfd had. Hij
heeft zijn leven lang niet hoeven
werken, altijd zijn behoefte aan rei
zen, observeren en experimenteren
kunnen bevredigen. Als jongeman
bereisde hij een paar maal Zuid-
Amerika waar hij - als Alexander
von Humboldt (1769-1859) en Ai-
mëe Bonpland (1773-1858) vóór
hem - onverschrokken de oerwou
den introk, veel beleefde, veel ver
zamelde, opschreef. Maar hij bleef
een dilettant en met de waarheid
verval en voedden de lezers op tot
nette burgers.
De gedachte dat lezen essentieel is
voor het behoud van onze maat
schappij bestaat niet meer. Daaren
tegen vinden wij dat zelfs iemand
die nooit een boek inkijkt een ver
antwoordelijk burger kan zijn en
misschien zelfs wijs en verstandig.
Wie nu nog leest, doqt dat voor zijn
plezier en niet uit plichtsbesef. Of u
de Privé leest, Enzensbergers 'Lof
van de inconsequentie', of mis
schien wel niets, het is vanuit maat
schappelijk oogpunt onbelangrijk.
Tegenwoordig is een recensent
volgens Enzensberger een circula
tieagent (volgens de vertaler; ik zou
zeggen: colporteur) of een peda
nam hij het beslist niet nauw. Niet
voor niets was Cervantes zijn lieve
lingsauteur.
Zijn zwerftochten door Zuid-
Amerika werden een succes, hij pu
bliceerde nog vele andere artikelen
en boeken. Waterton was een groot
natuurliefhebber en hij had er blijk
baar slag van met allerlei soorten
dieren, vooral vogels, maar ook
slangen, om te gaan. Vrees kende
hij niet. hij was ongeveer twee me
ter lang. broodmager, een onver
moeibaar loper en klimmer.
Reservaat
Zijn nieuwsgierigheid was onbe
grensd. Hij stapte op alles af wat bi
zar was, ook op dwergen, reuzen,
een albinistische neger, en stelde
vragen. Hij ontving geestelijk ge
stoorden en liet ze door zijn verre
kijkers en apparaten kijken. Hij
klom in hoge bomen om vogels op
hun nesten te bestuderen, likte aan
dit, proefde van dat, was een van de
eersten die het geheimzinnige In-
dianengif curare bestudeerde. Hij
verzon nieuwe manieren om dieren
op te zetten.
Charles Waterton.
goog. De één is de slechtst betaalde
medewerker v^n het uitgevershuis,
de ander houdt zich om onbekende
redenen (maar meestal aan de uni
versiteit) bezig met interpretatie.
De colporteur moet ervoor zorgen
dat zijn recensie in de krant niet ten
onder gaat te midden van de nieuw
ste trends in autodesign, drankge
bruik. gynaecologie en folkloristi
sche mode; de pedagoog moet een
dode of levende schrijver te pakken
krijgen vóór een ander hem al heeft
geïnterpreteerd.
In het eerste artikel van de bun
del, 'Het einde van de consequen
tie', vraagt Enzensberger zich af,
waarom veel mensen het er zo moei
lijk mee hebben als iemand een eer
Hij maakte met ongeveer ieder
een ruzie en werd steeds pedanter.
Nadat hij Walton Hall had geerfd
liet hij een hoge stenen muur van ki
lometers lengte om het park heen
metselen om het af te sluiten voor
de oprukkende industrieën, voor ja
gers en stropers. Hij won zelfs een
slepend proces tegen zo'n alles ver
giftigende zeepfabriek. Hij noteer
de de laatste raaf, de laatste wouw
die afgeschoten werd, mét de schul
dige erbij. Hij maakte van zijn land
goed wat je het eerste natuurreser
vaat zou kunnen noemen, liet zieke
en dode bomen staan, bouwde
spreeuwentorens, lokte uilen, rei
gers en oeverzwaluwen aan, betaal
de voor elke egel die levend binnen
zijn muren afgeleverd werd en liet
bezoekers gul genieten van al het
moois, zijn paradijs, waarin hij ook
tropische vogels losliet.
Hij moet nu eens een uiterst aima
bel, dan weer een onuitstaanbaar
man zijn geweest. Toen hij half in de
veertig was trouwde hij met een ze
ventienjarig meisje, de moeder had
wat exotisch bloed. Zijn vrouw
stierf bij de geboorte van de zoon,
Edmund. Waterton nam toen twee
ongehuwde zusters van zijn vrouw
in huis die voor de opvoeding van
het kind gezorgd hebben en die al
tijd bij hem zijn blijven wonen.
Rehabilitatie
Met zijn zoon bleek hij later niet te
kunnen opschieten. De verstand
houding is steeds meer verslech
terd en uiteindelijk heeft Edmund
de hele nalatenschap van zijn vader
zo goed hij maar kon verstrooid en
vernietigd, zodat er weinig rest. Het
is misschien begrijpelijk, maar ook
erg jammer, want Charles Waterton
is, hoe dan ook. een letterlijk fantas
tisch man geweest. Geen weten
schapper. maar een in alle opzich
ten fascinerend mens met bewon
derenswaardige eigenschappen en
gaven en even griezelige beperkin
gen.
Zelf schreef hij in een van zijn Es
says: "Om de waarheid te zeggen,
de wetenschap zit niet echt in mij.
Ik kijk naar kunst en naar de natuur
in het voorbijgaan; en ik pen neer
waar ik het meeste plezier aan be
leef'.
Dat klinkt sympathiek, maar aan
de andere kant moet zelfs Julia
Blackburn erkennen dat Waterton
onverdraaglijk pedant was: "Aan
gezien hij er nog nooit getuige van
was geweest hoe een koekoek een
ander jong vogeltje uit het nest
werkte, had zoiets ook nooit plaats
gehad en zou het ook nooit plaats
vinden".
Niettemin: een aardig boek over
een boeiend mens. Alleen: wie En
gels leest neme de Engelse editie,
zinnen als 'Maar de kwestie was nu:
waar vond men de muis die de kat
het spek zou opbinden?' (233) doen
het ergste vrezen.
HANS WARREtf
Julia Blackburn: Charles Waterton
1782-1865. De eerste natuurbescher
mer. Vertaling Ria Leigh-Loohuizen.
Geïllustreerd. Uitg. Van Oorschot,
Amsterdam, 49,-.
der ingenomen standpunt herroept.
Consequent gedrag wordt over het
algemeen bewonderd, want wie
consequent is heeft principes, is
moedig, vastberaden en heroïsch.
Bij nader inzien blijkt echter, dat
deze edele principes meestal niet
voortkomen uit persoonlijke over
tuiging. Zij zijn het gevolg van orga
nisatie in school, groep, kerk, kazer
ne of partij. Daar wordt consequent
gedrag gevormd, daar wordt recht
lijnigheid geeïst totdat men menin
gen verkondigt of daden uitvoert,
die niet meer overeenkomen met de
stem van het eigen geweten.
Bovendien leidt het vasthouden
aan eens ingenomen standpunten
vaak tot groot ongeluk: consequen
te strijd met alle middelen leidt tot
terrorisme (evenals consequente
verdediging van de birtnenlandse
veiligheid), consequente bescher
ming van het milieu leidt tot 'plag-
genhuttendom' en consequente uit
voering van het communisme...
wel, iedereen weet waartoe dat
heeft geleid.
Enzensberger pleit daarom voor
eigenzinnigheid. Georg Eiser, de
man die op 8 november 1939 een
aanslag op Hitier pleegde, was een
eenvoudige man die geen kranten
las, geen uitgesproken politieke
overtuiging had en die van politiek
niet veel moest hebben. Zijn daad
was moedig en heroïsch (al zag Ei
ser het zelf misschien niet zo) en
kwam voort uit zgn persoonlijke
overtuiging dat het nationaal-socia-
lisme moest worden bestreden. De
aanslag was niet het gevolg van een
samenzwering of van een politieke
ideologie, waarvan hg de conse
quenties tot het bittere einde aan
vaardde. Eiser was eigenzinnig en
volgens Enzensberger een stuk
moediger dan zg, die zonder na te
denken vasthouden aan een stand
punt dat op den duur leidt tot ver
raad aan zichzelf en tot het goedpra
ten van rampen die men niet heeft
gewild.
WILFRED SIMONS
Hans Magnus Enzensberger. Lof van de
inconsequentie. Essays. Voorzien \an
een nawoord door Cyrille Offcrmans.
tits. De Besife Bij. 1980. 34.50.
Smetvrees hebben en in een slagerij
moeten werken, dat lijkt me zeer
kwellend. Ook al loopt mijn hart
over van deernis met iemand met
anorexia achter de toonbank van
een banketbakkerij en voor gene-
versdrinkers die niet méér mogen
doen dan de lucht ervan opsnuiven.
Een vegetariër die ambtshalve
slachthuizen moet bezoeken, daar
kan ik m'n ogen nauwelijks bij
droog houden. En een homofiel
wiens geaardheid door zijn wettige
echtgenote verketterd wordt, die
kan bij mij op alle begrip rekenen.
Over die dingen worden wel eens
boeken geschreven, ook romans.
Tot voor kort echter las ik nooit een
roman waarin een man optreedt die
homoseksueel is, vegetaner. ge
trouwd én ambtenaar bij de Keu
ringsdienst van Waren. Dat zou pas
een weinig te benijden type zijn!
Zo'n roman is er nu en ik heb hem
gelezen. Helemaal. Zonder er een
traan bij te laten. Te lachen viel er
trouwens evenmin wat - die homo
seksuele vegetarier heeft ook nog
een elfjarig zoontje dat het dodelijk
ongeval van zijn vriendje niet ver
werken kan. of dat ongeval op zijn
eigen manier probeert te verwer
ken, wat hier op hetzelfde neer
komt.
De vrouw is natuurlijk ook niet
gelukkig met de situatie. Zij mist de
arm om haar schouder en tijdens
haar praatprogramma op de teevee
moet ze dan ook nog eens. geheel te
gen haar gevoel in, de herenliefde
verdedigen, louter en alleen om
haar Amerikaanse gast onderuit te
halen (zoiets zou een aardig thema
zijn voor een teeveeserie: iemand
die, door kijkcijfers gedwongen,
verplicht is iets te verdedigen waar
hij of zij gruwelijk het land aan
heeft). Zij komt, aan het eind van
het boek, nog in een kettingbotsing
terecht.
Dat lees je vaker en 't is heel triest
Het is mg een raadsel waarom het
vijf jaar heeft moeten duren voor de
Nederlandse vertaling van Clive
Cusslers 'Cyclops' in de boekwin
kels verscheen. Met heel wat min
der kwaliteit wordt heel wat meer
haast gemaakt. Want de avontuur
lijk aangelegde Amerikaanse au
teur is een uiterst begaafde vertel
ler.
Wat hij vertelt gaat vaak de gren
zen van het geloofwaardige te bui
ten. maar de wijze waarop hij dat al
les vertelt maakt dat de lezertes)
zich desondanks laat meeslepen.
Volgens de uitgever lijkt het le
ven van Clive Cussler sterk op dat
van zijn held Dirk Pitt. Ook Cussler
is een avonturier m hart en nieren.
Een begaafd diepzeeduiker. Een
ontdekker van goudmijnen. En de
vinder van meer dan vgflig vergane
schepen.
Maar hoe onwezenlgk. hoe onzin
nig. hoe onmogelijk Pitts dolle
avonturen ook zijn, ik heb me er
geen ogenblik bij verveeld.
Integendeel zelfs, ik vond het op
recht jammer dat ik na dik driehon-
maar 't kan nog triester: waar laat de
schrijver van deze vleselijke roman
haar tegenop botsen? Tegen een
wagen vol ontsnappende slacht-
huisvarkens. Varkensvlees dat haar
homoseksuele vegetarische echtge
noot Vincent zou moeten keuren.
Wellicht In slachthuizen waar dik
ke mannen met lederen schorten el
kaar bespringende stieren vaneen
jagen want "seks moeten we vermij
den hier. Dat is slecht voor het
vlees. Daar wordt het alleen maar
zuur en flets van".
De schrijver zal hier een wrang
contrast voor ogen hebben gehad
Mildred immers, de heteroseksuele
carnivoor, zij wordt zuur en flets
van gemeden seks. Dat praatpro
gramma van haar heet 'De Vrijge
zellenmachine'. Als de begintune
klinkt wordt er een fiets zichtbaar
waarop een zadel met een soort van
vibrator. Verband met de aangesne
den onderwerpen is er niet. "Waar
om stond die fiets er eigenlijk?
Mildred ging. voordat het publiek
de studio binnenkwam, met een
been op de trapper staan en streelde
wat uit het zadel naar boven kwam.
Wie het niet snapt, dacht ze, die
snapt het maar niet".
Wat valt er te snappen? Dat zij
verlangt naar intimiteit maar niet
weet hoe die te bereiken, evenals
Vincent en hun zoonfje Dimme? En
dat zij zich daarom terugtrekken in
zichzelf, net als Dimmes schildpad
je? Edwin Oostmeijer, de schrijver
van deze roman, is scheutig genoeg
met aanwijzingen in die richting.
Hij doet het vaardig, vlot. maar weet
niet te bewerkstelligen dat je je echt
begaan voelt met die vleselijke on
lusten van deze menagerie. Geen
lach, geen traan. Vlees noch vis.
PEER VAN T ZELFDE
Edwin Oostmeijer, Dc VrijRcielIrn-
marhinc. Uitg. De Harmonie, Amster
dam
derd pagina's aan het einde van
Pitts belevenissen was gekomen.
Helaas had ik dat moment geen
tweede boek van Clive Cussler bij
de hand. Anders was ik er beslist
meteen aan begonnen.
Grafton
Sue Grafton is vaste gast in de boe
kenserie BZZTóH-Cnme, die onder
redactie staat van Joost de Wit n
Phil Muysson. De AbmUhBO
•chrtt&tar doet dMfin haar best het
alfabet vol te maken. Zg begon met
A van alibi' Vervolgens kwamen
'B van bedrog' en 'C van crimineel'
en zo verder. Ze is nu aan 'G van ge
nadeloos' en werkt nog aan 'H van
hartstocht en haat'. En ze lgkt fanta
sie genoeg in huis te hebben om het
alfabet inderdaad te kunnen volma
ken.
KOOS POST
Clive Cut«ler. 'Dodelijke lading'. Uitg.
\S llr.m.» d <«m f 32.50.
Sar Grafton. 'G \an genadeloos'.
I Hg ill/Toll ƒ:9.50
Hans Magnus Enzensberger met 'Lof van de inconsequentie'
Kaalgeschoren 'moffenhoer', temidden van haar juichende rechters, '...het vasthouden aan eens ingenomen
standpunten leidt vaak tot groot ongeluk'. (foto archirn
Boeiende thrillers
Daarnaast 'n hartstochtelijk ver
zamelaar van antieke auto's.
Maar voor ons toch vooral een
man die zijn bijna onstuitbare fanta
sie in vloeiend proza op papier kan
krggen.
Ga maar na: in 'Dodelijke lading'
zoals 'Cyclops' hier wordt genoemd
- is die door hem bedachte Dirk Pitt
actief op diverse fronten. Hij maakt
voor zichzelf jacht op een geheim
zinnige gezonken schat. Daarnaast
moet hg voor de regering een groep
je Russen stoppen dat via de vernie
tiging van Castro's Cuba de Ver
enigde Staten wil treffen. En daar
tussendoor speelt hij nog een
hoofdrol bij het verijdelen van een
Russische aanval op een Ameri
kaanse maannederzetting. waarvan
zelfs het Witte Huis het bestaan niet
kent
Dirk Pitt heeft dus heel wat te
doen in dit boek waarin de koude
oorlog nog in alle hevigheid woedt
Een bar koude oorlog zelfs. Nog
geen schim van verzoening. Dat al
les tot grotere eer en glorie van onze
held die maar weinig steun van an
deren nodig heeft om het onmoge
lijke mogelijk te maken.
In al haar verhalen tot nu toe
speelt de blonde Kinsey Milhone
(33) de hoofdrol 'Pnve-detective'
staat er op haar kaartje.
Wel een pittige en doortastende
tante, maar geen bikkelharde Ken
au. Integendeel. en V rouw die ei
genlek te gevoelig is om zich zo con
sequent van haar bizarre taken te
kunnen kwgten.
In 'Genadeloos' wordt zij op de
dag dat zg wordt ingehuurd om ie
mands moeder op te sporen, door
een zware crimineel op zgn doden
Igstje geplaatst. Hij neemt daarvoor
een huurmoordenaar in dc arm
Dus terwijl de sympathieke Kinsey
op zoek is naar die oudere vrouw
kan achter elke boom of om elke
hoek de kogel wachten. Ze neemt
daarop een lgfwacht in dienst, met
wie zg het na enige tgd meer dan
goed kan vinden.
Verder zal ik er maar niets over
loslaten De afloop laat zich toch al
gemakkelijk raden Sue Grafton
schrijft intelligent en vlot Bijster
diep graaft ze niet maar haar verha
len laten zich wel gemakkelijk le
zen. Leuke ontspanningslectuur.