Wat moet ik dande koppeling aanpakken? Stilte voor de storm Behoedzame Wim Kok vreest tegenvallers in onzeker 1991 DINSDAG 18 SEPTEMBER 1990 Van onze correspondenten Carel Goseling en Pieter Couwenbergh DEN HAAG De bruine tinten in de werkkamer zijn ver dwenen. Stemmig grijs voert nu de boventoon. Het bureau is recht voor de deur gezet; wie binnenkomt kan meteen recht in de ogen gekeken worden. Nog een klein schei dingswandje in de enorme zaal, wat kunstwerken aan de muur en het is 'af: de verbouwing van Wim Kok. Niet alleen op zijn ministerie is de vernieuwing merkbaar. Wat Kok betreft ademt ook de eerste echte begroting van het CDA/PvdA-kabi- net die sfeer. In rap tempo somt hij de onderwerpen op waaruit moet blijken dat er na jaren CDA/WD- kabinetten, nu een heel andere ploeg zit. Ten eerste blijft de begroting bin nen de opgestelde financiële ka ders. Ten tweede is er na een lange periode van steeds groter wordende inkomensverschillen nu "een even wichtig gespreide koopkracht-ont wikkeling over de inkomensgroe pen en dat is voor de PvdA en mij van groot belang", aldus Kok. Ten derde komt het beleid, erop gericht om meer mensen aan het werk te krijgen, nu "beter uit de verf'. Ten vierde noemt de bewindsman de ge meenschapsvoorzieningen. Die moeten naar zijn mening zo worden ingericht dat zij "voldoen aan de verlangens en verwachtingen in de samenleving, nu en morgen". Als belangrijkste onderwerp geldt hier het milieu, een terrein waarop het "jarenlang de verkeerde kant op is gegaan". Investeren in openbaar vervoer noemt Kok als voornaam onderdeel van het milieubeleid. Een ander hoofdpunt is de gezondheidszorg: meer geld niet alleen voor inkomensverbete ring maar ook voor een hoogwaardi ger zorg. Investeren Kok: "Kortom, het investeren in de toekomst, met als belangrijkste consequentie voor mij, het in har monie laten lopen van inkomens- en kwaliteitsverbetering binnen de financieel-economische grenzen die wij ons gesteld hebben. Dat vergt ook een goed nadenken over de vraag hoe de doelmatigheid van de overheidsuitgaven vergroot kan worden. Hoe het geld van de belas tingbetaler goed en degelijk be steed kan worden. Het gaat dan om grotere efficiëntie, het heroverwe gen van overheidstaken, het door elkaar schudden van de bureaucra tie. Niet elke gulden meer, is beter. We moeten er ook op toezien dat el ke uitgegeven gulden goed besteed is. Daar kan nog heel veel aan ge daan worden, bijvoorbeeld meer handen aan het bed in de gezond heidszorg of meer politiemensen op kere internationale situatie (zie de Golfcrisis) is de vraag. Kok over dit dilemma: "Heel veel zaken laten zich niet voorspellen, ook niet in deze begroting. Wie weet hoe hoog de olieprijs over drie maanden is en hoe dat in 1991 doorwerkt? We zijn sterk afhankelijk van onzekere fac toren. Als er iets in het beeld veran dert, is er een grote kans dat het ver slechtert. De ontwikkelingen wij zen daar eerder op, dan op een mee valler". Koopkrachtdiscussie Het zijn deze onzekere factoren die de recent binnen het kabinet ge voerde koopkrachtdiscussie voor velen een wat onwezenlijk karakter gaf. Discussies die vooral de PvdA aanzwengelde. Kok reageert fel. Hij verwijst naar de start voor alle be raad: de nullijn voor de minima en plus één procent voor de hogere in komens. Met een tegenvallende ontwikkeling zouden de minima dan ook al snel in de min terecht ge komen zijn als er niets was gebeurd. Nu bestaat er een redelijk even wicht: iedereen gaat er ongeveer een half procent op vooruit. Kok: "Ik geef geen garantie dat dat over een half jaar nog zo is. Ik heb wel de zekerheid dat het kabi net naar beste weten geprobeerd heeft een redelijk evenwichtige uit gangspositie te creëren voor ieder een". Zo gaan samenwonende be jaarden er in 1991 ongeveer 500 gul den op vooruit, alleenstaande 65- plussers 350 gulden. "Er zit enige marge in. Als ik dat vergelijk met ja ren van bevriezing is dit hele andere koek. Er is bewust ruimte voor vrij gemaakt", aldus de minister. De onzekerheid rond de inko mens werkt echter ook door in de hele begroting. Welk cijfer moet op geschreven worden? Vast staat dat de begroting 1991 op papier klopt, maar een behoorlijk deel van de maatregelen alleen eenmalig een ef fect heeft. Na 1991 komt het pro bleem (zo'n 4,5 miljard gulden) dus weer levensgroot terug. Tegenvaller "Een deel van de problemen is ont staan door de wijze waarop het vori ge kabinet de begroting voor 1990 had rondgemaakt. Het is dan heel moeilijk om in één jaar weer blij vend op koers te komen. We hebben inderdaad een stevig probleem in de komende jaren, en dat zullen we Kok: "De opgaande lijn in de lonen van 1990 kunnen we niet gewoon doortrekken". stapje voor stapje moeten oplos sen". Er zijn meer oorzaken. De Golf crisis die in augustus ontstond en het ontdekken van een belasting-te genvaller die volgens Kok "voor een flink deel blijvend is". Beide ontwikkelingen traden op toen de begroting 1991 al vrijwel was afge rond. "Op de valreep kregen we te maken met een lelijke extra proble matiek. Het was op dit moment dan ook onvermijdelijk een deel van de extra gasbaten in 1991 te gebruiken om de begroting sluitend te maken. Al vind ik dat op de lange termijn niet goed", stelt Kok. Het kabinet besloot dan ook om in het voorjaar van 1991 een tussen balans te maken waarbij de contou ren voor het beleid 1992-1994 zicht baar moeten worden gemaakt. Kok over die keuze: "Dan weten we meer over de internationale ontwik keling en de belastingtegenvaller. We moeten dan goed voorbereid de zaak voor latere jaren in de steigers zetten waarbij ook de flexibiliteit van de overheidsuitgaven en de doelmatigheid van ondermeer sub sidies aan de orde moeten komen. Ik ben zeer gemotiveerd daar een goed werkstuk van te maken". Slappe knietjes Het verwijt dat het kabinet slappe knietjes heeft en de problemen nu maar voor zich uitschuift wijst Kok van de hand. "Wat is het alternatief? Het is onmogelijk alle problemen in een jaar op te vangen. Bovendien moeten we ervoor zorgen dat de risi co's in de begroting niet leiden tot een afwenteling, tot een loon- en prijsspiraal. Dus zijn we erg voor zichtig geweest met een lastenver hoging. Moeten we het mes dan nog verder in de uitgaven zetten? Ik daag de oppositie uit aan te geven waar dat kan. In een economisch ge voelig jaar moetje erg oppassen dat het snijden in uitgaven niet leidt tot lagere bestedingen en investerin gen, Moet ik dan de koppeling aan pakken? Dat is geen lijn: de lagere inkomens laten zakken". Het woord koppeling is gevallen. Het kabinet wil de loonstijging in 1991 beperkt houden tot drie pro cent. Waarom? "Op zich vind ik het een logische reactie als mensen zeg gen: 'mijn lasten stijgen door de Golfcrisis, dus wil ik dat vertaald zien in hoger inkomen'. Het kabinet zegt dan echter: pas op. Dan krijg je een haasje-over effect van hogere lonen, prijzen, weer hogere lonen en een steeds toenemende inflatie. Dat hebben we bij de energiecrises in 1973 en 1979 ook gezien. Alleen kan de economie nu meer hebben. Ik wil het niet dramatiseren, maar we moeten wel een afgewogen analyse maken. De opgaande lijn in de lo nen van 1990 kunnen we niet ge woon doortrekken". Drie procent "We moeten ons bij de inkomens ontwikkeling zo beheerst mogelijk inzetten. Financiële ruimte gebrui ken voor scholing, bestrijding ar beidsongeschiktheid en inzet van langdurig werklozen. Het is een va riant op het FNV/CNV-plan van eer der dit jaar om één procent van de loonsom voor goede doelen te ge bruiken. Zij begonnen alleen aan de andere kant. Ik pak het nu van deze kant op: wat is een economisch ver standige loonontwikkeling met de veronderstellingen van nu. Het is best mogelijk dat er in bepaalde be drijfstakken meer mogelijk is dan drie procent. Toch moeten we de zaak nu harder aanzetten, juist nu i onder vuur ligt". Kok geeft toe dat de opstelling van de werkgevers bepalend is voor het welslagen van de drie procents eis. "Hun opstelling in het voor jaarsoverleg was niet bemoedigend. Ze riepen: wij bepalen het wel de centraal, in de bedrijfstakken en be drijven. Ik wil het debat aangaan op basis van argumenten, niet met dreigementen". wat zwaarder weer. De seinen staan op onzeker, minder veilig, door fac toren van buiten. Er rust een stevige verantwoordelijkheid op ons alle maal om de gevolgen verantwoord op te vangen'. Als de werkgevers zeggen, wel loonmatiging maar ver der niets, wordt het moeilijk". Of de werkgevers bereid zijn mee te werken weet Kok niet. Hij zegt "geen waarnemingen" in die rich ting te hebben. Het verhaal dat loononderhandelingen in bedrijfs takken en bedrijven plaats moeten vinden zegt Kok wel te kennen. "Waar het mij om gaat is dat de op telsom van die decentrale onder handelingen van grote invloed kan zijn op de economische vooruit gang. Het maakt wel degelijk wat uit: afwachten of dat proces begelei den. Op dat laatste hoop ik. En niet steeds die Pavlov-reactie van: wij doen het wel decentraal. Dat is een te simpel antwoord". Twee gezichten Hoop dus, maar hoe ziet Kok zelf de toekomst, mede gezien de nogal kri tische opstelling van zijn eigen par tij over de herkenbaarheid van de PvdA in het kabinetsbeleid? Kok spreekt over duidelijke keuzen en een Financieel solide onderbouwing van het beleid. Rechtvaardigheid en soliditeit als Siamese tweeling. Hij grijpt naar het recente rapport van het sociaal-cultureel planbu reau over Nederland. "Dat geeft een heel interessant beeld. De Neder lander is tevreden. Er is geen aanlei ding nu somber te doen over de sa menleving. Toch is die op een aantal punten vastgeraakt. Er zijn te veel mensen die niet voldoende deel hebben in de welvaarts-ontwikke- ling. Er is te veel sprake van twee gezichten: glamour, glitter en skyli nes aan de ene kant, verpaupering en armoede aan de andere". "De sociale vernieuwing wil een brug slaan naar deze mensen, zij die te ver zijn afgeraakt. Dat begint te werken. Als we daarmee doorgaan zal het vruchten afwerpen. Zal de sociale onrechtvaardigheid en de ongelijkheid minder worden. Dat steunt ook een royale meerderheid van de samenleving. Niet alleen de direct betrokkenen, maar ook dege nen met een behoorlijk inkomen die goed kunnen rondkomen". Beschaafd land "In een beschaafd land als Neder land moeten geen Amerikaanse toe standen voorkomen. Geen eten uit de vuilnisbak. Het beleid van dit ka binet is een eerste stap op de weg om die kloof te verminderen. Tege lijk proberen we sociale vernieu wing te verbreden tot een veiliger en leefbaarder samenleving. Dat is de boodschap voor iedereen en dus ook voor mijn eigen partij". Het kabinet-Lubbers/Kok presenteert vandaag zijn eer ste eigen begroting. Voor de PvdA, met haar leider Kok als minister van financiën in een prominente rol, het mo ment om de sceptische achterban te overtuigen van het belang van een meeregerende Partij van de Arbeid. Voor het CDA het moment het land opnieuw duidelijk te ma ken dat de christen-democraten, ondanks partnerruil de touwtjes stevig in handen hebben. Kabinet verschuift problemen tot na Statenverkiezingen door Frank de Grave Wie probeert een algemeen beeld te krijgen uit de cijferstroom van de ruim driehonderd pagina's tellende Miljoenennota, kan maar één con clusie trekken: de coalitiepartners zijn op kousevoeten met elkaar omgegaan. Harde keuzen zijn ver meden en doorgeschoven naar mid den volgend jaar. In goed Neder lands spreekt het kabinet over een 'mid-term review' oftewel: we ko men er nu niet uit, er zijn vele onze kerheden rond de Duitse eenwor ding, de ontwikkelingen in de Golf, de olie, de dollar, we zien over een half jaar weieens verder. Een sur- place, zouden wielrenners zeggen. Beide partijen krijgen wat electo raal strooigoed voor de komende verkiezingen voor Provinciale Sta ten. De Partij van de Arbeid mag schermen met het herstel van de koppeling en een tot op tienden van procenten op elkaar afgestemde koopkrachteffecten voor de diverse inkomenscategorieën. En het CDA kan de boer op met een bescheiden verhoging van de kinderbijslag voor het eerste kind en het feit dat de door de PvdA bepleitte belas tingverhoging voorlopig niet door gaat. Slecht nieuws, impopulaire keuzen, dat maar liever na de con frontatie met de kiezers, zo is de boodschap van de miljoenennota. Planbureau Voordat een kabinet beleid kan gaan maken, moet het eerst weten hoe de zaken er precies voorstaan. In de zogeheten Macro-Economi sche Verkenning zet het Centraal Planbureau de resultaten van het economisch model keurig op een rijtje. Het algemene beeld is niet slecht, hoewel duidelijk minder gunstig dan 1990. Alle belangrijke gegevens onderbouwen dit beeld. De economische groei loopt terug van 3,25 naar 2,25 procent. De infla tie stijgt van 2 naar 2,5 procent. De particuliere consumptie, de investe ringen, de arbeidsproduktiviteit en de werkgelegenheid lopen terug in vergelijking met de ontwikkeling in 1990. Geen reden voor paniek, maar toch even zovele tekenen aan de wand. Daar komt nog bij dat het Planbureau van een tamelijk stabiel beeld is uitgegaan van voor onze economie uiterst belangrijke gege vens als de olie- en de dollarprijs. Zou ten gevolge van de Golfcrisis ook in 1991 de olieprijs op het huidi- ge hoge niveau van zo'n 30 dollar per vat blijven (het Planbureau re kent voor 1991 op een gemiddelde olieprijs van zo'n 20 dollar per vat), of de dollar dalen naar zo'n f 1,60, dan zou het economische beeld ver der verslechteren. Verder wijst het Planbureau op een aantal hardnekkige problemen waarmee de Nederlandse economie worstelt. In vergelijking met andere westerse landen kent Nederland een ongunstige verhouding tussen actieven en niet-actieven. Een rela tief hoog aantal werklozen, een on gekend hoog en snel stijgend aantal arbeidsongeschikten en een lage participatie van vrouwen op de ar beidsmarkt zijn hiervoor verant woordelijk. Bovendien neemt het ziektever zuim na een aantal jaren te zijn ge daald weer toe. De gemiddelde Ne derlandse werknemers is inmiddels meer dan drie weken per jaar we gens ziekte niet op zijn werk aanwe zig. De kosten van de economisch in-actieven drukken steeds zwaar der op de economisch actieven. De rente op de staatsschuld is een ander steeds groter wordend pro bleem. In 1991 betalen wij als sa menleving maar liefst 25 miljard gulden aan rente, in toenemende mate aan het buitenland. Dat is ruim 1500 gulden voor elke Neder lander, man, vrouw en kind. Ter vergelijking: En daarbij lossen we nog niet eens af op de totale staats schuld van zo'n ruim 300 miljard gulden. Financieringstekort Hoe wil het kabinet de problemen voor 1991 te lijf gaan? Uit de miljoe nennota blijkt dat het kabinet zich sterk heeft geconcentreerd op de in het regeerakkoord afgesproken ver mindering van het Financieringste kort van 5,25 procent in 1990 naar 4,75 procent in 1991, en op de ge wenste evenwichtige koopkracht ontwikkeling. Voor de overige ge signaleerde problemen vallen niet of nauwelijks nieuwe beleidsinitia tieven te ontdekken. Om in 1991 het Financieringste kort te verlagen tot 4,75 procent van het nationaal inkomen, moet minis ter Kok zo'n 7 miljard gulden bezui nigen. Dat doet hij ook, en daarvoor verdient hij lof. Maar een nadere analyse van de maatregelen die hij voorstelt, doet veel van die lof ver bleken. Het kabinet heeft het zich namelijk wel erg makkelijk ge maakt. Voor zo'n 3 miljard gulden wordt er echt bezuinigd. Defensie levert ruim 600 miljoen gulden in en is daarmee in één klap 4,5 procent van zijn begroting kwijt. Gelet op de ontspanning tussen Oost en West is hiervoor wel wat te zeggen, maar de ingreep is wel heel fors. Voor het overige hanteert Kok de kaasschaaf, d.w.z. er wordt niet af gewogen tussen belangrijke of min der belangrijke uitgaven, nee, ieder een moet evenveel inleveren. Dit gebeurt door de ministeries niet te compenseren voor de prijsstijgin gen en door alle subsidies met 1 pro cent te korten. Opbrengst: ruim 1,5 miljard gulden. Daarnaast moet een 'grote efficiëncy'-operatie een be drag oplopend tot 300 miljoen gul den opleveren, zonder dat overi gens wordt aangegeven hoe dat zou moeten. Verder wordt een greep van 100 miljoen gulden in het ge meente/provinciefonds gedaan en moet op volksgezondheid 120 mil joen gulden worden ingeleverd. Truc Kun je van deze maatregelen nog zeggen dat ze in ieder geval structu reel geld opleveren, dubieuzer zijn de maatregelen waarmee de minis ter van Financiën de resterende 4 miljard gulden wil binnenhalen. Voorgesteld wordt de rijksbijdrage van 1,5 miljard gulden voor het kin derbijslagfonds voor '91 al in 1990 te betalen. Reden: in 1990 kan de Fi nancieringstekortdoelstelling van 5,25 procent dat nog verdragen, en het geeft ruimte voor 1991. Maar in 1992 komt het probleem natuurlijk weer even hard terug. Dit voorstel is dus niets anders dan een boekhoud kundige truc. Het voorstel het percentage van de voorlopige aanslag in de ven nootschapsbelasting te verhogen naar 125 procent (waarop gebaseerd eigenlijk?) en meer staatsdeelne mingen te verkopen, levert eenma lig 2 miljard gulden op. In 1992 ligt dit bedrag als probleem dus op nieuw op het bordje van de minister van Financien. Tot slot verhoogt het kabinet de rijksbijdrage aan een aantal sociale fondsen niet met de inflatie, waardoor de burgers 500 miljoen gulden meer premie moe ten betalen. Allemaal niet zo sterk, en dit ter wijl het kabinet de kleine één mil jard gulden extra inkomsten uit het aardgas ook al gebruikt voor haar eigen tekort. Kortom, voor 1991 kloppen de cyfers, maar voor 1992 komen de problemen dubbel zo hard terug. Inkomens Een vraag die velen zal interesseren is wat er in 1991 met de inkomens zal gebeuren. Hoewel de koop krachtplaatjes die hiervoor worden gehanteerd slechts een zeer ruw beeld geven van de werkelijkheid, zegt het toch iets van de grote lijnen van het voorgenomen beleid. Be langrijkste conclusie is wel dat de koopkrachtstijging over de hele li nie positief is, maar sterk terugloopt in vergelijking met 1990. Stijgt de koopkracht in 1990 met zo'n 2 pro cent, in 1991 is de koopkrachtverbe tering gemiddeld zo'n half procent. De vraag is natuurlijk of de wer kenden in dit land bij een toch nog sterke economische groei van zo'n 2,25 procent bereid zullen zijn ge noegen te nemen met zo'n relatief geringe koopkrachtstijging. Dit me de omdat het Centraal Plan Bureau er op wijst dat ondanks de nog steeds hoge werkloosheid de span ningen op de arbeidsmarkt toene men en het aantal openstaande va catures sterk stijgt. Logischerwijs volgt hieruit een opwaartse druk op de prijs van ar beid. Maar als de lonen meer stijgen dan de zeer beperkte stijging waar het kabinet op mikt, dan stort het hele Financiële kaartenhuis van de begroting ineen. De kosten van de koppeling die in 1994 zullen zijn op gelopen tot ruim zeven miljard gul den zullen dan explosief stijgen. Vandaar dat inmiddels diverse ministers er al met klem op hebben aangedrongen dat voor 1991 de loonkostenontwikkeling uiterst ge matigd moet zijn. Het probleem is alleen dat de markt zijn eigen dyna miek kent en de overheid behalve waarschuwingen geen instrumen ten heeft. Het kabinet heeft niets te bieden en moet maar hopen dat de werknemers in dit land ondanks een krappere arbeidsmarkt, on danks premieverhogingen, toch be reid blijven sterk te matigen. De vakbonden hebben een dijk van een onderhandelingspositie voor 1991. Gemeenten Als wethouder van Amsterdam kan ik natuurlijk niet voorbij gaan aan de gevolgen van de miljoenennota voor het lokaal bestuur. Ondanks de sociale vernieuwing, ondanks de vele fraai geformuleerde uitgangs punten van decentralisatie en het belang van de gemeenten voor het aanpakken van problemen als werkloosheid het bestrijden van achterstandsituaties, vandalisme en vervuiling, het milieu en derge lijke, is de aandacht voor het lokaal bestuur in de miljoenennota mi niem. In Financiële zin zal er voor de ge meenten niet veel veranderen. Wat het kabinet met de ene hand geeft door een volumestijging van het ge meentefonds met 1 procent en via extra geld voor het gemeentelijke milieubeleid, wordt tegelijk met de andere hand teruggenomen. Op het gemeente- en provinciefonds wordt 100 miljoen gulden gekort en van de bezuiniging op de subsidies zal het lokaal bestuur een klap mee krij gen. Daarenboven zullen de bezuini gingen op het stadsvernieuwings fonds, met name voor de grote ste den, stevig aantikken. De gemeen ten zullen dus de extra taken die hun zijn opgelegd in het kader van o.a. de sociale vernieuwing en het milieubeleid per saldo zelf moeten betalen. Dat betekent opnieuw be zuinigingen op de gemeentebegro tingen en lastenverzwaring voor de burgers en bedrijven. Het Planbu reau gaat er van uit dat de gemeen telijke milieutarieven (o.a. het riool recht en het reinigingsrecht) in 1991 met maar liefst 20 procent zullen stijgen. Guurder Politiek gesproken zal het kabinet zich aan deze begroting geen buil vallen. Maar echt lekker ziet de CDA-PvdA-coalitie nog niet in het vel. Het klemt des te meer omdat het een politieke realiteit is, dat een kabinet harde politieke keuzen het best in het begin van haar regeerpe riode kan nemen. Partners zijn dan nog fris en vol goede moed. Des te vreemder dat dit kabinet in haar eerste begroting zo'n uiterst be hoedzame opstelling kiest. Maar problemen vooruitschuiven bete kent onvermijdelijk datje ze later in verhevigde mate tegen komt. Na de verkiezingen voor Provinciale Sta ten, maart 1991, zal het politieke kli maat weieens een stuk guurder kunnen worden. (Dc auteur is wethouder financiën in Amsterdam cn voormalig financieel specialist voor dc WÜ in dc Tweede Kamer).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 15