EXTRA
'Bent u wel voor rede vatbaar?'
Hanja Maij-Weggen: publiciteitsbelust, onzeker en politiek naïef
ZATERDAG 7 APRIL 1990
^JJ^GEJAANH^^^IDSCJ^lphensdagblad
PAGINA 23
leven wel
sraars hebben", zegt
ga uit het Europees
Maij-Weggen, "maar
i/ijand". "Zeis", zegt
Straatsburg, "gewoon
ast over drie jaar wel
tDA-lijst". Hanja Maij-
nister van verkeer en
schoffeerde collega
leden, en klom in de
nenkort publiceert ze
voorde komende vier
ken of ze de politieke
id e
alitie over het
baas kan. Met
eelt ze de laatste tijd
i te oefenen,Totnutoe
)m de tunnels nog niet
rtret van een weifelende
:al struikelen, maar niet
Maij-Weggen
in debat met
CDA-kamerlid
Hennekam en
diens WD-col-
lega Jorritsma:
zo venijnig dat
kamervoorzit
ter Deetman
zich versprak
("Meneer de mi
nister") bij zijn
poging het tu
mult te bedwin
gen. foto's ANP)
Ze heeft een geheim. Het is te kinderach
tig voor woorden, maar de bewindsvrou
we koestert de privacy van een aantal
voorletters. J.R.H. Maij-Weggen vermel
den alle biografieën. De J. staat voor Jo
hanna, zeg maar Hanja. De betekenis van
de R. en de H. mogen niet worden prijs
gegeven.
Van alle ministers in het derde kabinet
Lubbers baarde deze 46-jarige dochter
van een gereformeerde rijwielhandelaar
uit het Drentse Klazienaveen het meeste
opzien. Zeker: in het land circuleren 'Da-
les-moppen', en 'Alders-imitaties'. Maar
Hanja Maij-Weggen is de eerste minister
met een eigen fanclub, en haar portret
siert placemats.
door Peter de Vries
Ze dankt haar bekendheid, de aanbid
ding en haar verguizing, aan twee heftige
debatten in de Tweede Kamer en aan een
bijzonder vermogen de media te bespe
len. In korte tijd benutte ze de de publici
taire mogelijkheden van het ministers
ambt maximaal: ze lardeert elk interview
met een proefballon, en weet de aan
dacht van iedere cameraman op zich te
vestigen. Ze is buitengewoon ijdel: de fo
tograaf die na een interview wil vertrek
ken, wordt uitgenodigd nog een paar
portretten van haar te maken; en profile,
met de rechterwang in beeld, want dan
komt ze beter uit.
Op de wekelijkse vergadering op don
derdag van CDA-bewindslieden wordt
ze door haar partijgenoten begroet met:
'Goh Hanja, niks van je gelezen van
daag'. In die bijeenkomsten is ze overi
gens weinig spraakzaam, timide bijna,
en de rest van de donderdagavond zit ze
nog uren in de ministerraadsstukken
verder te lezen. Voor de fans is ze de
standvastige, zakelijke bewindsvrouw
die de dingen bij naam durft te noemen,
maar tegenstanders schilderen Hanja
Maij-Weggen af als een combinatie van
publiciteitsbelustheid, onzekerheid en
politieke naieviteit.
Loopbaan
Haar conduitestaat is vrij kort. Ze praat
zelf in 'persoonlijke interviews' met
graagte over haar zuinige calvinistische
opvoeding, en het feit dat ze als zestienja
rige de enige in het dorp is met witte No
ren. Geboren op 29 december 1943,
meldt Hanja Maij-Weggen zich in 1962
aan voor de beroepsopleiding in de ver
pleegkunde te Amstelveen en in 1965
voor een studie pedagogiek. Het leven is
makkelijk: "Het werd me min of meer in
de schoot geworpen. Ik hoefde er niet
echt iets voor te doen. Ik heb eigenlijk
nooit hoeven te solliciteren". Vanaf 1967
geeft ze les aan leerling-verpleegsters;
een baan die ze in 1973 opzegt om zich ge
heel te wijden aan de opvoeding van haar
twee dochters.
De 77.000 voorkeurstemmen die Hanja
Maij-Weggen als eerst gekandideerde
CDA-vrouw krijgt bij de laatste verkie
zingen voor het Europees Parlement,
vormen het door haar zelf vaak gememo
reerde hoogtepunt in haar politieke loop
baan. Die begint eind jaren zestig als lid
van de Anti Revolutionaire Partij. Ze
toont zich allergisch voor de rol van ex-
cuus-truus die enkel koffie inschenkt en
notuleert bij bestuursvergaderingen, en
roert zich dus geducht tijdens vergade
ringen. Later wordt ze secretaris van een
Apeldoornse wijkraad, en regelt haar
zaakjes weloverwogen. Op verzoek van
het CDA-vrouwenberaad laat ze zich in
1979 op een ogenschijnlijk onverkies
bare plaats voor het europarlement
zetten.
Ze ontpopt zich als een harde werker,
die avond in avond uit stukken zit te le
zen, en die beschikt over een easy
pickup. Een collega van haar uit die tijd:
"Ze ziet als geen ander welk onderwerp
in de krant zal komen. Daar gaat ze mee
aan de haal; niet met diepe ideeën of ori
ginele opvattingen die heeft ze name
lijk niet maar met publiciteitsgevoeli-
ge onderwerpen".
Voor een politicus is dat een bruikbare
eigenschap, al gaat Maij-Weggen ver: ge
ruchten dat ze in 1988 informeel is ge
polst voor het voorzitterschap van de
NCRV bevestigt ze zelf direct, volledig
ongevraagd. Er zijn subtielere manieren
om in de krantenkolommen te komen.
Eervol
Op twee punten onderscheidt ze zich in
dat lange decennium in Straatsburg en
Brussel. Haar inspanningen voor een in-
voerstop op zeehondenvellen brengen
haar een eervolle vermelding. Daarnaast
maakt ze zich sterk voor de gelijke be
handeling van mannen en vrouwen in de
sociale zekerheid. "Ze moeten daar in
Nederland maar eens leren dat een hand
tekening onder een Europese verklaring
waarin die gelijke behandeling wordt be
loofd, ook nagekomen moet worden",
antwoordt ze CDA-ers die haar weer eens
wijzen op de grote financiële problemen
waar de partijgenoten in het kabinet
voor staan.
Ook bij andere gelegenheden valt het
de CDA-top op dat ze het conflict niet
schuwt. Tijdens een informele partijdag
in Garderen zit ze de scène speelt mid
den jaren tachtig in een discussie
groepje met onder andere Onno Ruding,
de minister van financiën. Die onder
breekt haar rechtlijnige betoog de eerste
keer met hem typerende logica met "Me
vrouw, wat u nu voorstelt kost wel veel
geld". Wanneer ze het waagt de gevrees
de schatkistbewaarder te negeren, her
haalt hij zijn verklaring. Voor het oog van
de toegestroomde partijgenoten ontlaadt
de botsing van karakters zich als Ruding
ten einde raad roept: "Mevrouw, bent u
wel voor rede vatbaar?"
Tijdens de campagne voor de Europe
se verkiezingen in juni 1989 loopt Hanja
Maij-Weggen stad en land af, hopend op
een kansje zich verder in de kijker te spe
len. Maar als de formatie Van het derde
kabinet-Lubbers op zijn eind loopt,
denkt niemand in eerste instantie aan
haar bij de verdeling van de zetels. Er
worden andere namen genoemd van pro
minente CDA-vrouwen, die echter de
een na de ander weer afvallen. "En toen
kwam zij boven drijven. Verhip, Hanja,
die hebben we ook nog".
Geldingsdrang
Op het Catshuis komen ze bijeen: Ruud
Lubbers die haar wel wil opnemen in de
ploeg, Bert de Vries die z'n twijfels heeft,
Jean Penders1, de leider van de CD A-af
vaardiging in het europarlement, en nog
wat partijbonzen. Capaciteiten en karak
ter worden doorgelicht, tijdens een ses
sie die lang en tumultueus is. Verzet te
gen haar voordracht komt er uit de Twee
de Kamerfractie, waar menigeen zichzelf
een geschikter kandidaat voor het minis
tersambt acht. Via-via geven verscheide
nd parlementariërs blijk van hun ambi
ties.
De referenties die over Hanja Maij-
Weggen worden ingewonnen, blijken
niet allemaal positief. Met een staatsse
cretariaat lijkt ze ruim bedeeld. "Ze heeft
een enorme geldingsdrang, maar dat is
wat anders dan dadendrang en moet ze
ker niet verward worden met daad
kracht", luidt één oordeel. Maar Penders
roemt juist haar enorme inzet. Waar frac
tieleider Bert de Vries blijft twijfelen,
meent Lubbers dat ze met haar Straats-
burgse ervaring de internationale post
van Verkeer aan moet kunnen. Er wordt
gewikt en gewogen, maar omdat het
CDA per se een vrouw moet leveren en
de andere posten al verdeeld zijn (in een
eerder stadium is met de gedachte ge
speeld met de PvdA te ruilen en Hedy
d'Ancona minister van verkeer te ma
ken) valt de keus in haar voordeel uit.
Het kost moeite mensen te vinden die
met haar te maken hebben of hebben ge
had, die zich niet laatdunkend uitlaten
over haar optreden. Haar populariteit in
het land heeft ervoor gezorgd dat me
nigeen haar noemt als de 'eerste vrouwe
lijke premier', maar onder degenen die
daarover beslissen vindt ze weinig steun.
Hanja Maij-Weggen heeft vijanden, en
niet zo weinig ook. Ze maakt ze sneller
dan vrienden, want er is afgunst en jaloe
zie onder de gepasseerden, pijn onder de
geraakten, en afkeuring onder degenen
die menen dat haar manier van doen
gaan pas geeft.
Privé is ze misschien anders, in de za
kelijke omgang, in het europarlement,
op de internationale Noordzeeconferen-
tie, in Tweede Kamer of ten departemen-
te, wordt Maij-Weggen onveranderlijk
als 'zuur', 'onaangenaam' en 'bot' geka
rakteriseerd. Volgens Straatsburgse
overlevering heeft Hedy d'Ancona haar
ooit toegevoegd: 'Mens, doe toch eens
gewoon aardig', waarop Maij-Weggen
moet hebben gekeken alsof ze water zag
branden.
Aversie
De christendemocratische europarle
mentariër Willem Vergeer is de enige die
openlijk blijk geeft van zijn aversie.
"Mijn ervaringen met deze mevouw zijn
zodanig dat ik niet de minste behoefte
heb er meer dan twee minuten van mijn
tijd aan te besteden. Ik koester geen pret
tige herinneringen aan de samenwerking
met haar".
Vergeer vervolgt: "Ik heb er begrip
voor dat zë ambitieus is, maar mensen
met ambities moeten wel begrenzingen
aanleggen hoe ver ze wensen te gaan. Me
vrouw Maij heeft dat niet of volstrekt on
voldoende gedaan: ze heeft nogal wat
elementaire fatsoensregels overboord
gegooid. Ik distantieer me van haar me
thoden. Ik wens haar alle goeds toe: ze
zal er nog wel achter komen".
Jean Penders, die jarenlang met haar
in Straatsburg werkte, vat het kernachti
ger samen: "Ik wens iedereen die met
haar een conflict krijgt van harte sterk
Johanna Rica Hermanna Maij-Weggen: de eerste minister met een fanclub,
maar ze maakt nog sneller vijanden.
te". Want Maij-Weggen erkent zelf vol
mondig aan luie ambtenaren, trage pro
cedures en andere obstakels een gruwe
lijke hekel te hebben. Die ergernis kent
geen grenzen: domme mensen of te veel
tegenspraak blijkt ze niet in haar nabij
heid te dulden; concept-nota's waar ze
het niet mee eens is verscheurt ze ge
woon, en ambtenaren die moeilijk doen,
kunnen elders solliciteren.
Haar manier van discussiëren is op z'n
minst ongebruikelijk in de Nederlandse
ambtenarij en politiek, waar enige om
zichtigheid en overleg worden gewaar
deerd. Maij-Weggen slaat steevast een
harde, directe toon aan. Wie de letterlijke
verslagen van bijvoorbeeld Kamerdebat
ten na afloop nog eens rustig doorneemt,
ontdekt dat ze niet argumenteert, maar
bezwaren gewoon negeert. "Ze neemt de
stijl over die veel vrouwen juist ergert in
het mannenbedrijf van de politiek, en
voert dat tot in het extreme door. Ze is zo
hanig, dat het bijna seksistisch is".
Zelf geniet Maij-Weggen van een hard
debat, en ze gelooft daarmee te staan in
de grote Britse parlementaire debating-
traditie. Om haar verklaring dat ze dat in
Straatsburg heeft geleerd, wordt in de
Franse stad smakelijk gelachen. Ieder
een die daar wel eens is geweest, weet
dat in het Europees parlement niet wordt
gediscussiëerd, maar verklaringen wor
den voorgelezen. Erg Engels is haar stijl
ook niet: "Engelsen zijn messcherp,
maar met humor. Dat mist zij".
Achter de schermen van het Binnen
hof heeft Ruud Lubbers haar inmiddels
een paar keer tot de orde geroepen, en
verzocht de toon te matigen teneinde de
politieke verhoudingen niet onnodig te
vertroebelen. Frits Castricum, PvdA-
woordvoerder voor Verkeer zegt het heel
afstandelijk, omzichtig, en toch duide
lijk: "Het interesseert me geen lor of ze
matglas in haar bril heeft, dure kleren
draagt en waar ze deze stijl van praten ge
leerd heeft. Het gaat om het beleid dat ze
voert, en of ze daar een draagvlak voor
weet te creëren. Ik twijfel er niet meer
aan dat ze er in zal slagen voor haar eigen
manier van optreden en haar eigen per
soon een draagvlak te vinden, maar het
zou in het belang zijn van het beleid dat
ze moet voeren, wanneer ze inhoudelijke
aspecten voldoende tot uitdrukking
brengt".
Weifelend
De aandacht van de tv-camera's en jour
nalisten ging die avond vooral uit naar de
dramatische aspecten, het 'gekijf. Het
treffen van Maij-Weggen met de WD-
fractie in de Tweede Kamer, waarbij ze
de val van het vorig kabinet en haar voor
gangster Smit-Kroes besprak, was van
ongekend parlementair venijn. Een inge
studeerde grap ("Mevrouw Smit werkt
nu voor 320 miljoen mensen. Ik weet niet
of dat de bedoeling van de VVD was,
toen ze het bos in werd gestuurd") liep
geheel volgens plan uit de hand.
Bij nalezing van het debat valt niet al
leen op dat het Meneer de minister, waar
mee de geschrokken kamervoorzitter
Deetman het tumult probeerde te be
dwingen, uit de notulen is geschrapt.
Een ander citaat trekt de aandacht. Het is
van D66-kamerlid Wolffensperger: "Wat
ik gehoord heb is een weifelende visie
van een weifelende minister, alle asserti
viteit ten spijt". Daarmee attendeerde hij
als eerste op wat anderen inmiddels ook
hebben moeten constateren, namelijk
dat Maij-Weggen weinig daadkracht en
visie ten toon spreid.
De eerste tekenen stemmen niet opti
mistisch. Milieuminister Alders schof
feerde ze over onder meer zijn uitlatin
gen dat de maximumsnelheid naar 100
km. terug moet. Een paar maanden later
tekende Maij-Weggen, zelf een verklaar
de snelheidsmaniak, voor het voorstel de
maximumsnelheid in de Randstad te
verlagen.
Ze kapittelde haar voorgangers, die
decennia lang zouden hebben gemilli
meterd over de financiering van een vas
te oeververbinding over de Westerschel-
de. Zij hakte de knoop door ten gunste
van het door Zeeland zo begeerde pro
ject. Maar wie haar besluit bestudeert,
ziet dat ze datgene gedaan heeft wat al
haar voorgangers zo hardnekkig weiger
den: een flink deel van de financiële pro
blemen via haar eigen begroting oplos-
Ze trok de aandacht door de Britten op
de Noordzeeconferentie openlijk te ka
pittelen. Haar optreden was zo ondiplo
matiek, dat Britten en aanwezige Neder
landers er nog over klagen. Het was vol
ledig contraproduktief: alle kamerfrac
ties (uitgezonderd het eigen CDA) lieten
deze week merken dat ze de zaak zelf ver
prutst heeft door zo hoog van de toren te
blazen.
Tunnels
En de tunnels? Het kabinetsbesluit dat
onlangs viel wist ze in de Tweede Kamer
nauwelijks uit te leggen. Ze legde zich
vast op een onmogelijke koppeling tus
sen de bouw van tunnels en de invoering
vari het in de Kamer enorm omstreden
rekeningrijden. Ze moet nog een keus
maken, maar wordt daarbij gehinderd
door een eigen CDA-fractie die mateloos
is verdeeld in een stroming pro de parti
culiere wagen, en een groep die voor het
openbaar vervoer is. Zelf vindt ze dat
"die tunnels er maar gewoon moeten ko
men". Maar tijdens de oefensessies voor
de ministerraad met ambtenaren bleek
al dat van die argumentatie weinigen on
der de indruk zijn.
Eind deze maand moet haar politieke
werkprogramma voor de komende re
geerperiode verschijnen. Bij die gelegen
heid moet blijken of ze, zoals de PvdA-er
Castricum het noemt, "de tekenen van
deze tijd verstaat en erin slaagt oud en
nieuw verkeersbeleid aan elkaar te kno
pen". Tot die tijd heeft ze nog het voor
deel van de twijfel; daarna moet blijken
of Hanja Maij-Weggen een succesvol
CDA-minister kan worden.
Oh ja, ze heet Johanna Rica Herman-
na. Daar kan het niet aan liggen.