Na de zege begint de mythe Wereldtitel zorgt altijd voor onbeschrijflijke taferelen Glenn Hysen Respect Toni Polster Omkoperij Enorm spektakel Het moment van 1982 KssasssssjsS"™""™-"*" spK De Amsterdamse grachten zul len stellig te smal zijn als Oran je op 9 juli zou worden gehul digd als de nieuwe wereldkam pioen. De rondvaart na het EK- succes, nu bijna twee jaar gele den, overtrof reeds alle ver wachtingen. Een wereldtitel van het Nederlands Elftal moet welhaast gepaard gaan met een huldiging, die zelfs de Canade zen en de Amerikanen na de Tweede Wereldoorlog in de hoofdstad niet ten deel is geval len. Het behalen van de wereldtitel heeft in de afgelopen decennia vaak voor onbeschrijfelijke ta ferelen gezorgd. In 1930 kregen de inwoners van Uruguay een vrije dag toen dat land ten kos te van de grote rivaal Argenti nië de eerste WK-fi- nale had.ge wonnen (4-2). De regering vond dat de spelers goed moesten worden gehuldigd. De helden werden op de schou ders van de fans door de straten van Mon tevideo gezeuld. In het middelpunt van de feestvreugde stond de schutter van de beslissende (vier de) treffer: Hector Castro. Tijdens een bezoek aan een hout zagerij enkele maanden voor het begin van het toer nooi kwam hij on gelukkig met zijn rechterarm in de vlijmscherpe machi ne. De eenarmige spits is nu een van de vele legendarische fi guren in de geschie denis van het WK. waarmee iedereen vrede kon hebben. Het gebeurde in die zestig jaar nogal eens dat het gastland de wereldtitel opstreek, terwijl er zeer aan getwijfeld kon worden of dat elftal ook buiten de landsgrenzen de sterkste zou zijn geweest. De eerste wereld titel van Italië in 1934 was daar een goed voorbeeld van. Door Mussolini met alle zorg en faci liteiten omringd, zagen de Itali anen zich toch genoodzaakt om alles wat mooi en vooral lelijk was uit de trucendoos te halen om in de eindstrijd in Rome Tsjecho-Slowakije onder de duim te kunnen houden. Er moest zelfs een verlenging aan te pas komen (2-1). Na die fina le schreef het Duitse sportblad „Der Kicker": „Wat zich op het In '83 was hij al grijs als een duif en Jan Reker sprak van 'een kanjer'. PSV had Glenn Hysen gekocht, de centrale verde diger die met IFK op indrukwekkende wij ze de Uefa-Cup had gepakt. In Eindho ven hield het duo Stevens-Brandts de sympathieke vedette echter simpel uit de ploeg, al probeerde Reker het met Hysen nog als rechtsback, middenvelder en part-time spits. Hysen droop teleurge steld af naar Zweden, won bij IFK weer een Uefa-Cup en werd vervolgens aan getrokken door Fiorentina. In Italië maak te hij wel school met zijn intelligente, kop- sterke spel, dat hem na twee jaar een contract bij Liverpool opleverde. Met zijn 29 jaar kan Hysen nu eindelijk op het hoogste niveau bewijzen dat Reker het indertijd nog niet zo slecht heeft gezien. Iedere speler die ooit wereldkampioen werd, mag in zijn land, maar vaak ook ver daarbuiten, reke nen op veel respect. Paolo Rossi is een sprekend voorbeeld. In 1982 schoot hij en niemand anders, Ita lië naar de wereldti tel. „Van de ene op de andere dag verander de er veel in mijn le ven. Ik was niet meer een bekende voetbal ler, ik was plotseling dé wereldkampioen. Waar ik ook kwam, overal werd ik herkend. Dat heeft meestal grote voordelen, maar niet al tijd. Vorig jaar was ik in Brazi lië, en toen ik op de luchthaven aankwam, was er bijna geen taxichauffeur die mij naar mijn hotel wilde brengen. Ze verwe ten me daar nog dat ik in 1982 hun nationale ploeg met drie treffers had uitgeschakeld". Als de titel eenmaal is behaald, begint langzaam maar zeker de mythevorming rondom de nieu we wereldkampioen. In het maanlicht van de herinnering zijn de zaken nu eenmaal aan merkelijk mooier dan ze ooit in het zonlicht van de werkelijk heid waren. Naarmate de jaren verstrijken blijkt de wereld kampioen in het geheugen van velen zelden iets fouts te heb ben gedaan. De realiteit was vaak dat de wereldkampioen op zijn tocht naar de titel zijn zwakke momenten had en niet zelden met ferme kritiek te ma ken kreeg. Van de in totaal der tien wereldkampioenen sinds 1930 zijn er maar een paar In Oostenrijk noemen ze hem ijdel en ei- genzinning, in Sevilla dragen zijn fans de 'messcherpe spits' op handen. Na zijn drie doelpunten in de beslissende WK-in- teriand tegen de DDR liep hij in het Pra ter-stadion niet mee in de ereronde, om dat het publiek hem in eerdere interlands had uitgefloten. Bij terugkeer in Spanje werd hij als een held ingehaald. De voor malige topschutter van Austria Wien, die in z'n laatste seizoen bij de Weense club 39 keer scoorde, is de enige Oostenrijker die een dikbelegde boterham in het bui tenland verdient. De witte raaf in het Oos tenrijkse voetbal verhuisde in 1987 voor 3,5 miljoen gulden naar Torino. In Turijn kwam Polster echter niet uit de verf, waarna hij werd getransfereerd naar Se villa. Nu scoort hij weer aan de lopende band en is hij na Hugo Sanchez de beste schutter in Spanje. veld afspeelde, had weinig meer met voetbal te maken. Sommige Italianen horen niet eens thuis op een voetbalveld". In Italië rees het enthousiasme tot kookhoogte, de spelers wer den bijkans tot heiligen ver klaard; buiten Italië was men sceptisch gestemd. Er zijn meer wereldkampioenen van dat kaliber. Argentinië was er zo één in 1978, ook op eigen bodem. De ploeg kwam slechts stampend en steunend verder. Om de eindstrijd (tegen Neder land) te halen moest Argentinië in de laatste wedstrijd van de halve finale poule met grote cij fers winnen van Peru. Dat luk te: 6-0, maar het gebeurde op een dusdanig gemakkelijke ma nier dat het woord omkoperij terstond de ronde deed. Jaren later werd dat ook door bepaal de Peruaanse bronnen beves tigd, al werd het van andere zij de weer tegengesproken. In Ar gentinië maalde uiteraard nie mand er om. De wijze waarop Engeland in 1966 in de eigen hoofdstad de wereldtitel veroverde, maakte ook weinig indruk. Speltech- nisch matig begaafd, kon de ploeg van coach Ramsey het WK winnen, omdat de Engelse spelers over een veel betere conditie beschikten dan de an deren. Het toernooi bewees dat met een groep matige voetbal lers veel valt te bereiken. Met een beetje geluk zelfs het aller hoogste, zoals een Nederlandse krant schreef. Toch leven ook de „matige" spelers van dit team als helden voort in de Britse voetbalhistorie. Een kwart eeuw na hun succes werd er nog een boek aan hen gewijd: "The Boys from '66". Westduitsland werd twee keer kampioen, maar beide keren was iederen meer on der de indruk van de tegenstander in de finale. In 1974 ging alle lof naar het Hollandse (harde) totaalvoet bal; twintig jaar ervoor maakte het Hongaarse Wun- derteam de meeste indruk. Eerder in dat toernooi had die ploeg de Mannschaft al met 8-3 de oren gewas sen. In de finale konden de ver moeide Magyaren (die in tegenstel ling tot Duitsland een zeer zwaar programma had den moeten afwer ken) een 2-0 voor sprong niet hand haven tegen de fris van de lever spe lende Duitsers (2- 3). Tot op de dag van vandaag be weert de Hongaar se vedette Ferenc Puskas dat de Duitsers tijdens de finale waren ge drogeerd. De Hon gaar meent als be wijs daarvoor te kunnen aanvoeren dat acht-elfde van het Duitse kam- pioensteam enige tijd na de eindstrijd door geelzucht werd geveld. Voor de Duitse fans was hun ploeg echter de ware kam pioen. Bijna een half miljoen mensen huldigde Fritz Walter en zijn mannen op de dag na de finale in München. Een markante wereldkampioen was Uruguay in 1950. In de fi nale-poule had de ploeg moei zaam gewonnen van Zweden (3- 2) en nog moeizamer gelijk ge speeld tegen Spanje (2-2), ter wijl Brazilië die tegenstanders met resp. 7-1 en 6-1 had verpul verd. In de slotwedstrijd tegen Uruguay had Brazilië (in Rio de Janeiro nog wel) aan een gelijk spel voldoende. Het werd, met maar even 160.000 Brazilianen op de tribunes, een enorm spek takel, waarin.... Uruguay met 2 1 aan het langste eind trok. (Terwijl in Uruguay na de zege een soort V- Mim Pele. Het wordt bijna zomer in het hart als die naam valt. carnaval losbarstte, hulde Bra zilië zich in diepe rouw. De Braziliaanse coach vluchtte de bergen in en moest zich daar dagenlang schuilhouden). De held van de wedstrijd was de spil en aanvoerder van Urugu ay, Varela, die die dag kennelijk radar tot zijn beschikking had. Uruguay was in 1950 niet de beste ploeg ter wereld, maar de moed en de koelbloedigheid die in het hol van de leeuw aan de dag werden gelegd, waren op merkelijk. Waren er dan hele maal geen echte, door iedereen van harte aanvaarde wereld kampioenen? Zeker wel. Italië in 1938 en ook wel in 1982 (al is men langzamerhand vergeten dat de Azzuri toen huivering wekkend slecht van start gin gen). Maar bovenal geldt het voor de Braziliaanse ploegen van 1958 en 1970. Pele, Garrin- cha, Zito, Vava, Didi. Het wordt bijna zomer in het hart als die namen vallen. De Brazilianen van 1958 brachten een ware re volutie in de spelsystematiek teweeg door voor het eerst met het 4-2-4 systeem op de prop pen te komen. De ploeg van 1970 won alle (zes) wedstrijden in het eindtoernooi met speels gemak en scoorde daarin 19 keer. Dit elftal bouwde in drie weken zo'n faam op, dat het nog altijd wordt beschouwd als het beste voetbalelftal aller tij den. unnïnl JFf J,8 V3f Algenle- De Afrikanen winnen met 2-1, maar Derwall komt zun naZ h gf?an6 belof1e niet na om in het geval van een nederlaaa loDend ■fnAI?eln,iVerz^mt tegen Chili een ^sprong van 3-0 vast te houden hebben DMmnTnTn" P**7*? maareen kans om ™men d* «2 hJen ia het gastland Spanje haalt West-Duitsland de halve finale waarin het Frankriik tmft r JUZT 06 Tthelft ^deen doelman Schumacher op een vnsZemZ

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 59