9U vraagt, wij draaien Passief Israël bewijst VS onschatbare dienst Verwende sjeiks leren weer hoe geweer vast te houden DINSDAG 28 AUGUSTUS 1990 GOLFCRISIS GOLFCRISIS GOLFCRISIS GOLFCRISIS PAGINA 9 Clingendael-wetenschappers draven in crisis op voor radio en tv Van correspondent Maurice Wilbrink DEN HAAG - Meneer Siccama, u krijgt vandaag tweeëneen- halve minuut het woord, meldt de adjunct informatieve pro gramma's van Veronica, Bart Soepneel, tijdens de voorberei dingen van de tv-actualiteitenrubriek Nieuwslijn. "Potverdomme," mompelt de wetenschapper beteuterd. En dan wordt de 'wapenbeheersingsdeskundige' eigenlijk nog ge matst. Soepneel heeft een half minuutje extra gesprokkeld ten koste van andere items van deze Nieuwslijn-aflevering die in totaal een half uur duurt. Jan Geert Siccama is een van de schier onuitputtelijke reeks des kundigen die de moed hebben om voor de media ferme meningen over de Golf-crisis ten beste te geven, na dat Kees van Kooten als dr. Clavan afgelopen winter zijn genadeloze satire op dit soort commentatoren had losgelaten. In de door Veronica gestuurde taxi vertelt Siccama, die de vergelij king met dr. Clavan ver van zich werpt ("ik praat niet over dingen waar ik geen verstand van heb"), dat hij sinds de Iraakse inval in het emiraat Kuwayt niet meer aan zijn gewone werk is toegekomen. "Ik heb in die drie weken ongeveer 25 interviews gegeven en zit nu haast iedere avond in een tv-studio. Ver der lees ik kranten, maar mijn on- derzoek ligt stil. Dit moet niet te lang duren". Siccama werkt bij Clingendael, het Nederlands Instituut voor Inter nationale Betrekkingen. Een onaf hankelijk, Haags instituut dat door de universitaire wereld met een mengeling van kritiek en jalouzie wordt bekeken. Clingendael ligt goed bij de media, want het staat al tijd klaar met deskundigen die hun licht willen laten schijnen over een probleem ergens ter wereld. Er zijn wetenschappers die vin den dat Clingendael zich moet be perken tot datgene waar onderzoe kers voor zijn: wetenschap bedrij ven, en zich niet inlaten met allerlei pseudo-journalistieke activiteiten. Maar bij anderen komt het water in de mond als ze zien hoeveel 'expo sure' de Clingendaelers krijgen met hun media-optredens. De man (of vrouw) die met autoriteit over zijn vakgebied praat, daarbij de juiste gebaren maakt en net niet die gepo lijste presentatie heeft van de vaste tv-hoofden, die scoort: wordt snel ler gevraagd voor conferenties, zijn publicaties verkopen beter en, Sic cama geeft het toe, "het is bést leuk op straat te worden herkend". Déja vu Sam Rozemond, adjunct-directeur van het zeer rustiek gelegen Clin gendael en de directe baas van Sic cama, reageerde ruim drie weken geleden alerter op de Iraakse agres sie dan, bij voorbeeld, de Neder landse regering. Terwijl het kabi net, op minister Andriessen na, rus tig op de vakantiebestemmingen bleef alsof we hier te maken hadden met een van de vele regionale, Ara bische conflictjes, mobiliseerde Ro zemond zijn onderzoeksteam. De situatie had ook iets van een déja vu: "Toen vorig jaar de Berlijn- se Muur open ging, maakten we er een gewoonte van dagelijks een kof- fie-overleg te houden. Gewoon, een uurtje met de voeten op tafel brain stormen over de betekenis van de gebeurtenissen in Berlijn. Kennis uitwisselen, nieuwe vragen stellen. En kijken hoe we het beste konden inspelen op het grote beroep dat al die media op ons deden om de toe stand toe te lichten". Sinds begin augustus is het kof- fie-overleg weer in ere hersteld. En Rozemond maakte onmiddellijk ruimte vrij voor zijn medewerkers om vraaggesprekken weg te geven, tv-optredens te verzorgen en kran- te-artikelen te schrijven. Maar het aantal verzoeken van media voor een bijdrage bleek al snel veel te groot. Rozemond: "We kunnen het fysiek niet bijbenen. De regionale radio-omroepen blijken ook een buitenlandrubriek te hebben, maar die staan we alleen maar telefonisch te woord". Verrast De verzameling kennis van de denktank is breed, het aantal spe cialisaties groot: er lopen deskundi gen rond op het gebied van wapen beheersing en krijgskunde, van in ternationale economische betrek kingen, er is een specialist op het terrein van de Verenigde Naties, een Midden-Oosten-kenner, men weet veel van internationaal recht, EG-zaken worden bestudeerd en men beschikt over een Rusland specialist. Toch worden de wetenschappers nogal eens verrast door plotselinge internationale ontwikkelingen. Nie mand voorspelde het gat in de Ber- lijnse Muur. en toen Saddam Hus sein zijn troepen Kuwayt in stuur de, was de enige echte Midden-Oos- ten-onderzoekster, Marianne van Leeuwen, nét op vakantie. De doctors en doctorandi, die er kennen ook grote, historische ge beurtenissen niet altijd te kunnen voorzien, verbazen zich op hun beurt over de naïviteit en de gemak zucht waarmee sommige journalis ten tijdens dit soort perioden van crisis hun vragen stellen. Rozemond: "Toen Irak al lang en breed in Kuwayt zat, kreeg ik nog steeds vragen van journalisten zoals: denkt u dat er oorlog komt? Ik zei dan: meneer, het is al oorlog. Waarop de tweede vraag: dus nu moet het tot een compromis ko men? Dat zijn de verkeerde vragen. De kwestie is op wat voor manier krijgen we Hussein uit Kuwayt. Van compromissen gaan we hele maal niet uit". Tv-persoonlijkheid Op het bureau van Jan Geert Sicca ma, die door zijn optredens voor de Hilversumse media langzaam afste vent op de status van tv-persoon lijkheid, ligt al weken lang een onaf gemaakt manuscript over de veilig heidsrisico's in het toekomstig Eu ropa. "Het moet voor 1 oktober af zijn, want de datum van publicatie ligt vast", zegt Siccama lichtelijk bezorgd. Ook Rozemond ziet het gevaar van het onophoudelijke gedraaf naar televisie-studio's. "Over drie maanden kan ér elders in de wereld weer een brand ontstaan en dan worden wij ook gevraagd om com mentaar. In de Balkan is het insta biel en door heel Afrika lopen kunstmatige landsgrenzen. Stel dat Saddam Hussein goed weg komt uit deze situatie, dan kun je er op reke nen dat andere machthebbers ook eens over hun grenzen heen gaan kijken. Dat betekent dat we ons niet uitsluitend moeten richten op het Midden-Oosten. Een dezer dagen brengen we dus gewoon een boekje uit over democratie in Europa, ook al is er nu even niemand die daar aandacht voor heeft". - De'denktank' van Clingendael vergadert. "Dr. Clavan? Ik praat alleen over dingen waar ik verstand van héb". De kracht van de Clingendael-me- dewerkers zou moeten zijn dat ze analyserend commentaar leveren op onderwerpen als de eenwording van Duitsland of de aspiraties van Saddam Hussein. Maar tot hun niet geringe ergernis zitten media, en dan vooral televisiemakers, daar niet echt op te wachten. Rozemond, enigszins veronge lijkt: "Vorige week werd ik gebeld door een tv-rubriek. We gaan hier voor Clingendael in het gras zitten en ik word geïnterviewd over het Nederlandse besluit om twee fre gatten te sturen naar de Golf. We hebben een hele tijd zitten praten over welke hoofdlijnen van onze buitenlandse politiek hiermee zijn gemoeid. Toen ik later de uitzen ding terug zag. was het hele gedeel te over mijn vakgebied weggelaten! Het enige dat ze hadden meegeno men was mijn oordeel over het han delen van minister Ter Beek van Defensie en mijn antwoord op de vraag: wat gaat er nu gebeuren. Dan voel ik me een tikje misbruikt". Deels gedreven door hun eigen nieuwsgierigheid en door de - voor wetenschappers niet uitzonderlijke - neiging zoveel mogelijk te willen weten, begeven Rozemond, Sicca ma en andere Haagse onderzoekers zich dezer dagen nogal eens op het journalistieke pad. Rozemond: "Wat is bij voorbeeld de calorische waarde van dadels, heb ik me afge vraagd. Irak verbouwt voor de ei gen bevolking onvoldoende voed sel, en kan geen voedsel meer im porteren vanwege het embargo. Als straks de dadels worden geoogst, dan zou dat van belang kunnen zijn voor het Iraakse uithoudingsver mogen". Op weg naar de Veronica-studio be reidt Siccema zich voor op een op treden van enkele minuten. Niet veel voor een wetenschapper die ge wend is in tweehonderd bladzijden genuanceerde en van vele kanten belichte analyses te geven van inge wikkelde zaken. "Ja, het is opper vlakkig en kort, maar je bereikt een groot publiek". Maar heeft die op pervlakkigheid zin? Is oppervlakki ge informatie eigenlijk wel goede informatie? "Ik heb liever een praatprogramma van een half uur. Maar ik denk dat ik ook veel kwijt kan in enkele minuten. Ik weet waar ik over praat, er zitten theoreti sche ideeën achter wat ik zeg. Het is echter ook een kwestie van: U vraagt en wij draaien". In het voorgesprek, een uur voor de uitzending van Nieuwslijn, stel len Siccama, Bart Soepneel en de presentatrice van het programma, Elsemieke Havenga, vast welke vra gen tijdens de uitzending worden behandeld. Aan de orde komt of Is raël zal aanvallen als Amerikaanse actie te lang uitblijft. Siccama: "Israël zal toeslaan als Irak raketten gereed maakt voor een aanval. Daarvoor heeft Irak één tot twee uur nodig en dat geeft Is raël de mogelijkheid om dit gevaar te onderkennen en tegenmaatrege len te nemen." Bart Soepneel vindt dat Siccama daarmee al teveel in detail treedt, er is ten slotte slechts 2,5 minuut ge pland. Dus zal het bij enkele alge menere noties blijven over de posi tie van Israël. Korte vragen, stacca to antwoorden. Even later, Siccama is geschminkt, plakt de weten schapper de bootjes en vliegtuigjes op een kaart in de studio. Zwetend onder de bloedhete studiolampen oefent hij met een aanwijsstokje. Nog even naar toilet - "tuurlijk heb ik last van een beetje plènken- koorts" - en dan de intro van Nieuwslijn. Helaas voor Siccama loopt de reportage van de corres pondent in Israël te lang door, fout je van de redactie. Siccama wijst het bekende Golf-gebied aan, legt hel der, in tien zinnen uit hoe Israël mi litair betrokken kan raken, waarna presentratice op een teken van de regie het gesprek afbreekt, vanwe ge de tijdnood. Siccama is welgeteld anderhalve minuut aan het woord geweest. Trainen in de woestijn. "Dit is niet het moment om oorlog te voeren, dit is een tijd voor een douche". TAWI AWIR - Tussen al die vol wassen mannen in camouflage pakken valt de kleine gestalte van de jongen extra op. De loop van het Belgische FN-geweer (Fal) reikt tot het borstbeen. Mansour is 15 jaar, maar zijn commandant mompelt in het Arabisch dat hij er beter twee jaar bij kan optellen. "Ik ben 17 en wil mijn vader land verdedigen", zegt de recruut uit Dubayy met het petje scheef op het hoofd. Samen met naar schatting 14.000 landgenoten on derwerpt deze scholier zich vrij willig aan een militaire training van zes weken in het nationale le ger van de Verenigde Arabische Emiraten (VAE). Wat Kuwayt is overkomen zal deze federatie van zeven emiraten aan de Perzische Golf niet gebeuren. Tenminste, dat is het streven. In het legerkamp Al Tawir, 25 kilometer ten oosten van Dubayy, doen zo'n 1000 in pelotons ver deelde soldaten tussen de 15 en 40 jaar in het rulle zand daar hun best voor. Bij 42 graden Celsius onderwijst de sergeant 15 recru- ten hoe je een geweer moet vast houden. Hoewel de mannen al vier dagen onder de wapenen zijn, lukt het niet best. De schreeuw bij de oefening klinkt heldhaftig, maar de schiethou- ding lijkt nog nergens op. Blamage Het is voor de gesloten gemeen schap van de VAE heel bijzonder dat buitenlandse journalisten mi litaire activiteiten mogen gade slaan. Vorige week nog was het verboden tv-opnamen in de emi raten te maken. Zelfs een straat beeld van Dubayy of Abu Dhabi was taboe. Maar in navolging van Saudi-Arabië is de persvrijheid nu versoepeld. Uit eigenbelang, dat wel. Het is geen geheim dat het uit 50.000 manschappen opgebouw de leger van de VAE hoofdzake lijk uit buitenlanders bestaat. In woners van Oman, Jordaniërs, Egyptenaren, Pakistanen, maar ook Britten en Fransen zijn in rui me mate betrokken bij de defen sie van het land. Dat voelen de oorspronkelijke bewoners van deze Arabische federatie nu als een blamage. Door een intensieve, op het pa triottisch gevoel werkende, ad vertentiecampagne te voeren, hoopt de regering van de VAE vrijwilligers naar de opleidings kampen in de barre woestijn te lokken. Vijf zonen van de presi dent en Sjeik van Abu Dhabi, Zayed Bin Sultan Al Nahyan, ga ven twee weken geleden het goe de voorbeeld. Volgens het officië le cijfer zouden inmiddels al 30.000 vrijwilligers zich hebben laten registeren. Hardnekkige geruchten in Du bayy, dat ook gastarbeiders in de VAE zich bij het leger kunnen aanmelden -maar liefst 80 procent van de 1,9 miljoen inwoners in de emiraten is een rechteloze buiten lander- worden door de voorlich ter van het minister van informa tie, Abrahim Al Abed, met kracht ontkend. "Het zijn onze jongens", zegt de traditioneel geklede amb tenaar. In de officiersclub van Al Tawir is ook niet achter de waarheid te komen. Kolonel Darwish Achmed, commandant van het opleidingskamp, ontwijkt elke vraag die daarmee te maken heeft. Hij geeft toe dat de VAE "buitenlandse militaire advi seurs" heeft, maar rept met geen woord over de aanwezigheid van Amerikaanse en Franse troepen. Zweet Toch is het een publiek geheim dat de regering in Abu Dhabi geen enkel bezwaar heeft tegen grote buitenlandse^ troepencon centraties in de emiraten. Waar om, is in Al Tawir te zien. De vrij willigers hebben het in dit hete klimaat zichtbaar moeite met het leveren van fysieke inspaningen. Het zweet gutst hen over de rug. Het ijzeren wapen is te heet om aan te pakken. Eelt ontbreekt op de handen van deze mannen, die in het dagelijks leven mooie ba nen hebben in fraai gestileerde, gekoelde gebóuwen. Onder normale omstandighe den rijden ze in airconditioned glimmende Mercedessen of luxe Japanners rond. In feite zijn ze nog nooit op deze manier aan de verzengende hitte lootgesteld. Het zijn de verwende nazaten van welgestelde families die met rij kelijk vloeiende oliedollars goed voor zichzelf en hun kinderen zor gen. Dat was ooit anders. Dertig jaar geleden dwaalden hun grootou ders met tenten en kamelen pro bleemloos rond in deze woester- nij. De lichamelijke omstandig heden van deze nomaden (be- doeïnen) waren aangepast aan de hoge temperaturen. Ze hadden geen acht liter water of meer per dag nodig om uitdroging te voor komen. Bovendien waren het vechtjassen. Ze werden door de Britse overheersers niet voor niets piraten en zeerovers ge noemd. Vechten en omgaan met wapens was hen niet vreemd. Maar door een geografisch toeval veranderde dat. Olie maakte hen puissant ryk en gemakzuchtig. Abdullah Kariem (32), een schoolhoofd in Dubayy, erkent dat hij en zijn makkers "terug moeten" naar de mentaliteit en fysieke conditie van weleer. Ter wijl hij even uithijgt van het ren nen tegen woestijnduinen, zegt de onderwijzer: "Eeuwenlang zijn onze voorouders de woestijn de baas geweest. Onder alle om standigheden overleefden ze. Wij zijn verplicht hen na te volgen. Zeker nu het land in gevaar is". Wortels Abdullah kan het niet zeggen in het bijzijn van zijn superieuren, maar de overvloed aan geld heeft de autochtonen van de VAE los gerukt van de traditionele wortels in dit deel van de wereld. Hoe de rijkdom hen perverteerde is goed te zien voor en in de slaaptenten van het Al Tawir-kamp; per tent zijn achttien voortreffelijk ge veerde bedden aanwezig. Bij elke groep tenten is een plaats vrijge maakt waar de recruten hun kost bare auto's kunnen parkeren. On der de bedden liggen modieuze hemden en broeken keurig opge vouwen. Reebok-sportschoenen zijn populair zo blijkt na verdere inspectie van de privé-uitrusting der vrijwilligers. Om tegemoet te komen aan het harde bestaan van de woestijnsol daat, zijn de tenten van zoveel mogelijk comfort voorzien. Per verblijf blazen twee enorme ven tilatoren een koele bries over de bedden uit. Ook als de soldaten buiten aan het excerceren zijn. In sommige tenten staat zelfs een koelkast 24 uur op volle toeren te draaien. Overal is vers, geimpor- teerd, fruit ruimschoots voorhan den, evenals frisdrank. Douche Het Al Tawir-kamp geeft een goed beeld van de immense pro blemen waarmee de Amerikaan se troepen in Saudi-Arabië op dit moment te maken hebben. Ook al zijn ze goed getraind in het vech ten en overleven in droge gebie den, aan de hitte, het zand, het stof en de dorst wen je niet als je niet van kinds-af aan ermee bent grootgebracht. Luitenant-kolonel Mohammed Hassan Falasi van het VAE-leger vat het als volgt sa men: "Dit is niet het moment om oorlog te voeren, dit is een tijd voor een douche". TEL AVIV - Toen Washington al snel na de Iraakse inval in Kuwayt besloot een troepenmacht naar de Golf te sturen ging in Jeruzalem een indianengehuil op. Volgens niet ge heel betrouwbare bronnen voerden premier Shamir en minister van de fensie Arens arm in arm een ronde dans uit op het bureau van de minis ter-president, alvorens tijd te ne men voor een ernstiger analyse van de situatie. Het resultaat van dat be raad is dat Israël nu schouderklop jes ontvangt van de Amerikanen wegens zijn terughoudendheid. Militair-strategisch gezien is de positie van Israël ten opzichte van Irak nog nooit zo gunstig geweest als nu. Aan de Iraaks-Saudische grens en in de Golf bevindt zich de grootste geallieerde troepenmacht die sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog is bijeengebracht, uit gerust met de modernste wapens die er bestaan. Vrijwel de hele we reld staat achter het handelsembar go en een aantal Arabische landen, waaronder het Israël zeer vijandig gezinde Syrië, steunt het Westen met symbolische militaire bijdra gen. Het lijkt erop dat Israël ineens voor een soort luxe keuze staat. Moet het wachten tot de Amerika nen en hun bondgenoten met Irak afrekenen? Of moet het besluiten tot een verrassingsaanval, in de aan gename wetenschap dat S'addam een groot aantal van zijn beste divi sies en zijn modernste straaljagers en raketten beschikbaar moet hou den aan de Saudische grens? Sinds het begin van dit jaar houdt Irak serieus rekening met een Israë lische verrassingsoperatie. Saddam Hussein heeft zijn bezorgdheid daarover gedeeld met een aantal Arabische leiders, onder meer tij dens de Arabische topconferentie in Baghdad, een paar maanden ge leden. Iraks probleem is dat het Is raël niet alleen aan kan, maar even min in staat is een gemeenschappe lijk Arabisch front te vormen. De Syrische president Hafez al- Assad is Israël niet minder vijandig gezind dan Saddam, maar hij voelt niets voor het bijleggen van zijn ge schillen met Irak, laat staan voor een confrontatie van Israël onder leiding van het regime in Baghdad. En de leiders van pro-Westerse lan den als Egypte en Saudi-Arabie hebben geen zin in een tot misluk ken gedoemd militair avontuur. Saddam beschouwt die houding als verraad aan de Arabische zaak en als een "samenzwering" (zijn meest geliefde woord) tegen zijn re gime. Er bleef hem de afgelopen maanden maanden weinig anders over dan waarschuwing op waar schuwing te stapelen, waarbij hij dreigde met een vergelding met chemische wapens in het geval de Israëlis een aanval zouden lanceren op Irak of, zei hij naar gelang het uit kwam, op enig ander Arabisch land. Atoomwapen De angst van Irak is niet ongegrond. Een Israëlische operatie zou in de eerste plaats gericht zijn tegen nu cleaire en chemische faciliteiten en negen iaar geleden heeft Menachem Begin met de spectaculaire aanval Iraks atoomwapen speelt een be- op de in aanbouw zijnde reactor bij langrijke rol in de verwezenlijking Baghdad al laten zien dat Israël des- van Saddams ideologie, die wel is noods met militaire acties Saddams omschreven als "imperiaal pan- nucleaire ontwikkelingsprojecten Arabisme": de vereniging van alle wil afremmen. nationalistische Arabieren onder De Israëli's volgen de Golf crisis zwijgend, via de krant. De Iraakse troepen concentratie aan de Saudi sche grens biedt weliswaar een gouden kans om een verrassings aanval uit te voeren op nucle aire installaties of fabrieken voor chemische wapens, maar daarmee zou de crisis een zeer vervelende wen ding krijgen. (foto EPA) het leiderschap van Irak. Daarin is geen plaats voor reactionaire Arabi sche regimes als die in de Golfsta ten en evenmin voor pro-Westerse landen als Egypte of Marokko. Saddam Hussein is ervan over tuigd dat de "Arabische geneigd zijn de Arabische leider te omhelzen die militair gesproken het meest in zijn mars heeft. Het be zit van een atoomwapen zou hem van de ene dag op de andere tot de machtigste staatsman in de Arabi sche wereld maken. En welke recht geaarde Arabier zou dan nog zijn steun geven aan zielepoten als Egyptes president Moebarak of ko ning Fahd van Saudi-Arabie? Met kernwapens kan Saddam Hussein niet Jeruzalem „bevrij den". Het gebruik ervan zou niet al leen Israël verwoesten maar, in ver geldingsacties, ook Irak en zijn Ara bische bondgenoten van de kaart vegen. Een Iraakse atoombom is voor Saddam dan ook in de eerste plaats een middel om het aanzien en de militaire kracht te creëren waar mee hij een breed Arabisch front kan opbouwen, uiteraard onder zijn eigen leiding. Vandaar dat Arabi sche leiders als het erop aankomt meer redenen hebben tot bezorgd heid dan Israël. Gouden kans De huidige crisis biedt het Israëli sche leger een gouden kans voor een operatie tegen Irak. Althans zo lijkt het. In werkelijkheid is Sad dam Hussein wat Israël betreft vei liger dan hij in het half jaar voor de crisis ooit is geweest. Irak dankt die situatie aan de vergaande samen werking in de Golfcrisis tussen Is raëli's en Amerikanen. Achter de schermen uiteraard, want officieel bemoeit Israël zich nergens mee. Het Israëlische leger, zo is afge sproken, zal niet in actie komen zonder voorafgaand overleg met Amerika, en het ziet er naar uit dat de Amerikanen voorlopig geen en kele behoefte hebben aan Israëlisch ingrijpen. Het zou hun moeizaam opgebouwde strategische alliantie met een aantal Arabische landen in een klap ongedaan kunnen maken en bovendien de uiterst welkome steun voor de boycot door landen als de Sovjetunie en China in gevaar brengen. Israël begrijpt dat het met de lan cering van een verrassingsaanval op Iraakse doelen, hoe verleidelijk ook, zijn strategisch bondgenoot schap met Amerika en zijn steun in het Westen zal kwijtraken. En dat is een prijs die de joodse staat zich met het oog op de toekomst eenvou dig niet kan veroorloven. Rugdekking Door met de handen over elkaar te blijven zitten bewijst Israël de geal lieerde troepenmacht in de Golf een onschatbare dienst. Amerika's Ara bische bondgenoten kunnen nu min of meer naar eer en geweten verklaren dat de Golfcrisis vol strekt los staat van het Israëlisch- Arabische conflict. Tegelijkertijd biedt Israël de geallieerden nuttige rugdekking. Saddam Hussein zal zich wel tweemaal bedenken voor hij in het zuidoosten Westerse troepen aan valt, omdat hij weet dat Israël naar believen in het westen een tweede front kan openen. Het is heel goed mogelijk dat hij alleen al om die re den in de afgelopen paar weken de opbouw van de Amerikaanse troe penmacht in Saudi-Arabie niet heeft verstoord.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 9