Spreekuur
'Huurmoordenaar geeft
nog minste problemen'
De last van galstenen
'Alsof wij er behagen in
scheppen jonge jongens
in kleine cellen te stoppen'
Amsterdamse politie vindt kritiek ongenuanceerd
.door Barbara Thiel, arts
ZATERDAG 8 SEPTEMBER 1990
PAGINA 39
Kinderen die worden opgesloten in donkere muurkasten, arrestanten die uit de plee moeten
drinken, geweld, vuiligheid en "onmenselijke toestanden". De opsomming van prof. E. Lis-
senberg, voorzitster van de Commissie van Toezicht voor de Amsterdamse politiecellen, loog
er niet om. Op de Amsterdamse politiebureaus, waar de agent zich staande houdt tussen een
groeiend aantal doorgedraaide randfiguren, is haaruitval hard aangekomen. "Behalve met
voorschriften heb je natuurlijk ook te maken met de sfeer. Als iemand dertien keer in een uur
op de bel drukt, dan ga je er wat minder snel op af".
door Fred van Essen
"Hebbie een vuurtje?" Een donkere
hand steekt een sigaret door het minie-
me luikje in de stalen deur. De bewaar-
i der bedenkt zich geen moment en houdt
i zijn aansteker onder de sigaret. Even
■j schieten zijn ogen naar opzij en hij weet:
i dat kan nooit slecht overkomen bij de
j verslaggever. 'Zo slecht zijn we in Am-
1 sterdam toch ook weer niet voor onze
klanten' is de onuitgesproken bood
schap.
De politie kreeg het de afgelopen we
ken zwaar voor de kiezen. "Onmenselij
ke" omstandigheden bij de Jeugd- en Ze
denpolitie aan de Overtoom, "buitenge
woon smerige cellen" aan de Nieuwe-
zijds Voorburgwal, een 'praatstijl' die on
begrijpelijk is voor de gemiddelde Ne
derlander en nog zo wat. Zware kritiek
van de Commissie van Toezicht op de
toestand van de politiecellen. Amster
dam is de enige Nederlandse stad waar
de politiecellen worden gecontroleerd
door een onafhankelijke commissie.
De instelling van de commissie was een
van de maatregelen die zijn genomen
naar aanleiding van de dood van de kra
ker Hans Kok in een Amsterdamse poli
tiecel eind 1986. De commissie bestaat
uit de hoogleraar criminologie Lissen-
berg, de reclasseringsambtenaar H. Tem
pelman, de jurist M. Verhorst, de oud-
hoofdbewaarder gevangeniswezen M.
Sordam en ambtelijk secretaris L. Was-
senberg.
De affaire-Kok heeft de organisatie
van het Amsterdamse korps ingrijpend
veranderd. De belangrijkste gevolgen:
de oprichting van een afzonderlijk korps
arrestantenbewaarders aan het hoofdbu
reau aan de Elandsgracht en een Dienst
voorschrift voor de behandeling van ar
restanten van 26 dichtbedrukte pagina's.
De Commissie van Toezicht bestaat twee
jaar en is volgens voorzitter Lissenberg
bezig 'ingespeeld' te raken. Dat merkte
'|de politie.
^Mazzel
De rokende arrestant had ^mazzel: het
^luikje stond open om het snoer door te la
tten van het dienst-scheerapparaat, waar
mee de mannen zich dagelijks mogen
scheren. Anders had hij moeten bellen
voor zijn vuurtje. Op de politiebureaus is
alles minimaal. Kleine cellen, kleine
luchtplaatsen, korte verblijven. Arres
tanten moeten na maximaal drie dagen
naar de Officier van Justitie en door naar
een Huis van bewaring. Betreurde uit
zonderingen zijn vrouwen in 'vreemde
lingenbewaring', die vaak tot tien dagen
op een bureau zitten wegens het tekort
^aan vrouwencellen in de Huizen van be-
'waring.
De 'aanval' van Lissenberg k\yam voor
de politie eigenlijk heel onverwacht. Het
jaarverslag van de Commissie van Toe
zicht was al in juni rond gestuurd en had
weinig stof doen opwaaien. De klachten,
aanmerkingen en adviezen, ze stonden
er in feite allemaal in, maar niemand
schonk er bijzondere aandacht aan. Tot
de commissievoorzitster met een mon
delinge toelichting kwam. Ze schakelde
over op een fellere toonzetting bij het
verhaal over de 'kasten' bij de Jeugd- en
Zedenpolitie aan de Overtoom en van de
gevangenen aan de Warmoesstfaat en
Lijnbaansgracht die hun dorstlesser uit
de stalen pleepot moesten scheppen.
4 Waarom opeens die scherpe bewoor
dingen? Prof. Lissenberg: "Zo is de actu
ele situatie. Het jaarverslag is al maan
den geleden gesloten, we zijn sindsdien
weer vaak op bezoek geweest". Is de si
tuatie in de politiecellen verslechterd?
Lissenberg: "Wat heet verslechterd. Het
is er slecht, er heersen soms onmenselij-
ke toestanden. Misschien dat we als com
missie ook steeds beter ingespeeld raken
en meer signaleren. De mensen weten
ons beter te vinden en de politie zelf
werkt ook steeds beter mee".
Ongenuanceerd
"Een ongenuanceerde aanval", moppert
politievoorlichter Klaas Wilting. "AJsof
wij er behagen in scheppen om jongens
v^an 14, 15 in kleine cellen te stoppen of
arrestanten hun drinken te onthouden.
Natuurlijk niet, maar waar geen ruimte
is. kunnen wij die niet maken. En trou
wens, ze zitten bij de Jeugdpolitie nooit
langer dan een paar uuf in die kasten. In
die cellen wordt niet overnacht".
De gewraakte pleepot-ceremonie
komt er op neer dat de celbewoner een
bekertje onder het spoelmechanisme
moet houden. In de cellen zijn geen fon
teintjes, zoals trouwens bijna nergens in
Amsterdam behalve op het hoofdbu
reau, waar een goed geoutilleerd cellen
complex is met 81 cellen.
"Feitelijk zitten we nog fout door de ar
restant dat bekertje te laten houden,
'want dat mag niet, daar zou hij zichzelf
mee kunnen verwonden", zegt hoofdin
specteur P. Kruijer van het bureau War
moesstraat, wijzend op het uitgewalste
Dienstvoorschrift voor de behandeling
van arrestanten dat bijna alles regelt.
Van het recht op douchen tot de samen
stelling van de maaltijden, van bezoekre
gelingen tot medicijn verstrekking.
Hoofdinspecteur Kruijer: "Wat je nooit
in zo'n rapportage terugvindt, is de sfeer
op het moment dat het gebeurde. Wat
doe je als er een paar vechtend worden
binnengebracht en dan ook de hele
nacht zitten te schreeuwen en tegen hun
celdeur te trappen. Die zorgen op dat mo
ment voor een rotsfeer in de gang. Dan
stel je je natuurlijk minder toeschietelijk
op. Wij zijn ook maar mensen".
Somber
Een willekeurige ochtend aan de War
moesstraat: somber kijkende mannen
die gedwee hun horloge en broekriem af
geven aan het loket van de arrestanten-
balie. De oogst van de nacht: twintig man
opgepakt en in totaal 14 cellen. Het bu
reau puilt uit. De laatsten wachten in de
twee 'dagverblijven', kleine houten ver
trekken met een raam in de deur, tot er
vervoer is naar het hoofdbureau.
"In veertien jaar tijd heb ik éen keer
meegemaakt dat er 's morgens niemand
was. Daar hebben we toen nog speciaal
een mutatie in het dagrapport aan ge
wijd", herinnert zich een rechercheur.
Klachten, ja, die zijn er altijd geweest,
zegt hij. "De mensen zitten hier natuur
lijk liever niet. Het is geen hotel".
Hoofdinspecteur Kruijer: "Als ik hier
twintig man binnen heb, is het ondoen
lijk om iedereen op hetzelfde moment
water te geven. En dan kun je wel zeg
gen: ze hebben recht om te douchen,
maar hoe doe je dat met één douche? Vo
rige week hebben we hier nog een ge
vecht moeten leveren om zo'n ontzet
tend stinkende man onder de douche te
krijgen. Ze zijn vaak te smerig om aan te
pakken. Dan moet je erna ook nog eens
de ruimte ontsmetten".
Het roemruchte bureau in het Wallen
gebied mag zich nog steeds verheugen in
Cellengang in-het bureau Warmoesstraat "In veertien jaar tijd hebben we
het éen keer meegemaakt dat er 's morgens niemand was. Voor het overige
puilen de cellen uit".
Een politiecel met toilet. De gewraakte pleepot-ceremonie komt er op neer
dat de celbewoner een bekertje onder het spoelmechanisme moet houden. In de
cellen zijn geen fonteintjes. (foto's gpd>
een bovengemiddelde belangstelling.
Ook van de commissie voor de politie-
klachten, die het bureau vorig jaar veer
tien keer verraste met een onaangekon
digde inspectie, waar andere bureaus het
met maximaal negen visites moesten
doen. In balans wellicht met de topposi
tie die het bureau inneemt in de klach
ten-statistieken: een gedeelde tweede
plaats na Meer en Vaart in west. Het ge
bouw is niet lang geleden opgeknapt,
maar het is eenvoudigweg te klein voor
de noodzakelijke voorzieningen, zegt
Kruijer. Iedereen moet inschikken.
Prof. Lissenberg: "Ze kunnen wel zeg
gen dat ze er niets aan kunnen doen,
maar het is onze taak in de gaten te hou
den dat het Dienstvoorschrift wordt na
geleefd. Dat is er niet voor niks. Die cel
len aan de Overtoom zijn gewoon te
klein: 1,20 bij twee meter, kasten zijn het.
Daar kun je niemand instoppen. Dat is
onmenselijk. Vorig jaar hebben we dat
probleem ook al aangekaart maar ze blij
ven zeggen: het duurt niet lang meer,
binnenkort gaat dat bureau toch weg. Nu
zeggen ze het weer, maar ondertussen zit
het er wel vol met arrestanten. Dat kan zo
echt niet langer".
Dat geldt volgens haar ook de opno-
ping van buitenlandse vrouwen in poli
tiecellen. Burgemeester Van Thijn heeft
Lissenbergs intussen beloofd bij de
staatssecretaris van justitie op meer cel
len voor vrouwen aan te dringen.
Geen varkensvlees
De arrestantenbewaarders van het
hoofdbureau aan de Elandsgracht heb
ben laatst een enquête gehouden onder
hun clientèle. "We kwamen er goed uit",
zegt chefbewaarder J. Schoen. Cellen
blok Elandsgracht scoorde een ruime zes
op een schaal van tien. "Dat verbaasde
ons eigenlijk wel, zeker gezien het type
arrestanten dat we hier krijgen".
De 81 cellen van het hoofdbureau wor
den in grote mate bevolkt door junkies,
criminelen "met het bloed nog aan het
mes", heroïnehoeren en illegalen. Tach
tig tot 85 procent van de arrestanten is
volgens de bewaarders buitenlander.
Door de overmacht aan islamieten is het
gevangenisdieet geheel varkensvrij. Ser
veren van een oud-Hollandse traktatie
als een bal gehakt veroorzaakt steevast
klachten van de 'inmates', die het niet
vertrouwen.
"Een huurmoordenaar levert hier nog
de minste problemen op", zegt Stoel.
"Die zegt: is mijn advocaat er al en wacht
verder af. Maar al die doorgedraaide
mensen, die bezorgen je moeilijkheden.
Drugsgebruikers, heroïnehoertjes je
moet ze constant in de gaten houden via
de monitor. En dan gaat het nog wel eens
mis. Tijdje terug zegt een collega: wat is
dat in cel 14, dat lijkt wel een zwarte
streep op de vloer. We gingen er op af.
Het was bloed; had die kerel zich met
zijn tanden door zijn eigen arm gevreten.
Zelfmoordpoging. Daarom willen wij nu
ook kleurenmonitoren, om eventueel
bloed goed te kunnen zien".
De bewaarders lopen op eieren, zegt
Stoel. Het lijkt wel eens of iedereen op ze
loert. "Laten wij een heroinehoertje even
televisie kijken in de kantine, uit mede
lijden; het was zo'n zielig hoopje waar
het echt slecht mee ging. Krijgen we de
advocaat over ons heen. 'Er zijn dingen
gebeurd die niet mogen', roept die. Ja,
we mogen niemand in de kantine laten,
maar wat er gebeurd is, laat zo'n man in
het midden. Hij is er natuurlijk op uit zijn
cliënt vrij te krijgen, maar leg dat maar
eens uit aan je baas".
Stoel: "De mensen horen graag dat er
hier van alles gebeurt dat niet door de
beugel kan. Sensatiezucht. Natuurlijk
rollen we wel eens door de gang. Kan dat
anders met al die figuren die hier worden
binnengebracht?"
'Apache Austria' is nog de enige lees
bare kreet in de druk bekraste stalen
deurstijl van de isoleercel. In het beton
nen mistig lichte hok is niets, behalve
een gemetselde verhoging waar een ma
tras op past. In de voegen van de vloer
loopt een donker spoor. "Bloed", zegt de
bewaarder, "dat is er bijna overal wel.
Deze had het lipje van de ritssluiting uit
zijn broek gepulkt. Heeft hij zijn polsen
mee opengesneden. Overdwars geloof
ik. Maar ze doen het ook wel eens in de
lengte. Net hoe het uitkomt".
Een van de pijnlijkste dingen die een
mens kan overkomen, is een galsteen-
aanval. Daar kunnen veel Nederlanders
over meepraten. Een op de tien Nederlan
ders heeft galstenen, maar gelukkig heeft
slechts een op de vijftig Nederlanders
last.
Galstenen ontstaan, de naam zegt het
al, uit gal. Gal wordt gemaakt in de le
ver, die rechtsboven in de buik achter de
ribben ligt. De gal wordt door dé levercel
len uitgescheiden en komt via kleine gan
getjes die samenkomen in één grotere
gang, in de galblaas terecht. Vanuit de
galblaas loopt een afvoergang naar de
twaalfvingerige darm, het eerste stukje
van de dunne darm. De gal wordt de hele
dag aangemaakt en in de galblaas opge
slagen tot gebruik.
Zodra het voedsel in de maag belandt,
krijgt de galblaas een seintje om zich sa
men te trekken, zodat de gal via de af
voergang in de darm terecht komt. Het
vet in het voedsel wordt daar door de gal
tot heel kleine druppeltjes opgelost die
door de darmwand in het bloed worden
opgenomen.
Gal is opgebouwd uit een aantal stof
fen: cholesterol, galzuren en bilirubine.
Bilirubine ontstaat uit de rode kleurstoj
van de rode bloedlichaampjes, die voort
durend worden aangemaakt en afgebro
ken; het is geel van kleur. Als er te veel bi
lirubine in het bloed zit, bijvoorbeeld bij
een leverontsteking, wordt het ook in de
huid opgehoopt: dan ontstaat geelzucht.
Galstenen kunnen ontstaan als de sa
menstelling van de gal zo verandert dat
bestanddelen ervan gaan neerslaan.
Vaak is er te veel cholesterol aanwezig; er
ontstaan dan cholesterolkristallen en
daaruit groeien uiteindelijk één of meer
stenen die voor een groot deel uit choles
terol bestaan. Stenen kunnen ook uit bili
rubine bestaan.
Vrouwen hebben een twee keer zo grote
kans op galstenen als mannen, vooral als
ze de pil slikken of een aantal zwanger
schappen hebben doorgemaakt. Het is
duidelijk dat vrouwelijke hormonen in
vloed hebben op het ontstaan van galste
nen, maar het verband is ingewikkeld en
nog niet helemaal duidelijk. In het alge
meen komen galstenen het meest voor bij
dikke vrouwen van rond de veertig jaar
(vaak aangeduid met de drie F's van Fat,
Forty, Female).
Galstenen kunnen zich op veel verschil
lende manieren manifesteren, afhanke
lijk van onder meer de plaats waar ze
zich bevinden. Meestal, als ze zich in de
galblaas zitten, geven ze helemaal geen
klachten; ze worden dan "stille stenen"
genoemd. Deze worden soms bij toeval
ontdekt als een buikfoto wordt gemaakt
om een andere reden.
Jarenlang heeft men gedacht dat ze
oorzaak konden zijn van misselijkheid
en een vol gevoel in de bovenbuik na een
vetrijke maaltijd; tegenwoordig weet
men dat deze klachten net zo vc\ak voor
komen bij mensen zonder galstenen.
Heftige pijn
Als een steen bekneld raakt in een van de
afvoergangen ontstaat de echte gal
steenkoliek, veroorzaakt doordat de spie
ren in de wand van de galweg krachtig
samentrekken in een poging de steen er
uit te werken. Dat geeft een zeer heftige
pijn in de rechter bovenbuik, die kan uit
stralen om de rechterzij heen naar de rug
of de rechterschouder. Hierbij heeft de
patiënt de neiging te rollen van de pijn;
misselijkheid en braken maken de ellen
de compleet. Zo'n aanval duurt meestal
een paar uur en verdwijnt dan vrij plot
seling. Er zijn gelukkig medicijnen die
goed tegen de pijn helpen.
Verder kunnen stenen problemen ge
ven door ontsteking van galblaas of gal-
wegen, met pijn, misselijkheid en koorts.
Ook kan een steen de galwegen helemaal
gaan afsluiten. Doordat de lever dan zijn
gal niet meer kwijt kan stijgt de hoeveel
heid bilirubine in het bloed, met geel
zucht tot gevolg.
Als het bestaan van galstenen wordt
vermoed, zal men ze eerst met zekerheid
willen aantonen voordat een behande
ling wordt ingesteld. Tot een paar jaar
geleden verkreeg men die zekerheid al
leen doormiddel van röntgenfoto's waar
bij een contrastmiddel wordt ingespoten
of geslikt waardoor op de röntgenfoto de
galwegen en eventuele stenen goed zicht
baar worden.
Sinds enige jaren is het echo-onderzoek
minstens zo belangrijk voor het vaststel
len van galstenen. Bij dit onderzoek wor
den geluidsgolven het lichaam ingezon
den, die door allerlei structuren verschil
lend worden teruggekaatst. Door de te
ruggekaatste golven weer op te vangen
kan men een goed beeld krijgen van het
inwendige zonder dat de patiënt daar
enige hinder of schadelijke gevolgen van
ondervindt.
Operatie
De behandeling van galstenen is vrijwel
altijd een operatie waarbij de galblaas
wordt verwijderd. De afvoerwegen van
de gal worden ook gecontroleerd op de
aanwezigheid van stenen en er eventueel
van ontdaan. Het is van groot belang dat
de galwegen verder intact blijven: de erf-
voer van de gal van lever naar darm
moet in stand blijven.
Bij 'stille' galstenen wordt niet geope
reerd, omdat men daar nooit last van
hoeft te krijgen. Omdat de galblaasope
ratie nadelen heeft - het is immers geen
geringe ingreep - wordt naarstig gezocht
naar andere behandelwijzen. Al geruime
tijd worden pogingen ondernomen gal
stenen met medicijnen te behandelen.
Men probeert daarmee de samenstelling
van de gal zo te beïnvloeden dat de be
standdelen ervan niet meer neerslaan en
de galstenen zelfs oplossen. Dat is echter
een zeer langdurige behandeling, het kan
alleen bij geselecteerde patiënten, en bij
stenen die uitsluitend uit cholesterol be
staan.
De resultaten van deze behandeling
zijn tot nu toe weinig opzienbarend. Bo
vendien komen de stenen vaak terug, ook
na een geslaagde behandeling. De oor
zaak is immers niet weggenomen.
Een andere behandeling, de ERCP, is
alleen van belang voor galstenen die in
de galwegen vastzitten; door een slang
die via de maag wordt ingebracht wor
den de stenen vanuit de twaalfvingerige
darm uit de galwegen 'gevist'. Deze be
handeling is minder riskant dan een ope
ratie én uiteraard veel minder ingrij
pend.
Experimenteel is nog de behandeling
waarbij men de stenen vergruist, zoals
dat al veel met nierstenen gebeurt. Met
behulp van schokgolven die precies op de
juiste plaats in het lichaam worden ge
richt, worden de stenen tot gruis 'gesla
gen', waarna men ze met de eerder ge
noemde medicijnen nog verder moet op
lossen.
Koliekaanvallen
Hoewel deze behandeling het enorme
voordeel heeft dat er geen operatierisico
bij komt kijken, zijn er uiteraard nog
veel nadelen. Slechts een klein deel van de
patiënten komt er voor in aanmerking,
de nabehandeling duurt lang, en een deel
van de mensen krijgt naderhand nog
koliekaanvallen. Er moet nog veel gebeu
ren voordat dit een belangrijk onderdeel
van het arsenaal wordt.
MUMMI