Simon Tahamata: een papieren Belg
rW ereldklasse'
'In wezen gaat het er toch om wat je in je hart voelt'
pmnPk
fissfiSe
«SlgiS
ZATERDAG 3 NOVEMBER 1990
PAGINA 33
De kennismaking met Simon
Tahamata verloopt een beetje
stroef. Hij zal zich er later voor
verontschuldigen. "Ik ben nu
eenmaal niet gewend om te
gen een Molukker Nederlands
te moeten praten". Tahamata
zal zich tijdens het gesprek
profileren als een Molukker
van orthodoxe origine. Maar
wel eentje die zich heeft laten
naturaliseren tot Belg. "Ik ben
Belg op papier", zegt hij zelf.
"Het gaat er toch om wat je in je
hart voelt".
door Ruud Pattiapon
Hoewel het verscholen ligt in het bos, is
het stadion van Germinal Ekeren niet zo
moeilijk te vinden. Het ligt dicht bij het
centrum van het stadje en is eerder knus,
dan indrukwekkend. Er zijn in elk geval
voldoende amateurclubs in Nederland te
vinden die een vergelijkbare, zo niet be
tere accommodatie hebben.
Het is kwart over een. Een kwartier la
ter dan was gepland. Op het parkeerter
rein staat een man voetbalspullen in een
auto te laden. Misschien een terrein-
knecht? Vriendelijk lachend kijkt hij op.
"Ge komt voor Simon, hè?", vraagt hij.
Na het bevestigende antwoord wijst hij
naar de kantine waar de spelers (de och
tendtraining is net achter de rug) hun
rustpauze doorbrengen. "Daar zult ge Si
mon vinden", zegt hij met dat typische
Vlaamse accent. Later blijkt de 'terrein
knecht' Urbain Haesaert te zijn, trainer
van Germinal Ekeren.
Tahamata staat bovenaan de ijzeren trap
voor een raam. Hij wenkt. Tjapeh
(moe)?", vraagt hij bovenaan de trap in
het Maleis. Bij de reactie "Liever in het
Nederlands", beginnen zijn ogen te fon
kelen. "Wat?", bitst Tahamata, "een Mo
lukker die geen Maleis spreekt?". De uit
leg dat er nu eenmaal Molukkers zijn die
door allerlei oorzaken maar een summie
re kennis van het Maleis hebben zodat
een conversatie alleen maar tot misver
standen zou leiden, stelt hem niet tevre
den. Integendeel. Tahamata begrijpt er
niets van en het gesprek lijkt al afgelo
pen nog voor het begonnen is. Tahamata
aarzelt, schudt nogmaals het hoofd, maar
biedt uiteindelijk toch een kop koffie
aan.
Nog zeven andere spelers zijn in de
kantine. Vier van hen leggen een kaartje.
Jos Daerden en Ernie Brandts spelen te
gen de Belgische voetballers Joël
Bartholomeeuwsen en Luc Leys. Bennie
Wijnstekers is er niet. "Die zit beneden
video te kijken", bromt Tahamata, nog
steeds niet op zijn gemak, en met het ge
zicht van iemand die denkt dat hij in het
ootje wordt genomen. Hij gaat zitten aan
een tafeltje waar het rumoer van de
kaartspelers niet zo storend is en wacht
Simon Tahamata thuis in Koninksem: "Hier ga ik nooit meer weg. In dit huis zitten drie dingen van mezelf. Mijn zweet, omdat ik ervoor heb gewerkt. Mijn
bloed, vanwege de blessures die ik heb opgelopen. En mijn tranen". <roto RUUd Pattiapon)
met zijn armen over elkaar op wat komen
gaat. Het gesprek komt wat moeizaam op
gang, maar gaandeweg wordt zijn wat
krampachtige houding wat losser.
Tahamata is, na drie jaar Beerschot,
bezig aan zijn eerste jaar bij Germinal
Ekeren. Een club die in zes jaar tijd
vanuit de amateurgelederen (de Provin
ciale) doorstootte naar de hoogste betaal
de divisie in België, de Eerste Nationale,
waarin het nu voor het tweede seizoen
uitkomt. Met de Nederlandse routiniers
Tahamata (34) en Wijnstekers (35)
Brandts (34) speelde er al probeert
Germinal het verblijf in de eerste Natio
nale opnieuw te prolongeren.
De aanwezigheid van een aantal spe-
"Simon"? zegt trainer Urbain Haesaert van Germinal. "Die heeft nog altijd we
reldklasse. Met alle Nederlanders die hier spelen ben ik trouwens heel content.
DitJ& het jaar van opbouw en momenteel hebben we een goede mix van routine
en jeugd. De ervaring van de ouderen gebruiken we om de jongeren op te lei
den".
Bestuurder Gustaaf van der Heyden is eveneens vol lof over de inbreng van
vooral Tahamata. "Simon is absoluut niet aan het afbouwen. Hij is nog erg snél
en heeft geen grammetje vet te veel. Hij leeft helemaal voor het voetbal", zegt
Van der Heyden. "En ook ik heb niets te klagen", vult voorzitter Jos Verhaegen
aan. "De Nederlanders zijn echte profs".
Germinal Ekeren staat op dit moment in de middenmoot van de eerste klasse.
Op de vraag waarom Wijnstekers, die een eenjarig contract heeft, niet in de ba
sis staat, grapt de voorzitter: "Bennie een basisplaats geven? Waarom niet. We
zouden graag met z'n twaalven spelen, maar dat gaat nu eenmaal niet".
Ernie Brandts, wiens contract dit seizoen afloopt, wil de club graag houden.
"Maar voorlopig moeten we hel op langere termijn even afwachten", houdt Ver
haegen als slag om de arm. Wat Tahamata betreft kent hij minder twijfels. De
nieuwbakken Belg is voor twee jaar vastgelegd, met een optie voor een derde
seizoen. "Als je Simon toch bezig ziet", zegt Verhaegen bijkans lyrisch. "Nog zó
snel. Als hij niet gekwetst raakt, kan hij nog lang mee".
Jong geleerd oud gedaan. Tahamata senior en de intussen behoorlijk ge
groeide Tahamata junior zetten aan voor een eentweet je. (archieffoto/anp>
Iers van boven de dertig bestempelt Ger
minal tot een 'oud' elftal. "Maar wat is
oud?" vraagt Tahamata. "Als je veertig
bent en je bent nog goed genoeg voor de
eerste klasse, ben je dan oud? Nee, dan
moetje spelen". Hij maakt een 'scherpe'
en gedreven indruk, gaat op het puntje
van zijn stoel gaat zitten en zegt: "Over
afbouwen wil ik niets horen. Zolang ik
me goed voel ga ik door. Trouwens, in de
eerste klasse kun je helemaal niet afbou
wen. Daar kan je pas aan denken als je in
de derde of de vierde klasse provinciaal
speelt".
De ambitie die Tahamata nog steeds uit
straalt is opmerkelijk, want hij speelt al
zeker twintig jaar op niveau. Nadat hij bij
Tielse Theole door scouts was ontdekt
kwam hij op 15-jarige leeftijd bij Ajax te
recht. Vijf jaar later (in 1976) maakte hij
zijn debuut in het eerste elftal. "Thuis te
gen Utrecht", herinnert hij zich. "We
wonnen met 6-1. Een kwartier voor tijd
ben ik ingevallen voor Geert Meijer (ooit
FC Amsterdam)".
In dat eerste jaar moest Tahamata het
voornamelijk van invalbeurten hebben
en pas in de laatste wedstrijd van dat sei
zoen stond hij in de basis. De daaropvol
gende drie jaar neeft hij die plek niet
meer af hoeven staan. Hij heeft dan ook
mooie herinneringen aan die tijd. "Ik
was als kind al een fan van Ajax en als je
dan mag spelen in het beste elftal van
Nederland, dan is dat schitterend. Dat is
het mooiste wat er bestaat. Een droom
die uitkomt", zegt Tahamata die al snel
de lieveling van het publiek werd en drie
jaar later in een wedstrijd ter gelegen
heid van het 75-jarig bestaan van de
KNVB zijn Oranjedebuut tegen Argenti
nië maakte.
In Amsterdam heeft Tahamata trou
wens ook van zich af leren bijten. Een
vaardigheid die hem in zijn voetbalcar
rière, gezien zijn afkomst, meer dan eens
van pas is gekomen. Met die Amsterdam
se branie in zijn sociale bagage sloeg de
kleine spits (1.60 m. bij een gewicht van
59 kg) zich overal dapper doorheen. Con
frontaties zoals de PSV'ers Willy van der
Kuylen en Jan van Beveren ooit met de
Cruijff-clan hadden, zijn hem bespaard
gebleven. "Omdat ik me heb aangepast",
weet hij. "Amsterdammers hebben een
hoge dunk van zichzelf. Alles wat onder
de Moerdijk woont is boer. In het westen
gelden gewoon andere normen en daar
heb ik me aan aangepast".
Vorm
Dat Tahamata over een gezonde dosis
wilskracht beschikt staat buiten kijf. In
het kampioensjaar van Ajax in 1980 (be
kend is de foto dat hij aan de borst van
aanvoerder Ruud Krol tranen van geluk
huilt) tobde Tahamata in de aanloop naar
het EK plotseling hevig met zijn vorm.
Bondscoach Jan Zwartkruis gaf zijn as
sistent Rob Baan opdracht gaf de linker
spits van het Nederlands elftal weer op
niveau te brengen en Tahamata rondde
vele malen de Zeister bossen. Tot zijn
grote teleurstelling kwam de vorm des
tijds niet terug.
Vorm is ook een heel abstract begrip,
vindt Tahamata. "Wat is vorm eigenlijk?
Niemand weet wat dat. Je kunt je vlak
voor een wedstrijd nog in vorm voelen en
er dan toch niks van bakken", betoogt
hij. "Het belangrijkste dat je nodig hebt
om een wedstrijd aan te kunnen is men
tale weerbaarheid. Die heb ik, daarom
heb ik het met mijn geringe lengte nog zo
lang volgehouden".
Hij is nog steeds een voetballer met
wie rekening moet worden gehouden.
Kortrijk, dat in de confrontatie met Ger
minal Ekeren met 5-1 werd afgedroogd,
kan erover meepraten. Tahamata scoor
de tegen die club twee keer, kreeg een
publiekswissel en werd en passant tot
'vedette van de match' uitgeroepen. Een
betiteling die hem goed doet, zeker in het
land dat zijn hart heeft gestolen.
"Daarom ben ik ook Belg geworden.
Gewoon, omdat ik hier nooit meer weg
ga. Ik heb hier mijn eigen huis gebouwd,
althans zo zeggen ze dat hier, maar het
betekent alleen dat ik de de bouwteke
ning heb gemaakt. Daarna heb ik een ar
chitect en een aannemer in de arm geno
men. Binnen een jaar was het huis klaar,
dat was in september '87. Ik zeg altijd: er
zitten drie dingen in dit huis. Mijn zweet,
omdat ik ervoor heb gewerkt mijn
bloed, dat zijn de blessures die ik heb op
gelopen en mijn tranen".
Met het laatste doelt Tahamata met na
me op het omkoopschandaal bij Stan
dard Luik en het feit dat hij niet meeging
naar het EK van 1980. "En wat mijn natu
ralisatie betreft, daar ben ik niet toe over
gegaan vanwege belastingvoordeeltjes.
Dat zijn fabeltjes. Het levensonderhoud
is hier duurder dan in Nederland. Bood
schappen doen we dan ook in Maas
tricht. Nederland is in zijn totaliteit goed
koper. En zelfs op belastinggebied
scheelt het niets. In Holland moet ik over
mijn inkomen 75 procent belasting beta
len en dat is hier ook zo".
Daarbij overdrijft Tahamata toch
enigszins, want het belastingklimaat in
België is nog altijd milder dan in Neder
land. Wat de inkomstenbelasting betreft
is het maximale tarief bij de zuiderburen
55 procent en in Nederland (dank zij
Oort) maximaal 60 procent, maar tot 1990
was dat 72 procent. En België kent geen
vermogensbelasting, en de sociale pre
miedruk is niet zo groot.
Toch een paar voordeeltjes dus, ook
voor Tahamata die hoe dan ook een riant
inkomen verdient dat hem in staat stelt
een onbezorgde oude dag tegemoet te
gaan. Maar binnen is hij niet, zegt hij.
"Binnen? Je bent nooit binnen. Ik heb
heel wat spaarcentjes opzij gelegd zodat
ik na mijn actieve carrière geen baantjes
hoef te nemen. Het belangrijkste voor
mij is dat ik later een goed leven kan heb
ben".
Doel
Het is tijd om aan de middagtraining te
beginnen. In de auto van Tahamata gaat
het richting Antwerpse haven. Een aan
wijzing dat het allemaal (te) snel is ge
gaan met Germinal Ekeren. Tot de trai-
nings-accommodatie bij het stadion
klaar is maakt de club gebruik van het
sportveld van Zweedse zeelui. Op het
terrein melden zich ook Wijnstekers en
Ronny Prins, de zoon van wijlen Co
Prins, de oud-Ajacied en oud-internatio
nal.
Tahamata trekt de enorme handschoe
nen van doelman Flip van de Walle aan
en gaat voordat de training begint in het
doel staan. De spelers, onder wie de ta
lentvolle Günther Hofman (23), nemen
de fragiele doelman stevig onder vuur
maar ook tussen de palen verweert Taha
mata zich redelijk. Onder het toeziend
oog van voorzitter Jos Verhaegen (49),
bestuurder Gustaaf van der Heyden en
de aan z'n lies geblesseerde Zaïrese
jeugd-international N'Goy N'Sumbu (17)
werkt de selectie een lichte training af.
Tijdens het daaropvolgende partijtje
wordt duidelijk dat Tahamata een aparte
en prominente plaats in de groep in
neemt. Hij wordt veel aangespeeld, geeft
aanwijzingen en strooit met slimme pas
ses. Bij Wijnstekers valt zijn, voor een
verdediger, zeer behoorlijke techniek op
bij ex-international Brandts manifes
teert zich juist een gebrek daaraan. Waar
om de rossige voorstopper wel in de ba
sis van Germinal staat en de ex-Feye-
noorder niet, wordt ook duidelijk.
Brandts houdt zich overeind door met
luide stem de bal op te eisen terwijl Wijn
stekers wél zwoegt, maar de overtuiging
mist. Het zal de oud-Oranje-aanvoerder
behoorlijk pijn doen slechts als invaller
temogen fungeren. Na afloop is hij in elk
geval snel verdwenen.
Klassiek
Na de training naar het huis van Tahama
ta in Koninksem, een gehucht in de
buurt van Tongeren. 'Niet slecht' dat 'op
trekje' van de Tahamata's. De woning is
ruim bemeten en geheel 'onderkelderd'.
De inrichting van de grote woonkamer
met open haard is klassiek: een zwaar ei
kenhouten, rundlederen bankstel en een
paar Mechelse kasten. Bij het raam een
zithoek uit de tijd van Lodewijk de zes
tiende.
Tahamata stelt zijn gezin zijn vrouw
Jomi en zijn kinderen Jean Michel (7) en
Didier (5) voor en na een echte Mo
lukse maaltijd heeft hij zijn aanvankelij
ke schroom geheel afgelegd. Openhartig
verhaalt hij over het omkoopschandaal
bij Standard Luik en hoe de spelers met
name Eric Gerets, om wie alles draaide,
steunden. Hoe solidair ze waren. Alleen
Arie Haan ontsprong destijds de dans.
De tegenwoordige trainer van FC Nürn-
berg voetbalde ten tijde van de strafzaak
in Hongkong en wist door allerlei han
digheidjes als enige van de selectie de el
lende te omzeilen.
"Die affaire heeft mij veel pijn ge
daan". zegt Tahamata nu. Overgenomen
door Feyenoord mocht hij een half jaar
niet voor de Rotterdammers uitkomen.
Toen de schorsing uiteindelijk werd op
geheven presteerde hij zo goed dat
bondscoach Leo Beenhakker hem
meteen selecteerde voor het Nederlands
elftal. In totaal werd Tahamata 23 keer
voor Oranje opgeroepen en eenmaal
haalde hij zelfs het wereldelftal waarin
hij samenspeelde met mannen als Zico
en Platini. Geen slecht resultaat voor ie
mand van wie werd gezegd dat hij eigen
lijk te licht was voor het grote werk.
"Maar die opmerkingen hebben mij al
leen maar gestimuleerd. Eigenlijk zou ik
al die mensen die iets over mijn lengte
hebben gezegd moeten bedanken. Ik
ben er alleen maar sterker door gewor
den".
Het Moluks zijn ziet Tahamata, die nog
geregeld de grens overwipt om met zijn
familie te zaalvoetballen, als een dier
baar goed. Als zeventienjarige was de
zoon van een ex-KNIL militair nog sta-
tenloos. Dat gaf problemen omdat hij
met Ajax veel naar het buitenland moest.
Om die reden hebben zijn ouders toen de
Nederlandse nationaliteit aangevraagd.
Hij vindt dat hij veel. maar lang niet alles
uit zijn carrière heeft gehaald, zeker niet
waar het om Oranje gaat. "Ik had meer
interlands kunnen spelen maar in het
Nederlands elftal gelden andere regels.
Bij Standard was ik bijvoorbeeld één van
de twee spitsen. In Oranje moest ik links
buiten spelen. Maar ik geef er niemand
de schuld van dat ik maar zo weinig caps
heb. Die schuld zoek ik eerst bij mijzelf".
Kaper
Van discriminatie heeft hij wel last ge
had, en dan vooral tijdens de kapingen
aan het eind van de jaren zeventig. Ver
dedigers probeerden hem destijds met
allerlei vervelende opmerkingen uit zijn
spel te halen. Zelfs Hugo Hovenkamp,
verdediger bij AZ'67 en het Nederlands
elftal, noemde hem in die periode tijdens
een wedstrijd geregeld kaper. "Ik vroeg
hem of hij daarmee op wilde houden an
ders kon hij het EK wel vergeten. Hij
hield niet op", vertelt Tahamata die wist
dat Hovenkamp zwakke knieën had. "Ik
heb daar toen een paar tikken op gege
ven en Hovenkamp ging 'dus' niet naar
het EK".
Tahamata tilt echter niet al te zwaar
aan dit soort provocaties. "Die jongen
staat daar ook om zijn kostje te verdie
nen en bovendien ben ik ook geen lie
verdje", zo steekt hij de hand in eigen
boezem.
Wél kan hij boos worden als iemand
zijn afkomst verloochent, wie het ook is.
Tijdens een tv-uitzending over gekleur
de sporters botste Tahamata met Ruud
Gullit en met de tegenwoordig bij Rijns-
burgse Boys spelende Ron Carli. Beiden
beweerden zich op en top Hollander te
voelen "Ruud heb ik het kwalijk gèno-
men genomen dat hij zoiets zei. Dat heb
ik hem ook meteen na de uitzending ver
teld. Tegen Carli heb ik gezegd, weet je
wat jij bent? Helemaal niets. Jij hebt
geen identiteit".
Zijn naturalisatie, volgens Tahamata
puur een papieren kwestie, zal dan ook
zijn eigen identiteit niet beïnvloeden.
"Belgen", zegt de man van wie gezegd
wordt dat hij weinig tekst levert, "Belgen
zijn opener en gemoedelijker dan Neder
landers. Belgen hebben in wezen hetzelf
de karakter als Molukkers".
Simon Tahamata voelt zich in België
best thuis.
y—ri »n
A
-v
agsrst&r,/ia» c
V—J£
"Ik hebniet alles uit mijn voetbalcarrière gehaald, en dat kan ik alleen me
zelf maar verwijten".