'Hulp regio-gemeenten nodig'
DE TIJD,
VAN TOEN
'Natuur Meijendel alleen
te redden bij volledig
afsluiting autoverkeer'
'HOND TE HEBBEN!: ONBEDWINGBARE BEGEERTE
Politietocht
definitief
Leidse wethouder Walenkamp ziet bedrijfsterreinen vol raken
van de baan
MAANDAG 13 AUGUSTUS 1990
LEIDEN/WASSENAAR - De duin
vallei Meijendel tussen Wassenaar
en Den Haag moet worden afgeslo
ten voor autoverkeer. Alleen op die
manier kan de natuur daar behou
den blijven. De afsluiting hoeft niet
ten koste te gaan van de recreatie
mogelijkheden rond dit gebied. De
toestroom van dagjesmensen kan
vrij eenvoudig worden verplaatst
naar plekken buiten dit duinterrein.
Dit schrijft de Stichting Duinbe
houd uit Leiden in het rapport
'Meijendel, een duingebied met toe
komst'.
Meijendel, volgens de Leidse
milieu-organisatie een unieke duin
vallei, blijkt steeds meer in trek als
recreatiegebied. Door het grote aan
tal bezoekers dreigt het terrein ech
ter te verworden tot een pretpark.
Dat heeft niet alleen gevolgen voor
de natuur. Ook de verschillende
groepen recreanten zelf - fietsers,
voetgangers en paardrijders - rijden
elkaar steeds vaker in de wielen.
De belangrijkste oorzaak van het
probleem is de gemakkelijke toe
gang tot het gebied. Via de Meijen-
delse weg kunnen automobilisten
direct tot in het hart van het duinge
bied rijden. Op drukke dagen staan
op deze weg trouwens lange rijen
auto's, iets wat de rust op deze
plaats ook niet bepaald ten goede
komt. Om daaraan een einde te ma
ken stelt Duinbehoud in haar rap
port voor de Meijendelse weg af te
sluiten voor alle autoverkeer. De
parkeerplaatsen in Meijendel moe
ten worden verplaatst naar De Kuil
en Groenendaal, twee terreinen ten
oosten van de vallei.
Vanaf deze twee parkeerterreinen
is het ongeveer 20 minuten lopen
naar Meijendel. Een afstand die
voor de meeste bezoekers geen on
overbrugbaar probleem zal zijn,
meent Duinbehoud. Voor de men
sen die het toch te ver vinden, zou
den eventueel tijdens hoogtijdagen
enkele pendelbusjes kunnen wor
den ingezet.
Een flink aantal 'wilde paden' in
Meijdendel moet volgens de stich
ting worden opgeheven en een be
langrijk deel van de recreatie dient
te worden verplaatst naar de gebie
den Roggewoning en Groenedaal.
Dan moeten wel enkele van de
sportvelden die daar liggen worden
opgeheven. Dat hoeft geen pro
bleem op te leveren, stelt Duinbe
houd, aangezien een aantal van die
velden nu te weinig wordt gebruikt.
De stichting pleit in haar rapport -
waarvoor de provincie vorig jaar
14.000 gulden beschikbaar heeft ge
steld - er ook voor om het fiets- en
wandelpad tussen Den Haag en
Katwijk te splitsen in twee geschei
den paden. Op die manier kan wor
den voorkomen dat de twee groe
pen weggebruikers elkaar nog lan
ger hinderen. Langs enkele andere
wegen zouden voorts nieuwe fiets
paden moeten worden aangelegd,
of paden moeten worden verbeterd.
De honden moeten uiterlijk 1995
volledig uit Meijendel verdwijnen.
De duinvallei wordt nu vaak ge
bruikt als 'uitlaat-terrein'. Het van
nature voedselarme gebied wordt
daardoor vervuild met zo'n 10.000
kilo hondepoep per jaar. Een 'hon
denverbod' is echter pas mogelijk
als mensen naar elders kunnen uit
wijken met hun huisdier, en daar
voor zijn op dit moment te weinig
mogelijkheden. Vandaar ook de op
roep om die voor 1995 te verwezen
lijken. Om toch al iets aan de over
last te doen, moeten honde-eigena-
ren worden verplicht hun dieren
aan te lijnen en de uitwerpselen op
Gierlucht in groot
deel Zuid- Holland
DEN HAAG/ROTTERDAM/RE
GIO (ANP) - De Dienst Centraal
Milieubeheer Rijnmond heeft in het
weekeinde in totaal ongeveer 200
klachten binnengekregen over
stankoverlast. Een onderzoek naar
de oorzaak van de klachten heeft
niets opgeleverd. Bewoners in een
groot deel vnan Zuid-Holland
klaagden over een gierlucht.
De zaterdag afgekondigde stank
code 2 om de stankoverlast te be
perken, is tot en met vandaag van
kracht gebleven. Bij stankcode 2
wordt van bedrijven verwacht dat
zij stankhoudende produkten niet
verladen of overpompen, terwijl
ook het schoonmaken van installa
ties moet worden uigesteld.
In de provincies Zuid-Holland,
Zeeland, Brabant en Limburg is een
voorwaarschuwing van kracht in
verband met de luchtverontreini
ging.
Aanbod onverwerkbaar chemisch
afval bij AYR rijst de pan uit
ROTTERDAM - Het bedrijfsleven
produceert zoveel onverwerkbaar
chemisch afval dat de Afvalverwer
king Rijnmond, die voor de stort er
van een speciaal depot heeft, waar
schijnlijk al over twëe jaar 'nee'
moet verkopen. Bij het ingebruik-
nemen van het depot begin dit jaar
dacht men de eerstkomende 10 jaar
uit de zorgen te zijn.
Bij de voorbereiding van de plan
nen voor een depot voor niet ver-
brandbaar chemisch afval is des
tijds wellicht teveel gekeken naar
de economische situatie van toen.
Volgens de AVR trekt de
sneller aan dan was verwacht met
als gevolg dat er ook meer afval
wordt geproduceerd. De totale ca
paciteit voor stort van chemisch af
val is 230.000 ton. Men verwacht al
leen dit jaar al een aanvoer van on
geveer 75.000 ton.
"Wij zullen op korte termijn be
zien of het grote aanbod incidenteel
is omdat bedrijven in afwachting
van deze stortplaats grote hoeveel
heden chemisch afval hadden opge
spaard of dat er een groeiend struc
tureel aanbod is", aldus AVR-
woordvoerder L. Chevalier. In het
laatste geval zal de AVR met minis
ter Alders (milieubeheer) gaan pra-
Oproepkrachten bij
Zandvoortse politie
ZANDVOORT - De Zandvoortse
politie huurt tijdens hoogtijdagen
bij wijze van proef politiemensen
van andere korpsen in als oproep
kracht. Het korps doet dit omdat de
eigen mensen op drukke dagen het
werk niet meer aankunnen. Vol
gens de Zandvoortse korpschef
H.J.A. Menkhorst hebben politie
mensen veel belangstelling voor dit
'zomerbaantje'. "Velen willen een
centje bijverdienen. Op deze ma
nier kan dat".
De Algemeen Christelijke Politie
bond (ACP) heeft bij het ministerie
van binnenlandse zaken inmiddels
geprotesteerd tegen de Zandvoort
se proef. Volgens de bond leidt het
experiment via een omweg tot een
verlenging van de arbeidsduur, ter
wijl er juist wordt geprobeerd de
werktijd te verkorten.
De Noordwijkse en Wassenaarse
korpsen - die in de zomer ook niet
direct om werk verlegen zitten - zijn
niet van plan het Zandvoortse expe
riment over te nemen. "We wachten
toch maar liever op de komst van
het regio-korps, in de hoop dat daar
uit extra mensen kunnen worden
vrijgemaakt", aldus een woordvoer
der van de Noordwijkse politie. Dit
korps lost de werkdruk voorlopig
op een andere manier op. "We stel
len prioriteiten. Als mensen voor
kleinere zaken bellen, zoals geluid-
overlast, dan verkopen we noodge
dwongen een enkele keer 'nee'. Dat
leidt soms tot woedende reacties
maar, helaas, we kunnen niet an
ders".
ten om sneller plannen te ontwikke
len voor een tweede opslagplaats.
Er is ook een groeiend aanbod
van het chemisch afval dat wèl ver-
brandbaar is. Deze week wordt bij
de AVR de eerste paal geslagen
voor een derde verbrandingsoven
voor verwerkbaar chemisch afval,
die in de loop van 1992 in gebruik
wordt gènomen. Het zou volgens de
AVR kunnen dat ook deze capaci
teitsuitbreiding onvoldoende is om
het groeiende aanbod van chemica
liën te verwerken. Als blijkt dat ook
de derde oven nog onvoldoende is,
vindt de AVR dat bekeken moet
worden of een vierde oven ge
bouwd moet worden.
Honderd jaar geleden stond in
de krant:
De terechtstelling van den
moordenaar Kemmler door elec-
triciteit te Nieuw-York is volko
men mislukt. In plaats dat het
lijden van den ter dood veroor
deelden misdadiger werd ver
kort, is gebleken dat het tegen
deel het geval was. De eerste
schok, welke 15 seconden duur
de, was geweldig, maar doodde
hem niet. Na eenige minuten
werd een tweede schok gegeven,
en toen nog een, die vier minuten
aanhield en eerst toen bezweek
de man. De openbare meening in
Amerika is zeer verontwaar
digd over de terechtstelling,
zoodat dergelijke tooneelen wel
niet herhaald zullen worden.
Vermoedelijk zal deze eerste te
rechtstelling door electriciteit
wel de laatste zijn, wélke ver
richt zal worden.
De werkstaking der slagers te
Rome is geëindigd. Toen de stad
begon met zelve vleeschwinkels
te openen, gaven de gezellen ter
stond toe en hervatten op de ge
wone voorwaarden den arbeid.
Vijfentwintig jaar geleden:
Maandag gaat de werktijds
verkorting voor het winkelperso
neel officieel in: 45-urige
werkweken, en behalve de feest
dagen 50 vrije dagen per jaar
(van mei tot mei). Van die vrije
dagen moeten er ten minste 7 op
zaterdag en 13 op maandag val
len.
Dr. J.J. van Rood, als weten
schappelijk hoofdambtenaar A
gedetacheerd bij de Bloedbank
in Leiden, is benoemd tot lector
in Leiden in de faculteit der
geenskunde om onderwijs te ge
ven in de immunohaematologie.
"Ministers willen ook wel eens
met hun gezin op stap en daar
voor is augustus de geschiktste
maand. Dan valt er niet zo erg
veel te regeren". Dit heeft pre
mier Cals geantwoord op vra
gen van het Kamerlid Van der
Spek (PSP), die onlangs had ge
constateerd dat negen van de
veertien ministers tegelijk met
vakantie waren gegaan.
Leidse hoogleraren
lid van Akademie
van Wetenschappen
LEIDEN Twee Leidse hooglera
ren, prof.dr. W.P. Blockmans en
prof.dr. H. Daalder, zijn benoemd
tot lid van de Koninklijke Neder
landse Akademie van Wetenschap
pen. Blockmans is hoogleraar mid
deleeuwse geschiedenis. Daalder
politieke wetenschap. Beiden zijn
verbonden aan de faculteit letter
kunde.
In totaal heeft de KNAW zestien
nieuwe leden benoemd: tien voor
de afdeling natuurkunde, zes voor
de afdeling letterkunde. De benoe
mingen zijn onlangs bij Koninklijk
Besluit bekrachtigd.
Bovendien werden drie Neder
landse wetenschappers die in het
buitenland werken, tot correspon
dent van de Akademie benoemd.
De correspondenten zijn: prof.dr.
P.J. Crutzen '(Duitsland), prof.dr.
P.P.C. Haanappel (Zwitserland) en
dr. J.M.H. Levelt Sengers (Ameri
ka).
De in totaal 180 leden van de Aka
demie zijn vooraanstaande geleer
den, die afkomstig zijn uit alle ter
reinen van de Nederlandse weten
schap. De leden zijn verdeeld over
twee afdelingen: één voor natuur-
en levenswetenschappen en één
voor geestes-, maatschappij- en ge
dragswetenschappen.
De taken van de Akademie zijn:
het adviseren van de regering over
ontwikkelingen in de wetenschap,
het bevorderen van de nationale en
internationale samenwerking op
wetenschappelijk gebied en het be
heren van een aantal onderzoekin
stituten met in totaal rond de dui
dend medewerkers.
Wethouder Walenkamp - biosciencepark uitbreiden op Oegstgeests grondgebied?
Nieuwe sponsor haakt af
LEIDEN Het sprankje hoop
dat 1250 politiemensen vrijdag
nog hadden, is in rook opgege-
gaan: met een mogelijk seri
euze sponsor, die zich op het
laatste moment aandiende,
kon geen overeenstemming
worden bereikt. Gevolg: er is
te weinig geld om de fietstocht
tegen drugs, die de agenten in
Amerika wilden rijden, door
te laten gaan. De toer is defini
tief afgeblazen. Nagegaan
wordt of zij op een later tijd
stip alsnog kan worden verre
den.
Het geld dat de politiemen
sen inmiddels al in de reis- en
verblijfskosten had gestoken,
zijn ze zo goed als zeker kwijt.
Voorzitter Ton Rutting van de
International Police Associa
tion (IPA) vertelde vanmorgen
dat nu wordt bekeken wat er
nog kan worden teruggevor
derd. Veel hoop kon hij de ge
dupeerde agenten niet geven.
"We blijven met een kater ach
ter", zegt hij.
Van onze redacteur
Wim Wegman
LEIDEN - "We hebben nu
goed zicht op de mogelijkhe
den van de verschillende be
drijfsterreinen in de regio.
Duidelijk is nu ook voor wel
ke keuzes we komen te staan
als we een bepaalde richting
uit willen met de regionale
economie. Welke richting
dat wordt is echter nog niet
te zeggen. Er spelen zo veel
dingen mee. En wat doen de
andere gemeenten in de re
gio? Want zonder hen begin
nen we niet zo veel".
Aldus reageert de Leidse wethou
der voor economische zaken Walen
kamp op een rapport van het Nij
meegse bureau Buck Consultants.
Dat maakte onlangs duidelijk dat
de regio Leiden, als het economisch
flink aan de weg wil timmeren, bin
nen afzienbare tijd door zijn be
drijfsterreinen heen is. Wil het daar
na de normale groei kunnen opvan
gen, dan zullen de gemeenten zo'n
10 tot 35 hectare aan nieuwe terrei
nen moeten aanleggen. Werven ze
actief nieuwe bedrijven, dan zal er
minimaal 15 tot 42 hectare aan nieu
we bedrijfsgrond moeten bijkomen.
Volgens Buck is verder tenminste
één, 15 hectare groot terrein langs
de snelweg nodig om hoogwaardige
ondernemingen een plaats te kun
nen bieden.
Waar al dit fraais moet komen,
zegt het Nijmeegse bureau er niet
bij. Maar zeker bij de laatste wens
van Buck, dringt de gedachte aan
de Oostvlietpolder zich op: een ter
rein dat enkele jaren geleden nog
absoluut groen moest blijven maar
waar inmiddels - behalve de econo
men - ook de volkshuisvesters hun
oog op hebben laten vallen.
Groen houden
Of de Oostvlietpolder nu snel bij de
bebouwde kom wordt gevoegd,
daarover wil Walenkamp geen al te
nadrukkelijke uitspraken doen.
"De discussie over de Oostvlietpol
der moet nog worden gevoerd. Je
zult mij daarbij niet direct horen
pleiten voor louter een bedrijfsbg-
stemming. Het zou natuurlijk mooi
zijn als het volledig kan worden ge
bruikt voor het bedrijfsleven. Maar
ja, er moet in Leiden ook een groot
aantal woningen worden gebouwd.
En het groen houden van de polder
is voor mij ook nog steeds een reële
optie".
"We moeten trouwens eerst maar
eens een milieu-effectenrapportage
op dit terrein loslaten. Ik heb daar
voortdurend voor gepleit toen ik
nog raadslid was. Het zou wat raar
zijn als ik nu, nu ik aan de andere
kant van de tafel zit, opeens zou zeg
gen: Kom, laat die MER maar zit
ten".
Het is voor Walenkamp trouwens
nog helemaal geen uitgemaakte
zaak hoeveel bedrijfsterrein er nu
precies nodig is. "Buck schetst twee
modellen: één waarbij slechts de
normale groei wordt opgevangen
en één wanneer er actief bedrijven
worden geworven. Volgens mij ligt
het toch iets gecompliceerder dan
alleen die twee keuzes. Voor Room
burg en het biosciencepark werven
we nu al heel actief. We laten echter
niet alle bedrijven op die twee ter
reinen toe. Zeker niet bij het scien-
cepark. Ik kan me, kortom, een situ
atie voorstellen waarbij we aan de
ene kant flink de boer opgaan maar
aan de andere toch met een betrek
kelijk geringe hoeveelheid bedrijfs
terrein kunnen volstaan", stelt
Walenkamp.
Oegstgeest
Het sciencepark komt in het rap
port van Buck naar voren als één
van de succesvolle, zo niet succes
volste, terreinen in de regio. De
Leidse wethouder overweegt dan
ook binnenkort met de gemeente
Oegstgeest te praten over een uit
breiding van het park. "In de eerste
plannen was er al sprake van om ten
westen van de rijksweg 44, op het
grondgebied van Oegstgeest, een
deel van het sciencepark aan te leg
gen. "We zijn nu op het Leidse
grondgebied begonnen. Dit terrein
is echter al gauw vol en het zou zon
de zijn als we dit plan, dat goed is
aangeslagen, niet kunnen voortzet
ten. Of we inderdaad in Oegstgeest
uitbreiden, moet worden afge
wacht. Want wat wil Oegstgeest met
zijn groen?"
Walenkamp begint dit najaar ook
met de overige gemeentebesturen
een gesprek over de toekomst van
de regionale economie. "Uiteinde
lijk moet dat uitmonden in een plan
dat, hopelijk, door iedereen wordt
gedragen. In dat plan zullen we ook
aangeven of, en waar, er nieuwe be
drijfsterreinen komen".
'Is een jongmensch bij den Rector
Magnificus ingeschreven, is de
lang gewenschte dag voorbij
waarop hij voor het Collegium
Supremum verschijnt; is hij Stu
dent; - dan ontwaakt in hem de
begeerte om een grooten, fermen
hond te bezitten; en deze neemt
zoo sterk toe, dat hij er coüte que
coüte zoo spoedig mogelijk een
koopt'. Zo begint een student-au
teur in de Almanak van 1848 zijn
inzending. En hij had gelijk, een
van de eerste dingen die sommige
negentiende eeuwse studenten
deden na te zijn ingeschreven,
was op zaterdag naar de honden-
markt gaan.
Maar ook in ander opzicht zal
deze anonieme auteur gelijk heb
ben gekregen: het houden van
een hond was misschien leuk in
die eerste weken of maanden van
relatieve eenzaamheid en onwen
nigheid in de universiteitsstad,
maar na een tijdje nam dat gevoel
van verloren zijn af en werd de
hond van grootste vriend grootste
lastpak. Hoe vaak niet brengt het
beest zijn kamer in het ongerede
en zijn hospita tot wanhoop, of
verraadt het een bezoek van zijn
eigenaar aan de pandjesbaas of
diens vaste gang niet zozeer ter
college maar naar de Sociëteit. En
hoe vaak niet heeft een eigenaar
de allergrootste onzin beweert op
vragen tijdens een college als hij
zijn hond buiten hoorde huilen of
tegen de deur van het collegelo
kaal hoorde springen? Nee, voor
de schrijver uit 1848 is het geen
pretje om de baas van Zampa te
zijn.
'Een hond, Meneer!'
Zijn collega uit de Almanak van
1856 is het roerend met hem eens.
De moeite die hij niet heeft gehad
het beest bij zijn hospita binnen
te smokkelen: 'Een hond, Me-
mer willen hebben. Ik ben een fe-
soenlijk mensch, Meheer.
Honden en meisjes wil ik nooit op
mijne kamers hebben'.
Het lukt de student het beestje
binnen te krijgen maar ook hier
gebeurt het onvermijdelijke: de
student wordt uithuizig en Net ar
me beest blijft thuis. Of als het
dier wel naar buiten mag 'is het u
onverschillig of hij u volgt of di
rect een anderen weg neemt; gij
blijft tot laat in den nacht uit, en
uw hond moet in de koude nacht
lucht door regen en wind rond
zwerven of op uwen stoep gaan
liggen en uwe thuiskomst af
wachten'.
Pas wanneer de student na een
jaar of wat flierefluiten echt moet
gaan studeren, 'wanneer de jurist
ingewijd wordt in de geheimen
van den Novellen-schrijver Justi-
nianus, de theologant bekend
wordt gemaakt van de Triniteits-
leer, de medicus zijn praeparaten
krijgt, de literator conjecturen
slaat en de filosoof vice-praeses
is', pas dan krijgt ook de hond
weer een menswaardig bestaan.
Het aardige is dat de geest der
tijden zich ook laat aflezen uit het
studentikoos hondenbezit. Se
dert de jaren zeventig van de ne
gentiende eeuw raakte de Leidse
studentenbevolking meer en
meer verdeeld over wat toen de
sociale kwestie heette. De vraag
onder de studenten was om zich
wel of niet met politiek moest in
laten, of men zich wel of niet het
harde lot van de arbeider en meer
nog, van de werkeloze moest aan
trekken. De Almanak van 1873
brengt een roerend verhaal van
de hond Quick, die moeders
mooiste niet is en vroeger ook Fi
del heette. Maar toen was hij in
het bezit van een arbeidersgezin,
woonachtig in een zijsteeg van de
Hogewoerd. Terugkomend van
lLEIDSE
KRONIEK OVER
MENSEN EN
GEDANE ZAKEN
neer'' roept de slimme juffrouw zijn repetitor had een student op
uit, die nu zeer goed begrijpt waar een avond een gekijf gehoord tus-
gij henen wilt, met geveinsde ver
bazing: 'wel gusjemie; ik zou
er van zen leven geen op mijn ka-
bij de laatste met overslaande
stem dreigde het mormel in de
gracht te gooien. Halverwege dit
voornemen trad de student tus
senbeide en na wat geharrewar
kocht hij het dier voor een gul
den. Hij herdoopte hem 'Quick'
en een eeuwige vriendschap was
geboren. De hartelijke relaties die
eruit voortvloeiden met de kinde
ren van het kijvende echtpaar
hoort geheel en al bij het zoetelijk
besef dat toentertijd in bepaalde
kringen heerste met betrekking
tot de mate waarin de lagere klas
sen voor verbetering vatbaar wa-
Den vuigen laster...
Het laatste hondenverhaal uit een
negentiende eeuwse almanak
toont de andere kant van de me
daille, de kant waarop de Leidse
bevolking en vooral de lagere so
ciale lagen als vijanden staan te
genover de studenten: de ploer
ten tegenover de spoelhonden.
Spoelhonden en gewone honden
waren hier bondgenoten in de
klassestrijd. Jack, de studenten
hond spreekt: 'ik heb getrild van
verontwaardiging bij het horen
van den vuigen laster, dien de ge
mene Leidsche proletariër uit
strooide over de jongelui, die in
alles zover boven hem staan; ik
ben hem, de ellendeling, aange
vlogen, heb hem voor altijd willen
brandmerken...' De uitkomst
voor het verhaal voor Jack is al
dus: 'En zie ik een Leidenaar met
klompen en witte broek dan
versmacht ik van machteloze
woede. Weet ge waarom? Omdat
ik studentenhond ben en om mijn
haatdragend karakter voortaan
een muilkorf moet dragen'.
De verhouding van studenten
en studentenhonden was er aan
vankelijk een van alle tijden: de
grootste vriendschappen werden
afgewisseld met scènes die wij
ook nu nog in de dagbladen tegen
de vakantietijd in de krant zien:
een hond achtergelaten en aan
een boom geketend. Maar door de
verscherping van de tegenstellin
gen tussen studenten en burgers
in de tweede helft van de negen
tiende eeuw kreeg de studenten
hond er een rol bij, die van vrede
stichter of juist omgekeerd, van
instrument in de strijd. De niet
betrokken honden huilden in het
hondehok buiten de sociëteit Mi
nerva. WILLEM OTTERSPEER
Het interieur van Sociëteit Minerva, 1829-1830. Tussen de drinkende
studenten -heel uitzonderlijk- ook een hond. De viervoeters mochten ei
genlijk niet binnen, maar moesten buiten de sociëteitsruimte in daar
voor speciaal getimmerde hokken op hun bazen wachten.