Hoge nood op intensive-care Doorsturen patiënten komt steeds vaker voor 'Wel voldoende bedden, niet genoeg personeel' Een ziekenwagen nodig? Bel 06-11 als elke seconde telt. Maar heb wat geduld als je naar een intensive-care moet. En wees niet al te verbaasd als de ambulance je na een hartaanval eerst de halve provincie rondrijdt. Het komt steeds vaker voor dat er geen plaats is in de ziekenhuizen in de buurt. Die kwestie kwam weer volop in de publiciteit toen twee Haarlemse ziekenhuizen vorige week een verkeersslachtoffertje wegens plaatsgebrek doorstuurden. Het jongetje overleed een dag later. "Dat een zie kenhuis overbezet is, is allang geen uitzondering meer. In de af gelopen week gebeurde het acht keer dat alle intensive care-af- delingen in deze regio vol zaten". door Wim Wegman ZATERDAG IS DECEMBER 1 Commandant Mark in de alarmcentrale: "Ik heb de sterke indruk dat het aantal ritten buiten de regio is toe genomen". (archieffoto Holvast) Het is misschien wat cru gesteld, maar ziekenwagens kunnen men sen na een hartinfarct of een ernstig ongeval allang niet meer vanzelf sprekend naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis vervoeren. De intensive- care- en de hartbewakingsafdelin- gen zijn steeds vaker vol, waardoor Leidse ambulances soms moeten uitwijken naar Amsterdam of Rot terdam, en een enkele keer zelfs Til burg. Omgekeerd zien ambulance chauffeurs uit Den Haag of Utrecht zich steeds vaker gedwongen hun patiënten naar onder meer de Leid se ziekenhuizen te vervoeren, om dat daar toevallig een intensive- carebed vrij is. Er is niet veel fantasie voor nodig om te bedenken dat deze 'export' van slachtoffers vroeg of laat tot on gelukken zal leiden. Het is zelfs de vraag of die ongelukken al niet heb- bën plaatsgehad. Hoewel hij geen concrete gevallen kan noemen, sluit de de Zuidhollandse inspecteur voor de volksgezondheid, F.J. Ha- zelzet, niet uit dat jaarlijks enkele patiënten onnodig overlijden om dat er te lang met hen is 'geleurd'. Kwalijk Dat er in Nederland, en vooral in de Randstad, een groot tekort is aan in- tensive-carebedden, is al enkele ja ren bekend. De kwestie kwam weer volop in de publiciteit toen twee Haarlemse ziekenhuizen vorige week een Hillegoms verkeers slachtoffertje wegens plaatsgebrek doorstuurden. Het jongetje werd uiteindelijk in het Amsterdamse VU-ziekenhuis opgenomen, waar het een dag later overleed. Volgens commandant Mark van de Leidse Centrale Post Ambulan cevervoer (CPA) die het vervoer heeft geregeld, was de jongen er zo Het geleur met patiënten kost mo- elijk enkele mensenlevens per jaar. (foto Loek Zuyderduin) ernstig aan toe dat hij waarschijn lijk ook was overleden als hij direct in één van de Haarlemse ziekenhui zen was opgenomen. Desondanks heeft Mark de regionale inspectie voor de volksgezondheid ingescha keld. "Niet omdat de ziekenhuizen geen plek hadden. Als ze vol zitten, dan zitten ze vol. Daar kunnen zij ook niets aan doen. Wat ik ze wel kwalijk neem, is dat ze niet eerst naar de jongen hebben gekeken. Het is een goed gebruik dat een zie kenhuis, ook al heeft het geen bed vrij, een patiënt even laat onderzoe ken en zijn toestand probeert te sta biliseren voordat het hem verder stuurt. Dat is m Haarlem niet ge beurd". De affaire rond het Hillegomse verkeersslachtoffertje is een ex treem geval, meent Mark. "Ik heb nog nooit meegemaakt dat een pa tiënt twee keer achter elkaar werd geweigerd. Maar dat een ziekenhuis overbezet is, is allang geen uitzon dering meer. Om een indruk te ge ven: de afgelopen week zaten de in tensive care-afdelingen in deze re gio acht keer op hetzelfde moment vol. Dat betekende natuurlijk nog niet dat we acht keer de regio uit moesten met onze ambulances. Als er niets gebeurt, heb je ook geen plek op een intensive care nodig". Passen en meten Het begrip 'vol' blijkt trouwens rek baar. Mevrouw L.A. Groeneveld, voormalig coördinatrice bij de Leidse CPA: "We hebben vorig jaar ruw geschat 200 keer problemen ge- had met het 'herbergen' van een pa tiënt in een regionaal ziekenhuis. Dat klinkt dramatischer dan het is, want ongeveer 150 van die mensen konden we uiteindelijk toch in dit gebied kwijt. Daarvoor was soms wat druk nodig op de ziekenhuizen. Ze zullen ongetwijfeld ook flink hebben moeten passen en meten, maar voor het merendeel van de pa tiënten is uiteindelijk toch een gaat je gevonden". Ondanks de 'plooibaarheid' van de vier ziekenhuizen in dit gebied, bleven er vorig jaar toch zo'n 50 mensen over die naar elders ver voerd moesten worden. CPA-com- mandant Mark benadrukt dat deze patiënten niet lukraak langs inten sive care-afdelingen zijn gereden, in de hoop dat er nog ergens een bed vrij was. "Wij inventariseren twee keer per dag hoeveel bedden er in de regio vrij zijn. Is alles vol, dan in formeren we bij de ziekenhuizen in de omliggende gebieden wat zij nog beschikbaar hebben. We nemen op nieuw contact op als we een patiënt hebben. Blijken ze dan toch geen plaats te hebben, dan proberen we het bij een ander ziekenhuis; net zo lang tot we iets hebben gevonden. Daar wordt de ambulance dan naar toe gestuurd". "Het is dus niet zo dat we eerst naar het ene ziekenhuis rijden, daar worden weggestuurd en vervolgens maar ergens anders aanbellen. We hebben onze vaste routes daarom reed de ambulance vorige week met het Hillegomse jongetje eerst naar het Spaarneziekenhuis in Haarlem maar als er geen plaats is wordt de koers snel verlegd. Doordat de CPA-centralist telkens snel in greep, zijn er tijdens het vervoer van dat jongetje 'slechts' twee minuten verloren gegaan. Dat zijn er natuur lijk nog altijd twee te veel". Duidelijkheid De patiënten die de Leidse regio uit moeten, worden meestal eerst naar het AZL gereden, ook al is er in dat ziekenhuis geen plaats. Mevrouw Groeneveld: "We willen het zekere voor het onzekere nemen en laten de patiënt daarom eerst door een arts van het AZL onderzoeken. Want het is natuurlijk nog maar de vraag of de patiënt wel over een lan ge afstand kan worden vervoerd. Zo niet, dan zal er toch maar iets in de regio moeten worden geregeld. De arts kan er bovendien voor zorgen dat de toestand van de patiënt niet verder verslechtert". Het ambulance-personeel kan niets voor een slachtoffer doen, be halve hem dan zo snel mogelijk naar een ziekenhuis vervoeren. Regio naal inspecteur Hazelzet: "Ze zijn vaak niet medisch bevoegd en moe ten daarom in principe van een pa tiënt afblijven. Ze mogen niet eens een infuus aanleggen, om maar iets simpels te noemen. Dat kun je de mensen niet kwalijk nemen, maar het betekent wel dat een slachtoffer soms tientallen minuten van hulp verstoken blijft. Dat moet tot onge lukken leiden, het kan niet anders". Hazelzet kan zijn stelling echter niet met cijfers onderbouwen. "Als je de ambulancediensten vraagt of door de lange reistijden ooit men sen zijn overleden, hebben ze de neiging om 'nee' te zeggen. Het is natuurlijk ook moeilijk om dat uit te maken. Ze zijn per slot van reke ning geen medici. Ook de zieken huizen kunnen die vraag moeilijk beantwoorden, want ze weten niet hoe de toestand van de patiënt was toen hij door de ambulance werd opgehaald. Desondanks ben ik er van overtuigd dat er per jaar enKeie mensen voortijdig overlijden omdat ze door het tekort aan intensive ca- re-plaatsen over veel te lange af standen moesten worden ver voerd". Bedden genoeg Over de oorzaak van het tekort hoeft volgens Hazelzet geen twijfel^ te bestaan. "Een gebrek aan geld en daardoor een gebrek aan personeel. Het trieste is dat de ziekenhuizen vaak wel genoeg bedden hebben. Ze kunnen echter niet voldoende mensen vinden die de hoogwaardi ge apparatuur bij die bedden kun nen bedienen. Het werk op een in tensive care-afdeling vergt hoogop geleid personeel, en door de lage be loning en het slechte imago dat de gezondheidszorg nu eenmaal heeft, kiezen dergelijke mensen massaal voor andere banen". Om de ergste nood te lenigen, zou het rijk de ziekenhuizen snel veel meer geld moeten geven. "Het punt is echter dat het probleem voorals nog moeilijk is te duiden. Hoe vaak moeten ambulances naar andere re gio's uitwijken? Wat voor gevolgen heeft dit voor de patiënten? Dat is nu niet duidelijk. Willen we de rege ring ervan overtuigen dat er meer geld beschikbaar moet worden ge steld, dan zullen we toch met wat preciezere antwoorden moeten ko men. Anders zijn we snel uitge praat". Om die duidelijkheid te krijgen, zijn de regionale inspecties van Noord- en Zuid-Holland deze zomer een onderzoek begonnen naar de problemen. De CPA's in de regio's Den Haag, Rotterdam en Amster dam houden sindsdien nauwgezet bij hoe vaak en waarheen hun am bulances moeten uitwijken. "De eerste resultaten van dat onderzoek leren dat de problemen inderdaad groot zijn". Het Leidse CPA-gebied, dat uit de Duin- en Bollenstreek, de Leidse en de Alphense regio bestaat, is vooralsnog echter een 'witte vlek' in dit onderzoek. Hoewel de ambulan ce-ritten hier al sinds enige tijd de computer 'ingaan', houdt de Leidse CPA-post de uitstapjes buiten de re gio nog niet precies bij. Hazelzet: "We hebben daar tot nog toe niet op aangedrongen, om dat we de indruk hadden dat de pro blemen in dit gebied meevielen. Stérker, we geloofden dat Leiden en Haarlem de uitwijkplaatsen wa ren voor Amsterdamse en Rotter damse ambulances. Nu echter is ge bleken dat ook die regio's vol zijn, zal ik Leiden vragen aan het onder zoek mee te werken". Mark is elk geval van harte bereid de gegevens bij te houden. "Als de inspecteur dat vraagt, doen we dat natuurlijk". Geen probleem Volgens woordvoerder Dirk Ket ting is er in het Academisch Zieken huis Leiden weinig aan de hand. "Ik vind dat er bij ons niet echt sprake is van een probleem. Het gebeurt hooguit één keer per maand dat we een patiënt doorsturen omdat we geen plaats voor hem hebben op de intensive care-afdeling. Dat is trou wens oud nieuws. Het was vorig jaar ook al zo, en het probleem is sindsdien niet groter geworden". Mark bestrijdt dit laatste. "Ik weet bijna zeker dat de moeilijkhe den zijn verergerd. Ik kan dat niet met cijfers aantonen, want zo pre cies hebben we de zaak nooit uitge splitst, maar ik heb toch de sterke indruk dat het aantal ritten buiten de regio is toegenomen". De dood van de Hillegomse jon gen heeft inmiddels geleid tot een serie kamervragen. Daarbij werd onder meer opheldering gevraagd over de rol van de Leidse CPA. CDA en PvdA meenden dat de ambulan ce-post veel eerder had moeten vra gen of er plaats was in het Haarlem se ziekenhuis. Mark houdt vol dat de CPA dat in een heel vroeg stadi um heeft gedaan. "Nogmaals, we informeren twee keer per dag hoeveel bedden er in de verschillende ziekenhuizen be schikbaar zijn. En we doen dat op nieuw op het moment dat we aan een rit beginnen". Hij voelt overi gens wel voor het Amsterdamse Si rene-project, waarbij de ziekenhui zen via een centrale computer de CPA's onmiddellijk inseinen als er een bed is vrijgekomen of juist weer is bezet. "Maar ook dan blijf je af hankelijk van de man of de vrouw in het ziekenhuis, die de knop moet indrukken". Volgens Hazelzet werkt Sirene uitstekend. Voor zo ver het kan wer ken, want in en rond Amsterdam is zelden een intensive-carebed be schikbaar. "Dat is het schrijnende. Sirene is een prachtig systeem, maar op dit moment verdeelt het slechts de armoede". Gesloten Een centraal computersysteem zou de CPA in dit gebied misschien van een 'bijkomend probleempje' kun nen afhelpen. Mevrouw Groene veld, de voormalige coördinatrice: "Het gebeurt nogal eens dat huisart sen, als ze 's nachts een patient aan melden, ten onrechte zeggen dat ze de plaats op de intensive-care al hebben geregeld. De ambulance komt vervolgens voor een gesloten deur en de CPA mag de moeilijkhe den oplossen. Ik zeg niet dat alle huisartsen dat doen, maar er zijn er een paar bij waar we wat dit betreft heel slechte ervaringen mee heb ben".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 33