Zegen van 'koningin'Mies Bouwman voor Jos Brink r- O 'Een van de acht' weer mèt lopende band AVRO neemt uitdaging aan Sinatra en Houston stellen tournee uit Franse tv ziet af van boycot Golfoorlog Doorlopers PAGINA 20 RTV-SHOW DINSDAG 19 FEBRUARI 1991 NOS doet niet mee aan nieuwe nieuwszender James Last komt naar Nederland KRO zoekt quiz-kandidaten Een paar dagen geleden hing ik enkele uren rond in de wachtka mer van een groot academisch ziekenhuis, op de afdeling spoedgevallen. Mijn vrouw was 's nachts met een helse buikpijn wakker geschrokken. De dia gnose luidde niet blindedarm ontsteking, zoals wij verwacht hadden, maar nierstenen. De behandelende arts was blij dat mijn vrouw voor enige afwisse ling zorgde - hij kreeg de laatste dagen namelijk bijna uitslui tend schaatsongevallen onder het oog. Hoewel nu ook de eerste ski- slachtoffers binnen begonnen te druppelen. Mensen met bleke gezichten en omzwachtelde ar men liepen over de gang en wenkten hun familieleden met een norse knik naar buiten. An deren werden op rolstoelen voortgeduwd, of lagen languit op brancards, een rood verband om het hoofd en de noren nog aan de voeten. Ik bevond m ij op de plaats waar de winterpret in haar tegendeel was verkeerd. Naast een meisje met een be schadigde knie - een ski-ongeval - zat haar hoofdschuddende va der. "Wie gaat er nu in gods naam midden in de winter op wintersport?", klonk zijn mop- perstem. "Mij niet gezien", antwoord de een jongen vayiuit een rol stoel, wiens bovenbeen op de ijs baan in zijn dorp door een schaats was opengereten. Vleeswonden, fracturen en hersenschuddingen, dat waren de meest voorkomeyide kwetsu ren in de schaatssport, vertelde de arts mij. Ook was de eerste dode al gevallen: een jongeman die 's avonds met grote snelheid op een meer in een wak was ge reden, werd pas de volgende Mr A j j e Oerrit jan Zwier morgen teruggevonden. Vijf tien meter van het wak van daan keek hij vanonder het ijs met starre open ogen naar dege nen die hem zochten. Niet voor niets wordt de Dood op oude afbeeldingen soms voorgesteld als een schaatsen rijder. Achter de man of vrouw, die met snelle streken over een verlaten ijsvlakte gleed, gleed een knekelfiguur mee. Al is de schaatser nog zo snel, de Dood achterhaalt hem welDe erva ring leerde immers dat mensen op het ijs soms spoorloos ver dwenen of een noodlottige val maakten. Op oude prenten wordt ook de Boze wel afgebeeld als een schaatsende ijsduivel, die de persoon voor hem als een schaduw volgt. Het was toch een verdachte zaak, zeker in de tijd van de diligence en de trek schuit, om zo'n schaatser haast zonder gerucht over de ijsvlak ten te zien voortijlen? Was hier geen toverij in het geding? Had hier niet iemahd zijn handteke ning onder het pac*. met de dui vel gezet? Ik herinner me nog een ver haaltje, dat ik ooit op de lagere school in Leeuwarden moet heb- ben gelezen, over een Friese boer die in de winterse kou van noord-Canada door Indianen achterna werd gezeten. De bo men kraakten van de vorst en het land was tot de einder met een wit kleed bedekt. De Beeren- burger in de rugzak was stijfbe- vroren. Men kon de vlucht van een raaf volgen aan het witte spoor dat de vogel in de ijskou de lucht had achtergelaten. De takken van de beijzelde conife ren bogen tot aan de grond toe door. Op de grond werden de vorkjes en pijlpuntjes van kraaien en sneeuwhoenders af gewisseld met de pootafdruk- ken van poolhazen en vossen liep er een veegspoor mee, dan was Reinaert voorbijgekomen, want die probeerde altijd alle sporen met zijn staart uit te wis sen. Ik weet niet meer waarom de boer zo ver van zijn hoeve was afgedwaald, want dat is toch iets wat boeren niet graag doen. In ieder geval werd hij aan de oever van een groot meer door de Indianen ingehaald. Het zul len wel Cree of Montagnais zijn geweest, die 's winters in kleine groepjes rondtrokken, en leef den van de jacht en de pelshan- del. In geval van ziekte raad pleegden zij hun medicijnman, die ook de toekomst kon voor spellen. Hij beschikte over een machtige beschermgeest en was daardoor zeer kundig in magi sche zaken. De Indianen maak ten de rugzak van de boer open en haalden daaruit een paar doorlopers te voorschijn. Sneeuwschoenen kenden ze wel maar schaatsen waren hun vreemd: Vanonder hun mutsen van beverbont keken ze hun ge vangene vragend aan. Die aar zelde geen moment, bond de schaatsen onder en stoof over de door de wind schoongeveegde ijsvlakte weg. De Indianen ble ven verbluft achter. Nooit eer der hadden zij een dergelijk staaltje van toverij aan schouwd!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 20