Helmut Kohl, de gelukskanselier Van burgermannetje tot staatsman van allure ZATERDAG 28 JUL11990 Hf V W V ffl A PAGINA 19 F.XTRA A BIJLAGE VAN HET LEIDSCH/ALPHENS DAGBLAD zen opende. Het geluk dat het com munistische regime in Oost-Duits- land werd gevloerd, zodat Kohl nu de kans heeft de eerste kanselier van een verenigd Duitsland te worden. Het 'geluk' dat de Sovjetunie thans zit te springen om buitenlands kapitaal en daarom bereid is tot allerlei conses- sies. Analoog aan het Duitse volksver haal van Hans im Glück spreekt men in Duitsland momenteel dan ook van Helmut im Glück. 'Kleinzoon' Kohl heeft altijd de 'kleinzoon van Adenauer' willen zijn. In de voetspo ren van de eerste bondskanselier van na de Tweede Wereldoorlog wilde Ko hl de aansluiting van Duitsland aan het Westen vasttimmeren. Sinds kort lijkt hij nog meer de voorkeur te ge ven aan de rol van de 'achterklein zoon van Bismarck'. Kohl wil nu vooral herinnerd worden als de twee de kanselier in de geschiedenis die de eenheid van Duitsland op zijn naam bracht. Zij het dat hij dat, zo gebiedt de eerlijkheid te zeggen, min of meer in samenspraak met zijn buurlanden in Oost en West doet en in elk geval niet met het zwaard in de hand. Tegen deze achtergrond vindt hij alles wat hij bij en na de val de Muur heeft beleefd een "historisch uur", een "historisch moment", een "histo risch ogenblik" dan wel een "histori sche ontmoeting". Hij is onvermoei baar, soms op het pijnlijke af, bezig "de geschiedenis van de Duitsers", zoals hij zelf zegt, "terug te winnen". Nadat hij tijdens zijn bezoek aan Polen premier Tadeusz Mazowiecki tegen alle afspraken in in een knellen de omarming had genomen, zei Kohl prompt: "Wij hebben de geschiedenis gevoeld. Ze was hier, precies op dit plein in het hart van Europa". En dat de geschiedenis zo zijn eigen gang gaat, vertolkte Kohl na afloop van zijn bezoek aan Gorbatsjov in de Kau- kasus aldus: "De Rijn, de Theems en de Seine stromen. Dat kan niemand tegenhouden". Omdat er in het afgelopen halve jaar bijna iedere week wel weer een nieuwe historische mijlpaal werd ge passeerd, kon het ook niet uitblijven dat Kohl het eens beroemde woord van Otto von Bismarck tot het zijne maakte, waarin sprake is van de 'man tel der geschiedenis die kan langsvlie- gen', waarvan men op het juiste mo ment een 'tipje moet beroeren'. Soevereiniteit In de Kaukasus heeft Kohl die 'man tel' ongetwijfeld zien langskomen. Maar voor het eerst in zijn lange poli tieke loopbaan liet hij zich er na af loop niet protserig op voorstaan. Ken nelijk zelf ook overtuigd geraakt van het 'geluk' dat hem ten deel is geval len, zei hij op de terugvlucht van de Sovjetunie naar de Bondsrepubliek, nippend aan een glas sekt, in alle be scheidenheid: "Ich hatte halt Fortu- scheidenheid: "Ich hatte halt Fortu ne". Ik had gewoon geluk. Kohl inderdaad "een van de gelukkig ste uren van mijn leven" beleefde, toen Gorbatsjov hem de Duitse soeve reiniteit als het ware op een presen teerblaadje aanbood. Kohl kreeg er een gevoel van "alsof je bergen kunt verzetten". En zelfs op de uitspraken van de inmiddels ontslagen Brit se minister van Handel en Transport Nicholas Ridley over de zijns insziens stuitende karaktertrekken van de Duitsers, reageerde Kohl voor het eerst gelaten en zelfs met enige zelf kennis. Kohl had in 1986 een zware aanva ring met Sovjetleider Gorbatsjov, die hij "een moderne communist" noem de die "verstand heeft van public rela tions, zoals ook Goebbels een expert was in public relations". De kanselier, vier jaar later: "U weet dat ook wij Duitsers ikzelf incluis niet altijd even voorzichtig spreken. Ik hoef u maar te herinneren aan het onder werp Gorbatsjov en dan denk ik dat we niet te hard over Ridley moeten oordelen". Dat mag allemaal als een opluch ting worden ervaren, daarmee is nog steeds niet gezegd dat Kohl nu inder daad tot 'staatsman' is uitgegroeid. In 'Helmut Kohl in de spiegel van zijn macht' haalt één van de auteurs de Westduitse politicoloog Johannes Gross aan, die zegt dat de echte 'gro ten' in de politiek altijd mensen wa ren die vanuit zichzelf iets in bewe ging konden zetten en vooral zelfstan dige denkers waren. Gross: "Wie al leen maar een plaats heeft in de poli tieke geschiedenis, is nog geen groot politicus geweest". Hans-Dietrich Genscher, die er al lang genoeg van heeft de scherven achter Kohl op te ruimen, heeft de bondskanselier op eigen scherpzinni ge wijze naar zijn ware plaats verwe zen. Kort na het omstreden bezoek van Kohl aan Polen bezocht Gen scher de Amerikaanse president Ge orge Bush. Op het gazon voor het Wit te Huis trok Genscher zijn regenjas aan en merkte hoorbaar voor alle microfoons op: "Hier ziet u de man tel der geschiedenis. Velen beroeren hem maar een ogenblik. Ik draag hem". doorAly Knol Tot voor kort werden de woorden en daden van Helmut Kohl in de Bondsrepubliek afwisselend met milde spot en hoon becommentarieerd. Eind 1982 trad de CDU-politicus aan als bondskanselier. En daarmee greep hij veel te hoog, vond menigeen. De kleinburgelijkheid in eigen persoon als opvolger van wereldburgers als Konrad Adenauer, Willy Brandt en Helmut Schmidt. Een op en top provinciaal die slechts figuurlijk een groot man was. Intussen wordt Kohl anders bekeken. Zelfs zijn grootste tegenstanders zijn 'om' gegaan en zien hem nu als een 'staatsman' van allure. Nu al staat vast dat Kohl de geschiedenis in zal gaan als de man die na de sloop van de Muur de Duitslanden herenigde. Hoe iemand binnen een half jaar werd opgewaardeerd van sprakeloze kletser tot Wunderkohl'. populariteit van deze of gene stap. Zich weinig storend aan 'ideologie', zelfs niet die van eigen christendemo cratische partij, heeft hij zo zijn poli- tiek-tactische vermogen steeds ver der ontwikkeld. De 'mens' is Kohl altijd al nader ge weest dan de theorie. Liever refereer de hij aan ene voor de rest van de we reld volslagen onbekende 'deken Fink uit Ludwigshafen', die hem ooit had bijgebracht dat in de politiek bij na alles geoorloofd was als het met de financiën maar goed zat. In zijn vette, enigszins slissende tongval van de Pfalz pleegt hij liever te zeggen dat iets "de natuurlijkste zaak van de wereld is" of dat iets an ders "natuurlijk vanzelfsprekend is" dan dat hij op analyserende wijze op politieke probleemstellingen ingaat. Hoewel afgestudeerd historicus houdt Kohl meer van biografieën van In Bonn hebben ze het er dagen later nog over: dat de voorzitter van de an ders zo koele en afstandelijke Bun- desjpressekonferenz de bondskanse lier "hartelijk feliciteerde met het suc ces" van zijn ontmoeting met Sovjet leider Michaïl Gorbatsjov in de Kau kasus. Dat was nog niet eerder ge beurd, bij geen van Helmut Kohls toch waarlijk niet kleine voorgan gers, laat staan bij Kohl zelve. Nog op zienbarender is de reactie van Rudolf Augstein, de doorgaans cynische hoofdredacteur van het weekblad Der Spiegel. Hij besluit zijn commentaar deze week met een kennelijk welge meend: "Glückwunsch, Kanzlerï" Het is dezelfde Augstein die nog in maart dit jaar, denkend aan Kohl, verzucht te: "Hij kan het werkelijk niet". Maar is Kohl nog wel dezelfde bondskanselier van pakweg een jaar geleden? Is de eeuwig als 'provinci aal' en 'kleinburgerlijk', bij tijd en wij le als 'zelfingenomen' en soms als 'amicaal' betitelde Helmut Kohl bo ven zichzelf uitgestegen? Is hij van de ene dag op de andere de 'staatsman' Helmut Kohl geworden, "die men niet meer van de landkaart kan wis sen", zoals overigens niet alleen Augstein thans schrijft? Ooit zei de overleden CSU-politicus Franz Josef Strauss, die Kohl altijd diep heeft geminacht om diens mid delmatigheid: "Het fascineert mij tel kens weer bij televisie-optredens van Kohl dat hij de indruk weet te wekken dat iedereen bondskanselier kan wor den". Maar inmiddels roemen Franse bladen de force tranquille (de stille kracht), die kohl in de internationale politiek is geworden, rept een bonds- republikeins krantecommentaar zelfs van 'Charles de Kohl' en spreekt The Economist van 'Wunderkohl'. Ommekeer De ontmoeting in het kuuroord Zje- nevolodsk in de Kaukasus, waar Mi chaïl Gorbatsjov vorige week maan dag alles schonk wat de bondskanse lier zich maar had kunnen wensen Duitse soevereiniteit, een Duits NAVO-lidmaatschap, een aftocht van de Sovjettroepen uit de DDR lijkt een ommekeer te hebben bewerkstel ligd in het denken over de persoon Helmut Kohl. Ging voorheen zijn jaarlijkse vakantieverblijf in het be krompen St. Gilgen aan de Wolfgangsee in Oostenrijk vergezeld van spottende opmerkingen in dag en weekblad, deze week vielen nog slechts termen als "welverdiend". Sinds de val van de Muur in novem ber vorig jaar, stond Helmut Kohl bij na dagelijks in het brandpunt van de wereldbelangstelling. Maar daar al leen kan het niet aan liggen, want zijn optredens waren met grote regelmaat verre van positief. Velen gruwen nog bij de herinne ring aan zijn gehannes dit voorjaar in zake Oder-Neisse grens. Een typisch voorbeeld van de berucht geworden Kohlse handelwijze: met olifantspo ten door de porseleinkast van de Duit se geschiedenis stappen. Kohl gleed op karakteristieke wijze uit over een kwestie, die alleen hijzelf tot een kwestie had gemaakt. Zijn uit het niets opduikende eis dat de Poolse westgrens alleen er kend zou kunnen worden als War schau zou afzien van Duitse herstel betalingen stuitte in Oost- en West- Europa op volslagen onbegrip. Dat, op zijn beurt, zei de bondskanselier weer niet te begrijpen. Het leverde Kohl de zoveelste pijnlijke oorvijg van Augstein op. "Zijn intelligentie is weliswaar toe reikend om de macht in zijn partij te behouden en de coalitie in evenwicht te houden, maar niet voldoende om in moeilijke tijden regeringszaken te lei den. Steeds weer blinkt hij uit als de sprakeloze kletser die hij is geworden bij zijn klim naar de kanselierstop. Buitenlandse politiek is voor hem een terra incognita gebleven, vooral ook omdat hij de gecompliceerde wissel werking tussen buitenlandse en bin nenlandse politiek niet begrijpt. Hij begrijpt ook verder niets... Inhoude lijke zaken hebben Kohl nooit serieus geïnteresseerd, wel echter verkiezin gen en zijn kanselierschap". Bitburg Augstein zette Kohl neer, zoals ieder een hem had leren kennen. Als de man die ondanks alle adviezen van binnen en buiten de toenmalige Ame rikaanse president Ronald Reagan in '85 voor een 'gebaar van verzoening' naar het kerkhof van Bitburg voerde, waar echter behalve dode Amerikaan se soldaten ook de lichamen van ette lijke SS'ers zijn begraven. In beide gevallen Polen en Bit burg had Kohl slechts de binnen landse politiek voor ogen: hij gaf er de voorkeur aan de rechtervleugel van CDU en CSU, die meer en meer het uiterste rechts van de Republikaner omarmde, te vriend te houden boven zijn internationale prestige. Zo heeft Kohl het altijd iedereen naar de zin willen maken. Bij een aangeboren gebrek aan gro te gedachten die verder reiken dan de waan van de dag, heeft Kohl in de loop der jaren zijn eigen privé-peilin- gen op poten gezet. Hij aarzelt niet bij herhaling naaste medewerkers, fami lieleden, partijvrienden en internatio nale partners te ondervragen over de Kohl met de'man die hij bij herhaling heeft geschoffeerd, Hans-Dietrich Genscher, de Westduitse minister van buitenlandse zaken. De 'historische' ontmoeting van Helmut Kohl met Michaïl Gorbatsjov in het kuuroord Zjenevolodsk noopte menigeen tot een ander oordeel over 's mans capaciteiten. De bondskanselier kreeg van Gorbatsjov, in ruil voor miljarden Duitse Marken, alles wat hij wenste: de Duitse soevereiniteit, een Duits NAVO-lidmaatschap en een aftocht van de Sovjettroepen uit de DDR. Voor een keer toonde Kohl zich bescheiden: "Ik heb heel veel geluk gehad". (foto-s ap> min of meer grote figuren uit de ge schiedenis dan van doorwrochte be schouwingen. Toen hij zich vorig jaar herfst moest voorbereiden op zijn reis naar Polen worstelde hij zich opgewekt door de verschillende banden tellende biogra fie van de Pools-Litouwse maar schalk en premier Josef Klemens Pil- sudski, waarvan de eerste Duitse ver taling uit 1935 nog was verschenen met een wervend voorwoord van Her mann Göring. Andere literatuur over Polen kwam daardoor niet meer aan bod. Daarom is het misschien ook niet zo verwonderlijk dat van de hand van de nu 60-jarige Helmut Kohl tot op he den nog geen enkél boekwerk is ver schenen over de diepere beweegrede nen voor zijn toch waarachtig niet misselijke politieke carrière: van 17- jarige jonge christendemocraat uit Oggersheim in Rheinland-Pfalz tot nu bijna langst zittende bondskanselier, die op het punt staat Konrad Aden auer en Helmut Schmidt te overtref fen. Liever laat Kohl, zoals hij begin dit jaar deed, zijn 'historische' rede voeringen sinds november '89 in Ber lijn en verschillende steden in de DDR op de plaat zetten en (op kosten van de Bondsregering) verspreiden. Ook aan Kohl zelf sinds eind 1982 eerste man van de grootste economi sche mogendheden ter wereld zijn althans in boekvorm weinig woorden vuil gemaakt. Niet eerder dan begin vorige maand kwam een eerste seri eus, zij het enigszins zoetzuur boek uit over 'Helmut Kohl in de spiegel van zijn macht' (Bouvier-Verlag, Bonn). Daarin wagen vroegere mede werkers en journalisten van links en rechts zich aan het wisselvallige avon tuur van een karakterschets van de 'zwarte reus uit Oggersheim', die op z'n minst fysiek met zijn 1.93 meter ver boven zijn meeste collega's uit steekt. Hoe tegenstrijdig ze ook lijken, uit alle verhalen komt Kohl naar voren als een man met veel 'zitvlees', als ie mand die moeilijk van de plek te krij gen is die hem al zovele jaren de macht verschaft. Hij weet zich te om ringen met oude, vertrouwde politie ke vrienden, maar als één van hen dreigt op eigen kwaliteit een nieuwe politieke godheid te worden, schroomt Kohl niet hem snel te ver wijderen. Vorig jaar zomer, toen Kohl op een dieptepunt in de opiniepeilingen ba lanceerde, overkwam dat nog de se cretaris-generaal van de CDU, Heiner Geissler. Deze had een 'modernere' koers voor de christendemocraten be pleit, waarin sprake was van een 'mul- ti-culturele maatschappij' en mede zeggenschap van de Europese buren in de 'Duitse kwestie'. Het kwam Kohl, bij zijn niet aflatende pogingen 'rechts' aan zich te binden, in het ge heel niet uit. Geissler kon gaan. Onbeschoft Bijna even onbeschoft gaat Kohl ook al enkele jaren om met de kleine liberale coalitiepartner FDP en dan vooral met Hans-Dietrich Genscher, Kohls minister van buitenlandse za ken, die in tegenstelling tot Kohl al in het begin van de jaren zeventig op het juiste spoor van de 'Ost-politik' zat. Voortdurend betreedt Kohl, dat hangt nu eenmaal met de functie sa men, het terrein van de internationale betrekkingen so oder so en het liefst op eigen houtje, ook al is dat tot mis lukken gedoemd. Zo lanceerde hij afgelopen novem ber zijn eigen tien-punten-plan voor de Duitse hereniging, maar van geen van die punten is iets terecht geko men. Want waar Genscher zich als ar chitect ziet van een verenigd en vrij Europa met een Europees Duitsland in het midden, blijft voor Kohl de bui tenlandse politiek steeds een middel om zich binnenslands sterker te ma ken. Men neme wederom de Oder-Neisse grens: Genscher stond van het begin af op het standpunt dat een snelle, definitieve erkenning no dig was. Kohl wordt dan ook vooral om schreven als een man, die altijd het 'geluk' aan zijn zijde heeft gehad. Het geluk dat het de Westduitse economie tijdens zijn kanselierschap voor de wind is gegaan, zonder dat hij daar zelf veel opzienbarende ingrepen voor heeft hoeven verrichten. Het ge luk dat Michaïl Gorbatsjov in de Sov jetunie aan de macht kwam en de ope ning naar het Westen bewerkstellig de. Het geluk dat Hongarije vorig jaar als eerste Oosteuropese staat zijn gren

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 19