Intrekken landbouwsteun einde oorlogseconomie Lawaai blijkt wel degelijk schadelijk Oudste DNA ontdekt in magnolia-blad Seksfantasieën bijwerking slaap/kalmeringsmiddel? Dr. Gavin Sprott hecht weinig waarde aan boerenprotest Tsjernobyl besmette ook sperma met cesium-137 IW Speelkaarten dienen zeven maal geschud Oorzaak SMA- verlamming gevonden op chromosoom 5 WOENSDAG 25 APRIL 1990 EINDREDACTIE HANS SONDERS Voor dr. Gavin Sprott van het Agricultural Muse um in Edinburgh en docent aan de landbouwfacul- teit van de Edinburgh University leidt het geen twijfel dat oorlog en landbouwperikelen alles met elkaar hebben te maken. De huidige EG-landbouw- politiek is in zijn ogen niets anders dan het sluitstuk van de demobilisatie van de oorlogseconomie. Zelden maakte de landbouw wereldwijd zo'n bloei ende periode mee als tijdens de Eerste en vóór de Tweede Wereldoorlog. Vooral in de landen die niet direct getroffen waren door het oorlogsgeweld, zoals de Verenigde Staten en Groot-Brittannië. In andere landen, zoals Nederland, kwam die bloei pas naderhand, mede door overheidssteun in de vorm van prijs- en inkomensgaranties. Dr. Gavin Sprott: "De Duitsers zijn in de Eerste Wereldoorlog niet op het slagveld versla gen, maar op de landbouwgronden. De Duitse soldaten raakten volledig gedemoraliseerd toen ze in verlaten geallieerde loopgraven grote voedselvoorraden vonden, terwijl ze zelf bijna de hongerdood stierven. Hetzelfde geldt in feite voor het thuisland. Het was in 1914- 1918 dat men de landbouw als wapen ontdekte, hoewel ook al tijdens de Amerikaanse Bur geroorlog tekens van die bewustwording waren te zien". Sprott is geneigd zijn theorie op Schotse voorbeelden te staven, maar hij meent, dat zij in feite voor de hele westerse wereld geldt. Als landbouwhistoricus heeft hij uitge breid studie gemaakt van de land bouwpolitiek in de afgelopen twee eeuwen. Hij ziet tot het eind van de vorige eeuw een zich min of meer door Nico Hylkema autonoom ontwikkelende land bouw met grote groeiperioden in de eerste helft van de negentiende eeuw in Westeuropa, daarna in de beide Amerika's ten gevolge van de mechanisatie en mede daardoor de zware crisis in het Europa van rond de eeuwwisseling. Die crisis sloeg ook in Engeland en Schotland zwaar toe. De boeren zonen trokken net als die in ons land naar de stad of emigreerden in groten getale naar Amerika. De ge volgen waren voor de landbouw de sastreus. De Eerste Wereldoorlog bracht een nieuwe slag toe aan de Britse boerenpopulatie. Velen trokken de wapenrok aan om de plattelandsar- moede te ontvluchten. Tegelijker tijd deed zich een nieuwe ontwikke ling voor. De situatie in Polen rond de eeuwwisseling had veel Polen doen vluchten naar het Westen. Sommigen bleven steken in Schot land en namen daar voor een deel de opengevallen plaatsen in. Toen de eerste Duitse aanval in Frankrijk stuk liep, kreeg de landbouw ver sterking van een flink aantal Duitse krijgsgevangenen. En zo kreeg men dankzij de goedkope arbeidskrach ten zonder prijsverhoging de voed- selproduktie weer op gang. Sprott: "Dat was ook de tijd dat de hoop op een snelle afloop van de oorlog verloren ging in de loopgra ven. Het Verenigd Koninkrijk was in die tijd voor zijn voedselaanvoer gedeeltelijk afhankelijk van de Ver enigde Staten. Na de eerste echte moderne zeeslag, waarbij Duitsland tot de eigen verrassing een groot deel van de imposante slagschepen verloor, ging het land over op de on derzeebootoorlog. Met het verkla ren van de oorlog aan neutrale sche pen haalde Duitsland zich welis waar de Verenigde Staten op de nek, maar bracht het Groot-Brittan- nië in voedselproblemen". Toen bleek het voordeel van de Polen en Duitse krijgsgevangenen, die op het platteland in de land bouw werden ingezet. Zodoende slaagde Groot-Brittanniè er halver wege de oorlog in een voedselpro- duktie op gang te brengen die ruim voldoende was om de geallieerde soldaten en de eigen bevolking te voeden. Volgens Sprott ligt hier het begin van de landbouw als onder deel van de oorlogseconomie. Sindsdien beseffen Europa en de Verenigde Staten dat een oorlog al leen is te winnen, als men erin slaagt naast de wapenindustrie een voldoende sterk landbouwpoten- tieel op poten te zetten. Koude oorlog Erg volhardend in die politiek was men na de Eerste Wereldoorlog evenwel nog niet. Al snel liet de po litiek de landbouw weer voor wat het was. Helaas kon men dat niet lang volhouden. Sprott: "Hitler was in 1933 nog niet aan de macht, of Groot-Brittannië bouwde zijn land bouwareaal weer op. Dit keer ging dat gepaard met overheidssteun aan de boeren. De gevolgen kennen we, daarvoor staan de uitgehonger de Duitse soldaten en bevolking aan het eind van de oorlog nog vers voor ogen. Na de oorlog ging de overheid daarmee door en andere landen namen dat over in het besef dat in geval van oorlog de Verenig de Staten een kwetsbare leveran- Op het Europese platteland leid de dat uiteindelijk tot een in aan vang uiterst succesvolle landbouw- Dr. Gavin Sprott. politiek, die binnen de Europese Gemeenschap decennia lang een centrale plaats in nam. In het Vere nigd Koninkrijk ging het -voor men toetrad tot de EG- niet veel anders. Aangewakkerd door de Koude Oor log was er dit maal geen sprake van dat men de voedselvoorziening weer zou uitbesteden. Bovendien speelde de landbouwpolitiek een belangrijke rol in de wederopbouw in Europa. Sprott: "Met de Sovjetunie als po tentiële vijand stond de op over heidssteun gebaseerde landbouw politiek zelden ter discussie. Pro blemen kwamen pas door de zó in tensieve landbouw, dat een grote overproduktie ontstond. De markt was evenwel vrij en de Verenigde Staten bepaalde er in belangrijke mate de prijs. Dat heeft geleid tot een grotendeels door de overheid gefinancierd overschot aan land- bouwprodukten. De prijs was hoog en met de ontspanning in de Oost- Westverhouding nam de weerzin toe tegen betaling van die hoge prijs". Demobilisatie "Er zijn collega's van mij, die bewe ren dat het niet Heagans bewape ningspolitiek is geweest die de Sov jets heeft gedwongen tot glasnost en perestrojka, maar het mislukken van de eigen landbouwpolitiek. Maar die perestrojka heeft volgens mij ook een belangrijke invloed ge had op de Europese landbouwpoli tiek. Het was de laatste drempel die nog moest worden weggenomen om de landbouwpolitiek radicaal om te gooien. De vijand was geen vijand meer. Daarmee was de nood zaak voor de tot dan gevoerde land bouwpolitiek bijna een halve eeuw na de Tweede Oorlog verdwenen. Ook de Koude Oorlog leek defini tief tot het verleden te behoren. Eu ropa kon definitief demobiliseren. Het sluitstuk van die demobilisatie is de landbouw als laatste onderdeel van de oorlogseconomie". Sprott hecht dan ook weinig waarde aan de effecten van de hui dige boerenprotesten. Voorlopig is in Europa de oorlog voorbij. Snellere veroudering van tien jaar Deze foto van de aarde is in december 1972 genomen door Ronald E. Evans, bemannings lid van de Apollo 17. Links van het midden is duidelijk bijna de gehele kustlijn van Afrika te zien<f0to gpd> Het oorverdovende lawaai om ons heen van verkeer, popconcert, ra dio, televisie en het lawaai dat de walkman de drager daarvan recht streeks in de gehoorgang spuit, brengt wel degelijk schade toe. Er treedt niet in de eerste plaats recht streeks gehoorverlies op: de schade aan het gehoor zal zich volgens de Amsterdamse oorarts L. Feenstra vooral doen gelden als een versnel ling van de veroudering. Maar die schat hij wel op ongeveer tien jaar. Het blijkt allemaal uit een dit jaar geruisloos verschenen, maar uit voerig rapport van de Gezondheids raad en Nederlands Instituut voor Praeventieve Gezondheidszorg TNO, dat de Amsterdamse oorarts vrij onopvallend in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde be spreekt. Hij verraadt wel zijn Gro ninger afkomst met de openingszin: "Als iemand van "het Groninger platteland naar de Randstad ver huist, zal hij het idee hebben in een 'grote ballon van geluid' te zijn te rechtgekomen; bij terugkeer op het platteland zullen hem vooral de vre dige rust en de stilte opvallen". Zo is het: lawaai went. Bovendien zijn er sterke individuele verschil len: de een is gevoeliger dan de an der. En zijn er verschillen in waar dering: wat de een als hinderlijk la waai ervaart, doet de ander juist ge nieten. Het nieuwe 'mode-lawaai' treft daarom jongeren (tussen der tien en dertig) het sterkst. Dat voortdurende blootstelling of regelmatige blootstelling aan kortstondig lawaai schade oplevert, is wettelijk erkend. De wet schrijft daarom voor dat het geluidsniveau van machines in bedrijven de 85 dB niet te boven mag gaan en dat bij een geluidsbelasting van tachtig dB individuele bescherming moet wor den geboden. Dat is nuttig, maar een lachertje voor wie naar de overi- Wie bescheidenheid nastreeft, omdat het een sympathieke ei genschap is, vindt zichzelf meer waard dan hij vindt. Wat betreft het commerciële re sultaat, lijkt het meeste recombi- nant-DNA onderzoek op veren plukken van een kikker. (Hugo Streekstra, Univ. van A'dam) De tijd is rijp om de begrippen 'perestrojka' en 'glasnost' bij te schrijven in het Nederlands Woordenboek als synonymen voor respectievelijk 'hervormin gen' en 'openheid' (Peter Sminia, Univ. van A'dam) Het rijgedrag van Amsterdamse taxichauffeurs toont trouwens aan dat je geen alcohol in je bloed behoeft te hebben om ge vaarlijk te rijden. Voor diegene die onverhoopt in een Amster damse taxi terecht mocht ko men, is het in dit verband aan te bevelen te zorgen zoveel moge lijk alcohol in het bleod te heb ben. (Abraham Peper, Univ. van A'dam) ge, tot oorverdovend aangegroeide geluidsbelasting kijkt. De jaarlijkse toename van het aantal jongeren in ons land dat door het bezoek aan popconcerten een verminderd hoorvermogen krijgt, wordt geschat op vijfduizend. De jaarlijkse toename van het aantal enigermate gehoorgestoorde jonge ren door alleen deze oorzaak op dui zend. Het optreden in popgroepen levert een jaarlijkse toename van 5.200 jongeren met een verminderd hoorvermogen, 2.800 enigermate gehoorgestoorde en nog eens vier honderd echt gehoorgestoorde jon geren op. Discotheekbezoek veroorzaakt een jaarlijkse toename van 4.500 jongeren met verminderd hoorver mogen en 1.350 enigermate slecht horende. Het gebruik van hoofdte lefoons 1.800 jongeren met vermin derd hoorvermogen en 450 enigszins slechthorende. Samen 16.500 jongeren met een vermin derd gehoor, 5.600 enigermate slechthorende en vierhonderd slechthorende jaarlijks erbij door in beginsel vermijdbare oorzaken. De geluidsinstallaties zullen steeds harder moeten worden gezet, onze vogels zullen al niet meer worden gehoord voor zij zijn uitgestorven. Een nieuwe stilte door een nieuwe doofheid. KEES WIESE Amerikaanse onderzoekers zijn erin geslaagd DNA te extraheren uit fossiele magnolia-bladeren waar van de ouderdom wordt geschat op 17 tot 20 miljoen jaar. Voor zover be kend is dat verreweg het oudste. DNA dat men ooit intact in handen heeft kunnen krijgen. Het oudste nog intacte DNA-het erfelijke materiaal dat voornamelijk in de celkern voorkomt- was tot dusverre dat van een 13.000 jaar ou de Luipaard. De nu aanzienlijk veel oudere magnolia-bladeren zijn ge vonden in het zogeheten Clarkia- bed in het noordelijk deel van de Amerikaanse staat Idaho. Dat de Amerikanen nu zo veel verder in de aardse DNA-geschie- denis terug kunnen gaan, is te dan ken aan enkele gunstige voorwaar den. Eén van de belangrijkste is dat het fossiele materiaal zich in een se dimentslaag onder in een meer be vond, waardoor er geen zuurstof bij kon komen en de bladeren niet uit droogden. Oxydatie van DNA is een van de belangrijkste redenen dat (fossiel) DNA kapot gaat. Daarnaast gaat het om zogenaamd chloro- plast-DNA, erfelijk materiaal dat niet in de celkern zit, maar in de chlorophylkorrels, die ruimschoots in de cellen van (groene) planten kunnen worden aangetroffen. Het stukje DNA dat de Amerika nen hebben kunnen verkrijgen (en in het laboratorium hebben kunnen vermeerderen), bevat de genetische code voor een enzym. Door de ba- senvolgorde van dit fossiele DNA te vergelijken met dat van nog be staande magnolia-soorten, komen de onderzoekers tot de conclusie dat de fossiele soort nauwverwant, maar toch verschillend is van de be staande magnolia-soorten. De vondst van het fossiele mag- nolia-DNA is belangrijk voor het evolutie-onderzoek. Datering van evolutionaire processen (als bij voorbeeld de afsplitsing van mens en mensapen) gebeurt in belangrij ke mate met behulp van de 'molecu laire klok'. Hierbij gaat men ervan uit dat het DNA in de loop van de tijd steeds iets verandert en dat de periode waarin zo'n verandering of mutatie plaats heeft, min of meer constant is. Op deze manier kan men aan de •hand van genetische verschillen in grote lijnen vaststellen in hoeverre soorten aan elkaar verwant zijn en tot wanneer men in de evolutie te rug moet gaan voor een gemeen schappelijke voorouder. Achter de waarde van deze moleculaire klok worden de laatste tijd door sommi ge onderzoekers echter de nodige vraagtekens gezet. Wellicht dat het fossiele magnolia-DNA waarvan men de ouderdom uit de sediments laag kan afleiden, meer licht op de frekwentie van mutaties en daar mee licht op deze biologische klok kan werpen. HENK HELLEMA Als gevolg van de catastrofe met de kerncentrale in Tsjernobyl is het sperma van Oostenrijkse mannen en het vocht rondom de eicel bij Oostenrijkse vrouwen besmet met het radioactieve cesium-137 en cesi- um-134. Bij Amerikaanse vrouwen is besmetting met cesium-137 ge vonden, vermoedelijk als gevolg van proeven in de atmosfeer met kernwapens. Deze vrouwen zijn daardoor waarschijnlijk onvrucht baar geworden want besmetting met cesium kan namelijk tot on vruchtbaarheid leiden. Dat stelt de Weense genealoog dr. Wilfried Feichtinger, die de besmet ting onderzocht in samenwerking met het Albert Einstein College of Medicine Fertility and Hormone Center in New York. Dr. Feichtin ger, een van de twee 'medische va ders' van het eerste Oostenrijkse re ageerbuisbaby-project, is gasthoog leraar aan het Amerikaanse insti tuut. Dr. Feichtinger en zijn Ameri kaanse collega's namen gedurende Hoe vaak een pak speelkaarten moet worden geschud om een werkelijk willekeurige volgorde te krijgen, blijkt ook voor wis kundigen geen eenvoudig pro bleem. Er zijn namelijk ver schrikkelijk veel mogelijkhe den: tien tot de macht 62 (een tien met daarachter 62 nullen!). Dr. Persi Diaconis, wiskundi ge en statisticus aan de universi teit van Harvard en dr. Dave Bayer van de universiteit van Columbia hebben een aantal mathematische technieken toe gepast om het schudprobleem op te lossen. De uitkomst luidt dat een spel kaarten zeven maal moet worden geschud om het gewenste resultaat te bereiken, twee spellen negen maal en zes spellen zelfs twaalf keer. Diaconis heeft ook onder zocht hoe vaak kaartspelers het pak kaarten schudden voordat zer ronddelen. De meesten blij ken dat drie of vier keer te doen, vijf keer wordt overdreven of zelfs pedant gevonden. Diaconis zelf schudt nu in plaats van vier keer vijf maal. twee jaar na de kernramp in 1986 bij 74 Oostenrijkse en 25 Amerikaanse vrouwen monsters van het vocht rondom rijpe eicellen. Aanvullend werd sperma onderzocht, dat tot tien maal ernstiger radioactief be smet bleek. In twaalf van de 28 monsters sperma (43 percent) werd cesium-137 (halveringstijd onge veer dertig jaar) gevonden. Zowel bij het sperma als bij het vocht rondom de eicel bleek een duidelijke piek in de besmetting in de monsters die tussen juni en au gustus 1987 waren genomen. Bijna vijftig percent van die monsters sperma bleek besmet, tegen 35 per cent in maart 1988. Er werd 0,06 pi- cocurie per milliliter cesium-137 en 0,04 picocurie per milliliter cesium- 134 (halveringstijd twee jaar) gevon den. Van de in die periode genomen 56 monsters vocht rondom de eicel bleken er 36 (71 percent) besmet met cesium-137 en daarvan 27 te vens (en voor het eerst) ook met ce- sium-134. Cesium-134 werd niet aangetrof fen in de monsters die bij Ameri kaanse vrouwen werden afgeno men. In 28 percent van die monsters werd wel cesium-137 aangetroffen. Dr. Feichtinger leidt daaruit af, dat deze vrouwen niet tengevolge van de kernramp in Tsjernobyl zijn be smet. KEES WIESE Amerikaanse en Engelse onderzoe kers zijn erin geslaagd vrij precies het DNA-gebied te bepalen waar het gen voor de ernstige verlam mingsziekte spinale musculaire atrofie (SMA) moet liggen. Dit ge bied ligt op chromosoom 5. Dat meldt het wetenschappelijke tijd schrift Nature. Spinale musculaire atrofie is een ongeneeslijke ziekte waarbij de spieren in toenemende mate ver zwakken als gevolg van het afster ven van cellen in het ruggemerg. In heel ernstige vorm overlijdt een kind met SMA al voor zijn vierde le vensjaar. Bij de mildere vorm kan de patiënt volwassen tot heel oud worden, waarbij hij wel steeds ern stiger invalide raakt. Volgens prof. C.H.R.H. Buys, hoogleraar medische genetica aan de RU-Groningen, geldt het ont dekte gebied op chromosoom 5 al leen bij de wat mildere vormen van de ziekte. Volgens hem is men met DNA-merkers nu zo dicht bij het gen gekomen dat binnen een jaar prenatale diagnostiek en drager-on derzoek bij families met SMA mo gelijk is. In ons land vindt de registratie van patiënten met SMA op het Insti tuut voor Medische Genetica van de RU-Groningen plaats. Samen met de RU-Leiden wil het instituut meé- doen aan de zoekactie naar het SMA-gen. Enkele maanden geleden is een subsidieaanvraag daarvoor de deur uitgegaan. „Wanneer het net zo gaat als bij de speurtocht naar het CF-gen, kan het nog wel een jaar of vier duren voor iemand het SMA- gen 'te pakken' heeft", aldus Buys. KEES WIESE Benzodiazepinen hebben er een nieuwe bij werking bij. Bij een aantal vrouwen zou het toedienen van vertegenwoordigers van deze slaap- en kalmeringsmiddelen hebben ge leid tot seksuele fantasieën. Vorig jaar werd een Canadese arts na een langdurige behandeling van zijn zaak voor het Canadese 'College of Phycisians and Surgeons' de bevoegdheid tot het uitoefe nen van de geneeskunde ontzegd, omdat een patiënte hem ervan had beschuldigd haar hand om zijn penis te hebben gelegd en te hebben gemasturbeerd, terwijl zij lag bij te komen van een intraveneuze dosis benzodia zepine. De arts ontkent en verklaarde dat hij de patiënte had gevraagd in zijn vingers te knijpen om te zien of zij al reageerde. De Rotterdamse hoogleraar in de Psychia trie, prof. dr. L. Pepplinkhuizen, auteur van een recent verschenen 'Geneesmiddelen bulletin' over benzodiazepinen (waarvan be kende vertegenwoordigers valium, librium en mogadon zijn) zegt de bijwerking van seksuele fantasieën niet te kennen. Maar echt verbazen doen ze hem niet. "Het is bekend dat benzodiazepinen naast het uitoefenen van een 'remmende', kalme rende of suf makende invloed ook tot 'ont- remming' kunnen leiden. Die ontremming kan zich bijvoorbeeld uiten in agressief ge drag. Er zijn mensen die agressieve dromen hebben. In het begin van het uittesten van li brium is het voorgekomen dat studenten bij mondelinge tentamens de hoogleraar op de schouder sloegen met de uitroep: 'Kom maar op met die vraag'. In principe kan een ontremming bij elke natuurlijke 'drift' optre den, dus ook ten aanzien van het seksuele", zegt hij. In een artikel in het gerenommeerde Brit se medische vakblad 'The Lancet' dat in ver taling is overgenomen door het Nederlandse artsenblad 'Medisch Contact' en waarin bo vengenoemde bijwerking staat beschreven, gaat het uitsluitend om vrouwen bij wie ben zodiazepinen intraveneus zijn ingespoten Ook in Nederland is het intraveneus toedie nen van deze kalmeringsmiddelen geen on gewoon verschijnsel. Volgens de Groningse hoogleraar in de anesthesiologie, prof. dr. P.J. Hennis, wor den benzodiazepinen ook in ons land veel vuldig via de intraveneuze weg toegediend om patiënten voor een operatie rustig te ma ken of om ze te versuffen bij vervelende in grepen als een endoscopie. "Maar het is al tijd mogelijk dat een patiënt op een tegen strijdige manier op het middel reageert. In plaats van slaperig worden, treedt er dan juist angst of agressie op - en zoals u zegt ook seksuele fantasieën. Die laatste bijwerking was mij nog niet bekend", zegt hij. Overigens hoeft, aldus Hennis, een derge lijke paradoxale bijwerking niet alleen be perkt te blijven tot een intraveneuze toedie ning van een benzodiazepine. "Het kan in principe net zo goed optreden wanneer ie mand een of meer pilletjes slikt". Volgens het artikel in The Lancet heeft de Noordierse hoogleraar prof. dr. J. Dundee tot december vorig jaar 42 gevallen verza meld var. vrouwen met seksuele fantasieën na intraveneuze toediening van benzodiaze pinen. Het feit dat deze bijwerking kan op treden doet bij de schrijver van het artikel de vraag rijzen in hoeverre 'seksuele ervarin gen' van vrouwelijke patiënten 'onder in vloed van benzodiazepinen' niet naar het rijk der seksuele fantasieën moeten worden Hij wijst in dit verband op het geval van een tandarts die in 1984 is veroordeeld van wege het verkrachten van twee patiëntes die met benzodiazepinen waren verdoofd. Echt gebeurd of fantasie? Het is niet geheel uit te sluiten dat de tandarts door de twee vrou wen -zonder dat zij zich daar iets van kunnen herinneren- is verleid. En niets menselijks is, zeggen ook beide hoogleraren, de (tand- )arts vreemd. HENK HELLEMA

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 17