'Handel, geld...iser dan helemaal niets anders?' K Directeur Halbertsma vertrekt bij Nederlandse afdeling van het WNF 3.99 4.95 PAGINA 20 EXTRA WOENSDAG 26 SEPTEMBER 1990 Niels Halbertsma: "Wat wij nodig hebben is een gevoel van mee-lijden". Soms is hij woedend, maar die boosheid is nodig om mensen te mobiliseren. Een gevoel van machteloosheid wil hij niet toela ten, want dat werkt verlammend. Niels Halbertsma (61was zes tien jaar lang directeur van het Nederlandse Wereld Natuur Fonds en zag veel van waar hij voor streed verdwijnen door men senhanden. Op 28 september legt hij zijn functie neer maar het WNF laat hem niet los, er ligt al weer een nieuwe opdracht. door Ruud Buurman "Op een prachtige voorjaarsavond liep ik met mijn echtgenote over de Lang- broeksedijk. We hoorden ineens een merkwaardige fluittoon. Of eigenlijk: een piepend geluid. Ik dacht aan een vo gel, maar toen we gingen kijken zagen we bij een slootje een jong reetje, dat zijn moeder kwijt was. Later zagen we er nog twee. De moeders waren aan het grazen op een weiland. Ik mag dan de hele we reld hebben bereisd, zoiets moois had ik nog nooit gezien". Niels Halbertsma, 61 jaar, nog toi 1 ok tober directeur van de Nederlandse afde ling van het Wereld Natuur Fonds, blijft dicht bij huis als hem wordt gevraagd wat hem drijft. Op zijn bureau in het hoofdkantoor van het WNF in Zeist ligt een nieuw boek over Maleisië dat in no vember op de markt komt. In zijn kast staat een uitgebreide serie videobanden over bedreigde dieren en achter hem trekken op een grote foto duizenden gnoe's door de Serengeti. Dat is voor het grote publiek het imago van het Wereld Natuur Fonds. Filmen Niels Halbertsma zegt dat hy de mooiste baan van Nederland heeft en die baan wordt nu nog bekleed door een man die de meest uiteenlopende dingen heeft ge daan. Hij studeerde in de VS, werkte in Colombia bij een scheepvaartmaat schappij en als personeelsmanager bij een oliemaatschappij. Stapte in de jaren vijftig 'zomaar' de filmwereld binnen en maakte onder meer 24 films voor de serie 'Luipaard op schoot', een zeer succesvol le natuurserie op de Nederlandse televi sie. "Dat filmen kwam niet zomaar. Ik was al verwoed amateurfilmer, toen ik in Co lombia zat. Daarmee ben ik verder ge gaan", aldus Halbertsma die in 1957 ont slag nam bij de oliemaatschappij waar voor hij buitenposten bezocht. Daardoor was hij in contact gekomen met allerlei hem onbekende samenlevingen en een adembenemende natuur. "Mijn eerste film wilde ik maken over de Kuna-india- nen in Panama. Ik heb een zeilboot ge kocht. Ik kon niet zeilen, maar de Kuna- indianen waren alleen over zee te berei ken. Het was een onvergetelijke erva ring. Die film heb ik verkocht aan een Franse maatschappij. Op die manier kwam ik later als camera-assistent te werken bij de Nederlandse natuurfilmer Willem van der Velden. Van hem heb ik alles geleerd wat met filmen te maken heeft en zo ben ik terecht gekomen bij Armand Dennis, die 'Luipaard op schoot' maakte. Een geweldige tyd". Toen in 1965 zijn eerste kind werd ge boren, besloot hij iets honkvaster te wor den en werd hij conservator bij het Am sterdamse Tropenmuseum. In 1974 kreeg hij het verzoek om directeur van WNF-Nederland te worden. "Mijn vrouw had een Panda-winkeltje in Baarn, ik was vrijwilliger. De secretaris van het WNF kwam praten en na een uür heb ik ja gezegd". "Alles wat ik hiervóór deed paste bij het WNF als een puzzel in elkaar. Mijn kennis van de wereld, van allerlei cultu ren, van de film, mijn kennis van de tv en mijn contacten met de pers. Toen ik er aan begon, wist ik direct dat ik een baan had bij een organisatie die een essentiële rol zou gaan spelen bij het behoud van de wereld. Ik heb er nooit spijt van gehad". Halbertsma vond het dus geen hopelo ze baan, waarbij hij al zijn krachten be steedde aan iets dat hij per dag minder zag worden. "Ook al is dat laatste wel zo, dan nog heb ik me daar niet bij neerge legd. Ik mag dan nietig zijn, onbeteke nend, maar met elkaar zijn wjj dat als mensen niet. Maar alles begint wel by je zelf. Ja, ik ben wel eens woedend om wat er om ons heen wordt aangericht. Mijn woede is voor mij een goed middel om anderen te mobiliseren, onmacht werkt alleen maar verlammend". Halbertsma zegt dat hij meer een na tuurbeschermer is dan een manager. "Dat managen is ook niet altijd mijn sterkste kant. Wel kan ik mensen en thousiast maken en overtuigen van de noodzaak alles te doen wat in hun vermo gen ligt om de wereld om ons heen te be houden. Het is niet mijn verdienste dat het WNF van 25.000 leden in 1974 nu tot 300.000 leden is gegroeid en dat er nu 40 mensen in dienst zijn, tegen vijf toen ik kwam. Die groei is te danken aan al die vrijwilligers, die inzien dat het behoud van de natuur ook het behoud van hen zelf betekent". Hij beschouwt zichzelf een beetje als een 'tussenpaus'. Het WNF is groot ge worden, komt nu in ander vaarwater te recht en heeft nu meer een manager no dig. Dat wordt Sigfried Woldhek (39), nu nog directeur van de Vogelbescherming. Halbertsma: "Misschien is myn ver dienste wel dat ik het WNF in de publici teit heb gebracht. In 1974 was de club (foto GPD) niet bekend. Dat is door mijn contacten met de media, vooral met de tv, behoor lijk veranderd. Denk aan de grote tv-ac- tie in 1977, de actie met Prins Bernhard, André van Duin en Ivo Niehe in 1987. Die hebben ons honderdduizend nieuwe le den opgeleverd". Nog even terug naar die frustratie, die woede die ook hem soms kan verlam men. Over de handel in bedreigde dier soorten bij voorbeeld. "Hoe kun je als westerse dierenhandelaar nu zó immo reel zijn datje zes orang oetans met valse papieren uit Indonesië probeert te krij gen en alles aan je laars lapt om ze maar met enorme winst te kunnen verkopen. Handel, geld.... is er dan niets anders dat je drijft? En welke vreemde hebzucht hebben de kopers, die de meest zeldza me dieren- en plantensoorten in huis wil len hebben?" "Maar ik ben maar heel kort boos. Dan denk ik snel weer dat het beter is er iets aan te doen dan niets. Jawel, dat is een cliché en nog een defaitistisch ook. Maar laat ik dan in vredesnaam de oplossingen vanuit mezelf aandragen en laat ik dicht bij huis begipnen. Ik héb een auto, maar ik gebruik die zeer selectief. Ik gebruik alleen maar flessen en nooit wegwerp verpakkingen, ik gooi geen blik weg in de natuur, want dat ligt er over vijfhon derd jaar nog. Ik lever mijn batterijen in bij de drogist. Soms hoor je uitje omge ving dat mensen dat zo 'goed' vinden. Maar dat is toch de gewoonste zaak van de wereld? En wie geeft er nou een com pliment vanwege 'normaal' gedrag?". "Maar ik ben weer kwaad als ik hoor dat al onze batterijen in Oostduitsland worden neergekwakt, zonder dat het kwik er uit is gehaald. Dat is een misdaad waarvoor iedereen de ogen sluit. Vuil is nooit weg. Je verplaatst het alleen maar. Als we dat besef willen krijgen zou heel Nederland eens bij de vuilverwerkings industrie moeten gaan kijken". "Wat wij nodig hebben is een gevoel van mee-lijden, een besef wat er gebeurt om ons heen. Nu lopen mensen overal aan voorbij en laten ze hun gevoel van machteloosheid de vrije loop. Maar dat wil nog niet zeggen dat we ook echt machteloos zijn! De vraag is steeds hoe het WNF de vonk kan overbrengen die ze in actie doet komen. De natuur is zo won derbaarlijk dat ik er met mijn verstand niet bij kan dat veel mensen er niet in ge ïnteresseerd zijn". Hij slaat het boek over Maléisië open dat voor hem ligt. Het gesprek komt op het Maleisische deel van Borneo waar het oerwoud wordt gekapt. Wie daar een tocht over de rivier maakt, krijgt een ge lukzalig gevoel middenin de jungle te va ren. Wie aan wal gaat krijgt de tranen in de ogen en ziet dat die jungle op veel plaatsen slechts vijftig meter breed is. "Japanners", zegt Halbertsma. "Ik kan hels op ze worden. Zij zijn ervoor verant woordelijk dat er op Borneo een onwaar schijnlijke vernietiging van het oerwoud plaatsvindt. Geen Japanse burger die het weet, want het wordt zorgvuldig uit de media gehouden. Die zijn in handen van de grote maatschappijen, hier zeer be kend, die ook het tropische hardhout van Borneo weghalen. En er onwaarschijn lijk rijk van worden. Het oerwoud van het Indonesische deel van Borneo is nu aan de beurt". Maar er zijn nuances, hij weet het. "Waar armoede is, valt nauwelijks over verantwoord natuurbeheer te praten. Ik weet dat Maleisië de inkomsten van het hout hard nodig heeft. Laten we ons niet bezondigen aan het ons bekende Hol landse waarschuwende vingertje. Ik krijg veel brieven van mensen die met het vingertje wijzen. Die ook vergeten dat wij eigenlijk geen enkele macht heb ben over regeringen. Wij zijn een fonds- wervende organisatie. De olifanten en de natuurparken waarin ze leven zijn niet van ons. We kunnen alleen met geld wat invloed uitoefenen". Tegen de verkeerde figuren op hoge posten kan het WNF daarbij niks begin nen. "In Oeganda bracht het WNF het olifanten-bestand weer op een hoog peil. Toen kwam er een gek als Idi Amin met zijn leger, die alle nationale parken naar de bliksem hielp en de dieren massaal heeft afgeslacht. Dan ben je machteloos. Je kunt nog zoveel over natuurbehoud praten, wanneer de samenleving niet deugt is dat tevergeefs". Voorlichting Niels Halbertsma mag dan vertrekken bij het WNF, zijn werk voor de organisa tie houdt niet op. De komende vier jaar gaat hij een voorlichtingsproject opzet ten voor ontwikkelingslanden. "Ideeën lanceren voor een verantwoorde organi satie bij natuurbeheer. Dat zal moeilijk zijn, want wat wij hier hebben opgezet, kan niet zomaar verplaatst worden naar de zogenaamde Derde Wereld. Kijk bij voorbeeld naar India. Daar bestaat het WNF nauwelijks, want wie heeft er het geld om lid te worden? Wie denkt aan na tuurbeheer als-ie honger heeft?" 'Toch kunnen we laten zien wat het gevolg is van verkeerd beheer, door ze te laten zien wat er in onze westerse maat schappij is gebeurd. Vertellen dat in Ne derland hele woonblokken moeten wor den afgebroken, omdat ze op vergiftigde grond staan. Dat de mensen hier ernstig ziek zijn geworden. Dat slaat aan". Hij gaat een 'databank' opzetten met al het informatiemateriaal dat in de loop van vele jaren ter beschikking is geko men. "Speciaal bedoeld voor bewustma- king in ontwikkelingslanden, maar ook allerlei charitatieve instellingen zullen er gebruik van kunnen maken", zegt Hal bertsma. "Er is echt ongelooflijk veel materiaal van cineasten. Daar moeten we gebruik van maken om mensen op grote schaal te laten zien wat het gevolg van ons handelen is. Nogmaals: het ant woord op alle problemen ligt bij ons, bij de politiek, bij de industrieën". eren. Vergulde Hand Scheerschuim, J Bij Etos word je pas echt verwend. Alphen a/d Rijn. De Aarhof 49. Gouda. Markt 58. Katwijk aan Zee. Badstraat 7. Leiden. Bevrijdingsplein 50. Donkersteeg 11. Leidschcndam. Jasmijnhof S, Oegstgeest. Lange Vootlplein 18-20. Sassenheim, Hoofdstraat 256. Voorschoten. Schoolstraat 46. Wassenaar. Langstraat 115-117.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 20