BOEKEN Als je net hebt leren lezen Nederlands recht heeft Duits oorlogsverleden Het Medusa ultimatum Boeiende roman van Oostduitse bodem Handboek voor het zelf maken van een film of tv-programma DONDERDAG 21 JUNI 1990 PAGINA 11 Boom, roos, vis, vuur, mus. Na de zomervakantie zullen veel kinderen uit groep drie in de eerste school week deze woorden leren. Elke dag een woord. Na vijf dagen kennen ze bovenstaand rijtje en aantal andere dankzij de zogenaamde structureer- oefeningen. Die maken een essen tieel onderdeel uit van de methode 'Veilig leren lezen' waarmee de meeste kinderen in Nederland leren lezen. Structureren komt in dit ge val neer op het weglaten en wisse len van begin- en eindletters. Boom zonder 'b' is een bekend woord en na roos kan er de tweede dag al boos en room gemaakt worden. Als Pim zijn intrede heeft gedaan, is er niets leuker dan vis te verande ren in pis. En zo leveren vijf, zes woorden ongekende mogelijkhe den op. In oktober zit sam op de wip, eet oom een vis, loop ik met een tol en kunnen er al redelijk ingewikkelde teksten gelezen worden. Het ene kind schiet vanzelfspre kend harder op dan het andere en het is haast onvoorstelbaar wat sommigen na een jaar leesonder wijs presteren. De meeste kinderen krijgen in groep drie een enorme leeshonger. Alles wat los en vast zit, wordt verslonden. Zo kort voor de vakantie is het dan ook geen over bodige luxe voor die lettervreters enkele prachtboekjes in de bagage Bij uitgeverij Leopold verscheen onlangs van Christine Nöstlinger 'Martijn gaat naar school'. Eerder schreef zij voor dezelfde hoofdper soon 'Wat is er met Martijn?' en 'Wat ga je doen Martijn?' Dit derde deel tje is gezien de eerste zin zin duide lijk bedoeld voor de lezers uit groep drie: Martijn is zeven jaar oud en hij gaat naar de derde groep. Uit dit voorbeeld blijkt al dat de tekst voor de beginnend lezer zeker niet ge schikt is. Althans om zelf te lezen. Ook de goede lezer aan het eind van groep drie zal nog de nodige moeite hebben met zinnen als Ik heb hem uitgelegd, dat kleine kinderen geen solaten zijn. En dat een onderwijzer geen vijf-sterren-generaal is. De twee verhalen die het boek be vat, zijn overigens goed voor te le zen. In het eerste verhaal maakt de oma van Martijn in een openhartig gesprek de meester duidelijk dat hij niet op zo'n commandotoon moet praten. Dat helpt! Meester 'Hakke tak' is na het onderonsje een stuk vriendelijker. In het tweede verhaal helpt oppas Dorien Martijn van zijn aartsvijand af te komen. Beide verhalen zijn goed geschreven en origineel, maar eisen zelfs bij voorlezing enige toe lichting. Uitdrukkingen en woor den als terroriseren, botte rotknul, weddenschap, onuitstaanbaar of een haar krenken zulen ongetwij feld uitgelegd moeten worden. In 'De uil en de eend' van Hanna Muschg en Kathi Bhend die de prachtige illustraties maakte, is dat veel minder nodig. Kleine tekst blokken die met een grote letter zijn gezet overheersen. De overvloedig aangebrachte tekeningen geven veel onderbreking en ondersteunen het verhaal. Woorden van twee let tergrepen als snavel, omhoog, ge noeg, bromde, gaapte, vleugels, of drielettergreperige woorden als rondzwemmen, mompelde, blade ren of eendekroos zijn leestech nisch misschien niet zo gemakke lijk maar worden wel snel begre pen. Bovendien bevat het mooie verhaal veel functionele herhalin gen. Een bladzijde met Wat een dom geklets snaterde de eend. Dom ge klets, dom geklets, dom geklets! past prima in de ruziesfeer tusse de eend en de uil, die eikaars doen en laten in eerste instantie maar dom en bo venal verkeerd vinden. Ander eten is walgelijk en 's nachts slapen bela chelijk. Na steeds oplaaiende ruzies eindigt het zoals het hoort: En tot de volgende keer. Een even grote verademing is het kersverse 'Ik ben een held' van Ted van Lieshout die zelf de illustraties verzorgde. Drie sprankelende ver halen die door de korte zinnen en de grotendeels eenlettergrepige woor den gemakkelijk toegankelijk zijn. Een beetje grage lezer zal hier na een half jaar leesonderwijs weinig moeite mee hebben. Mocht dat op sommige plaatsen wel zo zijn, dan zal de stimulans om verder te ko men zo groot zijn dat de kleine bar- 'O', zei de eend, 'ik had helemaal niet gedacht dat uilen zulke mooie vleugels hebben.' 'Hm', zei de uil weer, maar hij vond het fijn, dat de eend zijn vleugels mooi vond. Illustratie uit 'De uil rières graag genomen worden. Fan tasierijk, absurd, spannend, humo ristisch, rijk van taal: alles wat een goed verhaal voor kinderen moet bezitten, heeft Van Lieshout erin weten te krijgen. Elk kind wil toch weten hoe de ik van Botteboe af komt, het bottendier dat zo graag kinderbil eet. En wat doe je als er een bloot spook onder je bed zit? Pap is erg bang van Blootspook Kathi Bhend. maar de ik gelukkig niet. In het der de verhaal is er sprake van Blauw- vis die razendsnel groter groeit en zeer roofzuchtig is. Goudvis is al snel weg, ballen gehakt verdwij nen als sneeuw voor de zon, hond Snoet ontkomt niet aan zijn scherpe tanden en kinderen zijn ook niet veilig. Blauwvis blijkt een monster- haai vol groeihormonen. Wat moet je met zo'n dier? De ik-fïguur staat Laat een Ludlum op tafel liggen en binnen de kortste keren vraagt ie mand het boek te leen. Dat komt in de eerste plaats omdat niemand zo'n boek over het hoofd kan zien. De man schrijft alleen maar lijvige werken. Neem zijn nieuwste 'Het Medusa ultimatum' meer dan 650 pagina's kleine lettertjes. Een hele kluif. Dat er toch zovelen zijn die gretig hun tanden in die kapitale kluiven zetten komt omdat ze smakelijk zijn. Natuurlijk moetje wel van zulk leesvoer houden. Ludlum sleept zijn lezers aan de haren mee naar een wereld vol verraad en bruut ge weld. Een wereld waarin mededo gen aan elke laars wordt gelapt en eigenlijk alleen het rauwe recht van de sterkste geldt. Maar de getalenteerde auteur kan heel meeslepend vertellen. Eén van zijn vele gaven. Hij was ook al eens een goed acteur. Later werd hij ge waardeerd als producent. Maar in middels is hij al weer een fiks aantal jaren de veelgelezen schrijver van knap gecomponeerde thrillers. De graad van geloofwaardigheid van zijn verhalen is niet altijd even hoog. Het toeval speelt vaak een meer dan zijdelingse rol en de on kwetsbaarheid van zijn held gaat vaak ieder bevattingsvermogen te boven. Maar slechts weinigen ne men dat Robert Ludlum kwalijk. Velen verplaatsen zich maar al te graag in zijn terroristische wereld. Want zo kan je zijn jongste ver haal wel weer karakteriseren. De in 'Het Bourne bedrog' begonnen en in Het Jason dubbelspel' voortge zette tweestrijd tussen de huur moordenaar Varlos de Jakhals c-n zijn door de westelijke landen ge creëerde tegenpool Jason Bourne de Kameleon gaat gewoon verder. i wijzen er al op. Het zijn dik aangezette verhalen vol specta culaire effecten en genadeloze ge vechten. Weliswaar met gevoel voor details in elkaar gezet maar vooral details om te shockeren. Ludlum weet maar al te goed wat het grote thrillerpubliek wil en dat krijgt het in geur en kleur. Medusa was in Ludlums optiek ooit een brigade die tij'dens de Viet namese oorlog werd opgezet door wrede en vooral corrupte officieren. De organisatie leek opgerold, maar duikt in Ludlums jongste boek weer in moderne vorm op. Het gaat om een gladde groep hooggeplaats te politici en industriëlen die kans zien de gang van zaken wereldwijd zo te manipuleren dat hun bankre keningen extreem kunnen groeien. Die griezelige groep raakt ver strikt in de eindstrijd tussen de in middels al wat vergrijsde Jakhals en Kameleon. De laatste moet de eerste doden om eindelijk met zijn gezin in vrede te kunnen leven. Vraag me niet het gehele bijna zeshonderd pagina's tellende ver haal, na te vertellen. Zo ik het al zou willen, ik zou het niet kunnen. Daar voor zit het te ingewikkeld, te geraf fineerd in elkaar. We vliegen aan de hand van de au teur van het ene bloedbad naar het andere, van oost naar west, van ver raad naar verraad. Maar het is op on navolgbaar knappe wijze tot een vloeiend verhaal verweven. Voor de liefhebbers om van te smullen. In één adem uitlezen kan echter niet, zo'n adem heeft niemand. Maar ik vond het echt jammer dat ik het uit had. Jan Postma De Nederlandse schrijver Jan Post ma heeft in zijn jongste thriller met de weinig inspirerend titel 'Het dos sier van het verdwenen kindermeis je' een bijna onverantwoordelijke (hoeveelheid fantasie geïnvesteerd. Want in feite geeft hij in dit ene iboek twee verhalen. Het een speelt zich af in Frankrijk waar de Gendarmerie National de handen vol heeft aan de linkse stadsguerilla. De verbeten botsing daar is met een heel dun draadje van toevalligheid verbonden met gebeurtenissen waarbij de Noord hollandse recherche in actie moet komen na het verdwijnen van het Robert Ludlum dochtertje van een welgesteld echt paar en haar kindermeisje. Dat leidt tot een enerverend speurtocht langs allerlei louche objecten. Jan Postma is zoals gezegd heel inventief met het aanslepen van tal van vreemde verwikkelingen. Dat maakt zijn boek best onderhou dend. Het graaft echter allemaal niet zo diep met die simpele zwart wit getekende figuren die of heel braaf of heel boos zijn. Maar men zal zich er niet bij vervelen. KOOS POST Het Medusa ultimatum, Robert Lud lum. Luitingh-Sijthoff 34,90, Het dossier van het verdwenen kin dermeisje, Jan Postma. Teleboek f 19,50 Fictie Mooi meegenomen, Verhalen van Ad van Iterson, Geert van der Kolk, Ischa Meijer A.Moonen, Rascha Peper, Gerard Reve, Mart Smeets, Henk Spaan, Thomas Ver- bogt, Gijs IJlander. Uitg. Veen 10,- Die Agues, Peter van Straaten. Moder ne zedeschetsen uit Vrij nederland nu ge bundeld. Uitg. De Harmonie 19,90 De zingende zwanehals, Harrie Jekkers en Koos Meinderts. Vierde sati rische roman. Uitg. De Harmonie 19,90 Hesse, verzamelbundel van de belang rijkste werken, in dundruk. Uitg. De Ar beiderspers 39,90 Louis Paul Boon, verzamelbundel van de belangrijkste werken, in dundruk. Uitg. De Arbeiderpers 39,90 Ethel, roman over Ethel Rosenberg, Te- ma Nason. De fictieve autobiografie van het omstreden leven en de veroordeling gevolgd door executie van Ethel Rosen berg. Uitg. Meulenhoff Wintertij, Arti Leimbach. Een sober verslag van een ongewone driehoeksre latie van een debutante. Uitg. Luitingh- Sijthoff 27,90 F yan fataal, Sue Grafton. Bloedstol lende detective met veel drugs- en drank misbruik. Uitg. Bzztóh Reizen met mezelf en anderen, Martha Gellhorn. Ongebruikelijke reisverhalen over bizarre en afschrikwekkende erva ringen tijdens een bezoek aan het front tijdens de Chinees-Janpanse Oorlog in 1942. Uitg. Amber ƒ39,90 De spiegel der verlossing in het werk van Gerard Reve, Johan Snapper. Op systematische wijze verkent een hoogle raar Nederlands aan de universiteit van Berkeley thema's en motieven in Reve's werk, alsmede de hoofdpersonen, hun drijfveren en de wijze waarop zij literair zijn vormgegeven. Uitg. Veen 35,-- Eigenlijk geloof ik niets, Essay over het werk van Gerard Reve. Bijdragen van G. Hekma, S. Hubregtse, J. Polak, G. Raat, G. Steunebrink, P. van Tongeren en F. Vervooren. De meest essentiële thema's in het werk van Gerard Reve worden vanuit literaire, theologische en filoso fische invalshoeken belicht. Uitg. Ca dans 29,50 Christoph Hein is een auteur die in de DDR al menigmaal in opspraak is geweest vanwege zijn onortho doxe opstelling. Zijn scherpzinnige geest en intelligente analyses brachten hem er toe de mogelijk heid van een Duitse eenwording met de nodige scepsis te bekijken uit vrees voor verlies van identiteit en eigen cultuur. Een opstelling die lang niet iedereen hem in dankbaar heid afneemt. In zijn nieuwste roman 'De tango speler' klinken zowel die scepsis als het belang van en recht op een eigen identiteit door. Een en ander is ver pakt in een Kafkaiaans verhaal vol bizarre gebeurtenissen waarvan de betekenis pas bij de ontknoping zichtbaar wordt. De historicus Dallow, docent aan de universiteit en amateur-pianist, laat zich op zekere dag overhalen in te vallen bij een cabaret-optreden van een groepje studenten. Hij in formeert nog even naar de strek king van de teksten, maar het caba ret en de groep hebben een goed- keuringsstempel gekregen. Niets aan de hand dus en Dallow stort zich -tegen zijn zin- in wat een ha chelijk avontuur blijkt te worden. Het resultaat is 21 maanden ge vangenschap wegens belediging van de staat en volstrekte chaos. Niemand heeft oor voor zijn protes ten of positie. Als hij na 21 maanden terugkeert in de maatschappij, voelt hij zich een echte out-law, ie mand die van toeten noch blazen weet, een ex-crimineel, een ver dachte. Zijn baan is hij kwijt, dus ook zijn houvast en zekerheid. Dallow protesteert op eigen wijze tegen deze mishandeling. Hij be sluit eerst eens een tijdje van het le ven te genieten. Tenslotte heeft hij in die bijna twee jaar voldoende geld weten te sparen. Maar ledig heid is des duivels oorkussen en hij raakt in een steeds geïsoleerder po sitie. Niemand begrijpt waarom hij zich zo sceptisch opstelt. Van be grip voor wat hem is aangedaan is geen sprake. Zelfs de vriendin die hij na zijn tijd in de gevangenis heeft gevon den, heeft weinig begrip voor zijn querulantie. Ze vindt dat hij moet gaan werken. Maar Dallow houdt voet bij stuk. De aandrang van twee mysterieuze figuren (ambtenaren?) een baantje aan te nemen in ruil voor zekere informatie, versterkt Dallow's weigering ingelijfd te wor den in de bureaucratie. Hij haat dit soort achterbakse bedoeningen. Die afstand brengt hem in steeds grotere moeilijkheden. In een wan- hoopsbui bedreigt hij de rechter die Christoph Hein hem ooit veroordeelde. Zelfs werk als eenvoudig chauffeur is hem niet gegund. Kortom Dallow is een 'total loss' geworden. Slechts de vrees voor repressail- les brengt hem ertoe op een eiland te gaan werken als kelner. Al ont breekt hem elke natuurlijke aan drang tot hoffelijkheid en hulpvaar digheid. Hij weigert een assistent schap op de universiteit, brengt zijn vrienden in onzekerheid door te suggereren dat de Praagse lente hem niet interesseert omdat het sys teem, hoe dan ook, toch rot is. Als alles helemaal verloren lijkt, keert zijn lot zich ten goede. Zijn grote ri vaal wordt om politieke redenen ontslagen en op de universiteit heb ben ze iemand nodig die niet bezoe deld is door het lidmaatschap van de partij, Dallow dus. Brederode's devies 'Het kan ver keren' is hier vorm gegeven tegen een duidelijk politieke achtergrond. Het knappe is dat de politieke la ding van 'De tangospeler' zo subtiel, zo nauwelijks zichtbaar aanwezig is. Voor de lezer geldt eerst het mee- voor niets. Als ware held weet hij overal een oplossing voor op het juiste moment. Smullen! CASPER MARKESTEIJN Martijn gaat naar school, Christine Nöstlinger. Leopold 19,90 De uil en de eend. Hanna Muschg en Kathi Bhend, Christofoor ƒ19,90 Ik ben een held, Ted van Lieshout. Van Goor 22,90 (pr-fo slepende en bizarre verhaal van ie mand die buiten de samenleving staat en zijn identiteit volstrekt kwijt lijkt te zijn. Ook de technische opbouw -klei ne, afwisselende, boeiende episo des- en de stijl -snelle, korte, krach tige zinnen- houden de aandacht van de lezer gevangen. Waarbij in dit geval de vertaling van Wil Han sen zeker geprezen dient te worden. In 'De onkwetsbaren' (1984) be schreef Hein al dat de eenzaamheid en de vervreemding van de mens slechts opgevangen kunnen wor den door het openstaan voor en luis teren naar eigen gevoel en eigen identiteit. In de 'Tangospeler' wist hij dat gegeven opnieuw en met kracht uit te werken. Juist door de verbindig van uni versele thema's met politieke ge bondenheid zullen schrijvers als Hein erin slagen de kloof tussen oost en west te overbruggen. JOKE LINDERS Het enige boek, dat ooit over het maken van televisieprogramma's is gemaakt - 'Werken met video' van Gijs Stapperhoef - is al sinds onge veer 1978 uitverkocht. Ab Revoort en Eric Oosthoek hebben drie jaar lang al hun vrije tijd gestoken in een waardige opvolger: het vijfhonderd pagina's tellende Basisboek televi sie maken. De 50-jarige Revoort en de 42-jari- ge Oosthoek noemen zichzelf 'vak fanaten'. Revoort was tot vorig jaar dertien jaar lang cursusleider ele mentaire regie bij Santbergen, het opleidingsinstituut voor de omroe pen, tegenwoordig is hij hoofd regie bi j de Nederlandse Onderwijs Tele visie. Oosthoek is sinds '77 drama- regisseur, en de laatste acht jaar dramacoördinator bij de IKON. Na een vruchtbare samenwerking bij Santbergen besloot het tweetal een basisboek televisiemaken te produ- Het Basisboek televisie maken heeft als sub-titel 'het regisseren en produceren van video-program ma's'. Het boek houdt zich strikt be zig met de inhoudelijke kant van de zaak. benadrukken Revoort en Oosthoek. Oosthoek: "Het is geen boek over knoppentechnologie, je leert geen camera uit elkaar halen. Het leertje om te gaan met dit medi um. Onze overtuiging is dat het veel belangrijker is om inhoudelijk te weten hoe je met het medium ont gaat. dan wat er aan technisch know-how bij komt kijken. Jij moet als regisseur weten wat je met een camera kan. Vervolgens weet de ca meraman of de beeldtechnicus wel hoe hij of zij de camera moet slopen, of wat dan ook. Het werk is bedoeld voor drie groepen gebruiklers. Oosthoek: "Er zijn in Nederland 2500 serieuze vi deoamateurs verenigd in de NOVA, die ieder jaar een speelfilm maken. Die mensen hebben hele hoge am bities, hebben behoefte aan een boek dat hen inhoudelijk leert hoe het moet. Verder is het werk be doeld voor die 75 mensen die van Filmacademie afkomen, maar ook voor de vele vrijwilligers van de kleine honderd lokale en regionale omroepen die op tv-gebied actief zijn, en die absoluut geen referen tiekader hebben. Het boek bestaat uit drie delen. Het eerste deel behandelt de ele mentaire regels voor het voeren van beeldregie. Het tweede deel behan delt de dramaregie, en het boek sluit af met een verklarende lijst van tweeduizend woorden uit het jar gon. Geen voorkennis Anders dan bijvoorbeeld een boek over de technologie die bij televisie maken om de hoek komt kijken is voor het Basisboek televisie maken geen voorkennis nodig. "De profes sionele programmaker in Hilver sum, de semi-prof in Groningen en de serieuze video-amateur willen inhoudelijk alle drie hetzelfde doen. Zij willen een verhaal vertellen, iets mededelen in de vorm van drama, actualiteiten, of wat dan ook. Hoe pak je dat dan aan, hoe ontwikkel je het script, hoe moet het eruit komen te zien? Dat moeten alle drie zich af vragen, voor ieder is dat gelijk", al dus de auteurs Het tweetal maakt er geen geheim van dat het boek een persoonlijke sfeer uit ademt. Revoort: "Ik word des duivels als ik een intensief ge sprek op tv volg, en ik krijg volgens de camera-instelling niet anders te zien dan twee kleine poppetjes, die ik in profiel tegen elkaar zie praten. Ik zie dat die fout avond aan avond gemaakt wordt. Ik ben zover weg met de camera van wat er gebeurt. Ik vind dat het heel 'close' zou moe ten zijn, waarbij je iemand recht in het gezicht kijkt, waarbij je kunt zien wat iemand bedoelt. Maar je? ziet dezelfde opstelling. Zonde, want je dondert de kijker een kilo meter achteruit." BERT MOL Ab Revoort en Eric Oosthoek: Basis boek televisie maken; uitgeverij Wol- ters Noordhof f. 195.- Wie de gruwelen van nazi-Duits- land in ogenschouw neemt, kan zich nauwelijks voorstellen dat het Duitse oorlogsrecht op tal van ge bieden de grondlegger is geweest van het huidige Nederlandse rechtsstelsel. De Duitse wetgeving is naar huidige maatstaven vooruit strevend geweest, stelt de emeritus hoogleraar prof. mr. L. Mok. "Met name op het terrein van het arbeidsrecht, huurrecht en be stuursrecht hebben de Duitsers de verouderde wetgeving ingrijpend veranderd. Weliswaar gebruikte de bezetter het oorlogsrecht voor het nazi-apparaat, het grondidee was na de oorlog bruikbaar". Volgens Mok is in dit verband de beeldspraak op zijn plaats van "het mes waarmee ie mand gedood is, later gebruikt kan worden om er een brood mee te snij den". Een half jaar geleden hield Mok zijn afscheidsrede aan de Rotter damse Erasmusuniversiteit, hande lend over juridische lijnen van vroe ger naar nu. Die rede heeft hij nu uitgewerkt in een boekje onder de titel Collaboratie: personen en pa- Mok komt tot een aantal verras sende inzichten. "Het idee dat de oorlog een caesuur vormde met de naoorlogse periode is absoluut niet houdbaar. Vóór de oorlog kon een arbeider met een week opzegter mijn in Nederland ontslagen wor den. Die opzegging kon plaatsvin den wegens een huwelijk of tijdens arbeidsongeschiktheid. Er waren ondernemingen, waar het lagere personeel elke zaterdagmorgen met angst en beven het loonzakje bij de kassier ging halen. Wie er door het loket een kreeg toegeschoven, ging opgèlucht naar huis, wie er twee ontving, wist dat hij maandag op straat stond." Ontslagrecht "Tegenwoordig kan iemand alleen met toestemming van een arbeids bureau ontslagen worden. De Duit se Reichskommissar Seiss Inquart verbood in 1943 dat werknemers zonder toestemming van het gewes telijk arbeidsbureau hun baan zou den kwijtraken. De Duitsers ge bruikten het ontslagrecht voor hun eigen oorlogsapparaat - de dwang arbeid voor nazi-Duilsland". Dat deze Duitse verordening na de bevrijding kracht van wet kreeg, had te maken met de wederopbouw - toen de rechten van de arbeider ge waarborgd werden. "Ook op het gebied van het huur recht zorgde de bezetter voor een in grijpende doorbraak. Door de grote woningnood namen de Duitsers de distributie van woningen ter hand, zij vorderden de woonruimte' voor het leger. Om de vraag naar wonin gen te beperken, werd in 1941 de be voegdheid van de verhuurder om na de opzegging van de huurover eenkomst de woning te ontruimen, aan banden gelegd. In dit huurbe- schermingsbesluit ligt de kiem van de huidige huurwet, waarin de be langen van de huurder zijn gewaar borgd", aldus Mok. 1941 werd ingevoerd ten grondslag ligt aan de huidige ziekenfonds wet". Bruggehoofd Veel onderdelen van het arbeidsrecht zijn ontleend aan richtlijnen uit de bezettingstijd. Zo verbood Seiss In quart in 1943 dat werknemers zonder toestemming van het gewestelijk arbeidsbureau hun baan zouden kwijtra ken. Volgens de jurist is ook op het ge- sel in, waarin de belasting achteraf bied van de belastingen en de ge- geheven werd over het in een belas- zondheidszorg zichtbaar dat Duii.e tingjaar genoten inkomen. In de maatregelen ten goede gebruikt naoorlogse belastingwetgeving konden worden. "De Duitsers voer- (met name de loon-, vennootschaps den een nieuw soort belastingstel- belasting en belastingheffing op be- kenfondsverzekering die op 1 mei (Art drijfswinsten van nv's) zijn de spo ren van het Duitse denken terug te vinden. Op het gebied van de ge zondheidszorg valt te vermelden dat de verplichte en vrijwillige Mok beweert dat door de Duitse be zetting de ontwikkeling van het Ne derlandse recht is versneld. "De groei van het recht is in de richting gegaan van toenemende staatsin vloed de Duitsers versterkten de macht van de overheid door haar in komsten te verhogen en door de ar beidsmarkt en de verdeling van d< woonruimte in haar greep te krij gen". Maar ook in breder verband blijkt volgens Mok dat de Duitse bezet ting in Nederland een belangrijk bruggehoofd vormde tussen het tijdperk van het klassieke liberalis me, met zijn vrijhandel en gave gul den en gouden standaard en het staatssocialisme na '45. De Duitse staatshuishouding (met het leiders beginsel) heeft de aanzet gegeven voor een staatshuishouding, die ge leid wordt door een sterke centrale overheid. "Zo werd tijdens de bezetting de organisatie van het bedrijfsleven in corporatistische banen geleid. Voor de oorlog was het bedrijfsleven voornamelijk in privaatrechtelijke verenigingen georganiseerd. De Duitsers stimuleerden de publiek rechtelijke organisaties, om het Ne derlandse bedrijfsleven beter af te stemmen op het Duitse. De top van het Nederlandse bedrijfsleven was daar niet afkering van. Al in 1938 had de directeur van de Steenkolen Handelsvereniging dr F.H. Fente- ner van Vlissingen, betoogd opge roepen tot 'freudige Zusammenar- beit'. Nederlandse bedrijven waren bereid tot vergaande collaboratie, tijdens de bezetting". Iets wat vol gens Mok zijn wortels vindt in de nauwe banden tussen het Neder landse en Duitse bedrijfsleven voor de oorlog. SER De organisatie werd volgens het model van de Duitse publiekrech telijke bedrijfsorganisatie opgezet. De bedrijven lieten zich in het alge meen gewillig in buraucratische richting organiseren. "Een organi satie die na 1945 van kracht bleef in de vorm van de Sociaal Economi sche Raad (SER) en de publiek rechtelijke bedrijfsorganisatie". Het is opvallend, meent Mok, hoezeer een misdadig regime als het nationaal-socialisme gebruik heeft gemaakt van een aantal beleidsin strumenten die vandaag de dag in; praktisch ongewijzigde vorm zijn gehandhaafd. De SER, adviesor gaan van de regering op sociaal en economisch gebied, heeft officieel de taak de belangen van het Neder landse volk en bedrijfsleven te be hartigen, het is een produkt van de Duitse tijd. PETER VAN DE VUSSE

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 11