9U vraagt, wij draaien
Passief Israël bewijst VS onschatbare dienst
Verwende sjeiks leren weer
hoe geweer vast te houden
DINSDAG 28 AUGUSTUS 1990
GOLFCRISIS GOLFCRISIS GOLFCRISIS GOLFCRISIS
PAGINA 9
Clingendael-wetenschappers draven in crisis op voor radio en tv
Van
correspondent Maurice Wilbrink
DEN HAAG - Meneer Siccama, u krijgt vandaag tweeëneen-
halve minuut het woord, meldt de adjunct informatieve pro
gramma's van Veronica, Bart Soepneel, tijdens de voorberei
dingen van de tv-actualiteitenrubriek Nieuwslijn.
"Potverdomme," mompelt de wetenschapper beteuterd. En
dan wordt de 'wapenbeheersingsdeskundige' eigenlijk nog ge
matst. Soepneel heeft een half minuutje extra gesprokkeld ten
koste van andere items van deze Nieuwslijn-aflevering die in
totaal een half uur duurt.
Jan Geert Siccama is een van de
schier onuitputtelijke reeks des
kundigen die de moed hebben om
voor de media ferme meningen over
de Golf-crisis ten beste te geven, na
dat Kees van Kooten als dr. Clavan
afgelopen winter zijn genadeloze
satire op dit soort commentatoren
had losgelaten.
In de door Veronica gestuurde
taxi vertelt Siccama, die de vergelij
king met dr. Clavan ver van zich
werpt ("ik praat niet over dingen
waar ik geen verstand van heb"),
dat hij sinds de Iraakse inval in het
emiraat Kuwayt niet meer aan zijn
gewone werk is toegekomen. "Ik
heb in die drie weken ongeveer 25
interviews gegeven en zit nu haast
iedere avond in een tv-studio. Ver
der lees ik kranten, maar mijn on-
derzoek ligt stil. Dit moet niet te
lang duren".
Siccama werkt bij Clingendael,
het Nederlands Instituut voor Inter
nationale Betrekkingen. Een onaf
hankelijk, Haags instituut dat door
de universitaire wereld met een
mengeling van kritiek en jalouzie
wordt bekeken. Clingendael ligt
goed bij de media, want het staat al
tijd klaar met deskundigen die hun
licht willen laten schijnen over een
probleem ergens ter wereld.
Er zijn wetenschappers die vin
den dat Clingendael zich moet be
perken tot datgene waar onderzoe
kers voor zijn: wetenschap bedrij
ven, en zich niet inlaten met allerlei
pseudo-journalistieke activiteiten.
Maar bij anderen komt het water in
de mond als ze zien hoeveel 'expo
sure' de Clingendaelers krijgen met
hun media-optredens. De man (of
vrouw) die met autoriteit over zijn
vakgebied praat, daarbij de juiste
gebaren maakt en net niet die gepo
lijste presentatie heeft van de vaste
tv-hoofden, die scoort: wordt snel
ler gevraagd voor conferenties, zijn
publicaties verkopen beter en, Sic
cama geeft het toe, "het is bést leuk
op straat te worden herkend".
Déja vu
Sam Rozemond, adjunct-directeur
van het zeer rustiek gelegen Clin
gendael en de directe baas van Sic
cama, reageerde ruim drie weken
geleden alerter op de Iraakse agres
sie dan, bij voorbeeld, de Neder
landse regering. Terwijl het kabi
net, op minister Andriessen na, rus
tig op de vakantiebestemmingen
bleef alsof we hier te maken hadden
met een van de vele regionale, Ara
bische conflictjes, mobiliseerde Ro
zemond zijn onderzoeksteam.
De situatie had ook iets van een
déja vu: "Toen vorig jaar de Berlijn-
se Muur open ging, maakten we er
een gewoonte van dagelijks een kof-
fie-overleg te houden. Gewoon, een
uurtje met de voeten op tafel brain
stormen over de betekenis van de
gebeurtenissen in Berlijn. Kennis
uitwisselen, nieuwe vragen stellen.
En kijken hoe we het beste konden
inspelen op het grote beroep dat al
die media op ons deden om de toe
stand toe te lichten".
Sinds begin augustus is het kof-
fie-overleg weer in ere hersteld. En
Rozemond maakte onmiddellijk
ruimte vrij voor zijn medewerkers
om vraaggesprekken weg te geven,
tv-optredens te verzorgen en kran-
te-artikelen te schrijven. Maar het
aantal verzoeken van media voor
een bijdrage bleek al snel veel te
groot. Rozemond: "We kunnen het
fysiek niet bijbenen. De regionale
radio-omroepen blijken ook een
buitenlandrubriek te hebben, maar
die staan we alleen maar telefonisch
te woord".
Verrast
De verzameling kennis van de
denktank is breed, het aantal spe
cialisaties groot: er lopen deskundi
gen rond op het gebied van wapen
beheersing en krijgskunde, van in
ternationale economische betrek
kingen, er is een specialist op het
terrein van de Verenigde Naties,
een Midden-Oosten-kenner, men
weet veel van internationaal recht,
EG-zaken worden bestudeerd en
men beschikt over een Rusland
specialist.
Toch worden de wetenschappers
nogal eens verrast door plotselinge
internationale ontwikkelingen. Nie
mand voorspelde het gat in de Ber-
lijnse Muur. en toen Saddam Hus
sein zijn troepen Kuwayt in stuur
de, was de enige echte Midden-Oos-
ten-onderzoekster, Marianne van
Leeuwen, nét op vakantie.
De doctors en doctorandi, die er
kennen ook grote, historische ge
beurtenissen niet altijd te kunnen
voorzien, verbazen zich op hun
beurt over de naïviteit en de gemak
zucht waarmee sommige journalis
ten tijdens dit soort perioden van
crisis hun vragen stellen.
Rozemond: "Toen Irak al lang en
breed in Kuwayt zat, kreeg ik nog
steeds vragen van journalisten
zoals: denkt u dat er oorlog komt?
Ik zei dan: meneer, het is al oorlog.
Waarop de tweede vraag: dus nu
moet het tot een compromis ko
men? Dat zijn de verkeerde vragen.
De kwestie is op wat voor manier
krijgen we Hussein uit Kuwayt.
Van compromissen gaan we hele
maal niet uit".
Tv-persoonlijkheid
Op het bureau van Jan Geert Sicca
ma, die door zijn optredens voor de
Hilversumse media langzaam afste
vent op de status van tv-persoon
lijkheid, ligt al weken lang een onaf
gemaakt manuscript over de veilig
heidsrisico's in het toekomstig Eu
ropa. "Het moet voor 1 oktober af
zijn, want de datum van publicatie
ligt vast", zegt Siccama lichtelijk
bezorgd.
Ook Rozemond ziet het gevaar
van het onophoudelijke gedraaf
naar televisie-studio's. "Over drie
maanden kan ér elders in de wereld
weer een brand ontstaan en dan
worden wij ook gevraagd om com
mentaar. In de Balkan is het insta
biel en door heel Afrika lopen
kunstmatige landsgrenzen. Stel dat
Saddam Hussein goed weg komt uit
deze situatie, dan kun je er op reke
nen dat andere machthebbers ook
eens over hun grenzen heen gaan
kijken. Dat betekent dat we ons niet
uitsluitend moeten richten op het
Midden-Oosten. Een dezer dagen
brengen we dus gewoon een boekje
uit over democratie in Europa, ook
al is er nu even niemand die daar
aandacht voor heeft".
- De'denktank' van Clingendael vergadert. "Dr. Clavan? Ik praat alleen over dingen waar ik verstand van héb".
De kracht van de Clingendael-me-
dewerkers zou moeten zijn dat ze
analyserend commentaar leveren
op onderwerpen als de eenwording
van Duitsland of de aspiraties van
Saddam Hussein. Maar tot hun niet
geringe ergernis zitten media, en
dan vooral televisiemakers, daar
niet echt op te wachten.
Rozemond, enigszins veronge
lijkt: "Vorige week werd ik gebeld
door een tv-rubriek. We gaan hier
voor Clingendael in het gras zitten
en ik word geïnterviewd over het
Nederlandse besluit om twee fre
gatten te sturen naar de Golf. We
hebben een hele tijd zitten praten
over welke hoofdlijnen van onze
buitenlandse politiek hiermee zijn
gemoeid. Toen ik later de uitzen
ding terug zag. was het hele gedeel
te over mijn vakgebied weggelaten!
Het enige dat ze hadden meegeno
men was mijn oordeel over het han
delen van minister Ter Beek van
Defensie en mijn antwoord op de
vraag: wat gaat er nu gebeuren. Dan
voel ik me een tikje misbruikt".
Deels gedreven door hun eigen
nieuwsgierigheid en door de - voor
wetenschappers niet uitzonderlijke
- neiging zoveel mogelijk te willen
weten, begeven Rozemond, Sicca
ma en andere Haagse onderzoekers
zich dezer dagen nogal eens op het
journalistieke pad. Rozemond:
"Wat is bij voorbeeld de calorische
waarde van dadels, heb ik me afge
vraagd. Irak verbouwt voor de ei
gen bevolking onvoldoende voed
sel, en kan geen voedsel meer im
porteren vanwege het embargo. Als
straks de dadels worden geoogst,
dan zou dat van belang kunnen zijn
voor het Iraakse uithoudingsver
mogen".
Op weg naar de Veronica-studio be
reidt Siccema zich voor op een op
treden van enkele minuten. Niet
veel voor een wetenschapper die ge
wend is in tweehonderd bladzijden
genuanceerde en van vele kanten
belichte analyses te geven van inge
wikkelde zaken. "Ja, het is opper
vlakkig en kort, maar je bereikt een
groot publiek". Maar heeft die op
pervlakkigheid zin? Is oppervlakki
ge informatie eigenlijk wel goede
informatie? "Ik heb liever een
praatprogramma van een half uur.
Maar ik denk dat ik ook veel kwijt
kan in enkele minuten. Ik weet
waar ik over praat, er zitten theoreti
sche ideeën achter wat ik zeg. Het is
echter ook een kwestie van: U
vraagt en wij draaien".
In het voorgesprek, een uur voor
de uitzending van Nieuwslijn, stel
len Siccama, Bart Soepneel en de
presentatrice van het programma,
Elsemieke Havenga, vast welke vra
gen tijdens de uitzending worden
behandeld. Aan de orde komt of Is
raël zal aanvallen als Amerikaanse
actie te lang uitblijft.
Siccama: "Israël zal toeslaan als
Irak raketten gereed maakt voor
een aanval. Daarvoor heeft Irak één
tot twee uur nodig en dat geeft Is
raël de mogelijkheid om dit gevaar
te onderkennen en tegenmaatrege
len te nemen."
Bart Soepneel vindt dat Siccama
daarmee al teveel in detail treedt, er
is ten slotte slechts 2,5 minuut ge
pland. Dus zal het bij enkele alge
menere noties blijven over de posi
tie van Israël. Korte vragen, stacca
to antwoorden. Even later, Siccama
is geschminkt, plakt de weten
schapper de bootjes en vliegtuigjes
op een kaart in de studio. Zwetend
onder de bloedhete studiolampen
oefent hij met een aanwijsstokje.
Nog even naar toilet - "tuurlijk heb
ik last van een beetje plènken-
koorts" - en dan de intro van
Nieuwslijn. Helaas voor Siccama
loopt de reportage van de corres
pondent in Israël te lang door, fout
je van de redactie. Siccama wijst het
bekende Golf-gebied aan, legt hel
der, in tien zinnen uit hoe Israël mi
litair betrokken kan raken, waarna
presentratice op een teken van de
regie het gesprek afbreekt, vanwe
ge de tijdnood.
Siccama is welgeteld anderhalve
minuut aan het woord geweest.
Trainen in de woestijn. "Dit is niet het moment om oorlog te voeren, dit is een tijd voor een douche".
TAWI AWIR - Tussen al die vol
wassen mannen in camouflage
pakken valt de kleine gestalte van
de jongen extra op. De loop van
het Belgische FN-geweer (Fal)
reikt tot het borstbeen. Mansour
is 15 jaar, maar zijn commandant
mompelt in het Arabisch dat hij
er beter twee jaar bij kan optellen.
"Ik ben 17 en wil mijn vader
land verdedigen", zegt de recruut
uit Dubayy met het petje scheef
op het hoofd. Samen met naar
schatting 14.000 landgenoten on
derwerpt deze scholier zich vrij
willig aan een militaire training
van zes weken in het nationale le
ger van de Verenigde Arabische
Emiraten (VAE). Wat Kuwayt is
overkomen zal deze federatie van
zeven emiraten aan de Perzische
Golf niet gebeuren. Tenminste,
dat is het streven.
In het legerkamp Al Tawir, 25
kilometer ten oosten van Dubayy,
doen zo'n 1000 in pelotons ver
deelde soldaten tussen de 15 en 40
jaar in het rulle zand daar hun
best voor. Bij 42 graden Celsius
onderwijst de sergeant 15 recru-
ten hoe je een geweer moet vast
houden. Hoewel de mannen al
vier dagen onder de wapenen
zijn, lukt het niet best. De
schreeuw bij de oefening klinkt
heldhaftig, maar de schiethou-
ding lijkt nog nergens op.
Blamage
Het is voor de gesloten gemeen
schap van de VAE heel bijzonder
dat buitenlandse journalisten mi
litaire activiteiten mogen gade
slaan. Vorige week nog was het
verboden tv-opnamen in de emi
raten te maken. Zelfs een straat
beeld van Dubayy of Abu Dhabi
was taboe. Maar in navolging van
Saudi-Arabië is de persvrijheid
nu versoepeld. Uit eigenbelang,
dat wel.
Het is geen geheim dat het uit
50.000 manschappen opgebouw
de leger van de VAE hoofdzake
lijk uit buitenlanders bestaat. In
woners van Oman, Jordaniërs,
Egyptenaren, Pakistanen, maar
ook Britten en Fransen zijn in rui
me mate betrokken bij de defen
sie van het land. Dat voelen de
oorspronkelijke bewoners van
deze Arabische federatie nu als
een blamage.
Door een intensieve, op het pa
triottisch gevoel werkende, ad
vertentiecampagne te voeren,
hoopt de regering van de VAE
vrijwilligers naar de opleidings
kampen in de barre woestijn te
lokken. Vijf zonen van de presi
dent en Sjeik van Abu Dhabi,
Zayed Bin Sultan Al Nahyan, ga
ven twee weken geleden het goe
de voorbeeld. Volgens het officië
le cijfer zouden inmiddels al
30.000 vrijwilligers zich hebben
laten registeren.
Hardnekkige geruchten in Du
bayy, dat ook gastarbeiders in de
VAE zich bij het leger kunnen
aanmelden -maar liefst 80 procent
van de 1,9 miljoen inwoners in de
emiraten is een rechteloze buiten
lander- worden door de voorlich
ter van het minister van informa
tie, Abrahim Al Abed, met kracht
ontkend. "Het zijn onze jongens",
zegt de traditioneel geklede amb
tenaar.
In de officiersclub van Al Tawir
is ook niet achter de waarheid te
komen. Kolonel Darwish
Achmed, commandant van het
opleidingskamp, ontwijkt elke
vraag die daarmee te maken
heeft. Hij geeft toe dat de VAE
"buitenlandse militaire advi
seurs" heeft, maar rept met geen
woord over de aanwezigheid van
Amerikaanse en Franse troepen.
Zweet
Toch is het een publiek geheim
dat de regering in Abu Dhabi
geen enkel bezwaar heeft tegen
grote buitenlandse^ troepencon
centraties in de emiraten. Waar
om, is in Al Tawir te zien. De vrij
willigers hebben het in dit hete
klimaat zichtbaar moeite met het
leveren van fysieke inspaningen.
Het zweet gutst hen over de rug.
Het ijzeren wapen is te heet om
aan te pakken. Eelt ontbreekt op
de handen van deze mannen, die
in het dagelijks leven mooie ba
nen hebben in fraai gestileerde,
gekoelde gebóuwen.
Onder normale omstandighe
den rijden ze in airconditioned
glimmende Mercedessen of luxe
Japanners rond. In feite zijn ze
nog nooit op deze manier aan de
verzengende hitte lootgesteld.
Het zijn de verwende nazaten van
welgestelde families die met rij
kelijk vloeiende oliedollars goed
voor zichzelf en hun kinderen zor
gen.
Dat was ooit anders. Dertig jaar
geleden dwaalden hun grootou
ders met tenten en kamelen pro
bleemloos rond in deze woester-
nij. De lichamelijke omstandig
heden van deze nomaden (be-
doeïnen) waren aangepast aan de
hoge temperaturen. Ze hadden
geen acht liter water of meer per
dag nodig om uitdroging te voor
komen. Bovendien waren het
vechtjassen. Ze werden door de
Britse overheersers niet voor
niets piraten en zeerovers ge
noemd. Vechten en omgaan met
wapens was hen niet vreemd.
Maar door een geografisch toeval
veranderde dat. Olie maakte hen
puissant ryk en gemakzuchtig.
Abdullah Kariem (32), een
schoolhoofd in Dubayy, erkent
dat hij en zijn makkers "terug
moeten" naar de mentaliteit en
fysieke conditie van weleer. Ter
wijl hij even uithijgt van het ren
nen tegen woestijnduinen, zegt
de onderwijzer: "Eeuwenlang
zijn onze voorouders de woestijn
de baas geweest. Onder alle om
standigheden overleefden ze. Wij
zijn verplicht hen na te volgen.
Zeker nu het land in gevaar is".
Wortels
Abdullah kan het niet zeggen in
het bijzijn van zijn superieuren,
maar de overvloed aan geld heeft
de autochtonen van de VAE los
gerukt van de traditionele wortels
in dit deel van de wereld. Hoe de
rijkdom hen perverteerde is goed
te zien voor en in de slaaptenten
van het Al Tawir-kamp; per tent
zijn achttien voortreffelijk ge
veerde bedden aanwezig. Bij elke
groep tenten is een plaats vrijge
maakt waar de recruten hun kost
bare auto's kunnen parkeren. On
der de bedden liggen modieuze
hemden en broeken keurig opge
vouwen. Reebok-sportschoenen
zijn populair zo blijkt na verdere
inspectie van de privé-uitrusting
der vrijwilligers.
Om tegemoet te komen aan het
harde bestaan van de woestijnsol
daat, zijn de tenten van zoveel
mogelijk comfort voorzien. Per
verblijf blazen twee enorme ven
tilatoren een koele bries over de
bedden uit. Ook als de soldaten
buiten aan het excerceren zijn. In
sommige tenten staat zelfs een
koelkast 24 uur op volle toeren te
draaien. Overal is vers, geimpor-
teerd, fruit ruimschoots voorhan
den, evenals frisdrank.
Douche
Het Al Tawir-kamp geeft een
goed beeld van de immense pro
blemen waarmee de Amerikaan
se troepen in Saudi-Arabië op dit
moment te maken hebben. Ook al
zijn ze goed getraind in het vech
ten en overleven in droge gebie
den, aan de hitte, het zand, het
stof en de dorst wen je niet als je
niet van kinds-af aan ermee bent
grootgebracht. Luitenant-kolonel
Mohammed Hassan Falasi van
het VAE-leger vat het als volgt sa
men: "Dit is niet het moment om
oorlog te voeren, dit is een tijd
voor een douche".
TEL AVIV - Toen Washington al
snel na de Iraakse inval in Kuwayt
besloot een troepenmacht naar de
Golf te sturen ging in Jeruzalem een
indianengehuil op. Volgens niet ge
heel betrouwbare bronnen voerden
premier Shamir en minister van de
fensie Arens arm in arm een ronde
dans uit op het bureau van de minis
ter-president, alvorens tijd te ne
men voor een ernstiger analyse van
de situatie. Het resultaat van dat be
raad is dat Israël nu schouderklop
jes ontvangt van de Amerikanen
wegens zijn terughoudendheid.
Militair-strategisch gezien is de
positie van Israël ten opzichte van
Irak nog nooit zo gunstig geweest
als nu. Aan de Iraaks-Saudische
grens en in de Golf bevindt zich de
grootste geallieerde troepenmacht
die sinds het einde van de Tweede
Wereldoorlog is bijeengebracht, uit
gerust met de modernste wapens
die er bestaan. Vrijwel de hele we
reld staat achter het handelsembar
go en een aantal Arabische landen,
waaronder het Israël zeer vijandig
gezinde Syrië, steunt het Westen
met symbolische militaire bijdra
gen.
Het lijkt erop dat Israël ineens
voor een soort luxe keuze staat.
Moet het wachten tot de Amerika
nen en hun bondgenoten met Irak
afrekenen? Of moet het besluiten
tot een verrassingsaanval, in de aan
gename wetenschap dat S'addam
een groot aantal van zijn beste divi
sies en zijn modernste straaljagers
en raketten beschikbaar moet hou
den aan de Saudische grens?
Sinds het begin van dit jaar houdt
Irak serieus rekening met een Israë
lische verrassingsoperatie. Saddam
Hussein heeft zijn bezorgdheid
daarover gedeeld met een aantal
Arabische leiders, onder meer tij
dens de Arabische topconferentie
in Baghdad, een paar maanden ge
leden. Iraks probleem is dat het Is
raël niet alleen aan kan, maar even
min in staat is een gemeenschappe
lijk Arabisch front te vormen.
De Syrische president Hafez al-
Assad is Israël niet minder vijandig
gezind dan Saddam, maar hij voelt
niets voor het bijleggen van zijn ge
schillen met Irak, laat staan voor
een confrontatie van Israël onder
leiding van het regime in Baghdad.
En de leiders van pro-Westerse lan
den als Egypte en Saudi-Arabie
hebben geen zin in een tot misluk
ken gedoemd militair avontuur.
Saddam beschouwt die houding
als verraad aan de Arabische zaak
en als een "samenzwering" (zijn
meest geliefde woord) tegen zijn re
gime. Er bleef hem de afgelopen
maanden maanden weinig anders
over dan waarschuwing op waar
schuwing te stapelen, waarbij hij
dreigde met een vergelding met
chemische wapens in het geval de
Israëlis een aanval zouden lanceren
op Irak of, zei hij naar gelang het uit
kwam, op enig ander Arabisch land.
Atoomwapen
De angst van Irak is niet ongegrond.
Een Israëlische operatie zou in de
eerste plaats gericht zijn tegen nu
cleaire en chemische faciliteiten en
negen iaar geleden heeft Menachem
Begin met de spectaculaire aanval Iraks atoomwapen speelt een be-
op de in aanbouw zijnde reactor bij langrijke rol in de verwezenlijking
Baghdad al laten zien dat Israël des- van Saddams ideologie, die wel is
noods met militaire acties Saddams omschreven als "imperiaal pan-
nucleaire ontwikkelingsprojecten Arabisme": de vereniging van alle
wil afremmen. nationalistische Arabieren onder
De Israëli's
volgen de Golf
crisis zwijgend,
via de krant. De
Iraakse troepen
concentratie
aan de Saudi
sche grens biedt
weliswaar een
gouden kans om
een verrassings
aanval uit te
voeren op nucle
aire installaties
of fabrieken
voor chemische
wapens, maar
daarmee zou de
crisis een zeer
vervelende wen
ding krijgen.
(foto EPA)
het leiderschap van Irak. Daarin is
geen plaats voor reactionaire Arabi
sche regimes als die in de Golfsta
ten en evenmin voor pro-Westerse
landen als Egypte of Marokko.
Saddam Hussein is ervan over
tuigd dat de "Arabische
geneigd zijn de Arabische leider te
omhelzen die militair gesproken
het meest in zijn mars heeft. Het be
zit van een atoomwapen zou hem
van de ene dag op de andere tot de
machtigste staatsman in de Arabi
sche wereld maken. En welke recht
geaarde Arabier zou dan nog zijn
steun geven aan zielepoten als
Egyptes president Moebarak of ko
ning Fahd van Saudi-Arabie?
Met kernwapens kan Saddam
Hussein niet Jeruzalem „bevrij
den". Het gebruik ervan zou niet al
leen Israël verwoesten maar, in ver
geldingsacties, ook Irak en zijn Ara
bische bondgenoten van de kaart
vegen. Een Iraakse atoombom is
voor Saddam dan ook in de eerste
plaats een middel om het aanzien en
de militaire kracht te creëren waar
mee hij een breed Arabisch front
kan opbouwen, uiteraard onder zijn
eigen leiding. Vandaar dat Arabi
sche leiders als het erop aankomt
meer redenen hebben tot bezorgd
heid dan Israël.
Gouden kans
De huidige crisis biedt het Israëli
sche leger een gouden kans voor
een operatie tegen Irak. Althans zo
lijkt het. In werkelijkheid is Sad
dam Hussein wat Israël betreft vei
liger dan hij in het half jaar voor de
crisis ooit is geweest. Irak dankt die
situatie aan de vergaande samen
werking in de Golfcrisis tussen Is
raëli's en Amerikanen. Achter de
schermen uiteraard, want officieel
bemoeit Israël zich nergens mee.
Het Israëlische leger, zo is afge
sproken, zal niet in actie komen
zonder voorafgaand overleg met
Amerika, en het ziet er naar uit dat
de Amerikanen voorlopig geen en
kele behoefte hebben aan Israëlisch
ingrijpen. Het zou hun moeizaam
opgebouwde strategische alliantie
met een aantal Arabische landen in
een klap ongedaan kunnen maken
en bovendien de uiterst welkome
steun voor de boycot door landen
als de Sovjetunie en China in gevaar
brengen.
Israël begrijpt dat het met de lan
cering van een verrassingsaanval
op Iraakse doelen, hoe verleidelijk
ook, zijn strategisch bondgenoot
schap met Amerika en zijn steun in
het Westen zal kwijtraken. En dat is
een prijs die de joodse staat zich
met het oog op de toekomst eenvou
dig niet kan veroorloven.
Rugdekking
Door met de handen over elkaar te
blijven zitten bewijst Israël de geal
lieerde troepenmacht in de Golf een
onschatbare dienst. Amerika's Ara
bische bondgenoten kunnen nu
min of meer naar eer en geweten
verklaren dat de Golfcrisis vol
strekt los staat van het Israëlisch-
Arabische conflict. Tegelijkertijd
biedt Israël de geallieerden nuttige
rugdekking.
Saddam Hussein zal zich wel
tweemaal bedenken voor hij in het
zuidoosten Westerse troepen aan
valt, omdat hij weet dat Israël naar
believen in het westen een tweede
front kan openen. Het is heel goed
mogelijk dat hij alleen al om die re
den in de afgelopen paar weken de
opbouw van de Amerikaanse troe
penmacht in Saudi-Arabie niet
heeft verstoord.