Vergeten in aanbeden in Holland, Brazilië s let grote respect voor rossige )ngens met de naam Vanderley De herinnering aan een 'voorbeeldige' kolonist SATERDAG 16 JUNI 1990 PAGINA 35 0 Na de gebeurtenissen van het rampjaar 1672 had Utrecht een gouverneur die Johan Maurits van Nassau-Siegen heette en die een merkwaardige bijnaam had. 'De Braziliaan'werd hij genoemd. Nochtans was hij in 1604 in Duitsland geboren. Op het kasteel Dillenburg, net als zijn oudoom Willem van Oranje. Hoe deze Johan Maurits aan de bijnaam 'De Braziliaan' kwam, vormt een haast vergeten hoofdstuk uit ons koloniaal verleden. door Pieter van Lierop ten bouwen) waarvan evenwel niets is overgebleven. Niet minder belangrijk dan Mauricio's voorliefde voor pracht, praal en bouw- lust zijn de verdiensten die deze Naus- sauer gehad heeft als stimulator van kun sten en wetenschap. Hij stuurde Georg Macrgrav en Willem Pies, ook Piso ge naamd, op botanische en zoölogische ex pedities het Braziliaanse achterland in en liet astronomische waarnemingen doen. Hij omringde zich met kunste naars als Frans Post en Albert Eckhout die de eerste schilders geweest zijn van Braziliaanse landschappen, portretten en stillevens. Maurits wist ook de door hem onder worpen kolonisten met wijsheid tege moet te treden. Tijdens zijn veldtochten was het de soldaten verboden om te plunderen. Hij knoopte vriendschappen met de Portugese planters aan, verleen de hun kredieten om de verwoeste plan tages weer mee op te bouwen en gaf hun bestuurlijke inspraak in wat het eerste parlement van de Nieuwe Wereld ge weest is. Het Braziliaanse schoolboek meldt: Nassau stichtte vlak voor het vissers plaatsje dat Recife was, de wijk Mauri- ceia. Hij bouwde bruggen en sanitaire voorzieningen en vormde haarals met een toverstaf, tot een handelscentrum. Bij decreet stond de bekwame gouverneur al le religies toe, zelfs het jodendom, waar mee de Portugezen moeite hadden. Mid dels een edict verplichtte hij de boeren tot het verbouwen van maniok, het basis voedsel voor de slaven. Ten slotte had hij de moed Sergipe en Maranhao aan te val len, het lukte hem echter niet om Bahia te veroveren. Als men hen zag kaartspelen met de aanzienlijken van Pernambuco, zou men zweren dat de Hollanders voor altijd in Brazilië zouden blijven'(..J Tolerantie Voor de religieuze tolerantie die Johan Maurits opbracht ten aanzien van de ka tholieke en joodse Portugezen kon men overigens geen begrip opbrengen bij met name de steile Zeeuwen onder de 'Hee- ren Negentien', de bestuurders van de Westindische Compagnie. De Hollandse gouverneur sloot ook vriendschappen met Indiaanse stam hoofden die van de Portugezen enkel minachting en repressie gewend waren geweest. Een speciale band kreeg o prin cipe de Nassau met de Indiaanse aan voerder Nandhui, hoofd van de Tapuya- stam, hetgeen de Hollanders ertoe bracht meteen alle Indianen Tapoeiers te noemen en hun opperhoofd Jan de Wei. Toen deze gouverneur in 1644 Brazilië verliet, was de bloeiperiode van de kolo nie eigenlijk al voorbij. Maranhao, de provincie die grenst aan de monding van de Amazone, was al in opstand gekomen. In Ceara werd het garnizoen van Fortale- za (400 Hollanders) door opstandige In dianen volledig uitgemoord. Van een strafexpeditie, welke die richting uit werd gestuurd, is geen levende ziel te ruggekeerd. Daaruit hebben de Portugezen toen moed geput voor een breder georgani seerd verzet, waarbij hun voornaamste motivatie werd gevormd door de onwil om de door Maurits verleende kredieten af te lossen. Omdat nogal wat Hollanders van aanzien Portugese vrouwen hadden getrouwd, bleken velen van hen geneigd over te lopen naar de vijand, of bereid zich te laten omkopen. De meest notabe le verrader heette Caspar Vanderley. Zijn nazaten staan in Brazilië nog steeds zeer hoog in aanzien. Gedurende zijn hele bewindsperiode heeft Maurits voortdurend smeekbeden gestuurd naar de WIC, om meer verster kingen, meer kolonisten (er hebben nooit meer dan rond 10.000 Nederlan ders in Brazilië gewoond) en meer geld om er echt iets moois van te kunnen ma ken. Vergeefs. Het stoorde de gouver neur dat de WIC bleef weigeren investe ringen te doen, vandaar dat hij bij herha ling met ontslag heeft gedreigd. In het vaderland bleef men niettemin kruide- niersachtig op de penningen zitten. Zelfs de door de Portugezen aangeboden sta tus quo werd hautain van de hand gewe zen, want men wilde nog steeds méér. Na twee veldslagen in de bergen bij Guararapas (april 1648 en februari 1649) dwong Francisco Baretto de Menezes uiteindelijk de Hollandse troepen op de knieën. De 1200 soldaten die in 1653 Re cife moesten verdedigen, waren uitge hongerd, doodziek, onderbewapend en slecht gemotiveerd; ze hadden in geen tijden soldij gezien. Januari 1654 gaven ook deze laatste Hollanders van Pernam buco zich over aan de Portugezen. Crisis Het Post Scriptum in de Braziliaanse schoolboeken: Nadat ze uit Brazilië wa ren verdreven, begrepen de Hollanders de noodzaak om een eigen suikerproduk- tie op te zetten. Dat deden ze op de Antil len. Met meer kapitaal en betere technie ken dan de onze streefden de Nederland se Antillen ons weldra voorbij: het was de eerste crisis in de Braziliaanse suiker. De crisis ergerde onze suikerproducenten en incidenten met de Portugese kroon kwa men steeds vaker voor'C..) 'Sommigen gaven in het openbaar lucht aan hun heimwee naar de 'de goedé gouverneur Nassau'. Anderen herinner den zich trots dat de Bataven er zonder hulp van het moederland uitgegooid wa ren en dat Portugal zelfs had willen ver bieden dat te doen. Wat overgebleven is van de Hollanders na 24 jaar overheer sing is bijna niets: enkele gebouwen, eni ge bruggen, de haven van Recife. 'De Hol landers hebben ons alleen enige jonge mannen met rossig haar achtergelaten en met de achternaam Vanderley'. ens bestond er een Hollands Brazilië, recies 350 jaar geleden waren de Neder- nders heer en meester over een miljoen erkante kilometers in de noordoost- j>ek van Zuid-Amerika, het economisch Zangrijkste deel van Brazilië. In 1640 id Jacob Huyghens het commando 'er 40 Hollandse schepen waarmee hij >or de kust van Pernambuco tijdens !n vierdaagse zeeslag een tweemaal otere Spaanse 'armada' wist te ver- aan. In het zelfde jaar wisten de Portuge- n, na zestig jaar onder Spaans bewind hebben gestaan, hun onafhankelijk- ;id te herwinnen en boden ze de Hol- iders vrede aan onder de toezegging •finitief af te zien van hun eigen oudere zhten op Pernambuco en omliggende ovincies. De kooplieden van de West- dische Compagnie meenden een zo op ede beluste natie straffeloos nog wel n paar extra gebiedsdelen afhandig te .nnen maken. Het gevolg was dat de Portugezen op- ;uw tot oorlog werden gedwongen, sn jaar later dreven ze bij Olinda de itste Hollanders de zee in. Een eeuw la- nog kon de dichter Onno Zwier van iren spijtig verzuchten: Verzuimd Brasil; o rijke velden; Wier Aard is Diamand en goud; 'Jw laatse rampen gaan zig melden, Vu Bankert U niet meer behout...." Vie thans in die streken terechtkomt int zich als Nederlander kenbaar maakt, art van menig Braziliaan dat het zo jtig geweest is dat in 1649 de Hollan- met de behaalde buit en het verzoek om versterkingen naar Nederland terugge zonden. Piet Heyn stak over naar Afrika met de bedoeling om Portugese slaven- depots te overvallen. In Salvador bleef een slecht gediscipli neerd garnizoen achter van 2000 Hollan ders en 17 schepen. Die zagen geen kans het hoofd te bieden aan de 70 oorlogsbo dems en 10.000 manschappen waarmee Fadrique de Toledo voorjaar 1625 de stad kwam heroveren. Op het plein naast het voormalig gou vernementsgebouw met adembene mend uitzicht over de haven en de Bahia de Todos Os Santos markeert een pla quette de plek waar Diego de Mendonca Fourtado, gouverneur-generaal van Bra zilië, zich aan de Hollanders overgaf. Zoals een kleine kilometer verderop, in de schilderachtige, voormalige slaven- wijk Pelerinho, een gedenksteen aan de muur van het Carmelietenklooster, de plaats aanwijst waar de Hollanders elf maanden later de capitulatie onderte kenden. Piet Heyn is nog twee keer terug ge weest in Salvador. Niet om de stad in be zit te nemen, maar om de vijand te inti mideren en te bestelen. In 1627 voer hij met acht schepen en vier jachten de baai binnen. Toen hij er drie uur later weer uitkwam sleepte hij 22 veroverde sche pen achter zich aan. Staaltje Het is stellig Heyns stoutste staaltje ge weest, op het winnen van die Zilvervloot na dan, waarvan overigens niet de ver overing (bij Cuba) het knapste was, maar 's de Slag bij Guararapas verloren )ben, want het zou een zegen voor het d zijn geweest als de laatste twee eeu- ri van kolonialisme in Brazilië de Hol ders de baas waren gebleven in plaats i de Portugezen. >at geloven ze, omdat onze Johan urits van Nassau die van 1636 tot 1644 .verneur van Nederlands Brazilië ge- ist is. zich zo'n voorbeeldig bestuur- had getoond. Ze noemen hem 'de eer- grote Braziliaan'. >f lerlands Brazilië? Slag bij Guarara- Johan Maurits van Nassau? Brazi- nse scholieren krijgen er een hoofd- 1 van tien pagina's over te leren, met veel lof voor de Nederlanders. §W!pnze geschiedenisboekjes zul je er ■%^eefs naar zoeken. Waarom weten wij SI alles van Jan Pieterszoon Coen, IjKhter van Batavia en niets over Johan 12lUimts van Nassau, stichter van Recife? reden is simpel: de Oostindische npagnie van Coen heeft ons land 1 Zirijk gemaakt, terwijl Nassau-Sie- WjM; Westindische Compagnie voorna- Hijk geld gekost heeft. Het is natuur- PKBwaar dat Nederland wereldhistorie heeft met een koopmans- >t, maar het is spijtig dat het ook lijkt gaan voor onze geschiedenisboe- 500,-. wi -blok/wen de Nederlanders eind zestiende met m(v in hun felle onafhankelijkheids- ig. vanpg gewikkeld waren met de Span- t-grijzyen, werden met de Portugezen nog 1 en lekende handelsbetrekkingen on- 'lakte itouden en waren de Hollanders kind jxcl. gahuis op de kusten van Brazilië. In i veranderde alles op slag toen de Igüog van Alva (dezelfde die tevoren zo Nvjhuis gehouden in onze contreien) het "rland Portugal onderwierp en daar- ook alle Portugese koloniën tot ïns bezit maakte. """""ingezien Madrid haar dure oorlog te- de Nederlanders bekostigde met de :en uit de koloniën, werd het voot .epubliek der Verenigde Nederlan- van levensbelang zelf over steun- I .en te beschikken in de Nieuwe We- Daarvandaan zouden de goud- en rtransporten vanuit Mexico onder- pt kunnen worden (wat Piet Heyn n jn jkeer gelukt is). Voor dit doel werd de Westindische Compagnie opge- die een extra begerig oog liet vallen 14 rrfrazüië. anslui t. nsch dstad in het gebied was het noorde- ;elegen Salvador de Bahia, aan de eiligenbaai. Daar dook- op 8 mei :en Hollandse vloot op onder com- an Jacob Willekens en Piet I. De Hollanders hadden een paar ki- ;er verderop 1200 soldaten en 260 'zen aan land gezet om de door 3000 Iten verdedigde stad vanaf de lage aan te vallen. ■nog ligt het stadscentrum van Sal- 33. op een steile klip die hoog uitto r—Doven de haven. In het midden ligt ie altijd het ronde fort Sao Marcelo, Dp Piet Heyn zijn kanonnen richtte. ,ien vijandelijke schepen moesten '.iten gevecht worden gesteld voor het door 600 Portugezen en Span- 2n bemande fort kon bereiken. Kor- d later sprongen de verdedigers ch de haven in en probeerden "imend de stad te bereiken. De vol- morgen gaf de stad zich over. ïia is minder dan een jaar in Hol- handen gebleven. Jacob Wille- °er met een van de vloot naar U-S—iraïben, een tweede eskader werd het behouden thuisbrengen van de buit. Dat jaar keerde de WIC haar aandeelhou ders een dividend uit van 50 procent. Holland had Salvador de Bahia weer uit handen moeten geven, omdat was na gelaten het veroverde bezit vervolgens voldoende te beveiligen. Van die fout heeft men geleerd. Kerstmis 1629 voer een nieuwe vloot uit met Brazilië als doel. Onder commando van zeevoogd Lonck, admiraal Pieter Ita, vice-admi- raal Banckert en schout-bij-nacht Corne lls Melckmeyt bestond de strijdmacht uit 52 grote schepen, 13 kleintjes en 7000 man. Dit keer was niet de provincie Bahia doelwit, maar het iets noordelijker gele gen Pernambuco. Met het zeer welvaren de Olinda en het minder aanzienlijke maar zwaar versterkte Recife als centra, Op 15 februari ging Diederick Waerden- burgh een paar uur lopen van Olinda met 3000 manschappen aan land en'stuurde de boten vast door naar Recife, zodat er voor die soldaten niets anders op zat dan zich een weg te vechten door de vijande lijke linies, wilden ze de drieste invasie kunnen overleven. Olinda werd genomen en het nog steeds beeldschone stadje (indertijd had den de huizen er zelfs massief gouden deurknoppen) werd geplunderd. Recife was intussen dagenlang onder vuur ge nomen door scheepsgeschut. Van land zijde werd de stad ingenomen. Gouver neur Mathias de Albuquerque vluchtte het binnenland in en is nog vijfjaar lang met guerrilla-acties de Hollanders blij ven teisteren. Desondanks kreeg men ook het ach terland onder controle en in 1634 werd ook de naburige provincie Paraiba inge lijfd bij wat Hollands Brazilië ging heten In 1636 had men ook het eiland Itamara- ca en Rio Grande onder controle. Ceara en Maranhao zouden nog volgen. Hel werd tijd voor een krachtig bestuur en dat werd door de Staten-Generaal en de Westindische Compagnie in handen ge geven aan de 32-jarige Prins Johan Mau rits van Nassau-Siegen. - Deze Johan Maurits was een achter neef en petekind van stadhouder Prins Maurits en zou zijn carrière in dienst van de Nederlandse Republiek eindigen als Johan Maurits van Nassau, de eerste grote Braziliaan. Geen woord over hem in de Nederlandse geschiedenisboekjes, waar hij in de Braziliaanse historie een ereplaats heeft gekregen. (foto-s gpd> gouverneur van Utrecht. Met Frederik Hendrik had hij gevochten bij Groenlo. Den Bosch en Maastricht. Johan Maurits had zijn aanstelling overigens niet zon der tegenstribbelen aangenomen. Aan vankelijk had men hem beloofd 32 sche pen en 7000 manschappen mee te sturen, opdat eindelijk en voor goed afgerekend zou kunnen worden met de Portugezen in Salvador de Bahia. Maar de heren gingen marchanderen. Of het eigenlijk ook niet kon met twaall zeilen en 2700 koppen? Uiteindelijk kon de nieuwbakken gouverneur vanal Texel vertrekken met., vier schepen en 350 man. En hij ging, want hij wilde veel te graag. Hij arriveerde 23 januari 1637 in Pernam buco. En toen brak die korte periode van ons koloniaal verleden aan waar we dan wèl een beetje trots op mogen zijn en die de Brazilianen ons in elk geval in dank hebben afgenomen. Wie nu de hoofdstad van Pernambucc vanuit de lucht benadert, ziet meteen waarom de Nederlanders zich daar zc lekker voelden. Het is een vlak groen ge bied, doorsneden door talrijke riviertjes De Hollanders hebben daar bruggen ge bouwd, gekanaliseerd en gepolderd dat het een lieve lust was. Een van de grootste bruggen die het vroegere rif verbindt met de nieuwere stad heet nog altijd de Mauricio de Nas sau-Brug. Op een tweede brug zijn mar meren plaquettes bevestigd die de Hol landse periode memoreren in jaartallen met toelichtingen. Nog altijd ligt er het door ingenieur Commersteyn gebouwde Fort De Bruin (Fort Brum heet het nu en er is een militair museum in gevestigd) met als meer landinwaartse tegenhanger het Fort Juffrouw De Bruin. Verderop bevonden zich de forten Fre derik Hendrik, Amalia, Waerdenburgh en Vijfhoeck. De mooiste door Maurits opgerichte bouwwerken zijn de paleizen Schoonzicht en Vrijburg geweest (ont worpen door Pieter Post, dezelfde archi tect die hij samen met Jacob van Cam- pen in Den Haag het Mauritshuis had la

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 35