Goede relaties pleister op open wond Baksteen op de plank en met 40 jaar in de wao 'Doopsgezinden moeten getuigen' Duitse ambassadeur in Israël kan niet zonder 'FmgerspitzengefuhT WOENSDAG 25 JULI 19 iREPORTAGE) GEESTELIJK LEVEN Vrachtwagenchauffeurs zitten nog altijd uren te lang op de weg Een werkweek van minstens 55 uur, op de internationale routes zelfs 65 uur, is voor de Nederlandse vrachtwagen chauffeur nog heel gewoon. Grote boosdoener is het dienstrooster, dat nog vaak op ouderwetse wijze tot stand komt. De bedrijven investeren wèl in de technische verbetering van het rol lend materieel, maar aan de modernise ring van de arbeidsomstandigheden wordt nauwelijks aandacht besteed. Ger Ros, CAO-coördinator van de Vervoers- bond FNV, herkent de praktijk uit deze reeks conclusies. Ze zijn afkomstig van drs. S. J. Weijers, projectleider Transport van het Onderzoeksinstituut Sociale Wetenschap pen aan de Utrechtse universiteit. Ros er kent dat de Nederlandse truckers nog steeds lange weken maken, maar wijst er tegelijker tijd op dat via de CAO langzamerhand een kentering orrtstaat. "Met de werkgevers is anderhalfjaar gele den een 'tijd-voor-tijd' regeling overeenge komen. Overuren kunnen worden opge spaard tot vrije dagen of weken", legt Ros uit. Het systeem bevalt goed, ofschoon niet alle bedrijven er gebruik van maken. "Dat geldt vooral voor de kleinere ondernemin gen, die moeten de werkwijze van het be trekkelijk nieuwe systeem nog leren ken- Een belangrijk rol in de tijd-voor-tijd rege ling is weggelegd voor de chauffeurs van de gemeenschappelijke personeelsdienst, een door de bedrijfstak zelf gefinancierde ar beidspool. Zij vervangen de chauffeurs die hun overuren compenseren. De helft van het personeel in deze pool is in vaste dienst, de rest werkt via uitzendbureaus. Deze manier van werken beviel alle partijen zo goed, dat het experiment met drie jaar is verlengd. De compensatie-regeling voor overwerk is er, maar aan de oorzaak van de lange werkweken is nog niet veel veranderd: de dienstroosters worden nog op ouderwetse wijze samengesteld en zijn daardoor weinig efficiënt. De onderzoekers van de Utrechtse universiteit bespeuren dan ook een schril contrast tussen de geavanceerde transport technieken en het huidige arbeidssysteem. "Na de rit loopt de chauffeur bij zijn baas achterom, ontvangt zijn loon aan de keuken tafel en krijgt tijdens een kopje koffie te ho ren waar zijn volgende tocht hem heen zal voeren. Dit oude beeld van het goederenver voer blijkt nog steeds van kracht voor een belangrijk deel van de bedrijfstak", meent onderzoeker Weijers. FNV-man Ros is het in grote lijnen wel met die conclusie eens. Reden dat de ver- voersbond nu probeert via praktijk-experi menten tot kortere werktijden voor de chauffeurs te komen. In de twee CAO's die het beroepsgoederenvervoer kent, lopen momenteel experimenten met efficiëntere arbeidssystemen. Eind dit jaar wil de ver- voersbond de positieve elementen er uit lichten en op laten nemen in de CAO. Baksteen De bijna spreekwoordelijke 'baksteen op de gasplank' leidt er volgens de onderzoekers toe dat veel chauffeurs al op hun veertigste jaar in de WAO zitten. Weijers spreekt van een extreem hoge uitval. De vervoersbond neemt echer afstand van deze bevinding. "Ik betwijfel of die uittocht naar de WAO werke lijk zo groot is", zegt Ros. "Wij hebben het ook lange tijd gedacht, maar uit cijfers van de bedrijfsvereniging blijkt dat niet. Wel kie zen veel chauffeurs van tussen de 35 en 40 jaar voor een ander beroep of voor ander chauffeurswerk, bij voorbeeld bij de RET. Kennelijk geven de betere arbeidsomstan digheden de doorslag". Het beroep van vrachtwagenchauffeur is zwaar. Ros schildert het beeld van de man die lang achter het stuur zit en dan vaak ook Vrachtwagenchauffeurs zitten vaak 's avonds nog op de weg. zelf nog voor het laden en lossen moet zor gen. Langdurige concentratie en daarna zware lichamelijke inspanning ervaart de chauffeur als uiterst vermoeiend. "Juist door die interval van werkzaamheden", stelt Ros. Het aantal truckers dat besluit de vlam uit de pijp te halen, liegt er niet om. Nederland telt 70.000 beroepschauffeurs en om dat aan tal op peil te houden, moeten jaarlijks tussen de vier- en vijfduizend nieuwe collega's wor den geworven. Van hen is slechts de helft no dig om het natuurlijk verloop als gevolg van pensionering op te vangen. De andere helft bezet de opengevallen plaatsen van chauf feurs die hun heil elders hebben gezocht. TEL AVIV - De duizenden BMW's en Mercedessen op de Israëlische wegen logenstraffen de uitspraak van Menachem Begin in 1952 dat "met Duits land nooit zaken zullen worden gedaan". Dertien jaar na de pro fetie van de latere premier knoopten Israël en West-Duits- land diplomatieke betrekkin gen aan en nu, in 1990, is de rela tie op het oog meer dan voor treffelijk. Met geen land heeft Israël zoveel jeugduitwisselingsprojecten als met West-Duitsland en meer dan, zestig Israëlische steden onderhou den partnerbanden met plaatsen in de Bondsrepubliek. West-Duits land is Israels belangrijkste han delspartner in Europa en alleen uit Amerika komen meer toeristen naar Israël. De Westduitse ambassa deur in Tel Aviv, Wilhelm Haas, om schreef de ontwikkeling van de be trekkingen onlangs als "een won der". Maar het is een wonder met twee dimensies, want de goede poli tieke, economische en culturele re laties vormen een aantrekkelijke pleister op een nog altijd open wond. Vertrouwen De betrekkingen tussen Israël en West-Duitsland zullen nooit nor maal worden. De huidige Duitse ambassadeur in Den Haag, Otto von der Gablentz, is zich dat ongetwij feld bewust en hij zal er direct mee te maken krijgen als hij in septem ber zijn nieuwe residentie in Tel Aviv betrekt. Op het Israëlische mi nisterie van buitenlandse zaken ziet men zijn aantreden vol vertrouwen tegemoet. "West-Duitsland selec teert de ambassadeurs die het naar Nederland stuurt met bijna even veel zorg als de diplomaten die naar Israel gaan", zegt een hoge Israëli sche diplomaat met vele jaren erva ring in Bonn. Het feit dat Von der Gablentz voortreffelijk Nederlands spreekt en respect heeft weten te winnen onder regeringsvertegenwoordi gers, kamerleden en journalisten is in Jeruzalem bekend. Voorganger Wilhelm Haas, een harde werker, kan redelijk uit de voeten met het Hebreeuws, maar anders dan Von der Gablentz in Nederland is hij vol strekt media-schuw, al kan men daarmee op buitenlandse zaken pri ma leven. "Een Westduitse ambassadeur in Israël moet laten zien dat hij verant woordelijkheidsgevoel heeft", meent de Israëlische diplomaat. "Niet zozeer in de vorm van een zichtbaar torsen van de Duitse schuldenlast, maar meer in het to nen van grote openheid tegenover het Israëlische volk. Maar wat hij vooral nodig heeft is Fingerspitzen gefühl, dat onvertaalbare Duitse woord dat meer inhoudt dan alleen maar gevoeligheid". Herstelbetalingen In Israël is de bevolkingsgroep die de oorlog en de concentratiekam pen aan den lijve heeft ondervon den aan het uitsterven. De meeste tegenstanders van betrekkingen met de erflater van het Derde Rijk maakten deel uit van die generatie. Hun kinderen hebben zich bij de feiten neergelegd. In 1952, toen werd onderhandeld over Duitse herstelbetalingen, be toogden duizenden Israelis tegen elke vorm van contact. Ook de his torische ontmoeting in New York, in 1960, tussen David Ben-Gurion en bondskanselier Konrad Aden- auér, riep hevige emoties op. En toen op 12 mei 1965 de eerste West duitse ambassadeur, Rolf Pauls, zijn geloofsbrieven kwam aanbie den, moest hij zich een weg banen door een menigte woedende beto gers. In 1984 bracht bondskanselier Helmut Kohl een bezoek aan Israël. Bij Yad Vashem, het museum dat de uitroeiing van zes miljoen joder} gedenkt, stonden enkele tientallen demonstranten. Een jaar later, toen de Westduitse president Richard von Weiszacker in Israël was, waren er niet meer dan twee of drie. Vorige maand bezochten de voor zitsters van de twee Duitse parle menten Israël en dat evenement verliep geheel zonder betogingen. Maar dat betekent allerminst dat Is raël de recente geschiedenis van het joodse volk aan het vergeten is. Wie maar een paar weken de plaatselij ke media volgt kan zelf constateren hoeveel ruimte wordt besteed aan W' jaar liet hij voor het eerst het 'Deut- schlandlied', dat overigens niet al leen Israëlis door merg en been gaat, ten gehore brengen tijdens de jaarlijkse ontvangst ter gelegenheid van Grondwetsdag. Het Duitse volkslied werd al wel gespeeld bij de ontvangst van belangrijke bezoe kers uit Bonn. Twee jaar geleden meerde een op leidingsschip van de Westduitse marine af in Haifa en de matrozen en officieren brachten toen voor het eerst in uniform een bezoek aan Yad Vashem. En dit jaar is dat be zoek in uniform herhaald door de opvarenden van Westduitse fregat ten. Er waren geen demonstraties en geen protesten en dat betekende dat zijn 'Fingerspitzengefühl' de Duitse gezant niet in de steek had gelaten. Ambassadeur Von der Gablentz krijgt zonder twijfel te maken met Israëlische gevoeligheden ten aan zien van de Duitse hereniging. In december zijn er tien miljoen 'nieu we Duitsers', mensen die in het communistische verleden zelden iets over Israël konden horen of le zen, en konden ze dat wel dan was het in de meeste gevallen niet veel positiefs. Angst x der Gablentz: in september de gebeurtenissen in het Duitsland van de jaren dertig en veertig en de gevolgen daarvan, niet in de laatste plaats omdat de strijd tegen antise mitisme en anti-zionisme een be langrijke drijfveer vormde bij de stichting van de joodse staat. Het Is raëlische nationalisme heeft daar door een niet weg te cijferen anti- Duitse component. Volkslied Het doordringen van Duitsland in Israël verloopt via kleine stappen, waarbij het 'Fingerspitzengefühl' van de ambassadeur in Tel Aviv een doorslaggevende rol speelt. In de af gelopen vier jaar bij voorbeeld zorg de Wilhelm Haas voor een aantal misschien kleine, maar niet onbe langrijke noviteiten. In mei van dit Onder Israëlis leeft de angst dat de Duitse euforie over de hereniging de herinnering aan het gemeen schappelijke Nazi-verleden ver dringt. Eerder dit jaar onthulde pre mier Yitshak Shamir dat hij bang is voor nieuwe acties tegen de joden in een verenigd Duitsland. Maar de plooi in de betrekkingen werd snel weggestreken door Moshe Arens, toen minister van buitenlandse za ken, die tijdens een bezoek aan Bonn verklaarde alle vertrouwen te hebben in de Westduitse democrati sche gezindheid en geen gevaar te zien in een democratisch verenigd Duitsland. Die laatste opmerking wekte in Israël zoveel negatieve reacties dat Arens, die een aantal familieleden in concentratiekampen heeft verlo ren, zich bij zijn terugkeer geroepen voelde te zeggen dat hij nooit een privé-bezoek aan Duitsland zou brengen. Hij vertolkte daarmee de gevoelens van veel van zijn landge noten, want Israëls relatie met Bonn is goed maar niet normaal. "Als jij de baas beter kende, had je kunnen weten dat hij om deze tijd nooit thuis is", zei de man in smo king en hakte zijn grote vingers wat dieper achter de halsband van de pitbull terrier. "Dan controleert hij in een paar zaken van hem of alles kits is en daarna gaat hij een hapje eten". "In een restaurant?", vroeg ik. "In zijn eigen 'Smulpaap'. Mooie zaak. Lekker eten, mooie meissies, aangenaam muziekje. Ik kan het weten, want ik werk er zelf'. Ik dacht snel na. "Bent u de oberkel ner?". "De gastheer, dat ben ik dus. Ik begroet de mensen en zorg er voor dat er geen verkeerd volk naar bin nen loopt". Zijn vingers lieten de halsband los en hij krabde het on dier achter de vormeloze oren. "Je hebt geboft dat ik nog niet naar mijn werk was. Anders had-ie je vastgehouden tot om twaalf uur de nachtwaker kwam". Ik streek met een hand over mijn klamme voorhoofd. "Als u, of Bello, geen bezwaar hebben, ga ik nu maar weg. Dan zie ik meneer Groe- neboom vanavond wel in de 'Smulp aap'. De hond gromde en kwam weer omhoog van zijn hurken. "Bel lo, af', zei de man. Hij had de rusti ge stem die uitsmijters vaker heb- EEN AVONDJE STAPPEN I 'an van Hout ben. "Deze meneer is goed volk. Hij draagt een stropdas en doet in hypo theken. Ik zal meneer Henk vertellen dat hij je kan verwachten. Tussen twaalf en een. Wie zal ik zeggen?". Vermoedelijk fungeerde hij ook als Groenebooms lijfwacht, gelet op het feit dat hij zich hier ophield. "De naam", zei ik, "is Max de Klerk". Achter de buitendeur werd licht ontstoken, waarna de deur hele maal openging en in de lichtbundel een hoogblonde vrouw van onbe stemde leeftijd in uitgaanskleding verscheen. "En wat komt u hier doenmeneer De Klerk?", vroeg ze snibbig. Ik noemde opnieuw de re den van mijn bezoek en als bij inge ving, of omdat het mezelf zo lullig in de oren klonk, voegde ik er aan toe: "Eergister was uw man toch in het Westen om over nieuwe hypotheken te praten?". "Hij is mijn man niet. Ik heet Van Zuylen". Het klonk nog snibbiger dan daarnet. Maar daar na op een heel andere toon: "Was de brave Hendrik dan toch weg voor zaken zoals hij zei?". Ze stootte een schel lachje uit. "En ik maar denken dat hij weer naar die snol van hem was...". Waarna abrupt in de vorige toonaard: "Nou, hij is er niet, zoals u ziet". "Ja", zei ik. "Ik bedoel, nee". Ik draaide me halfom. "Nou, dan ga ik maar. Misschien kan ik hem van avond te spreken krijgen". Ik ver wijderde me. Het geluid van de vrouw, die aan alles te horen de man, die ze Hein noemde, de les las, stierf weg terwijl ik half wegvlucht te. Buiten het hek was inderaad Bel la's conterfeitsel zichtbaar op een bordje, met daar onder de tekst: Be treden van dit terrein op eigen risi co. Op weg naar de bushalte, werd ik achterop nereripn door een Jagu ar met Hein achter het stuur en ae blonde del op de achterbank. Ze hadden nu wel een lift mogen aan bieden, dan had ik nader kunnen informeren naar de snol die Groene- boom eergisteravond in de Rand stad al dan niet had bezocht. De korte wandeling naar de halte was heilzaam voor mijn nog natril lende ledematen. Totdat tot me doordrong dat de achter me opklin kende voetstappen gelijk met de mijne waren opgehouden, toen ik me op de kruising van twee stille la nen oriënteerde. Ik vervolgde mijn weg. De voetstappen ook. Toen ik bij wijze van experiment plotseling halt hield, stopten ze na een paar stappen opnieuw. Ik versnelde mijn pas en marcheerde geforceerd door de matig verlichte laan. De voetstappen hadden eveneens hun tempo opgevoerd. Aangekomen op de beter verlichte Rijksstraatweg kon ik ze niet meer horen vanwege het langskruisende verkeer. Maar aan de overkant van de bushalte liep een man met een hoed op schijnbaar doelloos te flane ren. Toen eindelijk de bus arriveer de en ik naast de chauffeur stond te zoeken naar mijn strippenkaart, passeerde hij me met afgewend hoofd terwijl hij de chauffeur vluch tig een abonnement of zoiets liet zien. Ik herkende hem echter, al had hij voor de gelegenheid zijn cordu roy hoedje afgezet. Als mijn stille achtervolger kwaad in de zin had gehad, dan zou hij daar in de stille Harense lanen wel blijk van gegeven hebben. Toen we gezamenlijk uitstapten op de Grote Markt, hield ik het er maar op dat inspecteur Van Dam een man netje achter me aan had gestuurd. Als dat waar was, dan werd het achterhalen van nog meer verdach ten er alleen maar urgenter door. Toen ik op de stoep van de 'Smulp aap', aan de voet van de St. Joseph- kerk, nog eens omkeek, zag ik hem niet meer. Maar mijn aandacht werd dan ook afgeleid door een drie tal potige, in leren jasjes gestoken, lieden die me ruw opzij duwden, waarna ze door de openstaande deur naar binnen dromden. Ik haal de mijn schouders op en stapte ook door de achterliggende klapdeur het portaal in. De klap waarmee deze zich achter me sloot, was bijna syn chroon met de doffe dreun die Hein in het kader van zijn gastheerschap bezig was uit te delen aan één van de drie in leer gehulde i Wereldcongres in Winnipeg gestart Van onze ANP-correspondent Dirk Visser WINNIPEG Doopsgezinden moeten zich niet aan conflicten in de wereld onttrekken, maar temidden van deze conflicten getuigenis van Christus afleggen. Dat zei de Amerikaanse theoloog Ross T. Bender gisteravond in het Canadese Winnipeg bij de ope ning van het twaalfde Doopsge zind Wereldcongres (MWC). Het congres, waaraan 15.000 mensen uit zeventig landen deel nemen en dat tot zondag duurt, heeft als motto 'Getuigen van Christus in deze wereld'. In totaal zijn er ruim 800.000 doopsgezin den, die in Friesland mennisten en in het buitenland mennonie ten worden genoemd naar de Friese reformator Menno Simons (circa 1496 - 1561). Eeuwenlang hebben doopsge zinden op vervolging en tegen spoed geantwoord door te emi greren. Uit Zwitserland naar Noord-Amerika, uit Pruisen naar Rusland, uit Canada en de Sov jetunie naar Paraguay en Brazilië. 'Pools ministerie bereidde aanslag op de paus voor' WARSCHAU (DPA) - Volgens de Poolse strafrechtdeskundige Krystyna Daszkiewicz bestonden er in het Poolse ministerie van binnenlandse zaken plannen voor een aanslag op paus Johan nes Paulus II. Zij trekt deze con clusie, nadat zij bijna vier jaar lang de stukken van het proces te gen de moordenaars van de pries ter Jerzy Popieluszko, die in 1984 om het leven werd gebracht, heeft onderzocht. In een interview met de krant 'Express Wieczorny' zegt Dasz kiewicz dat zij ondanks alle po gingen om de zaak te versluieren tot enkele conclusies is gekomen die ver over de zaak-Popieluszko heen reiken. "Er is ook materiaal dat erop wijst, dat er in het minis terie van binnenlandse zaken plannen voor een aanslag op de paus bestonden", zegt zij. Daszkiewicz sluit niet uit, dat er in het ministerie een 'doodseska der' was. Zij meent, dat het bij de vier leden van de geheime politie die wegens de moord op Popie luszko zijn veroordeeld, louter om het topje van de ijsberg ging. Het Poolse Openbaar Ministe rie onderzoekt op dit moment op nieuw de moord op Popieluszko. Het antwoord van de doopsgezin den die nu in Midden-Amerika wonen, is echter: blijven en getui gen van Christus. Bender, voorzitter van het MWC-bestuur, verwees naar een recente bijeenkomst waar de Middenamerikaanse doopsgezin den enerzijds gruwelijke verha len vertelden over burgeroorlog, doodseskaders, economische en sociale onrust, maar anderzijds opvielen door de blijdschap die de meesten van hen uitstraalden. De 'stillen in den lande', zoals de doopsgezinden buiten Neder land nog steeds worden aange duid, moeten niet denken dat zij buiten de conflicten van deze tijd staan, zei Bender. Zowel in hun persoonlijk leven als in hun be slissingen op economisch, poli tiek of godsdienstig terrein moe ten doopsgezinden antwoord ge ven op de vraag, wie de Heer van hun leven is, wat ze doen met hun geld, macht en talenten. Het Wereldcongres heeft geen bevoegdheden. Iedere doopsge zinde die wil en die het kan beta len, mag deelnemen aan zo'n con gres dat broederschap, onderlin ge communicatie en wederzijdse bijstand ten doel heeft. De losse structuur van het congres hangt samen met de autonomie van de plaatsêlijke gemeente en de grote nadruk op de persoonlijke ge loofsovertuiging. De geloofs- of volwassenen- doop is het uiterlijk teken van het innerlijke geloof. Als doopsgezin de kenmerken noemde de Ameri kaanse kerkhistoricus Harold Bender in 'The Anabaptist Vi sion' (1944) de navolging van Christus, de weerloosheid en de gemeente als gemeenschap. Toch is er bijna geen kerkge nootschap waarin de verschillen zo groot zijn als wereldwijde Doopsgezinde Broederschap. In Lancaster County, Pennsylvanië, leven de Amishen met hun paard- en-wagens alsof de mensheid nog honderden jaren van de 20e eeuw is verwijderd. In diezelfde streek wonen doopsgezinden die in New York en Washington goede banen in het bankwezen, de advocatuur of het bedrijfsleven hebben. Ook in Lancaster County is het Menno- nite Central Committee (MCC) gevestigd, het hulp- en vredes werk van de Noordamerikaanse doopsgezinden. Zoals in Nederland de ruim 15.000 doopsgezinden politiek ac tief zijn van de WD tot de (vroe gere) PSP, zo zijn ze wereldwijd onder meer te onderscheiden als oecumenisch ingestelden (Noord-Duitsland en Nederland) en meer evangelisch-gezinden (vooral in de Verenigde Staten). Ongeveer tweehonderd Neder landers nemen deel aan het We reldcongres, onder wie tachtig jongeren. Boff: Verering paus indammen RIO DE JANEIRO (IPS) - De Braziliaanse bevrijdingstheoloog Leonardo Boff heeft de Vaticaan se kardinaal Joseph Ratzinger ge vraagd mee te helpen om de over dreven verering van de paus in te dammen. Ratzinger, die in het verleden herhaaldelijk in conflict is gekomen met Boff, brengt deze week een bezoek aan Brazilië. Boff is een van van de exponen ten van de zogenaamde bevrij dingstheologie, een progressieve stroming binnen de katholieke kerk die vooral begaan is met het lot van de armen. Ratzinger heeft de leiding over de Congregatie voor de geloofsleer, die min of meer functioneert als de bewaker van de zuiverheid van het geloof. In die functie heeft de conserva tieve kardinaal Boff herhaaldelijk tot de orde geroepen vanwege zijn progressieve ideeen. Ratzinger is in Brazilië om voor de plaatselijke bisschoppen voor drachten te houden over de rol van de kerk tot het jaar 2.000. Ove rigens zal de franciscaner priester Boff deze lezingen niet bijwonen, evenmin als de aartsbisschop van Sao Paulo, Paulo Evaristo Arns, die eveneens als progressief te boek staat. Ratzinger veroordeelde deze week de bevrijdingstheologie op nieuw omdat deze het 'marxisme als uitgangspunt' neemt en daar mee het geloof verdeelt. Volgens Ratzinger is de aandacht voor ar men niet voorbehouden aan de bevrijdingstheologen. Ook ande re sectoren van de katholieke kerk zijn bezorgd over de sociale problemen, aldus Ratzinger. Kerken bezette gebieden vragen hulp in gevecht tegen emigratie BETLEHEM (RNS) - Kerkelijke leiders uit de bezette gebieden hebben de westerse kerken opge roepen hen te helpen bij de strijd tegen de emigratie van christenen uit het Heilige Land. Het aantal christenen dat emigreert is ver dubbeld sinds de intifada, de Pa lestijnse opstand in de bezette ge bieden. Volgens een onderzoek dat tij dens een driedaagse conferentie over christenen in het Heilig Land werd gepresenteerd, gaan vele christenen naar het westen. De belangrijkste oorzaken zijn het gebrek aan werkgelegenheid en het dagelijkse geweld waar mee de intifada gepaard gaat. Er wonen op dit moment 45.000 christenen in de bezette gebie den. In Israël wonen er 90.000, vooral in Haifa en Jaffa. Het afge lopen jaar zijn 38 families geëmi greerd. De socioloog Sabella ver wacht, dat dit jaar 2160 christenen het Heilige Land verlaten, twee keer zoveel als voor december 1987. Christenen in het Midden-Oos ten maken zich al langer zorgen over de emigratie. In 1964 richt- ten Franciscanen op verzoek van het Vaticaan de universiteit van Betlehem op te versterking van de christelijke gemeenschap. Als geëmigreerde christenen niet terugkeren, zal de kerk er uit eenvallen, vrezen de leiders. "De leus zal zijn: Kom naar het Heilig Land. De kerk is zwak zonder U", aldus de Latijnse patriarch van Jeruzalem, Michel Sabah. Beroepingswerk Hervormde Kerk: bedankt voor Foudgum-Raard (herv.-geref.) i.c.m. Rinsumageest G. Muilwijk te Parrega en Hieslum, voor Oud-Vossemeer H. de Jong kand. Middelburg. Gcrcf. Kerken vrijgemaakt: beroe pen te Zuidwolde (Gr.) en Baflo

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 2