'Nijhoffprijs werd voor mij een nachtmerrie' Olga Krijtova vertaalt Nederlandse literatuur met succes in Tsjechisch DEJTE SE ZATERDAG 2 FEBRUARI 1991 PAGINA 33 Olga Krijtova groeide op in Nymburg aan de Elbe, een stadje in Tsjechoslowa- kije dat in de twaalfde eeuw door Neder landers werd gesticht. In zekere zin is dat er de oorzaak van dat zij nu Nederlands doceert aan de universiteit van Praag en daarnaast met haar vertalingen tal van Nederlandse schrijvers een ongekend groot aantal Tsjechische lezers bezorgt. "De geschiedenis van Nederland heeft mij in mijn jeugd altijd geïnteresseerd. Bovendien was*ik in die tijd verliefd op Vincent van Gogh. Ik wilde naar de aca demie, kon aardig tekenen. Ik ging naar Praag om te leren schilderen, maar al gauw lieten ze me weten dat ik niet veel talent had. Ik dacht bij mezelf: als ik dan niet net als Van Gogh mag schilderen, dan leer ik zijn taal. Toen wist ik nog niet dat hij het grootste gedeelte van zijn brie ven in het Frans heeft geschreven. Hans, mijn man, gaf in die tijd lessen Neder landse conversatie. Ik nam les bij hem, samen met twee andere meisjes. Zij had den al een scharrel, dus ja, toen heb ik Hans gestrikt". Perfect Olga Krijtova spreekt perfect Neder lands, zij het met een wat Indisch accent. Vindt ze het leuk om met een Nederlan der getrouwd te zijn? "Zeker niet. Maar ik vind het wel leuk om met Hans ge trouwd te zijn. Met hem is het nog steeds mooi en spannend. Toen ik hem pas ken de en hij mij op m'n kamer in Praag be zocht, moest hij bij binnenkomst altijd zijn naam zetten in het boek van de huis bewaarder. Dat was een prima controle voor de overheid. Aan het eind van de avond deed Hans of hij wegging, sloeg hard met de deur en kwam dan terug. Maar echt rustig slaapje dan toch niet". "Hans is en blijft natuurlijk een bui tenlander en dat heeft in het verleden de nodige problemen met zich meege bracht. Mijn zoons waren altijd verdacht: mijn ene zoon moest bijvoorbeeld hier in het leger, maar hij mocht geen wapen dragen omdat zijn vader uit een kapita listisch land kwam. Dat was eigenlijk nog mooi meegenomen". "Maar nadat Hans ontslag had moeten nemen bij de Tsjechische televisie om zijn Nederlanderschap te behouden, is het wel moeilijk geworden. We moesten leven van mijn inkomen en dat was niet groot. Voor ons gezin konden bepaalde dingen nooit. Mijn zoons wisten dat en wilden die dingen dan ook niet. Ergens is die armoe ook wel nuttig voor me ge weest. Ik heb de was heel lang met de hand moeten doen en tijdens dat wassen, in de badkamer, het enige rustige plekje in huis, loste ik bepaalde vertaalproble men op. Bij Couperus was er bijvoor beeld altijd een personage dat lijzig sprak. Ik wist niet hoe je dat in één woord moest omschrijven. Maar toen ik een overhemdkraag stond te boenen, had ik het opeens: dat personage 'teem de', ze 'teemde'. Dat zijn leuke dingen en die vond ik in de badkamer". Gekrompen "Ik ben begonnen met het vertalen van Van Maanen. Zijn boek 'De onrustzaaier' is hier verschenen in een literair tijd schrift. Dat gebeurt veel met Nederland se boeken. Ze zijn vaak erg dun en in het Tsjechisch, dat beknopter is dan het Ne derlands, worden ze nog korter. Zo'n ma nuscript kun je hier dan niet in boek vorm uitgegeven krijgen". "Ik moet ineens denken aan Johan Fa- bricius. Ik had een roman van hem, een dikke pil, in het Tsjechisch vertaald. Die is uitgegeven in een oplage van 80.000 exemplaren. Zoiets is hier heel gewoon. Maar goed: van die dikke pil was maar een dun boekje overgebleven. Toen Fa- bricius dat zag, vroeg hij" geschrokken: maar mevrouw Krijtova, wat heeft u er in godsnaam allemaal uitgelaten? Niks dus. Maar het was in het Tsjechisch gewoon gekrompen". "Voordat ik iets ga vertalen, moet ik er zelf zeer enthousiast over zijn. Studenten van mij zeggen wel eens: geeft u mij maar iets te vertalen, maar zo werkt het niet. Dat is net als met koning Rudolf de Tweede, die tegen zijn ministers zei: geef me eens iets om te ondertekenen. Dat is natuurlijk niet goed. Je moet gegrepen zijn door een boek. Ik vraag me ook nooit af hoeveel het vertalen opbrengt. Het is net als met kruiswoordpuzzels, daarvoor krijg je ook niet betaald. Je kunt ook niet leven van het vertalen alleen, je moet er een betrekking naast hebben". In 1969 kreeg ze de Nijhoffprijs. Had ze dat verwacht? "Nee", erkent Olga Krijto va, "want het was toch wel een beetje op portunistisch allemaal. Ik was nog maar net begonnen, had zo'n vijftien boeken vertaald en dat is niet genoeg voor een Nijhoffprijs. Nu ik zo'n vijftig boeken heb vertaald, verdien ik 'm pas echt. Maar ja, destijds, net na de Russische in val, was Tsjechoslowakije natuurlijk erg in. Ze dachten: ach, die arme Tsjechen. Iedereen wilde wat voor ons doen". Witheet "Het was natuurlijk aanvankelijk wel een eer. Maar het eindigde in een nacht merrie. Toen ik de prijs ging halen in Ne derland waren er journalisten die vroe gen: en mevrouw Krijtova, gaat u nog te rug naar Praag? Ik werd witheet en zei: het jaar hiervoor heeft een Spaanse ver taler die prijs gekregen, heeft u hém toen ook gevraagd of hij terugging naar Span je? O nee? Waarom hem niet en mij wel? En toen kreeg ik brieven van emigranten die schreven dat ik een collaborateur was, want Tsjechoslowakije was door de Russen bezet. Hoezo bezet?, vroeg ik dan. Ik heb de Duitse bezetting achter de rug en dat was wel even wat anders. Na tuurlijk was het ook verstikkend met de Russen, maar met de Duitse bezetting kun je het echt niet vergelijken. De schrijver Ivan Klima is daar destijds ook zo kwaad over geworden. De Nederland se journalist Dick Verkijk had het tegen hem over de 'bezetting' van Praag door de Russen. Hij omschreef die bezetting met het Duitse woord 'Okkupation'. 'Wat 'Okkapution'!', zei Klima woedend. 'U moet wel weten waar u het over hebt". "Na het winnen van die prijs kreeg ik hier een vertaalverbod. Ze wilden eerst weten hoe ik me had gedragen in Neder land. Dat was de gewone gang van zaken bij iemand die naar het buitenland was geweest. Maar ik had een zogenaamde 'dakdekker', iemand onder wiens naam Olga Krijtova, die net een oogoperatie heeft ondergaan: "De lijdensweg van het kapitalisme met een menselijk gezicht moeten wij zelf gaan", (foto's Cees van Hoore) je stiekem kan doorgaan met vertalen, en gevolg was wel dat mijn oudste zoon geen geschiedenis meer mocht studeren. Hij is nu bioloog. Op het ogenblik inte resseren hem de ratten meer dan ge schiedenis... Maar ach, we hebben twee duizend gulden aan die prijs overgehou den. Daarvoor konden we fietsen voor de kinderen kopen". "Een van de leuke momenten tijdens dat verblijf in Nederland was eigenlijk het bezoek van Jan Wolkers. Die heeft ons in zijn grote Citroen meegenomen naar zijn atelier op de Zomerdijk in Am sterdam. Ontzettend gezellig". Olga Krijtova heeft zijn boek 'Een roos van vlees' vertaald. Maar dat mocht in Tsjechoslowakije niet verschijnen. "Om dat het beschouwd werd als pornogra fie", zoals ze nog maar al te goed weet. "Nu is dat geen punt meer. Seks wordt hier steeds belangrijker, net zoals bij jul lie in de zestiger jaren. Je ziet steeds meer naakte mensen op tv. Jullie vinden er misschien niets meer aan. Wij wel, wij wel!" "Er is eens een experiment gedaan met ratten. Ze werden opgesloten achter glas. Ze probeerden te ontsnappen, sprongen steeds maar weer tegen dat glas aan. Maar na een tijdje gaven ze het op en begonnen ze het zich gezellig te maken en hun pels te likken. En toen de glazen wand werd weggehaald, bleven ze gewoon op hun plaats en gingen ze door met zich te likken. Ik denk dat de Tsjechen zich momenteel in eenzelfde soort situatie bevinden als die ratten". "Maar om op 'Een roos van vlees' terug te komen - ik heb heerlijke herinneringen aan het vertalen van dat boek. De perso nages erin drinken coca cola met gin en ik moest weten hoe dat smaakte. In Ne derland heb ik die heerlijke drank voor het eerst gedronken". "Als er onbekende gerechten of drank en in een boek voorkomen, moet ik die altijd eerst zelf proeven. Met Elsschot, wiens werk ik voor tweederde heb ver taald, had ik dat ook. In 'Het dwaallicht' geven drie Afghanen een potje gember aan een vrouw. Ik stierf van verlangen naar gember. De schrijfster Miep Diek- mann brengt nu altijd een potje voor me mee. Anton Coolen heeft het in een van zijn boeken over chocoladehagelslag. Dat kennen we hier niet. Ik kon dat pas vertalen toen ik het had gezien en ge proefd". "Een en ander brengt met zich mee dat je soms in de vertaling iets anders moet zeggen dan wat er staat. Neem dit voor beeld: Nederlandse kinderen komen thuis van school. Ze vragen aan hun moeder wat ze 's avonds zullen eten. Dan zegt die moeder: 'lof. De reactie van die Nederlandse kinderen: 'Hè bah, mam, al wéér lof. Zoiets begrijpen de Tsjechen niet. Hier heb je maar veertien dagen per jaar lof, die groente is hier net zo bijzon der als oesters. En dan vertaal je dat 'lof maar door 'spinazie', want dat is hier het hele jaar te krijgen. Maar ja. dan loop je natuurlijk weer het gevaar dat ze zeggen: mevrouw Krijt weet het verschil niet tus sen lof en spinazie". Het contact dat Olga Krijtova heeft met Nederlandse schrijvers is goed. Al leen met Gerard Reve heeft ze tijdens een boekenbal eens een aanvaring gehad toen ze hem wilde waarschuwen voor glasscherven op de vloer. Ze wil niet meer op dat voorval ingaan, betreurt het dat Reve niet wilde dat zijn werk in Tsjechoslowakije werd uitgege ven. "Ook vroeger zou hij hier een goed publiek hebben gehad, de partijbonzen zouden hem echt niet hebben gelezen". Ze hoopt dat nu, met het nieuwe regime, Reve zal toestemmen in de publikatie van zijn werk in Tsjechoslowakije. Loesje Ze heeft zo haar eigen mening over het peil van de Nederlandse literatuur. "Ik vind dat het allemaal een beetje te ego centrisch is. Zo ik-gericht. De mensen hier hebben verschrikkelijk veel zorgen en als ze dan in Nederlandse romans voortdurend lezen over het innerlijke leed van de ik-personen, over zijn vader en moeder en zo, dan haken ze af. Ze hou den van verhalen, van een roman die je kunt navertellen. Maar zo'n roman wordt in Nederland niet meer als literatuur be schouwd. Vorm is alles, de inhoud komt op de tweede plaats". "Een student die Couperus las, zei eens tegen me: het is best een mooi boek, maar ik kom er maar niet achter waarvan die mensen leven. Wat doen ze. waarmee verdienen ze de kost? Een gewone Tsjech kan zich nooit alleen maar bezig houden met zijn innerlijke leven. Vroe ger moest hu werken. Nu moet hu gaan ondernemen". "Maar hü zal er wel weer doorheen ko men, de Tsjech. En daarbij heeft hij zeker geen hulp nodig van Loesje uit Neder land. Al die goedbedoelde affiches waar mee onze muren worden verontreinigd daarover kan ik me toch zo kwaad ma ken. En dan staan er van die intrigerende kreten op. zoals 'Flink aanpakken' en 'Wees jezelf en geef zwier aan de wereld'. Aan dat soort raadgevingen hebben we niks. We kunnen zelf wel denken, daar voor hebben we Loesje niet nodig. Die lijdensweg van het kapitalisme met een menselijk gezicht moeten we toch zelf gaan. Dat kan niemand anders voor ons doen". Dat klinkt bitter en zo blijkt het ook bedoeld. "Ik ben namelijk bang dat de minder sterken zullen bezwijken", zegt Olga Krijtova. "En wij behoren tot de minder sterken, wij kunnen ons niet ver weren. Bij ons in het gezin was het zo: als de een iets kreeg, dan de ander ook. Maar nu is het motto pakken wat je pakken kunt voor jezelf. Wij kweekten 'soft ba- bies' en dat kan niet meer. Je moet asser tief zijn en dat kunnen we moeilijk. Maar wij zijn al zo oud, ons soort mensen is aan het uitsterven". Ketters Tsjechen lezen veel. Je kunt geen restau rant of cafe binnengaan of er zun wel een paar mensen verdiept in een boek. "Dat is zo. ja. De Tsjechen houden van hun taal. Voor die taal hebben ze altud hard moeten knokken. Ik heb bijvoorbeeld tijdens de Duitse bezetting op school ge zeten en toen was het niets anders dan Duits wat de klok sloeg. We moesten de biografie van Hitier uit het hoofd leren en elke dag 'Wir fahren gegen England' zingen". "Omdat het Tsjechisch hier zo moei zaam zijn plaats heeft verworven, omdat het zo werd onderdrukt, is de literatuur voor de mensen erg belangrijk. De grote zorg van de schrijvers hier is dat nu, met die vrijheid, de literatuur een minder be- langnjke plaats zal gaan innemen". "In de wereld van het theater zie je dat al een beetje. Vroeger zaten de zalen vol. maar nu gaan er nog maar heel weinig mensen. Het theater fungeerde onder het oude regime als een soort discussietnbu- ne. Mensen vereenzelvigden zich met de spelers, die soms heel kritische dingen zeiden. Of er werd welbewust op een ver keerd moment gelachen, om iets dat op de communisten kon slaan. Zo is de voorstelling Henry V, dat stuk over die wrede koning, verboden omdat Henry V zich door een minister op beide wangen liet zoenen, net zoals de communistische staatshoofden dat deden". "Ook wat de literaire produktie zelf be treft, zul je veranderingen gaan zien. Het is een ketterse opmerking, maar ik ge loof wel een beetje in wat Harry Mulisch 'de muze van de censuur' heeft genoemd. De schrijver Hrabal heeft eens opge merkt dat een schnjver een zekere tegen druk moet ondervinden in zun beroep. Het is als met het openen van een deur die lange tud heeft geklemd. Als die druk opeens wegvalt en je duwt. net als vroe ger, hard tegen die deur dan donder je naar binnen. Dan struikel je". "In 1969 kreeg ik de Nijhoffprijs voor vertalingen in Nederland. Toen, ik zeg met nadruk toen, ver diende ik die prijs nog niet echt. Maar net na de Russische inval was Tsjechoslowakije in Neder land erg in. Ze dachten: ach, die arme Tsjechen, laten we eens wat voor ze doen. Aardig, maar het winnen van die prijs heeft voor mij een nare nasleep gekregen. Aanvankelijk beleefde ik het als een feest, maar het werd uiteindelijk een nachtmerrie". Olga Krijtova is doctor in de Nederlandse letteren aan de Universiteit van Praag. Ze vertaalde tot nu toe zo'n vijftig Nederlandse romans en novellen in het Tsjechisch, waaronder werk van Wolkers, Mulisch, Couperus, Arthur van Schendel, Theun de Vries, Johan Fabricius en Elsschot. Ze is getrouwd met de Nederlander Hans Krijt, die in 1947 uit het Nederlandse leger deserteerde en naar Tsjechoslowakije vluchtte. Over vertalen tijdens het boenen van overhemdkragen, de flinterdunne romans uit Nederland en de actie van Loesje in Praag. door Cees van Hoore r Olga Krijtova met haar man Hans Krijt. DO TOHO Loesje in Praag. Olga Krijto va: "Al dit soort affiches waar mee onze straten worden veront reinigd, hebben wij niet nodig".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 33