\v\vi =i i =iwh m
Zonneboilers: T-Fords
van de zonne-energie
Spanning en school horen bij elkaar
Geheel nieuwe kijk op zonnestelsel dankzij ruimtevaart
Nieuwe allergie-medicijnen
veilig genoeg bij autorijden
Onderzoek naar thuiszorg
dementerende bejaarden
Emeritus-hoogleraar Van Koppen:
WOENSDAG 12 DECEMBER 1990
EINDREDACTIE HANS SONDERS
TAPEI - Een popband bestaande uit louter robots werd vorige
week gedemonstreerd door een Japanse computerfirma op een
handelsbeurs in Tapet Elke robot kost maarliefst bijna driekwart
miljoen Amerikaanse dollars, maar is voor dat geld wel in staat om
64 be wegingen voor zijn rekening te nemen<f«toAFPj
AMSTERDAM (ANP) - De-
nieuwe geneesmiddelen ter
bestrijding van allerlei aller
gische ziekten (antibistami-
nen) hebben geen invloed op
het rijgedrag van de bestuur
der van een auto. De oude, nog
steeds in gebruik zijnde anti-
histaminen, zijn daarentegen
niet veilig.
Dit blijkt uit een uitvoerig
onderzoek van het Nederlands
Instituut voor Drugs- en Do
pingonderzoek NIDDR van de
Rijksuniversiteit in Utrecht.
De instelling liet enkele man
nen in de leeftijd van 25 tot 40
jaar gedurende vier dagen
over de snelweg van Utrecht
naar Arnhem en terug rijden.
Daarbij werden verschillende
medicijnen ter bestrijding van
allergische ziekten, waaron
der hooikoorts, netelroos, ast
matische aandoeningen en an
dere ontstekingen, uitgetest.
Volgens prof. dr. R. Maes,
Wetenschappelijk directeur
van het instituut, zijn de resul
taten van het onderzoek van
groot belang voor de miljoe
nen mensen die dit soort mid
delen regelmatig gebruiken*
Ze kunnen de nieuwe medicij
nen, waaronder cetirizlne en
terfenadine veilig innemen,
zonder dat dit hun rijgedrag
beïnvloedt.
'Fruit verkleint kans op longkanker'
Rokers die veel fruit eten.
hebben een^verminderde kans
op longkanker. Dat is een van
de uitkomsten van het afron
dende bevolkingsonderzoek in
Zutphem het zogeheten Zut-
phen-onder zoek- Het verklei
nen van de kans om longkan
ker te krijgen door het regel
matig consumeren van fruit,
komt waarschijnlijk niet door
de vitamine-C in het fruit,
maar door andere stoffen. Vol
gens prof. dr. D. Kromhout,
leider van het onderzoek, is
nader onderzoek hiernaar ge
wenst.
Een andere conclusie uit het
gedurende dertig jaar gehou
den onderzoek is dat slagader
verkalking niet onverbreke-
lijk is verbonden aan het ouder
worden, zoals altijd werd aan
genomen. Door op verant
woorde wijze te eten. te bewe
gen en alcohol te gebruiken en
door niet te roken, kan de
volksziekte volgens de onder
zoekers bij uitstek worden te
ruggedrongen.
Het Zutphen-onderzoefe
kwam eerder wereldwijd in
het nieuws door de conclusie,
dat het eten van vis de kans op
een hartinfarct verkleint.
Kromhout hangt deze conclu
sie nog steeds aan.
In de provincie Groningen is
voor het eerst in ons land een
groot onderzoek begonnen
naar het functioneren van de
thuiszorg voor oudere mensen
die aan dementie lijden. .Doel
van het onderzoek is om de
hulpverlening te verbeteren.
Het onderzoek wordt uitge
voerd door de Provinciale
Groninger Vereniging 'Het
Groene Kruis', het Riagg Gro
ningen en de vakgroep Ge
zondheidswetenschappen van
de RU Groningen.
"Plannen voor een dergelijk
onderzoek bestonden al enige
jaren", zegt verpleegkundige
Gea Hadderingh van het
Riagg. "Van gezinsverzorging
en wijkverpleging kwamen
signalen dat zij niet goed wis
ten hoe in een gegeven situatie
te handelen. Ze voelden zich
vaak machteloos. Signalen
kwamen ook van het Riagg zelf
die pas te hulp werd geroepen
wanneer er al een crisissitua
tie was ontstaan".
April volgend jaar moet een
rapport op tafel liggen waarin
aangegeven staat waar de
knelpunten in de thuiszorg lig
gen en welke oplossingen et
zijn.
Gea Hadderingh: "Het uit
eindelijke doel van het onder
zoek is dat de dementerende
oudere thuis zo goed mogelijk
wordt verzorgd. Dat is betei
voor de patiënt, voor wie een
duidelijk herkenbare omge
ving zeer belangrijk is". En hei
is natuurlijk zo. zegt dr. R
Kempen van de vakgroep Ge
zondheidswetenschappen, dat
met de toenemende vergrij
zing plaatsen in verpleeghui
zen steeds schaarser zullen
worden.
Opnieuw wedstrijd jonge onderzoekei
NIJMEGEN - De Federatie De Jonge Onderzoekers houdt zaterdag
8 en zondag 9 juni 1991 in het Museon in Den Haag weer een wed
strijd voor jonge onderzoekers. Deelnemers kunnen meedingen in
twee categorieën. Idee en Projekt. Voor de eerste geldt een maxi
mumleeftijd van veertien jaar. voor de tweede 21.
Voor Idee kan worden meegedaan met een zelfgebouwd appa
raat, een klein experiment of bijvoorbeeld een serie waarnemin
gen.
Aan Poject worden iets hogere eisen gesteld, een uitgebereider
project op jvat voor gebied van wetenschap of techniek ook. In deze
categorie passen ook schoolprojecten.
Van onze correspondent
Arnoud Cornelissen
DEN HAAG (GPD) - Eén op de vijf
basisscholieren heeft geregeld last
van buikpijn, misselijkheid en/of
hoofdpijn. En dat vooral als het
huiswerk niet is gemaakt. Zitten te
genwoordig de basisscholen vol
met aanstaande zenuwpatiëntjes en
zijn daarom dringend maatregelen
nodig? Volgens drs. J.G.M. Hen-
driksen valt het allemaal wel mee.
"Je moet de uitkomsten relative
ren", vindt de klinisch psycholoog,
die zes jaar lang aan het stresson-
derzoek werkte. "Het geeft voorna
melijk aan dat nader onderzoek
noodzakelijk is".
Jos Hendriksen vindt de ophef
over zijn promotie-onderzoek over
dreven. "Het probleem is dat stress
zo'n magisch woord is. Maar wat is
stress nu eigenlijk? Daar zijn heel
veel opvattingen over. Bovendien
zijn er ook andere meetmethodes
dan die wij hebben toegepast. Wij
hebben ons gebaseerd op de de vra
genlijst", aldus Hendriksen.
"Wij hebben in de afgelopen zes
jaar gekeken naar alledaagse
schoolsituaties en hoe de invloed
daarvan is op het leerproces. Pro
bleemgevallen als ziekenhuisopna
mes of een scheiding, hebben we
buiten beschouwing gelaten. Ons is
gebleken dat die doodgewone
schoolsituaties inderdaad van in
vloed zijn op het leren. Er is verder
onderzoek nodig om dat goed in
kaart te brengen", bezweert Hen
driksen.
Chronisch
Stress, of misschien anders gezegd,
spanning, is helemaal niet zo slecht.
Hendriksen schrijft ook in zijn on
derzoek dat in een aantal situaties
juist die spanning de prestaties ver
hoogt. "Het wordt pas een pro
bleem als stress een chronisch ver
schijnsel wordt".
"Uit het onderzoek bleek dat één
op de vijf leerlingen in de twee
hoogste groepen van het basison
derwijs regelmatig last heeft van
klachten als hoofdpijn, buikpijn en
misselijkheid. Dat kan wijzen op
chronische stress. Maar voor alle
duidelijkheid: het hoeft natuurlijk
niet. Deze verschijnselen kunnen
ook aan andere factoren worden
toegeschreven. Ik moet toegege
ven: dit onderzoek heeft op sommi
ge punten meer vragen dan ant
woorden opgeleverd".
Toch acht de Limburgse onder
zoeker zijn studie zeker van belang.
"Stress is meer dan het falen voor
een proefwerk alleen. Het is een rea
liteit op de basisscholen. Daarom
moet daar in het lessenpakket aan
dacht aan besteed worden".
De schooladviesdiensten in Ne
derland willen eveneens niet van
een omvangrijk probleem spreken.
Bij de dienst in Amsterdam is er van
de scholen nog geen vraag binnen
gekomen om dit onderwerp eens
nader te bekijken. "Het is goed mo
gelijk dat individuele leerlingen
met dit probleem te maken heb
ben", aldus een woordvoerder van
de dienst. "In de meeste gevallen
zullen de leerkrachten samen met
het kind daaraan werken. Daarbij
hebben ze de mogelijkheid om op
ons een beroep te doen. Het is ons
echter nog niet gebleken dat dit een
onderwerp is waarop wij door moe
ten gaan of waar basischolen hulp
bij willen hebben".
De schooladviesdienst in Amster
dam is overigens niet zo geschrok
ken van het onderzoek. "We leven
in een complexe maatschappij,
waarin het steeds ingewikkelder
wordt om je staande te houden. De
school is een onderdeel van die
maatschappij. Je kunt niet verlan
gen dat dan daar de oplossing wordt
aangedragen".
Onderwijssysteem
Spanning en school zijn onlosma
kelijk met elkaar verbonden. Daar
zijn alle onderwijsdeskundigen het
over eens. Er is niets aan de hand als
een kind buikpijn heeft, omdat het
geen huiswerk heeft gemaakt. Wie
kent dat niet van vroeger? Het gaat
er veeleer om hoe het kind met die
spanning omgaat en of door die
stress niet een grens wordt over
schreden.
De kans dat een kind wordt bloot
gesteld aan stress, is ook nog eens
afhankelijk van het onderwijssys
teem. Basisscholieren zullen veel
eerder spanning ondervinden als er
op een ouderwetse manier klassi
kaal les wordt gegeven, waarbij de
leerkracht iets voordoet en de kin
deren dat moeten nadoen en oefe
nen.
Van onze correspondent Nico Hylkema
Over duurzame energiebronnen doen vooral in kringen van voorstanders van kernener
gie veel geringschatttende verhalen de ronde. Rond de eeuwwisseling zouden wind- en
zonne-energie hooguit voor 2 procent in de wereldenergiebehoefte kunnen voorzien. Dat
zou wel eens kunnen kloppen, zo meent prof. ir. Chris van Koppen van de Technische Uni
versiteit Eindhoven. Afgelopen maand nam de 'zonneprof afscheid van de TU waar hij ja
ren colleges over duurzame energiebronnen heeft verzorgd. Neem de vereiste tijd, is zijn
devies.
Desgevraagd gelooft Van Koppen
niet dat blijvende - "ik spreek liever
over blijvende dan over duurzame,
dat laatste klinkt meteen duur, blij
vende zit iets van blij in"- energie
bronnen ons van voldoende energie
kunnen voorzien voordat er een
eeuw voorbij is. Maar, "ik geloof
niet dat mensen zo dom zullen zijn
alle fossiele grondstoffen op te ma
ken alvorens ze nieuwe bronnen
hebben. Net als met de kolen ben ik
ervan overtuigd dat de mens niet al
le olie en gas uit de grond zal hoeven
te halen".
Van Koppen is overtuigd van de
haalbaarheid van blijvende energie
bronnen om in alle energiebehoefte
te voorzien, dat wel. Aan de hand
van een grafiek wijst hij er echter op
dat fundamentele veranderingen in
gebruik van energiebronnen op zijn
minst zo'n honderd jaar in beslag
nemen. Kernenergie is de fout in ge
gaan, zo meent hij, door te snelle in-
vdering. "Er is geen tijd geweest
voor gewenning aan kernenergie en
dat heeft onder andere gezorgd voor
grote weerstand onder de bevol
king."
Doordrukken
Die fout moeten we met blijvende
energiebronnen niet maken, zo stelt
de nu emeritus-hoogleraar. "Met
kernenergie zitten we nu in een fa
se, waarin we 25 jaar geleden had
den moeten zitten. De vertraging is
opgetreden door protest uit de
maatschappij en de vele ongeluk
ken en bijna-ongelukken. Dat heb
je van het te snel doordrukken".
Dat wil nog niet zeggen dat we
moeten treuzelen met onderzoek
naar blijvende energiebronnen. Wel
pleit Van Koppen voor realisme.
"We moeten eerst door het tech
nisch leerproces, de economische
voorwaarden moeten gunstig zijn
en de sociale inbedding moet vol
tooid zijn".
Hoe lang dergelijke processen in
beslag kunnen nemen, hangt voor
een belangrijk deel af van die soci
ale inbedding. "Luister naar de
mensen. Ze zijn erbij betrokken".
Beginnen met toepassing van
zonne-energie kan simpel, zo meent
Van Koppen. "Begin nu eens met
het bouwen van woningen op de
zon gericht. Je moet wel oppassen
dat het niet eentonig wordt. Je zult
zien dat er steeds verbeteringen ko
men. Installaties, zoals zonne-boi-
lers, zijn nog betrekkelijk nieuw,
maar toch al goed bruikbaar. Stap
voor stap zullen ze verder worden
ontwikkeld. Dat gaat al snel, maar
gezien de mislukkingen is er toch
meer tijd nodig".
Vanaf 1972 heeft Van Koppen ge
werkt aan zonne-energie. Zelf
woont hij in een huis dat gedeelte
lijk op zonne-energie draait. "Ik ben
begonnen met berekeningen. Daar
uit bleek zelfs dat Nederland in de
eigen vitale behoefte kan voorzien.
Als het zou lukken om blijvende
energiebronnen betaalbaar te ma
ken, hebben we een betere manier
van energievoorziening, schoner en
onuitputtelijk."
Een ander voordeel is de vermin
derde afhankelijkheid van energie
leveranciers. Natuurlijk zal een ge
deelte van de energie uit zonovergo
ten landen moeten komen. Of dat
nu rechtstreeks als stroom gaat, of
door middel van zonne-energie ver
kregen waterstof, transport zal no
dig zijn. En net als bij de olieleve
ranciers zitten er juist onder de po
tentiële aanleverende landen nogal
politiek gevoelige. Van Koppen:
"De keuze is wel veel groter."
Californië
Van Koppen put hoop uit nu al wer
kende installaties. Zo is er in Cali
fornië al een zonnecentrale met een
vermogen van tachtig megawatt en
tegen concurrerende prijzen. In de
maak is een centrale met een ver
mogen van 320 megawatt. De renta
biliteit van eerst onhaalbaar geach
te installaties blijkt te stijgen. Zo is
er de cylindrische spiegel. In het
brandpunt van de spiegel zit een
pijp voor transport van stoom uit
water waarmee traditionele ener
gie-opwekking mogelijk is.
In eerste instantie leek deze ma
nier van opwekking veel te duur. Is
raëlische ingenieurs zijn er evenwel
in geslaagd dit principe zover uit te
Professor Van Koppen: "Ik geloof niet dat de mensen zo dom zullen zijn
alle fossiele grondstoffen op te maken alvorens ze nieuwe bronnen hebben.
(foto GPD)
werken, dat het rendabel is. Van
Koppen: "Zo zie je maar, je moet
voorzichtig zijn met voorspellingen.
Dit is een voorbeeld van een heel
eenvoudige installatie, die uiteinde
lijk toch goedkoop energie kan le
veren".
Van Koppen wijst erop dat we ge
neigd zijn te vergeten dat nu al 20
procent van de energie uit blijvende
bronnen komt, zoals waterkracht
en hout. Hout rekent hij ook onder
blijvende bronnen, mits herbebos
sing stevig wordt aangepakt. De uit
stoot en opname van kooldioxyde is
in evenwicht bij houtverbranding,
als er even veel wordt aangeplant
als gekapt.
Dat percentage van 20 zal toene
men, zo is de overtuiging van Van
Koppen. En dat zal ook moeten.
Vooral in de Derde Wereld zal het
energieverbruik snel stijgen. Voor
lopig moet dat nog op olie en kolen.
Dat er weinig gevoel voor het
milieu zou bestaan in die landen,
bestrijdt Van Koppen. Hij wijst op
India, dat de grootste capaciteit aan
windenergie in voorbereiding heeft.
Derde Wereld-landen worden wel
gedwongen zich op alternatieve
energiebronnen te werpen. Hun
treft de hoge olieprijs het hardst.
In eigen land ziet Van Koppen
voorlopig toepassing van zonne-
energie in zaken als zonneboilers,
eenvoudige voorzieningen als de
praatpalen van de ANWB en vee
drinkbakken aan de slootkant. "Dat
zijn de T-Fords onder de door zon
ne-energie aangedreven apparaten.
Vergeet niet dat het dertig jaar heeft
geduurd sinds de introductie van de
auto voordat men kwam met de
synchronisatie van de versnellings
bak. Daarmee werd de auto voor ie
dereen bruikbaar".
"Zo zullen er steeds meer toepas
singen komen. Het is een diffuus
proces, dat stap voor stap moet
gaan. Als laatste is de zware indus
trie aan de beurt. Als het lukt heb
ben we de beschikking over een
energiebron met een capaciteit die
duizenden malen groter is dan wij
nodig hebben, breed voorhanden
en milieuvriendelijk."
Eén enkele vlucht van een
ruimtesonde naar één enkele
planeet verschaft meer infor
matie en nieuwe inzichten dan
al het astronomisch onderzoek
van ons planetenstelsel gedu
rende 350 jaar met behulp van
aardse telescopen.
Sedert het begin van het ruimte
vaarttijdperk, in oktober 1957 met
de lancering van de Russische
Spoetnik, hebben ruimtesondes al
le planeten van dichtbij gadegesla
gen, metingen verricht en tiendui
zenden foto's naar de aarde overges
eind. Twee planeten, Venus en
Mars, werden daadwerkelijk be
zocht door afdaalsondes die op het
oppervlak foto's maakten en metin
gen deden.
Het eerste ruimtevaartuig dat
zich in de stille onmetelijkheid van
de interplanetaire ruimte begaf,
was de maart 1960 gelanceerde
Amerikaanse ruimtesonde Pioneer-
5. De Amerikaanse Mariner-2 was
de eerste succesvolle interplanetai
re robot die in december 1962 de
planeet Venus op een afstand van
35.000 kilometer voorbij vloog.
'Grand tour'
Tussen 1960 en 1965 werden in to
taal twaalf interplanetaire missies
ondernomen waarvan er tien rhis-
lukten. In 1965 werd voor het eerst
het idee geopperd om van de plane
ten zelf gebruik te maken voor rei
zen naar verder weg staande plane
ten. Het grote voordeel ervan was
dat je met één enkele sonde twee,
drie of meer planeten kon bezoeken
en de zwaartekracht van elke pla
neet kon gebruiken om het ruimte
vaartuig een hogere snelheid te ge
ven tijdens de uitgekiende zwaai
naar de volgende planeet.
Van dat principe maakte het
Amerikaanse ruimtevaartuig Pio-
neer-11 voor het eerst gebruik door,
na in april 1973 te zijn gelanceerd,
eerst in december 1974 vlak langs
de reus Jupiter te vliegen die hem
met sterk verhoogde snelheid en
langs een enorme boog in de rich
ting van de planeet Saturnus slin
gerde, war hij september aankwam.
In het begin van de jaren zeventig
ontstond het idee om op dezelfde
manier het gehele zonnestelsel te
doorkruisen. Dit idee werd bekend
als de 'Grand Tour' en de beginjaren
zeventig waren, lanceertechnisch
gezien, juist gunstig voor wat be
treft de posities van die planeten ge
durende de ongeveer vijftien jaar Voyag6f-2
die de expeditie in beslag zou ne
men. Cruciale factor voor het berei
ken van de genoemde buitenplane
ten (planeten buiten de aardbaan)
was de positie van Pluto, wiens
baan sterk helt ten opzichte van het
vlak waarin de rest van de planeten
om de zon draaien.
Alle vier de gasreuzen, Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus hebben
een ringenstelsel. Die van Neptunus bestaat uit enkele dunne materieslier
ten waarvan op deze Voyager-foto de twee grootste te zien zijn. (foto gpd)
De baan waarin Pluto, eens in de
248 aardse jaren, om de zon draait
wijkt zó sterk af van de rest, dat hij
zich niet alleen vele honderden mil
joenen kilometers onder en boven
het eclipticavlak kan begeven maar
ook dichterbij de zon kan komen
dan de planeet Neptunus! Dit bete
kent dat Pluto alleen maar geduren
de een zeker aantal jaren van zijn
omlooptijd bereikbaar is via het
principe van de 'Grand Tour' en dat
was zo ongeveer deze jaren het ge
val geweest voor een ruimtesonde
die rond 1975 zou zijn gelanceerd.
Zover is het echter niet, of laten
we zeggen: bijna, gekomen. Bijna,
want in 1977 werd Voyager-2 gelan
ceerd, die in juli 1979 langs Jupiter
scheerde, in augustus 1981 door 'het
Oog van Saturnus' Naald' (zijn rin
genstelsel) kroop, van daaruit af
boog richting Uranus (januari 1986)
en tot slot in augustus 1989 op
adembenemende wijze 'verslag
deed' van zijn ontmoeting met een
reusachtige blauwe bol die sedert
zijn ontdekking, pas in 1846, luistert
naar de naam Neptunus.
Ontelbare kraters
Wat al die expedities, zoals vooral
de Voyager-2, hebben opgeleverd,
is dat ons zonnestelsel geen verza
meling is van verstarde werelden
maar dat er vrijwel overal actieve
veranderingen bezig zijn.
De grote gasreuzen zelf, Jupiter,
Saturnus, IJranus en Neptunus
kenmerken zich vooral door hun
immense wólkengordels waar kol
kende cyclonen heersen groter dan
de aarde. De foto's van de Jupiter-
maan Io lieten honderden kilome
ters hoge zwavelpluimen zien van
actief vulkanisme en Io's grootste,
merendeels met kilometersdikke
ijsmantels overdekte metgezellen,
Europa, Callisto en Ganymedes ver
tonen een soort plaattectoniek ver
gelijkbaar met de bewegingen van
de aardschollen op onze planeet.
Bij Triton, de grootste maan van
Neptunus, sloegen de Voyagerfo-
to's in augustus 1989 de astronomen
met stomheid. Niemand had van
die kleine wereld, op de grens van
het zonnestelsel en dus gehuld in
bittere kou (235 graden onder het
vriespunt), ook maar de minste acti
viteit verwacht. Maar op het zuide
lijke halfrond van de maan waren
de donkere pluimen zichtbaar van
ijsvulkanen. Op 4.500 miljoen kilo
meter afstand van de zon!
En overal, van de kleinste planeet
tot de grootste maan: kraters. Van
Mercurius tot Triton vertonen de
vaste korsten van al die grote en
kleine werelden miljoenen grote en
kleine kraters en nog veel grotere
inslagbekkens; fossiel geworden lit
tekens van een verwoestend oer-
bombardement. Op Mars vinden
we, naast immens grote canyons, gi
gantische vulkanen waarvan de
grootste tientallen kilometers bo
ven de omgeving uitsteken.
De ruimtesondes verschaften ons
slechts een aantal momentopna
men van de werelden buiten de aar
de; tóch laten die al zien dat die we
relden weliswaar (waarschijnlijk)
zonder leven maar niet levenloos
zijn.
'Werelden naast de aarde; de planeten:
ontstaan, evolutie en onderzoek', Goverl
Schilling. UKg. Wereldbibliotheek bv Am
sterdam. Rijk geïllustreerd, 190 pagina's.
Prijs: f. 29,50.