Een oude affaire in een nieuw jasje Paus vindt dure basiliek prachtig Visfraude: na driejaar nog dezelfde hoofdpersonen I REPORTAGEi DINSDAG 11 SEPTEMBER GEESTELIJK LEVEN DEN HAAG - Visquoterings-regelingen Onder deze titel bracht de Subcommissie van de kamercommissie voor visserij op 4 juni 1987 een rapport uit naar aanleiding van een onderzoek dat men toen hield naar het ontduiken van quota door vissers. Nu, dik drie jaar later, is de kwestie weer actueel. De hoofdpersonen, zowel aan de kant van de Kamer als bij de gehoorden, zijn grotendeels dezelfde. Een schets, te beginnen bij de kamerleden. - Drs. II. Evcrsdijk (CDA). Kamerlid sinds 8 juni 1977. Afkomstig uit de visrijke provincie Zeeland. Was ondermeer werkzaam op een fruitveiling en bij een kweekbedrijf en zaadhandel. Kent, de visserij wereld op zijn duimpje, ondermeer via zijn werkzaamheden als lid van de gemeenteraad te Borssele en als lid van provinciale staten van Zeeland. Is al sinds 19 september 1979 lid van de kamercommissie voor visserij. Is sinds 6 oktober 1981 voorzitter van die commissie. Eversdijk leidde in 1987 de subcommissie die het onderzoek visquoterings-regelingen deed, - J. Nijland (CDA). Kamerlid sinds 16 september 1981. Nijland is afkomstig uit de landbouwwereld. Zijn formele beroep is boer. De christen-democraat was voorzitter van de Friese christelijke boeren- en tuindersbond (CBTB) en van de Rabo-bank in Steenwijk. Nijland is sinds 6 oktober 1981 lid van de kamercommissie voor visserij. Was ook lid van de subcommissie die in 1987 het onderzoek deed naar de visquoterings- regelingen, - mr. A. J. te Veldhuis (VVD). Kamerlid sinds 16 september 1982. Is net als Eversdijk woonachtig in Zeeland. Kent de visserijwereld vanuit het Zeeuwse. Was in het verleden werkzaam bij de provincie Zeeland als ambtenaar. Te Veldhuis is sinds 26 oktober 1982 lid van de kamercommissie voor visserij. Hij was ook lid van de subcommissie die in 1987 het onderzoek deed naar de visquoterings-regelingen, - ing. J. van Zijl (PvdA). Op zich een nieuwkomer (hij is pas sinds 16 november 1989 kamerlid) maar zat daarvoor ook al in 'het circuit'. Voor zijn kamerlidmaatschap werkte Van Zijl als beleidsmedewerker op het ministerie van landbouw en visserij: eerst bij de directie voorlichting, daarna speciaal betrokken bij het EG- landbouwstructuurbeleid. Doorliep de hogere agrarische school. Van Zijl is sinds zijn intrede in de Kamer lid van de kamercommissie voor visserij, - ir. P. ter Veer (D66). Op zich geen hoofdrolspeler. Wel vermeldenswaardig dat hij, toen hij vanaf 10 juni 1981 tot 15 september 1982 in de Kamer zat, lid was van de kamercommissie voor visserij. Daar zit hij sinds zijn terugkeer in de Kamer, 14 september 1989, weer in. - Ir. G. Braks. Minister van landbouw en visserij sinds 5 maart 1980, alleen onderbroken door een jaartje in de Kamer (12 september 1981-4 november 1982). Landbouwkundig ingenieur. Is van huis uit (vader was boer) werkzaam in de agrarische sector. Werkte voordat hij minister werd als rijks-landbouwvoorlichter, bij de EG in Brussel en als secretaris van de NCB in Noord-Brabant, - mr. T. Joustra. Sinds medio 1987 secretaris-generaal (de hoogste ambtenaar) op het ministerie van landbouw en visserij. De Algemene inspectiedienst (AID) valt onder zijn verantwoordelijkheid. Werd op 1 juni 1983 benoemd tot directeur juridische zaken en plaatsvervangend secretaris generaal op het departement. Had vanaf dat moment bemoeienis met de visserij. Werd in 1987 gehoord door de Kamer, - drs. G. van der Lely. Sinds medio 1988 directeur-generaal landbouw- en voedselvoorziening op het ministerie van landbouw en visserij. De directie visserijen maakt onderdeel uit van dat directoraat- generaal. Van der Lely heeft sinds 1 juni 1983 bemoeienis met de visserij. Toen werd hij benoemd tot plaatsvervangend directeur- generaal bij het directoraat-generaal waar hij nu nog werkt. Werd in 1987 ook door de Kamer gehoord, - A. Besuyen. Voormalig hoofdinspecteur van de AID in het district noord-oost. Vertrok per 1 augustus 1989 uit dienst. Besuyen werd op 1 februari 1955 ambtenaar van de AID. Werkte de eerste zeventien jaar als controleur in de sector landbouw. Vanaf 1 februari 1980 werkte Besuyen als hoofdinspecteur van de inspectie Zwolle, waaronder de vishaven Urk viel. Hij bracht enkele maanden geleden de nieuwe visaffaire aan het rollen door openlijk te verklaren dat er binnen de AID met vangstgegevens werd gerommeld. Besuyen werd in 1987 door de Kamer gehoord, - H. de Boer. Voormalig directeur van de AID. Hij leidde de controledienst van het ministerie tussen 1 oktober 1985 en 1 oktober 1989. Toen werd hij landbouwraad in Londen. Voordat De Boer topman van de AID werd was hij werkzaam bij de gemeentepolitie Utrecht en bij Interpol. De Boer werd in 1987 door de Kamer gehoord, - H. ten Have. Plaatsvervangend inspecteur-coördinator visserij bij de AID, inspectie noord-oost. Ten Have kwam in 1971 bij de AID en werd vanaf 1985 bij de visserijcontrole betrokken. Vanaf 1986 werkt hij bij de inspectie Zwolle waar hij is belast met de coördinatie van de visserij. Ten Have werd in 1987 ook door de Kamer gehoord. DEN HAAG - "Dan zeg ik alleen maar, dat wanneer je geen effect ziet van je werk in dergelijke zaken, dit erg frustrerend werkt. Dat is ook steeds mijn grootste zorg geweest in dit geheel. Ik heb dit schriftelijk, maar ook vaak mondeling aan de directeur bekendgemaakt. Dat houd je het meeste be zig, omdat het vaak niet ver genoeg doorklinkt. Wanneer iemand van een grotere af stand naar de gebeurtenis sen kijkt, ziet hij het minder erg dan degene die er dichter op zit. Dat is een van de heel moeilijke zaken in de visse rijcontrole". Het citaat is ruim drie jaar oud, maar staat nog als een huis. Uitge sproken op 26 februari 1987 tegen over de subcommissie visquote rings-regelingen, een commissie in gesteld door de kamercommissie voor visserij om het ontduiken van visquota te onderzoeken. De uit spraak is afkomstig van A. Be suyen, die toen werkte als hoofdin specteur bij de Algemene inspectie dienst (AID), de dienst van Land bouw en Visserij die moet controle ren of alle boeren, tuinders en vis sers zich wel aan de regeltjes hou den. Besuyen is inmiddels weg bij de AID. In augustus 1989 vertrok hij. Dit voorjaar trad de oud-ambtenaar echter weer naar buiten. Hij meldde dat binnen de AID op grote schaal gerommeld werd met vangstgege vens van vissers. Zo moest naar bui ten toe de indruk gewekt worden dat de vissers zich aan de vangstquota hielden. Het gevolg van zijn uitlatingen was een onder zoek van de rijksrecherche. Het leverde geen bewijs voor de stellingen van Besuyen. Wel was een nieuwe visaffaire geboren. De Kamer houdt hoorzittingen met be trokkenen en de positie van minis ter Braks (landbouw en visserij) is benard. Genegeerd Zoals gezegd, ook in 1987 werd Be suyen door de Kamer aan de tand gevoeld. Hij ontkende toen dat er door ambtenaren van de AID be wust de andere kant op werd geke ken bij hun controleactiviteiten. Nee, voor Besuyen lag de oorzaak van alle ellende in de visserij ergens anders: bij het openbaar ministerie. Met andere woorden bij Justitie. Daar werden de door de AID opge maakte processen-verbaal tegen vissers, voor een groot deel gene geerd. Hetgeen weer leidde tot frus traties bij de AID zelf. Volgens Be suyen haalde in ieder geval niet elke AID'er eruit wat erin zat. Dik drie jaar geleden werd ook Besuyens collega Ten Have door de Kamer aan de tand gevoeld. Hij werkt nog steeds bij de AID. Opval lend, voor degene die de uitspraken van Ten Have uit 1987 nog eens na leest. Toen al constateerde de AI D'er dat de controleurs van zijn dienst "heel weinig medewerking kregen". Hij sprak over "een chaos" waar niet adequaat tegen opgetre den kon worden. Daarnaast signa leerde hij indoctrinatie en beïnvloe ding vanuit de visserijwereld waar tegen "deze of gene" (doelend op AID'ers) niet tegen bestand was. Ten Have ging echter verder. Hij sprak over "een totale bedrijfsgroep waarvan je de indruk kunt hebben dat zij alles aan haar laars lapt". Om met de volgende zinnen te vervol gen: "Wil je dat op een gegeven ogenblik in de hand houden dan heb je verschrikkelijk veel mensen nodig. Ik denk zelfs dat het met meer mensen niet direct is opge lost". De AID'er ging zo ver te stellen dat de AID op een bepaald moment best zodanig kon optreden dat het effect had, maar dat je er daarmee niet was. Het vertalen van overtre dingen in processen-verbaal leidde tot niets. "Men gaat gewoon rustig door", concludeerde Ten Have op - let wel - 26 februari 1987! Deze week kan de inspecteur zijn woorden voor de verzamelde kamerleden herhalen. Machteloos Minister Braks: in drie jaar niet verder gekomen dan "pappen en nathouden". <foto ANP> Deze schetste voor de Kamer toen van omstandigheden (met name bij moet het volgende beeld: een machteloze Justitie), niet in staat is de vissers Boer is inmiddels landbouwraad in overheid die door een samenspel duidelijk te maken dat er een beleid Londen, maar ook hij zal zich op nieuw bij de Kamer moeten mel den. Zo zal hij ondermeer moeten uitleggen waarom er in latere jaren onderzoeken in de visserijwereld zijn gestaakt. De Boers antwoord laat zich ra den: dat gebeurde in overleg met Justitie. Het openbaar ministerie moet ook prioriteiten stellen, net als de AID. Er wordt niet voor niets jaarlijks een zogenoemd prioritei tenschema opgesteld tussen Land bouw en Justitie. Nu valt de AID onder de verant woordelijkheid van de secretaris generaal (de hoogste ambteraar) op Landbouw en Visserij: mr. T. Jous tra. Hij had in 1987 de volgende op vatting over de controle op de vis sers: "Het blijft een vrij moeilijke aangelegenheid. Een opsporingsap paraat is er primair op ingesteld dat 90 procent van de betrokkenen be reid is zich aan de regelgeving te houden. Rekening wordt gehouden met 10 procent boosdoeners. Als die verhoudingen anders liggen, wordt het buitengewoon moeilijk goede controle uit te oefenen". Even later bepleitte hij voor de toenmalige subcommissie de instel ling van een veilingplicht. Alleen zo zou een goede controle kunnen worden opgebouwd. Dan ging ten minste alles door een paar kanalen. Aan banden De veilingplicht is er nooit geko men. Wel zijn er ettelijke andere maatregelen getroffen om het vangstvermogen van de schepen te beperken. De lengte van de stalen bomen waaraan visnetten op de schepen hangen (de boomkorren) is beperkt, het motorvermogen van kotters is aan banden gelegd, sche pen mogen nog maar een bepaald aantal dagen per jaar gaan vissen, vis mag alleen nog op bepaalde plaatsen en tijden aangevoerd wor den, elke visser dient een logboek van vangsten bij te houden, bij vis- afslagen, handelaren en industrie werden controles van de boeken ge houden, er kwamen mobiele con trole-eenheden, de controle op zee werd geïntensiveerd. Desalniettemin lukte het niet. De JÊfc'-' vissers visten gewoon verder. De AID werd niet uitgebreid, het open baar ministerie behandelde niet meer processen-verbaal. En dus ko men de verhalen uit 1987 weer bo ven water. De ambtenaren van de AID zouden gegevens achterhou den, op Landbouw en Visserij zou den ze de zaak bagatelliseren, en mi nister Braks zou het allemaal goed vinden. In 1987 zei de bewindsman tegen over de subcommissie ondermeer het volgende: "Ik blijf erbij dat wij kennis hadden van het circuit. Maar van gedogen, het politiek met de mantel der liefde bedekken, is geen sprake. Ik heb de indruk gekregen dat het feit van het constateren dat er iets fout is, voortdurend in de context wordt geplaatst als zijnde iets laakbaars. Het constateren van een fout behoort tot onze opdracht. Ik zou toch onder de aandacht wil- len brengen dat het kennen van de j ju„„pj situatie naar mijn mening niet ge worden gehandhaafd. e zjen kan worcjen als iets laakbaars. Dat is pas het geval als de situatie wordt getolereerd". Braks ging verder. Hij noemde een streng controlebeleid "geen si necure" en vroeg aandacht voor de bijzonder moeilijke situatie waar voor bestuurders, bedrijfsleven en overheid stonden. Een vloot met een te grote capaciteit. Men kan veel meer vangen dan is toegestaan. Die situatie bestaat nog, ondanks een saneringsregeling om schepen uit de vaart te halen. Maar ook die werkt niet. Er zit te weinig geld in, en Braks heeft de ministerraad nooit om meer financiële middelen gevraagd. Antwoord Inmiddels heeft de minister ook moeten toegeven dat het met het uitgezette beleid tot nu toe geen vruchten heeft afgeworpen. Wat moet er dan gebeuren? Het is op deze vraag, dat de politiek, de Ka mer, eindelijk eens een antwoord zou moeten geven. Een antwoord dat tot nu toe is uitgebleven. Of, om met Ten Have te spreken: "Wij zijn de laatste jaren met ons allen niet verder gekomen dan een situatie van pappen en nathouden". Toen en nu, het beeld is hetzelfde. Nogmaals Braks in 1987: "Wij zijn eigenlijk tot op de dag van vandaag bezig met het terugdringen van de capaciteit". Ook vandaag de dag nog waar. Blijft de vraag: hoe ver moet je gaan? Het oordeel is aan de Kamer. De 157 meter hoge koepel van de omstreden basiliek. (foto Veel kritiek op inwijding kathedraal Van onze correspondent Frits Baarda YAMOUSSOUKRO (GPD) Hemel en aarde heeft De Oude ervoor moeten bewegen, maar gisteren daalde de zegen van Zijne Heiligheid dan toch op zijn jongensdroom neer: de paus wijdde de basiliek van Yamoussoukro in, die hij uit zijn eigen zak had betaald. De Oude, president Felix Houp- houët-Boigny, had op de eerste rij in de kopie van de St. Pieter uit Rome plaatsgenomen om nog eens nadrukkelijk te tonen wie de eer toekwam. Hij gaf vier jaar ge leden persoonlijk opdracht tot het bouwen van de kathedraal in het dorp, waar hij 85 jaar geleden was geboren. De president, reeds sinds de on afhankelijkheid in 1960 leider in het Westafrikaanse land, heeft er voor gezorgd dat hij ook na de in- wijdingsdienst, en straks na zijn dood, in de 157 meter hoge koepel zal toeven. Hij liet 68 kunstenaars, schilders en glassnijders zijn de voot geheven gezicht opnemen in de gebrandschilderde ramen, die het meest arbeidsintensieve on derdeel van het gehele, miljoenen verslindendende geesteskind zouden worden, dat verder ook marmeren vloeren, mahoniehou ten kerkbanken en goud en zilver beslagen pilaren omvat. Meteen na de aankondiging van president Houphouët-Boigny dat een deel van de bush zou wor den prijsgegeven in ruil voor het allermooiste christelijke bouw werk dat het Afrikaanse conti nent ooit had opgeleverd, steeg onder volk en geestelijkheid een gemor op. Niet alleen in de hoofd stad Abidjan, maar tevens ver weg in het Vaticaan, waar functio narissen zich geen raad wisten met het genereuze gebaar van de oude president. Moesten ze dit ca deau botweg weigeren of simpel aanvaarden als een gift van een ietwat wereldvreemde, maar wel erg trouwe omarmer van het rooms-katholicisme? Eerst zou de paus zeker niét ko men om het gebouw in te zege nen. Later liet hij zich toch ver murwen. Niet echter nadat de president tot een tegemoetko ming was gedwongen. Hij zou naast de basiliek een ziekenhuis moeten laten bouwen en de ka tholieken, elf percent uitmakend van de Ivorianen, een eigen radio zender moeten schenken. Die kleine moeite wilde Houphouët- Boigny zich maar al te graag ge troosten, en dus kon de paus er niet meer onder uit. Een prachtige basiliek, zei de paus gisteren in zijn preek. In alle tijden en op alle continenten heb ben de gelovigen het beste van hun kunst gegeven om een kerk te bouwen die een zichtbaar te ken is dat God temidden van Zijn volk woont. Ook in eigen kring heeft zijn gang naar Yamoussoukro gevoe lens van ongeloof opgeleverd. Hoe kon het hoofd van de katho lieke kerk, die kort tevoren in Afrikaanse landen opkwam voor miljoenen armen en meer solida riteit vroeg bij rijke westerlingen, zich vertonen in een platte immi- tatie van zijn eigen Sint Pieter, een operatie die officieel 140 mil joen dollar, maar in werkelijkheid vermoedelijk 300 miljoen dollar heeft gekost? De Franse bisschop van Evreux, mgr. Jacques Gaillot, nam geen genoegen met de mede deling dat de president het geld uit eigen zak heeft getoverd, ove rigens een gegeven waaraan, naar het schijnt, zijn onderdanen wei nig tot geen geloof hechten. "Als je God in Ivoorkust wilt vinden, denk ik datje bepaald niet in die basiliek moet zijn", oordeelde de bisschop gisteren. De basiliek veroorzaakte een klein, modern schisma, getuige de haaks op elkaar staande me ningen. De Nigeriaanse kardinaal Francis Arinze weersprak de kri tiek: "Afrika verheugt zich om zo'n plek te hebben waar het God kan vereren", zei hij. "Wij Afrika nen hebben onze armen, onze zie ken, onze hongerlijders, onze daklozen en onze vluchtelingen. Maar deze Afrikanen beseffen dat niets te duur is om aan God te of feren". Bidstond voor situatie in Golf in Wassenaar WASSENAAR - De Raad van Kerken in Wassenaar organiseert donderdagavond een oecumeni sche bidstond voor de situatie in de Golf. De Raad heeft hiertoe be sloten, nadat enige kerkleden, "die met grote zorg vervuld zijn over de crisis die de hele wereld in beroering brengt", hierop had den aangedrongen. De voorbeden worden uitge sproken door vertegenwoordi gers van de diverse kerken. Kin deren zullen vijf kaarsen ontste ken, symbool voor de vijf voor naamste aandachtspunten in het gebed: ongerechtigheid, religieus fanatisme, machtsmisbruik, zwa re verantwoordelijkheden en de speciale plaats van het joodse volk. Voor de dienst kan iedere be zoeker van de dienst zelf een voorbede optekenen, die in het gezamenlijk gebed betrokken zal worden. De dienst vindt plaats in de gereformeerde Zijllaankerk en begint om half acht. Derde macht. Bisschop Tutu en drie andere hoge Zuidafri- kaanse geestelijken hebben pre sident De Klerk gewaarschuwd voor een gevaarlijke 'derde macht' in Zuid-Afrika. De geeste lijke voorlieden hebben De Klerk ooggetuigenverslagen voorgele zen van 36 gevallen van doodslag die gepleegd zijn in het zwarte woonoord Sebokeng, waaruit bleek dat blanken, die hun ge zicht zwart hadden gemaakt, meededen aan. een aanval die naar verluidt het werk was van aanhangers van Zulu-leider But- helezi. Politie noch leger greep in. Tutu en de zijnen bepleiten een zuivering van politie en veilig heidsdienst "van elementen die het proces van vrede in Zuid-Afri- ka zouden kunnen pootje haken". Priester vermoord. Een voor uitstrevende priester van de Rus- sisch-Orthodoxe Kerk, de 55-jari- ge Aleksander Menj, is zondag morgen vermoord door een onbe kende man met een bijl ver moord. Zijn gelovigen denken aan een actie van de KGB of van een antisemitische organisatie. Menj, een jood, is jarenlang we gens verschillende activiteiten door de KGB vervolgd. Bijbelweek Warmond.' Van 17 tot 21 september vindt in War mond een bijbelweek plaats. Mi- chèle Bauermann geeft een over zicht van Gods Woord. Inlichtin gen: P. Hijl, tel. 01711-10985. Beroepingswerk Hervormde Kerk: aangenomen naar Opsterland-Noord H. Rietman kand. Assen; bedankt voor Oud-Vossemeer D. A. Snijder Abbenbroek (part-time). Gereformeerde Kerken: beroepen te Vriezenveen drs. W. den Braber Vries; aangenomen naar Almelo drs. R. S. van Dijk Noord-Scharwoude. Gercfomreerdc Gemeenten: beroe pen te Groningen G. J. van Aalst Benthuizen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 2