'Contrabas spelen topsport' Komedie 'Ernst' acteerfeest Twee intieme miniaturen 'Bailegangaire' prestatie van indrukwekkend formaat Ontspannen Flora Concert Internationaal Liedconcours DEN HAAG - Tijdens een door hemzelf samengesteld concert, waaraan behalve door de eigen formatie Sca pes ook wordt meegewerkt door de Amerikanen David Murray (tenorsax) en Sunny Murray (drums), kreeg jazz- bassist Tony Overwater in het Korzo-theater in Den Haag de Podiumprijs '89 uit gereikt. De SJIN (Stichting Jazz Geïmproviseerde muziek in Nederland) kende de prijs voor de zevende keer toe aan een jonge musi cus die 'van belang kan wor den geacht voor de ontwik keling van de jazz en geïm proviseerde muziek in Ne derland'. door Ton Ouwhand Behalve een geldbedrag van drie duizend gulden én het concert, be staat de prijs ook uit een een tour nee langs verschillende jazzpodia in het najaar. Het is de bedoeling dat de compact disc, die Overwater on langs met zijn kwintet Scapes op nam, tijdens die tour kan worden gepresenteerd. Overwater speelt behalve in Sca pes ook in de groep Chazz, in het trio van gitarist Olaf Tarenskeen en in het trio van pianist Marc van Roon. Met laatstgenoemde leidt hij de stichting Jazz in Motion, een groep musici uit Den Haag die zich bezig houdt met eén soort muziek die men gemakshalve met freebop' om schrijft. 'Gestructureerde muziek met vrije bestanddelen'. "Ik kom aan basspelen de laatste tijd haast niet meer toe", erkent een trotse Tony Overwater in zijn appar tement in de binnenstad van Den Haag. Zijn dagen zijn gevuld met in terviews, plaatopnames en oefenen met verschillende formaties voor het naderend eindexamen. "Ik vond het een enorme eer, die podiumprijs. Met Scapes hebben we de laatste tijd erg veel prijzen ge wonnen, maar deze prijs is niet aan een concours verbonden. Je wordt beoordeeld voor alles wat je doet. Eigenlijk was ik verbaasd dat de or ganisatie inging op mijn wens om voor het concert David en Sunny Murray naar Nederland te halen. Zij zijn heel belangrijk geweest voor mijn carrière. Twee jaar geleden speelden ze hier in Den Haag, in Het Paard". "Ik ging er naartoe om de bassist te horen, Fred Hopkins. Deze was echter ziek. Hij werd vervangen door een Nederlander van wie ik dacht: dat kan ik beter. De coördi nator van de jazzafdeling van het conservatorium regelde dat ik een stuk mocht meespelen. David en Sunny zeiden dat ik de hele set moest blijven staan. Na afloop van het concert vroeg de manager of ik de andere twee concerten van Da vid en Sunny ook mee mocht spe len". Fysieke kant "Nota bene de eerste concert moest ik verstek laten gaan omdat ik moest optreden met het Haags ma- trozenkoor. 's Nachts na het concert belden ze me op of ik met ze in Eind hoven wilde spelen en daarna mocht ik de rest van de Europese tournee meedoen. Ik kende hun muziek eigenlijk niet. Ik ben als een gek platen gaan luisteren. Ze heb ben me ontzettend geholpen en ge stimuleerd en het contact is geble- "Eigenlijk is hun muziek geba seerd op bebop, maar dan vijftig jaar later. Je hoort meestal alleen de ruige buitenkant, maar er zit ontzet tend veel traditie in. Het lijkt alle maal vrij en 'doe maar wat je leuk vindt', maar als je hun taal niet kent - en die gaat terug naar de oudste jazz en blues - dan kun je niet met spelen". 'Ruiters naar zeeVIn de schaduw van het dal' van John Millington Synge door het Theater van het Oosten. Regie: Annette Apon. Spel: Rick Nicolet, Jaap ten Holt. Yo- landa Entius. Miryanna Boom, Sacco van der Made en Alexander van Heteren. Ge zien op 29 april in de Leidse schouwburg. dingskracht LEIDEN - Helaas heeft het Thea ter van het Oosten de twee korte stukken van John Millington Synge in een verkeerde volgorde geprogrammeerd. Het zijn welis waar twee intieme miniaturen, maar door de afwijkende aanpak is er toch een opvallend (kwali- teits-) verschil. 'In de schaduw van het dal' is aanmerkelijk min der dan 'Ruiters naar zee' waar mee het tweeluik begon. Had men het laatstgenoemde stuk na 'In de schaduw van het dak' ge speeld, was een anti-climax voor komen. Door de aanpak en de 'setting' is 'Ruiters naar zee' iets aparts. Spelers en publiek zitten op het toneel, waar door de technici van de Leidse schouwburg een mini- theatertje is geïmproviseerd. Zo doende ontstaat een grote mate van intimiteit, en kunnen wij als toeschouwers de acteurs van zeer nabij volgen. De gekozen vorm mag nauwelijks de naam van een toneelvoorstelling hebben. Eer der is het een geënsceneerde tekstrepetitie die zich nog tot een voorstelling zou moeten ontwik kelen. Juist dat ongepolijste ka rakter maakt echter het 30 minu ten durende 'Ruiters naar zee' in trigerend. Het stuk zelf vertelt al meer dan het toont, door deze be nadering wordt nog eens extra een beroep gedaan op de verbeel- We horen slechts de stemmen van vier op een stoel gezeten ac teurs en zien dankzij de speciale zaalopstelling hun gelaatsuit drukking. Rick Nicolet draagt het geheel. Zij geeft met uitgekiende soberheid gestalte aan een vrouw die haar man en vijf van haar ze ven zonen aan de zee heeft geof ferd. Als zij dan ook nog haar bei de laatste zonen verliest, heeft ze tenminste de zekerheid dat haar dit leed niet meer kan overko- 'In de schaduw van het dal' daarentegen is als een gewoon to neelstuk aangepakt. Wat in het eerste stuk als het ware onuitge sproken blijft, zou hier in het spel tot uitdrukking moeten komen. Dat lukt maar gedeeltelijk. Daar door mist het spanning, ook al ko men acteurs als Rick Nicolet, Alexander van Heteren en Sacco van der Made van goede huize. Getrouwd met een oude man heeft Nora op een volledig geïso leerde boerderij. Wanneer zij in de waan verkeert dat haar echtge noot dood in bed ligt, dienen er zich twee andere mannen aan, een zwerver en een jonge herder. Als de oude man blijkt te leven, verstoot hij Nora. Zij kiest voor de zwerver en verlaat met hem het huis, een nieuw moeilijk, maar vrij leven tegemoet. De tra giek die 'Ruiters naar zee' in de voorstellingswereld van de toe schouwers oproept, blijft in het echt gespeelde tragikomische 'In de schaduw van het dal' aan de buitenkant, en het aanwezige ko mische element komt bovendien onvoldoende uit de verf. WIJNAND ZEILSTRA Bailegangaire van Thomas Murphy. Door Theater van het Oosten. Met Pim Lambeau, Petra Laseur en Elja Pelgrom. Regie/verta ling: Willem van de Sande Bakhuyzen. Ge zien op zaterdag 28 april in Micro Theater Imperium. LEIDEN - Voor slechts een handje vol toeschouwers werd za terdagavond (en vermoedelijk ook zondagavond) een acteer prestatie van formaat geleverd. In het kader van het Ierse festival gingen drie actrices gedurende bijna tweëeneenhalf uur tot het uiterste in het zeer emotionele Bailegangaire. Zo emotioneel, dat de humor die ik af en toe ook proefde, slechts tot een ingehou den glimlach bij de toeschouwers leidde. Mogen we hierom wel la chen? scheen men te denken. In de eenakter Bailegangaire (1986) van Thomas Murphy, di recteur van het Abbey Theatre, ligt de negentigjarige Mommo in bed, voortdurend hetzelfde ver haal zonder eind vertellend en geen notie meer hebbend van haar kleindochter Maria. Zij moet als een soort verplegende huis sloof altijd en eeuwig het verhaal over Bailegangaire, het dorp waar niet gelachen werd, aanho ren. Maria's zus Dolly is de wilde meid. die af en toe langs komt, verlaten door haar echtgenoot en in de laatste scenes ook nog onge wenst zwanger. Het beklemmende van het stuk zit hierin dat het verhaal van Mommo voor het publiek in het begin ook abacadabra is, maar gaandeweg steeds interessanter wordt. Dit komt omdat Maria de ernstige problemen van haar zus opzij zet, om zich geheel op het merkwaardige verhaal te richten, waarvan ze de afloop wel eens wil horen. Ze slaagt uiteindelijk erin om haar grootmoeder iets om trent de problemen van de klein dochters mee te delen, door de huiselijke situatie ook in de ken merkende verhaalvorm van Mommo te gieten. Het einde is min of meer bevrijdend omdat Mommo het verhaal tot een einde brengt en Maria hierdoor uit de benauwde huiskamersituatie, psychisch althans, lijkt te ont snappen. Afgezien van al het typisch Ier se dat in het stuk zit, zoals de metafoor van het belang van het verleden en de geschiedenis, die niet aan zijn eind komt, is het stuk van een algemene thematiek. Pim Lambeau (Mommo) is, bij zonder genoeg, bekend uit Me disch Centrum West, waarin ze een zeer naturel gespeelde bijrol had als de patiënt op leeftijd, die correspondeert met een man in Frankrijk. Beiden liegen ze over hun léeftijd. Maar in Bailegangai re kon ze wel tot het uiterste gaan. Ze lag daar ook wel voortdurend in bed, maar dat was dan ook de enige overeenkomst. Zeer over tuigend viel ze midden in de ern- tige situaties van de zussen in met alweer die merkwaardig onsa menhangende verhaalfragmen ten. Dan weer zeer aards schreeu wend, dan weer mystiek, maar vooral menselijk. Petra Laseur (Maria) had het niet gemakkelijk, want zij werd telkens in de verde diging gedrongen en ging zeer overtuigend bijna ten onder in de lawine aan communicatiestoor nissen. Want begripsvol waren de personages voor elkaar bepaald niet. Elja Pelgrom had als Dolly schijnbaar de grootste proble men. maar de gemakkelijkste rol waarin je je lekker kon laten gaan. En waarom er volgens Mommo in het dorp Bailegangaire niet ge lachen werd? Bij een zogenaam de lachwedstijd - 'Wie het laat lacht, lacht het best' is er een in gebleven. EMIEL FANGMANN "Bij contrabas kies je wel voor een soort gevecht. Je merkt dat je tegen je fysieke grenzen aanloopt. Contrabasspelen is gewoon top sport. Daar heb je begeleiding bij nodig. En dat is altijd onderontwik keld geweest. Het begint nu te ko men dat er aandacht wordt besteed aan de fysieke kant van de musicus. Er lopen zoveel mensen rond met een verkeerde houding. Bijna de helft van de muziekstudenten loopt bij een fysiotherapeut". "Ik heb veel baat gevonden bij Tai Chi. Je moet iets doen dat je li chaam en geest in balans houdt. Je ziet heel veel mensen in drank en drugs verzeild raken. Wil je overle ven in muziek, in kunst, dan moetje jezelf heel goed in balans houden". "Het is gemakkelijk om in ex tremen te vervallen. Als je muziek maakt, speel je vaak in horeca-gele- genheden. Je komt veel met drank in aanraking en je bent daar ook tot na sluitingstijd, dan zie je ook de minder prettige kanten van 'gezelli ge' caféleven. Mensen moeten eruit gegooid worden. En dan moet jij la ter weer met je instrumenten over straat. Veel musici hebben daar moeite mee. Ik heb geluk. Alles gaat goed met mijn carrière maar je hebt een hoop musici die het net niet ha len. En dit is een van de vervelend ste vakken om in te blijven hangen. Je hebt geen redelijke baan. Het is vriezen of dooien". "Het interessante van deze tijd is dat we in een soort multimediaal tijdperk leven. Ik heb evenveel affi niteit met de de Afrikaanse cultuur als met de Nederlandse klompen dans. Ik weet van allebei evenveel: eigenlijk dus bijna niets. Voor mij is jazz meer de muziek waarmee ik ben opgegroeid, dan fanfaremu ziek. Ik heb wel eens een fanfare ho ren langskomen, maar ik hoorde vroeger veel meer jazz". "Er is langzamerhand iets heel vreemds aan het gebeuren met heel de kunst. Iedereen heeft de be schikking over bijna alles. Je kunt niet meer zeggen dat je Nederland se muziek maakt, er zijn zoveel in vloeden. Maar een Braziliaanse vriendin zei me laatst dat ik in feite wel typisch Nederlandse muziek maak. Ik ben toch Nederlander, ik gedraag me Nederlands. Nederlan ders hebben zo'n recht-door-zee mentaliteit, willen geen overdreven poespas, enzovoort". Invloeden Als bassist ben ik beïnvloed door Charlie Haden en Dave Holland. Van allebei heb ik les gehad. Het zijn tegenpolen waar ik tussenin wil zitten. Als je Charlie Haden analy seert dan klopt er niets van: hij heeft geen techniek, hij heeft een slechte timing, hij speelt verkeerde noten en het is vals. Maar wat er klinkt, hoort tot de mooiste muziek die ik ken". "Hij is een typisch voorbeeld van een intuïtieve bassist: geen noot te veel en de goede noot op de goede plek. Dave Holland heeft ontzet tend veel gestudeerd en alles wat hij speelt is bijna bemeten. Het is onge looflijk doordacht. Daar wil ik tus sen zitten: die pure intuïtie en ge woon maar wat doen, zoals Charlie Haden. En aan de andere kant die enorme instrumentbeheersing en die analytische benadering van Da ve Holland". Tony Overwater, erg oppassen datje niet i drank en drugs verzeild raken. Je moet Annet Nieuwenhuijzen, Jeroen Willems en Eric van der Donk maakten i 'Een avond met Oscar' door het Theater van het Oosten. Samenstelling: Neil Titley. Spel: Jeroen Kranenburg. Regie: Jackie Fletcher. 'Ernst' van Oscar Wilde door het Theater van het Oosten. Regie: Peter te Nuyl. Verta ling: Willem Jan Otten. Gezien op 28 april in de Leidse schouwburg. LEIDEN - Als er één schrijver is, bij wie enige nadere introductie overbodig lijkt, dan is het wel Os car Wilde. Zonder details te ken nen, hebben we toch allemaal het beeld voor ogen van een op en top Britse dandy wiens extravagante levensstijl voor velen in zijn tijd gevierd of omstreden en aan stootgevend was. Befaamd zijn eveneens zijn virtuoze taalvaar digheid en scherpzinnige opmer kingsgave. Leven en werk bieden bij uitstek geschikt materiaal voor biografieschrijvers, televi siemakers, satirische persiflages enzovoort. Voorafgaand aan 'Ernst', een komedie van zijn hand, laat het Theater van het Oosten, Jeroen Kranenburg de rol van Oscar Wil de spelen. We zitten in de foyer van de Leidse schouwburg, waar Oscar al pratend rondloopt. Het is de monoloog van een man die na zijn gevangenisperiode verarmd en maatschappelijk gekelderd te rugkijkt op zijn leven. Een dankbaar onderwerp dus dat integer is aangepakt, hoewel je als acteur niet zo een, twee, drie aan een fenomeen als Oscar Wilde gestalte kunt geven. Ronduit merkwaardig is het dat Jeroen Kranenburg met een Engels ac cent spreekt. Is dat opzet of spreekt deze acteur echt zo?! In het laatste geval zou hij als acteur hiervoor ongeschikt zijn. Heeft hij dat toontje bewust ingestu deerd, is dat vergeefse moeite. Als luisteraar hou je dat namelijk geen uur vol; het gaat al snel irri teren. Neen, dan maar liever het hele verhaal in het Engels, want dat klonk - afgaande op enkele passages - erg prachtig. 'Ernst' zelf, de strakke bewer king van 'The Importance of Be ing Earnest', was één groot ac teerfeest. Door de sterke rolbezet ting kwam deze knap geconstru eerde 'Trivial Comedy for Serious People' op voorbeeldige wijze tot zijn recht. Zonder uitzondering vertolkt iedere speler op zijn of haar manier een soort stereotype gekunsteldheid die het stuk moet hebben. Bijna elke zin bevat im mers een bonmot, die bijvoor beeld een Porgy Franssen en een Jeroen Willems met schaamte loos bravour a la Oscar Wilde ten beste gaven. Met fantasie hopen de persona ges in dit stuk de werkelijkheid een beetje naar hun hand te zet ten. Een zekere Ernst en Bunbury bewijzen daarbij goede diensten. Aleen - deze Ernst en Bunbury bestaan niet. Als Bunbury niet meer nodig is, laat zijn bedenker hem eenvoudig een zachte dood sterven. Jack Worthing komt minder gemakkelijk van zijn ver zonnen broer Ernst af. Een lief desaffaire dreigt mis te gaan en bovendien verschijnt zijn vriend bij wijze van grap als Ernst ten to nele, wat ook weer verwikkelin gen veroorzaakt. Alles komt goed, als tenslotte blijkt dat Jack eigenlijk Ernst heet en van goede komaf is. Eén van de leuke bijkomstighe den in deze voorstelling is het toe voegen van dubbelrollen die het kunstmatige van de hele verto ning dienen te onderstrepen. An net Nieuwenhuijzen speelt de zelfbewuste hoogdravende Lady Brackwell en de nietige gouver nante Miss Prism; Eric van der Donk neemt maar liefst twee be dienden, de pastor en de advocaat voor zijn rekening. Het leuke nu is het grote vakmanschap waar mee die rolverwisseling gebeurt, en vooral het feit dat dit hier ei genlijk helemaal niet kan. Dub belrollen zijn hier onmogelijk, omdat sommige personages tege lijkertijd op het podium dienen te staan. Dat alles wordt gespeeld in een overwegend wit decor dat een passende onwerkelijke en esthe tische sfeer ademt. Kortom, een hoogst stijlvol gepresenteerde 'Spielerei'. WIJNAND ZEILSTRA Viering 400-jarig bestaan Hortus Botanicus Flora Concert door het Leiderdorps Kamer koor o.l.v. Wim van Meeuwen m.m.v. Peter Entsinger: piano. Werken van o.a. Bach, Brahms en Mozart. Gehoord op 29 april in de Leidse H LEIDEN - De Hortus Botanicus viert zijn vierhonderd jarig be staan met o.a. vier "Flora-concer ten". Muziek in het teken van de bloemen- en plantenwereld. Het blijkt echter niet zo eenvoudig de concerten geheel plantaardig te houden. Componisten lieten zich nl. vooral inspireren door de sym bolische waarde van plant of bloem: rozen voor liefde, roosma- rijn als symbool van de dood en de brandnetel voor de onaange name medemens. Zelfs de zon als bron van licht voor mens en plant kreeg een plaats in het program ma. Zoals in de winter de Limoen en Oranjebomen dicht aaneenge- schoven staan in de Oranjerie, zó zat het talrijke publiek op deze warme lentemiddag te genieten van het eerste Floraconcert. Er heerste de ontspannen sfeer van een echte zondagmiddag. Alleen de glaasjes Ranja en de muziek- kiosk op het gras ontbraken nog. Alles was er aan gedaan om de be zoeker te herinneren dat het om een bloemrijke aangelegenheid ging. Het programmaboekje wemelde van de toespelingen op de plantewereld en ook de koorle den waren op kleurrijke wijze op gesierd. Even wennen was het echter wel: de akoestiek was ab soluut niet galmend, eerder droog en zeer direkt en genadeloos. Als een stevige bries golfde de zang op ons af, nu eens in de luwte dan weer aanzwellend tot een forse branding. Maar... geen kwaad woord over deze golfslag! Inte gendeel: zangtechnisch werd de klank gesteund door een goede ademtechniek. Door de levendige stuwing van het ritme en de dyna miek werd er sfeer en karakter aan de muzikale inhoud gegeven. Omdat het hier een bloemle zing betrof van muziek door de eeuwen moest het koor soms gro te overgangen van de ene stijlpe riode naar de andere overbruggen en het pleit enorm voor dirigent en zangers dat men daarin slaag de. Waar een minder getraind en semble eenheidspap zou maken van de componisten John Wilbye, J.S. Bach en Joh. Brahms, daar liet het Leiderdorps Kamerkoor met groot succes de verschillen in stemming, en karakter tussen Bach en Brahms of tussen Mozart en Saint-Saëns tot zijn recht ko- Jammer genoeg was het de akoestiek die als i fungeerde en die kleine heden bij het articuleren en mi nieme toonhoogteverschillen duidelijker deed uitkomen. Het applaus was zo enthousiast en zo dwingend na de laatste "Tulpen uit Amsterdam" dat diri gent Wim van Meeuwen er ten slotte niet onderuit kwam om de middag te besluiten met het nog maals zingen van "Hortus Botani cus, lebe nog lang!", vrij naar J.S. Bachs "Blühet ihr Linden" wat nu ten tweede male enorme bijval aan het publiek ontlokte. MONICA SCHIKS Het Leiderdorps Kamerkoor, gedirigeerd door Wim van Meeu wen, verzorgde als eerste een 'Flora Concert' ter gelegenheid van het vierhonderdjarig bestaan van de Leidse Hortus. (foto Henk Meer dan 800 bezoekers op de kaartenmarkt Holland Festival DEN HAAG (ANP) - Voor het twee de Internationaal Liedconcours, dat van 26 mei tot 4 juni in Den Haag wordt gehouden, hebben zich 35 zangers en zangeressen geplaatst. Ze komen uit elf Europese lan den, uit Canada, de Volksrepubliek China, Japan, en de Verenigde Sta ten van Amerika en brengen vrijwel allen hun eigen begeleider mee. Dit heeft de organiserende stich ting Elly Ameling-concours vrijdag meegedeeld. Er hadden zich 42 kandidaten aangemeld. De deelnemers zijn ten hoogste 34 jaar. Ze strijden om prij zen die een totaal van 25.500 gulden belopen. De voorronden zijn van 26 tot 29 mei, de halve finales op 30 en 31 mei en de finale op 2 juni. Aan het slotconcert op 3 juni werken de fi- nalsiten mee. Bij het eerste concours, in 1988, bleek grote internationale belang stelling. Er namen 57 vocalisten aan deel. Het werd gewonnen door de Fin se sopraan Soile Isoksi. De beste Nederlandse finalist was de tenor Nico van der Meel. AMSTERDAM (ANP) - Meer dan 800 mensen hebben zaterdag in Amster dam de Holland Festival-kaartenmarkt bezocht. Op deze markt werd be zoekers voor het eerst sinds driejaar de mogelijkheid geboden om voor al le voorstellingen van het festival kaarten te kopen zonder extra kosten. Een woordvoerster van het Holland Festival, dat traditiegetrouw de hele maand juni duurt, heeft dit zaterdag meegedeeld. Tijdens de periode dat alleen schriftelijk kon worden besteld, werd geen korting gegeven op aan CJP'ers en houders van een pas 65. Tijdens de markt kregen deze mensen wel kortingen. De schriftelijke verkoop is in middels beëindigd. De omzet van de voor het eerst gecombineerde verkoop (schriftelijk en op de kaartenmarkt) bedroeg bijna 40.000 gulden. De Pas 65-houders zorg den voor de helft van de omzet. De grootste belangstelling van het publiek ging uit naar kaarten voor 'The English Baroque Solists' en 'Das Gewandhaus Orchester Leipzig'. Tony Overwater, winnaar van de Podiumprijs '89:

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 10