'Computer begrensd; bewustzijn niet' Van geneeskunst naar geneeskunde Vreemd sterretje vlamt aan zuidelijk firmament Aanplant bossen gevaar door vrijkomen metalen Roger Penrose, auteur van 'De nieuwe geest van de keizer' Nobelprijswinnaar Bardeen overleden PAGINA 22 VRIJDAG 1 FEBRUARI 1991 EINDREDACTIE HANS SONDERS Medio Januari gebeurde er iets ongewoons aan de Zuidelijke sterrenhemel en wel ergens in het sterrenbeeld Musea (Vlieg), liet begon op 10 janu ari toen een röntgeneamera aan boord van de Russische sa telliet Granat ineens een bij zonder intense bron van rönt genstraling registreerde en hetzelfde deed een soortgelij ke camera aan boord van de Japanse Ginga-satellict. Astronomen van de Europe se Zuidelijke Sterrenwacht (KSO) op de Chileense berg La Silla richtten meteen hun te lescopen op de aangegeven pu llaar was echter aanvanke lijk niets bijzonders te zien. l)at bleef zo tot 11 januari: op de uangegeven plaats was in eens een klein sterretje ver schenen, meer dan tiendui zend maul zwakker dan een maar net met het blote oog zichtbare ster. De verbuzing nam toe toen het sterretje in helderheid be gon toe ie nemen, zij het dat het met het blote oog onzicht baar bleef. Het bijzondere aan dit sterretje is dat zijn 'rönt- gen-hclderbeid' begon toe te nemen, dagen voordat dat in zichtbaar licht gebeurde. De astronomen denken dat het hier om een heel bijzonder geval gaat, het moet een ster retje zijn dat araper vijftien kilometer groot is maar min stens zo zwaar als de zon en dat sterretje maakt deel uit vau een dubbelstersysteem. Bij een dubbelster draaien twee zonnen om een gemeen schappelijk zwaartepunt. Wat men nu in het sterrenbeeld Musea beeft gevonden, inmid dels bekend als de 'Musca-no- va\ is ook een dubbelster, maar één van de 'zonnen' is een geweldig samengeperst, klein sterretje met een onvoorstel baar sterk zwaartekrachtveld: een neutronenster. Zijn veel grotere metgezel is niet te be nijden: de neutronenster zuigt zijn compagnon 'leeg' als een spin. Al die op de neutronenster neervallende materie wordt zo enorm verbit dat er spontaan röntgenstraling vrijkomt in de gasschil die de neutronenster oiRhult. Op een gegeven mo ment kan een kernreactie op treden waarmee de plotselin ge lichttoename verklaard is. Hoe bet ook zij, de astrono men zijn blij met dit ongewo ne object, dat dank zij de in ternationale samenwerking nog in het beginstadium kon worden bestudeerd. mS m Het zuidelijk sterrenbeeld Muscca in 1976. De kans dat massale aanplant van bossen op aan de land bouw onttrokken gronden che mische tijdbommen tot ont ploffing kan brengen, is niet ondenkbaar. Giftige zware metalen zijn in de afgelopen jaren in de bodem terechtge komen door het gebruik van chemische bestrijdingsmidde len en het storten van slib. Het planten van nieuwe bomen, zo meldt het Britse New Scien tist, zou de 'trekker' kunnen overhalen voor het vrijkomen van de giftige metalen. De kosten om dit proces in de hand te houden kunnen voor de Europese Gemeen schap sterk oplopen. William Stigliani, een bodem-chemi cus bij Iiasa. het internationa le wetenschappelijk en poli tiek centrum in Oostenrijk, stelt dat de vrijkomende me talen in het grondwater te recht kunnen komen. Bomen fungeren als filter, ze vangen zure-luchtverontreinlging op en bewareu dit, tot regen de stoffen in de grond spoelt. De bodem wordt daardoor vaak tien tot twintig keer zo zuur. De toenemende hoeveelheid zuur grondwater lost zware metalen op en maakt ze mo biel. Het geconstateerde pro bleem zou in ieder geval voor Het Verenigd Koninkrijk aan- leidiug kunnen zijn de aan plant van nieuwe bossen uit tc stellen. Cadmium lijkt op dit moment het meest bedreigen de metaal, maar andere zware metalen kunnen een nog gro ter probleem vormen, wan neer EG-regels voor bet dum pen van verontreinigd slib in zee dwingen uit te wijken naar bouwland. Engelaud en Ne derland zijn de grootste boos doeners op dit gebied. Van onze correspondent Nico Hylkema Veel wetenschappelijke onderzoekers menen dat het nog slechts een kwestie is van tijd dat computers alles kunnen wat in het vermogen van de menselijke geest ligt. Zij beschouwen de geest als niet meer dan een vleesgeworden computer. Tegenstanders van deze zogeheten theorie van 'sterke kunstmatige intelligentie (KI)' brengen daartegen in stelling dat we weliswaar veel weten van de werking van de hersenen, maar het bewustzijn is nog een onbeschreven blad. De Britse hoogleraar wiskunde in Oxford, Roger Penrose, gaat nog verder. Hij stelt dat wij nog niet eens voldoende kennis hebben van de fundamentele natuurkundige wetten en hoe het bewustzijn daarin past. Daarom krijgen we onvoldoende vat op het begrip 'geest'. Vorige week was Penrose in Neder land, ter gelegenheid van de on langs verschenen vertaling van zijn boek 'De nieuwe geest van de kei zer'. Daarin neemt hij de lezer mee langs de standpunten van de voor standers van sterke KI, de klassieke mechanica, de algemene relativi teitstheorie, quantummechanica en kosmologie. Het boek is een intel lectuele uitdaging van de eerste or de. Maar voor het grote publiek, voor wie het is bedoeld, lijkt het een doolhof. Erin verdwalen is een reëel Penrose is de laatste om dat te ontkennen: "Het is een werkboek. Het was mijn bedoeling de lezer langs sommige hoofdlijnen van de natuurkunde te leiden. Dat is moei lijk, ik realiseerde me eerst niet hoe moeilijk dit was. Met name de quan tummechanica stelt je voor grote problemen". Zoals gezegd is het voornaamste bezwaar dat Penrose tegen de ster ke KI in stelling brengt, dat we nog niet genoeg begrijpen van de wet ten van de natuurkunde om vat te krijgen op het bewustzijn. "Je zult dat ook nooit goed begrijpen als je niet weet hoe de wereld feitelijk in elkaar zit. Veel mensen zien de we reld te simpel. Voorstanders van sterke KI redeneren strikt langs re kenkundige lijnen. In die klassieke benadering is geen ruimte voor mentale verschijnselen. Er wordt niets aan de fantasie overgelaten". "In mijn boek gaat het niet alleen om de stelling dat KI nooit zal berei ken wat de menselijke hersenen wel kunnen. In dit boek heb ik gepro beerd te beschrijven watje eigenlijk moet verstaan onder bewustzijn, geest of begrijpen". Onvolkomenheden In zijn boek wijst Penrose op de on volkomenheden in de bestaande theorieën. Hij plaatst vraagtekens bij de strikte oorzaak-gevolg-rede- neringen van de klassieke mechani ca en bij de quantummechanica. waarin het beginsel van oorzaak-ge- volg juist onder vuur ligt. "Ik pre tendeer niet een gedetailleerd in zicht te hebben gegeven. Het gaat meer om een soort totaalbeeld en de filosofische gevolgen daarvan". "Filosofen weten in het algemeen weinig van de moderne fysica. Als we echter ooit iets willen begrijpen van mentale processen, dan moeten we de natuurkundige wetten daarin betrekken. Je kunt zeggen dat quantummechanica, omdat het over de micro-wereld gaat, niet rele vant is voor het begrijpen van wat bewustzijn is. Maar dat is te simpel. We moeten ook die theorie erbij be trekken om te zien hoe de wereld echt is. Wie dit niet inziet, wil niet echt leren". Voor een niet-natuurkundige is dat echter een moeilijke opgave. Volgens Penrose is dit niet per se een hindernis. "Mensen die geen natuurkunde hebben gestudeerd, hebben het voordeel dat ze geen examen hoeven te doen. Als je een cursus quantummechanica volgt, krijg je niets te horen over de filoso fie. In die zin bestaat er een kloof tussen natuurkundigen die alleen kennis nastreven en het gebruiken van die kennis voor filosofisch be grip". "Als we over KI praten, denken we aan de computer. Verplaatsen we dat idee naar mentale processen, dan bestaat de neiging de geest de zelfde eigenschappen als een com puter toe te schrijven. De resultaten van KI lijken nog magertjes, maar we praten nu over de toekomst van de computer met neurale netwer ken (nabootsing van het functione ren van de hersenen) en over datge ne waartoe KI over vijftig jaar in staat is". "Ik probeer aan te geven dat er fundamentele beperkingen zijn aan KI. Het is net als met snelheid. In de natuurkunde geldt de wet dat voor werpen niet sneller kunnen bewe gen dan het licht, dat is de grens. Zoiets geldt ook voor KI. Het men selijk denken heeft ingrediënten waaraan KI niet kan voldoen. Het computerdenken speelt wel een rol, maar het ontbreekt daarin aan echt begrijpen". "Het meeste dat wij doen is niet be wust, al lijkt het erop datje het eerst wel bewust moet leren. Neem bij voorbeeld het leren autorijden. Een ervaren automobilist handelt veelal automatisch. In die zin zou een computer dat ook kunnen. Maar de mens heeft het wel bewust moeten leren. Voorstanders van sterke KI gaan ervan uit dat alles, ook menta le processen, via een algoritme, door middel van een rekenschema, verloopt. Misschien moet er nog een niet-algoritmisch deel bij om het be wustzijn te vatten". De voornaamste kritiek op Pen rose's boek is dat het zo dik is. De le zer wordt uitgedaagd zijn hersens te gebruiken en meegevoerd door honderden pagina's, die met veel formules zijn gelardeerd. Maar aan het slot, wanneer Penrose zijn con clusie geeft, bekruipt hem het ge voel dat het ook in veel minder woorden had kunnen worden ge zegd. Het verweer van Penrose is, dat we de wereld echt moeten kennen en daarvoor de wetten van de na tuurkunde moeten leren. "Als veel mensen, ook natuurkundigen, quantummechanica niet begrijpen, dan komt dit ook omdat er nog iets ontbreekt. Er moet een betere theo rie komen. Iets tussen Einsteins al gemene relativiteitstheorie en de quantummechanica in. Ik denk dat dit iets niet-algoritimisch zal zijn". "Wiskundigen, zo menen velen, denken alleen in rekenkundige schema's. Ik heb geprobeerd duide lijk te maken, dat ook zij voor een deel niet-algoritmisch denken. Je beluistert dat in gesprekken tussen wiskundigen over nieuwe theorie ën. Ze spreken elkaar dan aan in een soort platonische wereld, waarin ze elkaar begrijpen zonder dat er spra ke is van precieze rekenschema's. De toegang tot die platonische we reld is niet algoritmisch". Verscheurd "Ik dacht dat ik genoeg gezegd had. Misschien heb ik me vergist en moet ik nog een vervolg schrijven op het laatste hoofdstuk. Ik ben in wezen verscheurd tussen twee din gen. We doen dingen niet simpel en toch is er sprake van veel processen die wel algoritmisch verlopen. Ik probeer constructief te zijn. Als het niet allemaal volgens algoritmische processen verloopt, hoe zit de we reld dan in elkaar? Ik heb gepro beerd een richting aan te geven en niet om de sterke KI aan te vallen. In die zin is het een compromis". De kritiek op zijn boek komt vol gens Penrose vooral van de kant van de voorstanders van de theorie van sterke KI, die zich bedreigd voelen. "Ik heb ook veel brieven ge kregen van mensen die het met me eens waren. Sommigen gingen ech ter verder dan mij lief is. Computers zullen steeds intelligenter worden. Een mooi voorbeeld is de schaak computer die het kan opnemen te gen grootmeesters. Maar schaken is juist in veel opzichten een algorit misch proces. Desondanks schaken mensen heel anders dan compu ters". "Dat het zo'n omvangrijk boek is geworden komt omdat ik wilde aan geven dat we nog te weinig begrij pen van de gewone wereld om te be grijpen hoe de mentale wereld daar in past. Dat het allemaal nog zo on begrijpelijk is, komt omdat ons be grip nog onvolledig is. Als de quan tummechanica zegt dat een elemen tair deeltje op twee plaatsen tegelijk kan zijn, dan strookt dat niet met het feit dat deze tafel hier staat en je met je gezonde verstand kunt aan nemen, dat hij niet ook nog ergens anders staat". "Er moet dus een nieuwe theorie komen die ons een beter inzicht geeft in de wereld. De wereld is niet. zoals sommige theoretici denken, te vergelijken met een biljarttafel, waarin alles functioneert als bot sende biljartballen. Nieuwe theorie ën zullen er komen. Pogingen ertoe zijn er al. Ik heb die voorlopig van waarde genoemd, maar ze zijn expe rimenteel niet te bewijzen. Ik ben nu evenwel al weer verder dan tij dens het schrijven van het boek. Ik denk dat ik het nu nog duidelijker zou kunnen omschrijven". ('De nieuwe geest van de Keizer'. Uitgeve rij Prometheus. Paperback, 456 blz., f 55,50.) NEW YORK (DPA) - De Amerikaanse natuurkundige John Bardeen, die twee keer de Nobelprijs gekregen heeft, is afgelopen woensdag in een ziekenhuis in Boston gestorven. Bardeen is 82 geworden. In 1947 ontwikkelde hij samen met W.H. Brattain en William Shockley de transistor, die in de plaats kwam van de onhandige va- cuümbuizen en de mogelijkheid schiep tot het maken van kleine elek tronische apparaten. Deze wetenschappelijke groep kreeg voor haar ontdekking in 1956 de Nobelprijs voor natuurkunde. In 1972 viel Bardeen die eer wederom te beurt nadat hij met L.N. Cooper en J.R. Schrieffer de theorie van de su- prageleiding had ontwikkeld. Ruim honderd jaar geleden veranderde de geneeskunst in geneeskunde. Hadden artsen tot die tijd geconstateerd dat in de urine van een diabetes-patiënt suiker zat, eind negentiende eeuw werd de vraag waarom de suiker in de urine terechtkwam. En dat is maar één voorbeeld. Er ontstond een grote stroming in de geneeskunde die op grond van experimenten wilde vaststellen hoe een ziekte was ontstaan en wat er in de toekomst zou gebeuren. Maar de oude garde liet dat niet zo maar gebeuren. Prof. dr. H. Beukers: "Het voelen van de pols vonden zij vaak voldoende". LEIDEN Zijn klassieke werkka mer in een uithoek van het Acade misch Ziekenhuis Leiden, hangt vol met linten en plakkaten met Ja panse karakters. Beukers, professor in de geschiedenis van de genees kunde, is met een collega uit Japan bezig aan een onderzoek naar een opvallend stukje historie. Een groepje Nederlandse artsen blijkt al in 1858 ergens in Japan bezig te zijn geweest met een uitgebreide proef tegen de gevreesde ziekte cholera. De artsen- experimenteerden bij maar liefst enkele honderden men sen met zes verschillende 'medicij- Over de resultaten is nog niet veel bekend, maar het onderzoek past prima in de lezing die Beukers dins dag houdt op een studium generale aan de Groningse universiteit over de veranderingen in de geneeskun de die vooral in de tweede helft van de vorige eeuw razendsnel gingen. Beukers: "Onder invloed van de ontwikkelingen in de natuurkunde en vooral in de scheikunde, ont stonden veel meer mogelijkheden om de (chemische) processen in het lichaam te onderzoeken. Tot dan toe was het onderzoek vooral anato misch en statisch geweest. Maar toen werd het mogelijk om bepaal de chemische stoffen te isoleren. Simpel voorbeeld: een diabetes-pa tiënt heeft suiker in het bloed. Dat kun je proeven aan de urine. Maar de vraag is hoe die suiker in het bloed is terechtgekomen. Komt het direct uit het voedsel of wordt die gemaakt door een bepaald orgaan. Nu ontstond de mogelijkheid om langs experimentele weg vast te stellen wat het geval was. Dat is ui- Morfine "Er ontstond een stroming in de ge neeskunde, die zich erop toelegde om alles wat werd gedaan experi menteel vast te stellen. En alles op nieuw te testen. Tegelijk met die mogelijkheid om bepaalde chemi sche stoffen te isoleren, leidde dat bijvoorbeeld tot de toepassing van morfine. Opium was natuurlijk al veel langer bekend, maar datje daar de morfine kon uithalen, stamt uit die tijd. Omdat ook de bacteriologie zich toen ontwikkelde, kon men ook voor het eerst de oorzaak van weer een aantal andere ziektes vast stellen. Zoals van cholera: uit de faeces kon je de cholera-bacil isole ren. Kijk, dat beest zit er in". "In het algemeen kan gezegd wor den: ze komen meer en meer tot be grijpen van processen, betere test apparatuur en zuivere (geneesmid delen. Dat in tegenstelling tot de klassieke geneeskunde, die bestond uit eeuwen ervaring met ziekten en geneesmiddelen, maar waar het aan rationeel inzicht ontbrak". Maar ondanks alle mooie beloften ging de opkomst van die nieuwe stroming, vooral van de fysiologie in de geneeskunde niet bepaald van een leien dakje. Terwijl de ene arts zich steeds vaker in het laborato rium terugtrok om testen en experi menten te doen, hield de andere arts vast aan oude methoden. "Men was terughoudend met de invoering van nieuwe technieken. De internist die zei: ik kan prima vaststellen hoe het met de patient gaat door z'n pols te voelen. Men hechtte meer aan het voorschrijven van vaste leefregels, aan hygiëne en andere omgevings factoren, dan aan nieuwe genees middelen. In Leiden krijgt de fysio logie in 1863 voor het eerst vaste voet aan de grond. Maar dan nog zijn er mensen die daar geen be hoefte aan hebben. Niet omdat ze behoudend zijn, maar omdat ze zeg gen: het is niet nodig, je helpt er de patiënt ook niet verder mee". Die toch wat conservatieve instel ling leidde er in Leiden toe dat de bouw van een nieuw academisch ziekenhuis almaar werd uitgesteld. Waar Groningen en Utrecht nieuw bouw pleegden, onder andere om veel meer testen uit te voeren ("dat gaat nu eenmaal beter als de patiën ten in het ziekenhuis liggen"), vond de gemeente Leiden dat een klein academisch ziekenhuis met rond de 50 bedden groot genoeg was. Niet zonder reden werd erop gewezen dat doktoren patiënten toch zo snel mogelijk weer naar huis stuurden. Veelal met de raad wat meer aan dacht aan hygiëne te besteden. "Je moet natuurlijk niet vergeten dat heel andere ziektes toen belangrijk waren: cholera, pokken... kortom, ziektes waarbij hygiëne inderdaad Razendsnel Uiteindelijk hakte het Rijk de knoop door en werd de Leidse uni versiteit toegestaan een nieuw aca demisch ziekenhuis te bouwen. Het wekt achteraf gezien geen verba zing dat de ontwikkelingen vanaf toen razendsnel gingen. De heel- en verloskunde, de oogheelkunde, de neurologie en de kindergeneeskun de, Beukers wijst erop dat in die takken van de geneeskunde in Lei den, net als in andere steden waar werd getest en geëxperimenteerd, gigantische vooruitgang werd ge boekt. De fysiologie is de afgelopen eeuw alleen maar belangrijker ge worden. Een verplicht basisvak voor iedereen die dokter wil wor den. Maar feit is, zo haast Beukers te erkennen, dat ondanks al die voor uitgang ook nu genoeg ziektes be staan. Dat het vandaag de dag om een compleet ander ziektepatroon gaat, wil niet zeggen dat die kwalen minder vervelend zijn. Hoe hard ook wordt getest, voor sommige ziektes is nog steeds geen genees middel. Aids is daarbij natuurlijk het bekendste voorbeeld. Maar al Voordat aids belangrijk werd, was duidelijk dat bij al die aandacht voor fysiologie wel eens wat over het hoofd wordt gezien, na melijk wat deftig heet: de psycho sociale kant. De omgeving van de patiënt blijkt van grote invloed op zijn gesteldheid. Lang niet elke arts is daarin geïnteresseerd, maar in een groot aantal gevallen is de pa tient niet gebaat bij de duurste, bes te, langdurig uitgetestte medicij nen. Integendeel, daar kan de arts beter even de pols voelen en een ge sprekje voeren over de 'gewone' problemen waarmee de patiënt kampt, voordat hij een recept-velle tje pakt. "Overigens is dat de kant waar de bestrijders van de fysiolo gie heel veel aandacht voor had den", stelt Beukers nuchter vast. Het is natuurlijk onzin de vooruit gang in de geneeskunde te ontken nen. Maar soms hadden ze het in de vorige eeuw nog niet zo slecht ge zien. Prof. dr. H. Beukers: "Het voelen de pols vonden zij vaak voldoende". (foto Wim Dijkman)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 22