OEKEN
Een onderhuidse weerzin tegen politiek
I
Boeddha die naar 'n Zeeuwse polder staart
De Russische 'moordenaars in witte jassen' gerehabiliteerd
Amberbol of oliebol?
Aafke Steenhuis interviewt auteurs van wereldfaam
JOHNNY
VAN
DOORN
(1944-1991)
SAMENSTELLING CEES VAN IIOORE
Een intense betrokkenheid bij we
reldleed en onderdrukte volkeren
enerzijds. Een warme, hartstochte
lijke belangstelling voor mondiale
cultuur en literatuur anderzijds.
Het zijn eigenschappen die de ont
wikkelde mens sieren, benodigdhe
den voor de belezen, weldenkende
reiziger, die van zijn ervaringen en
ontmoetingen kond wil doen. Of
men beide eigenschappen moet
combineren in een reeks vraagge
sprekken met bekende en minder
bekende auteurs uit oost, west,
noord en zuid is echter nog maar de
vraag.
Aan schrijvers, denk ik, stel je bij
voorkeur vragen over hun schrij
verschap. Tenzij een schrijver ook
politicus of anderszins politiek des
kundige is, zal hij zich op ander dan
literair gebied slechts schoorvoe
tend, met tegenzin of zelfs struike
lend begeven. De weerzin van de
schrijver politieke onderwerpen
aan te roeren zien we onderhuids
aanwezig in de bundel 'In de cake
walk', waarin de bewogen journalis
te Aafke Steenhuis negentien vaak
uitvoerige en diepgaande inter
views met vooraanstaande auteurs
heeft verzameld.
Het resultaat zal de gemiddelde
lezer niet meevallen - in mijn ogen
deels het gevolg van de tendentieu
ze, politiek gerichte vragen die
Steenhuis stelt. In een van haar ge
sprekken roert de bewogen inter
viewster dit probleem zijdelings
aan, als ze bij de oude rot Günter
Grass informeert: "We hebben het
over het gebrek aan interesse voor
de cultuur bij sociaal-democraten,
maar omgekeerd hebben kunste
naars ook weinig belangstelling
voor de sociaal-democratie. U bent
een uitzondering. Komt het omdat
kunstenaars vaak iets heroïsch heb
ben, en de sociaal-democratie als
middelmatig, halfslachtig over
komt?"
Grass' antwoord is voorspelbaar:
"Ik vind kunstenaars erg op zichzelf
gericht, en ik vind het best. Ik zelf
heb een wantrouwen tegen alle gro
te ideologieën, omdat ik er in één
ben opgegroeid, in het nationaal-so-
cialisme en met de ellende daarvan
heb ik nu nog te maken; het is voor
mij dus een heilzame schok ge
weest. Daarbij heb ik wantrouwen
tegen die ideologieën die van tevo
ren zeggen dat de mens zoals hij is
ontoereikend is, dat wij een nieuwe
mens moeten scheppen, een socia
listische mens of wat dan ook, daar
ben ik op tegen. Ik geloof dat schrij
vers en kunstenaars van de mens
uitgaan, zoals hij is, gebroken, uit de
natuur gevallen, vol tegenstrijdig
heden".
Koppig
Niet alleen een wijs, maar ook een
leerzaam antwoord. De bevlogen
romantica, die Aafke Steenhuis
blijkt te zijn, zit er niet mee. Als een
wildebras scheert ze over de aard
bol, kapittelt Borges, bekent Kon
rad dat ze de wereld wil redden,
schudt moederlijk het hoofd om
Brodski en zoekt vooral affiniteit bij
Zuid-Amerikaanse auteurs als Ga-
leano en Vargas Llosa. Vooral het
interview met de laatste bevat een
hoge amusementswaarde, omdat
De Argentijnse schrijver Jorge Luis Borges (links) neemt een onderscheiding in ontvangst van president Mitter
rand. De vrouw van Borges, Maria Kodama (midden), kijkt toe. (toto ap)
hier de doelstelling, het verenigen
van socialistische en literaire onder
werpen van gesprek, wel slaagt. Bij
wijze van uitzondering en allicht:
Vargas Llosa is evenzeer schrijver
als politicus. Ook hier komt die (on
mogelijkheid van een synthese tus
sen politiek en kunst ter sprake, en
ook Vargas Llosa ziet geen kans op
verzoening: "Want in een roman
speel je met fantasma's, verzinsels.
In de politiek gaat het spel over
mensen. Het ideaal van de politiek
is de transactie, het compromis, de
verzoening, de kleine hervorming,
de langzame vooruitgang. In de
kunst lijken me alle extremen ac
ceptabel, ik bewonder de buiten
sporige schrijvers, de grote avontu
riers, de krankzinnige uitvinders,
de teugelloze gevoelens, de vernieu
wers. In de kunst worden (die)
driften gesublimeerd, in de politiek
zouden ze tot rampen leiden".
Voor ieder weldenkend, gema
tigd mens zou deze stellingname
overtuigend en afdoende zijn, maar
niet voor de koppige Steenhuis. die
met revolutionaire hartstocht te
genwerpt: "Een politieke denker
als Marx was met zijn analyses en
prognoses een bron van inspiratie".
Llosa's beknopte terechtwijzing is
Vrouwen
Zo geeft Aafke's negentiental wel
meer stof tot verbazing, ergernis en
spotlust. Maar ook tot bewonde
ring. want met haar hardnekkig
heid en onverwoestbare zucht tot
het verbeteren der wereld legt ze
haar gesprekspartners het vuur fel
aan de schenen. Vooral de Europea
nen onder hen gaan soms in rook op
onder de fakkel van haar laaiend en
thousiasme en verliezen zich in ge
meenplaatsen en vaag filosofisch
gemompel. De ondervraagden die
het best zijn opgewassen tegen
Steenhuis' vurige uitdagingen, zijn
- geen wonder - de vrouwelijke au
teurs. De gesprekken met Christa
Wolf, Marguerite Duras en Nathalie
Sarraute behoren tot de innemend
ste, meest persoonlijke en scherp
zinnige uit de bundel. Meer dan
voor haar mannelijke gesprekspart
ners toont de interviewster hier res
pect en geeft ze blijk van meer per
soonlijke belangstelling. Maar mis
schien komt dat, om met Christa
Wolf te spreken, door "de onder
drukking van gevoelens, vooral bij
mannen Alleen door destructief
te zijn voelen ze zichzelf. Het is een
tragedie, voor politici, militairen en
ook veel kunstenaars". En verder
op: "Ik denk dat vrouwen meer van
zichzelf prijsgeven. Het komt me
voor dat de literatuur van onze
eeuw last heeft van wat Ingeborc
Bachmann 'ziekte' noemt, de ziekte
van de mannen. Je kunt het ook een
vloek noemen, een noodlot, waar
aan ze geen schuld hebben, dat vele
mannen zo slecht hun gevoelens
kennen".
"Waarbij ik tussen haakjes de ge
voelsuitstortingen van vrouwen
vaak vreselijk vind. Die pure, on
doordachte. ongevormde taaluit
barstingen". voegt de schrijfster
daar waarschuwend aan toe.
Daaraan maakt Aafke Steenhuis
zich in deze boeiende verzameling
bevlogen interviews niet schuldig
en daarvoor brengt ze haar gevoe
lens. overigens nauwelijks verhuld,
te intellectueel onder woorden.
Maar soms komt haar politiek-uto-
pistische passie de lezer de neus uit
en zou hij meer willen vernemen
over de literator die de ondervraag
de in de eerste en misschien enige
plaats is. Van meneren en mevrou
wen met een visie op maatschappij
en wereldgebeuren wemelt het in
de straten. Maar schrijvers van dit
niveau, die zijn al zo schaars.
ROB VOOREN
Aafke Steenhuis. In de cakewalk.
Schrijvers over de 20sle eeuw. Ge
sprekken met: Czeslaw Milosz. Danilo
Kis. Gyóruy Konrad. Christa Wolf. Jo
seph Brodsky, Andrej Bilov. James
Baldwin. Nuruddin Farah. Marguerite
Duras. Nathalie Sarraute. Salmen Rus
hdie. Eduardo Galcano. Mario Vargas
Llosa. Jorge Luis Borges. Huk" Claus.
Bert Schierbcek. Kenzaburo Oé. Gün
ter Grass. Hans Magnus Enzcnsberger.
Ultg. Van Gennep. Amsterdam 1990.
1
Verdwaald in duisternis
Is hij terechtgekomen in
i in BOOVt vi<m xtrnij die
Met dopheide en kleine
Heesters is begroeid
Aankloppend bij een
Afgelegen boerderij
Waar een flauw lichtje
Hem doet vermoeden
Dat er Iets van leven
In aanwezig moet zijn
Wordt hem opengedaan
Door een kleine kale
Schcelogige monnik
Die hem gastvrij en
Onderdanig ontvangt
In zijn stemmig blauw-
Geschilderd vertrek
Dat onder het schenken
Van een Chinees kopje
Thee door hem plechtig
Wordt genoemd DB HAL
DER KENNIS die sin hts
Toegankelijk is voor
Zij die door de
Stilte zijn gegaan
Zijn tranen nauwelijks
De baas kunnend weet
Hij terstond dat
Deze oude magiër
Zijn langgezochte
Leermeester moet zijn
Die op zijn weg
Naar het door hem
Begeerde middelpunt
Zijn toeverlaat zal
Zijn in moeilijke uren Sc
Als hij na een gcrief-
Lijke nachtrust bij
Het kraaien van de haan
Het huisje van zijn dromen
De rug toekeert om met
Zijn zwerftocht verder
Te gaan is er zoveel
Gebeurd dat in tegen
stelling met die avond
Tevoren hij gevuld is
Met een nieuwe lading
Levenskracht die hem
Doet Jubelen over de
Vol met kwinkelerende
Vogels zijnde Natuur
Die goudgeel beschenen
Wordt door een magi
strale stralende ZON
Dit gedicht uan de onlangs over
leden auteur Johnny van Doom
'Ik heb vannacht van jou ge
droomd, jenevertje, jenevertje' -
is afkomstig uit de bundel 'De
heilige huichelaar' (De Bezige
Bij, 1968). Wie de onvergetelijke
dictie kent van de schrijver en
dit leest, zal een steek door zijn
hart voelen gaan. Vooral bij die
laatste twee regels was het o
Van Doom met zijn stem tot in
de verste uithoeken van het heel-
a' hoorbaar wilde zijn. Jammer,
dat komt nooit meer terug.
Prachtige beelden in achtste dagboekdeel Hans Warren
Dp 13 januari 1953 maakte de rege
ling van de Sovjetunie de ontmas
kering bekend van een groep 'moor
denaars in witte jassen'. 'Terroris
ten uit de medische wereld' zouden
het op het leven van toppolitici en
hoge miltairen hebben voorzien.
Een golf van arrestaties volgde en
op drie februari werd ook Jakov
Rapoport, een beroemd hoogleraar
pathologie, door het ministerie van
staatsveiligheid opgepakt.
Met hem verdwijnt een groot aan
tal merendeels joodse hoogleraren
van de Academie van Medische We
tenschappen in de cel. Maanden
van eenzame opsluiting en eindelo
ze ondervragingen volgen. Slechts
de dood van dictator Jozef Stalin op
vier maart 1953 redt de slachtoffers
van het dokterscomplot van het
vuurpeloton. Een maand later
maakt de nieuwe regering bekend
dat alle gearresteerden worden vrij
gelaten. Zij worden volledig gereha
biliteerd.
wat wijdlopig is, maar die over het
algemeen leest als een spannende
misdaadroman waarin de boeven
uiteindelijk het onderspit delven.
Het dokterscomplot is vooral een
rechtvaardiging voor de slachtof
fers en een hommage aan de opvol
gers van Stalin door wie 'de leefre
gels die Lenin aan het Sovjetvolk
had gegeven, weer een kans kre
gen', zoals Rapoport in zijn inlei
ding schrijft. Later in het boek ver
woordt hij herhaaldelijk zijn onge
schokt geloof in het socialisme: na
twee maanden kwellingen en wille
keur in de gevangenis te hebben
doorstaan als Vijand van het volk'
wil hij na zijn invrijheidstelling zijn
Leninorde, een van de hoogste Sov
jet-onderscheidingen, terug. Bij
thuiskomst zal zijn vrouw dan in
een oogopslag zien dat alles weer in
orde is.
Rapoport heeft met het dokters
complot een indrukwekkende ge
tuigenis geschreven van wat hij zelf
noemt 'de culminatie van dertig jaar
willekeur en wetteloosheid onder
Stalin'. Als een van de weinigen
hield hij zich tijdens zijn detentie
staande. Hij hield zijn gekwelde
geest constant bezig door zich zijn
activiteiten buiten de gevangenis
voor te stellen. Zo gaf hij tijdens de
lange dagen van eenzame opslui
ting, in afwachting van weer een
nachtelijk verhoor, een denkbeel
dig gehoor colleges pathologie.
'Ik werd door deze geluidloze col
legeserie meegesleept, het was inte
ressant en creatief werk', consteert
hij twintig jaar later monter. Ook
zijn humor hield hem op de been,
een humor die het boek zo lezens
waardig maakt. Als hij klaagt over
de handboeien die hij omkrijgt, no
teert hij: 'Een extra ongemak van
deze boeien was dat zjj het onmoge
lijk maakten je neus te snuiten of je
te krabben wat een mens tenslotte
ook moet doen, zelfs als hij een
joods-burgerlijke nationalist is en
een terrorist'.
Tijdens de dagelijkse ondervra
gingen in de gevangenis bleef
Rapoport alle absurde beschuldi
gingen ontkennen. 'Er bestond ook
in de folterkamers van Stalin voor
de gevangene een morele stimulans
om zijn waardigheid als mens te be
waren. Dat was het vaste, compro
misloze, onwankelbare besluit de
brutale wreedheid te weerstaan, er
niet aan toe te geven, het bestaan
van de monsterachtige fantasie van
de cipiers niet te erkennen en geen
verraad te plegen, dat wil zeggen
niemand valselijk te beschuldigen'.
Voor Rapoport was deze stimu
lans voldoende, maar hij vraagt zich
af of hem dat was gelukt als hij nog
langer in de gevangenis had moeten
blijven. Veel van zijn medegevange
nen bekenden al snel de meest ab
surde aantijgingen en beschuldig
den daarmee ook hun collega's.
Toch wil de schrijver deze mensen
niet veroordelen.
"Behalve alle morele krachten
moest daarvoor ook alle fysieke
kracht worden gemobiliseerd en
daaraan hadden vele van de gear
resteerde, oudere mensen gebrek.
'Zij die bekend hebben hebben
geen behoefte aan vrijspraak, aan
gezien vrijspraak de antithese is van
beschuldiging. Men moet ze begrij
pen en vergeven'.
ERIC JAN WETERINGS
Jakov Si Natasja Rapoport. Het dok-
tersromplot. Uitgeverij G.A. van Oor
schot Amsterdam 1990. 270 bladlijden
Prijs 49 gulden.
-Vic Tilgenkamp chr,, v„ Hoiltï>
Het is geen vrolijk verhaal dat Vic
Tilgenkamp (54) in zijn debuutro
man De Amberbol vertelt. Een leuk,
jong stel gaat zeilen voor de Belgi
sche kust. Door een plotselinge
storm slaat hun boot om. De jongen
overleeft, maar het meisje wordt
niet teruggevonden. De jongen is
ontroostbaar. Hij keert geregeld te
rug naar de plaats des onheils, maar
wordt daar niets wijzer. Op het mo
ment dat hij het echt niet meer ziet
zitten, ontmoet hij in een kroeg een
Belg die ook al geen leuk verleden
blijkt te hebben. De twee gaan sa
men op reis. Gaandeweg ontdekt de
jongen dan dat zijn vriendin wel
licht nog in leven is.
De Amberbol is een magisch-rea-
listische roman. Het staat op het ti
telblad, dus het zal wel. De amber
bol uit de titel blijkt inderdaad een
wonderbaarlijke functie te vervul
len, maar daar houdt het magisch
realisme dan wel bij op. Al die ster
ren aan de hemel spelen ook een
mooie rol.
Voor de rest is het debuut van Til
genkamp zo plat als een dubbeltje.
Tal van ontwikkelingen worden dik
aangezet, maar krijgen uiteindelijk
geen enkele diepte. Zo weet het
meisje na het ongeluk (ze leeft in
derdaad nog) niet meer wie ze is of
wat ze precies doet. Pas in gezel
schap van een nieuwe vriendin
bloeit ze op. Tussen de twee ont
staat een lesbische relatie. Totdat ze
zich plotseling herinnert dat ze
vroeger een vriendje heeft gehad.
Lesbische relatie exit.
Zo gemakkelijk gaat dat allemaal
bij Tilgenkamp. En dan heb ik het
nog niet over z'n houtjes-touwtjes
stijl: "Hier, op deze afgelegen
plaats, besefte ze ineens hoe uit
zichtloos dit avontuur was geweest.
Het zinloze van de band met deze
vrouw, die slechts berustte op haar
onvermogen om zich de banden
met het verleden te herinneren,
maar die van meet af aan gedoemd
was verbroken te worden zodra
haar geheugen de beelden zou doen
terugkeren van een vergeten grote
liefde voor een man". Iemand die
zulke onzin uit z'n pen krijgt, moet
nog even oefenen. En een paar ech
te magisch-realistische romans le
zen.
JEROEN DIRKS
Vic Tilgenkamp met De Amberbol.
Uitgeverij Conserve, Schoorl.
Hans Warren (geboren 20 oktober
1921) is dichter, criticus, dagboek
schrijver en bovendien fervent ken
ner en liefhebber van het autobio
grafische genre. Op de zeven door
hemzelf geredigeerde dagboekde
len, die de periode 1942 tot 1962 be
strijken, is door de kritiek wisse
lend gereageerd: van laatdunkend
tot zeer enthousiast. Dat de eerste
delen meeslepender lectuur vorm
den dan de latere, daarover is men
het wel eens.
In de jaren veertig ontdekte hij
zichzelf, zijn ambities als schrijver,
zijn homoseksuele geaardheid, hij
zette zich af tegen zijn ouders. In de
jaren vijftig beleefde hij opwinden
de avonturen in Parijs. Het achtste
dagboekdeel, over de periode 1963
tot 1970, is wat toon en onderwer
pen betreft een voortzetting van
deel zeven en dat betekent dat het
niet bepaald enerverend is.
Hans Warren woont al geruime
tijd met zijn Engelse vrouw Mabel
en hun drie kinderen in het Zeeuw
se Kloetinge. Mabel verdient de
kost als lerares, Warren zelf schrijft
kritieken voor de Provinciale
Zeeuwse Courant, waarvoor hij in
1970 de Pierre Bayle-prijs krijgt.
In zijn vele vrije uren struint hij
antiquariaten af en doet gretig aan
kopen.* Waar liet hij al die spullen?
- vroeg ik me licht verbijsterd af.
"Misschien treedt er een vertekening
op doordat Warren in deze jaren
weinig in zijn dagboek schreef en
vlijtig iedere aankoop en iedere wei
feling erover noteerde. Dan nog is
het verbazend hoe iemand zich zo
zeer kan laten meeslepen door heb
bedingetjes. Allemaal wel erg an
tiek en fraai, maar toch zuiver voor
de 'heb'.
Sierduiven
Een andere hartstocht betreft het
houden van sierduiven. Op 19 janu
ari 1963 wordt Warren gekozen tot
voorzitter van de Vinkduivenclub.
Een uiteenzetting over zijn positie
in dit wereldje is amusant. Er heerst
veel haat en nijd onder de vogelaars.
Wat dat betreft lijkt dit milieu meer
op het literaire wereldje dan je zou
denken.
Curieus is een lange (kennelijk
onverstuurde) brief uit december
'66 aan Judith Herzberg. Warren
leert haar kennen op een "criant
vervelend jeugdfestival" in Velp, en
hij is meteen onder de indruk van
de dichteres, zowel van haar stem
als van haar verschijning. Als hij
haar spreekt over de literaire impas
se waarin hij verkeert, raadt ze hem
aan over zijn duiven te schrijven.
Resultaat is een autobiografische
Sullig
De jaren zestig spelen mee, maar op
de achtergrond en vooral in de ge
daanten van Jannen en Hansen: Jan
Wolkers, Jan Cremer, Hans Plomp,
Hans Verhagen en Hans Vlek. De
laatste treedt bloot op; een happe
ning waar Warren droogjes ('zijn ge
slacht hing er bijzonder sullig bij')
melding van maakt. Zelf is hij niet
het type om zich door de tijdgeest te
laten meeslepen. In tegendeel. Hij
noteert: "Die genadeloze jeugd is
nu in trek. Op modeplaten loeren de
geraffineerde boeven en stoute
meisjes je aan. De regie vereist
dat hun brutale kop verdorvenheid
suggereert". Met zijn oudste doch
ter gaat Warren naar de film Wood
stock.
Wat mij het meest beviel aan dit
nieuwste dagboekdeel zijn niet de
vogelkundige overpeinzingen, niet
de huwelijksproblemen en seksuele
troebelen, maar een enkel fragment
waarin de schrijver zich met zelf
spot laat zien. Als hij een boeddha
beeld heeft gekocht houdt hij het in
de auto op schoot zoals een kind
soms met een pop doet "op mijn
knieen met het gelaat van me af, zo
dat de Boeddha het Zeeuwse
avondlandschap in glorieuze zons
ondergang kon zien".
Een prachtig beeld: de mysterieu
ze Boeddha die vanuit een perso
nenauto stoïcijns naar de Zeeuwse
polder staart.
INGE VAN DEN BLINK
Ruim twintig jaar later, in 1975,
schrijft Jakov Rapoport een boek
over de twee angstigste maanden
uit zijn leven. Pas in 1988 kon het in
de Sovjetunie verschijnen, waar de
eerste oplage van 100.000 exempla
ren binnen een week was uitver
kocht. Kort geleden verscheen de
Nederlandse vertaling onder de ti
tel 'Het dokterscomplot'. Zijn doch
ter Natasja, die veertien jaar oud
was toen haar vader werd opgepakt,
schreef een nawoord.
uiteenzetting die zich snel toespitst
op Warrens vogelliefde, en uitloopt
op een afrekening:
"Ik heb bereikt wat ik wilde, de
animo is er eigenlijk uit, ik begin
dol te worden van die honderden
klapwiekende koerende dieren, die
rondstuivende veren, dat stof, die
stront. Fortuinen heb ik erin gesto
ken, jarenlang ben ik bezeten ge
weest, het opruimen moet gaan be
ginnen".
Zo geschiedt. Werkelijke harts
tocht bloeit kortstondig op in janu
ari '67, als Warren verliefd wordt op
een jongen uit Tunis. Hij ontmoet
hem in Den Haag. De ontmoeting is
zo overrompelend en ontwrichtend,
dat Warren er pas in oktober van
datzelfde jaar in zijn dagboek over
schrijft. Hij aarzelt. "Mabel, de kin
deren. ons wankele evenwicht, het
bestaan van nu, moest ik dat opge
ven? Voor dit avontuur, al was het
een godsgeschenk?"
Huwelijk
Het rendez-vous inspireert wel tot
'Zes elegische gedichten', met op
dracht gepubliceerd in Maatstaf.
Maar "voor Mabel (was) de maat vol.
Ze had gemerkt hoe ik opleefde,
hoe ik weer kon werken, besefte dat
ik dit leven nodig had. Maar ze was
niet bereid het bestaan van vroeger
te hernemen. Kortom, ze wilde
scheiden, in ons aller belang. Zij zou
terugkeren naar Engeland, en voor
Amanda en Beryl zorgen. Ik moest
Gideon voor mijn rekening nemen,
'want van het opvoeden van jon
gens had ze geen verstand"".
Warren constateert eens te meer
"dat (hij) enkel door (zijn) homo
seksuele driften uit te leven weer
aan de slag zal kunnen komen, dat
het gezinsleven (hem) volkomen
verstikt". Toch wil hij de knoop niet
doorhakken. In 1969 verschijnt de
dichtbundel 'Tussen hybris en ver
gaan': "Mabel wou aardig zijn, ze las
de gedichten na het middageten. Ik
zat zo in mijn rats dat ik het zweet
uit mijn oksels langs mijn flanken
voelde stromen. Verzen die ons
huwelijk tot een fagade en een farce
maken".
Het zou me verbazen als Warren
niet gedeelten uit zijn dagboeken
die rechtstreeks op zijn kinderen
betrekking hebben, bij het bewer
ken geschrapt heeft. Is dat niet zo,
dan heeft hij weinig over ze geschre
ven.
Hans Warren: volkomen verstikt door gezinsleven. iroto wim Riemen»)
De inmiddels 93 jaar oude
Rapoport woont momenteel in
Moskou. In het voorwoord van zijn
boek vertelt hij het in een ruk uit het
hoofd te hebben geschreven. Daar
door ontstond een kroniek die soms