'Proberen om
eigen kleur
te maken'
Flying
Pickets:
vaklui
Zanger Michael Penn met 'No Myth' in de tipparade:
Nieuwe
directie
RPhO
'Het gebouw bepaalt de foto'
Fonkelende resten Bourgondisch verleden
Acteur Jasper de Moor
in gevangenis India
WOENSDAG 28 FEBRUARI
AMSTERDAM - Michael
Penn, die al wekenlang met
de single 'No Myth' in de Ne
derlandse tipparade staat,
haalt opgelucht adem als de
onderwerpen zijn afgehan
deld. Maar wat wil je ook, als
je de broer bent van Sean, de
acteur, de vechtjas en vooral
de ex van Madonna. "Toch
denk ik dat die relaties op
mijn carrière per saldo niet
van invloed zijn. Sommige
mensen zullen naar mijn
muziek gaan luisteren om
dat Sean mijn broer is, ande
ren zullen dat om dezelfde
reden juist niet doen. Wat ik
in elk geval zeker weet, is dat
het voor RCA geen reden is
geweest om me te contracte
ren".
door
Hans Janssen
Hoe dan ook, zo geeft Michael wat
later toe, hij zat wel degelijk een
beetje met die familie-band in zijn
maag. "Ik weet natuurlijk ook dat er
mensen zijn die denken dat ik ge
bruik probeer te maken van zijn be-
kendheid, of ik dat nu ontken of
m niet. Ik heb er daarom even over ge-
dacht om samen met Patrick (War
ren, de man die na Michael Penn
zelf de belangrijkste rol speelt op
diens debuutelpee) een groeps-
naam aan te nemen. Maar uiteinde
lijk bedacht ik me: laat ik maar eer-
m r lijk zijn, ik ben nu eenmaal de broer
van Sean en ik maak muziek. And
now, let's get back to the music".
Die muziek staat op de onlangs
-verschenen elpee March, waarvan
de single 'No Myth' al een aantal we-
ken in de Nederlandse tipparade bi-
vakkeert. Ook in de elf nummers op
q -de plaat bewijst de zanger en multi-
,r1 instrumentalist, klein, donker en
r_ getooid met een klein kinbaardje.
The Flying Pickets at Work' - optreden
van de Engelse close harmony-groep be
staande uit David Brett, Nick Godfrey,
Gary Howard, Hereward Kaye en Lex Le
wis. Gezien op 27 februari in de Leidse
schouwburg.
LEIDEN - Geen stoel onbezet in
de Leidse schouwburg; dat be
tekent dat öf close harmony
enorm populair is geworden of
dat The Flying Pickets een grote
schare fans in deze regio heb
ben. Ongetwijfeld "is het een
combinatie van factoren, waar
door deze Engelse a capella op
tredende groep op zoveel be
langstelling mocht rekenen. Vijf
heren maken vocale muziek. Ze
zingen op basis van knap gecon
strueerde arrangementen, waar
bij hun stemmen de tekst vertol
ken, muziekklanken produce
ren of als de ritmesectie funge
ren. Een uitgekiend gebruik van
de geluidsinstallatie is daarvoor
een eerste vereiste. Vanzelfspre
kend ging men hier zeer zorg
vuldig te werk - al moet gezegd
dat het geheel waarschijnlijk
net iets te hard stond a'fgesteld
om de verscheidenheid van de
vijf stemmen optimaal (en in
een iets intiemere sfeer) tot hun
recht te laten komen.
Begin jaren tachtig ontstond
deze close harmony formatie uit
een theatergezelschap met de
naam '7:84 (7% van de Britse be
volking heeft 84% van de rijk
dom in bezit). Dat duidt op een
sociaal-politieke achtergrond,
zoals overigens ook de naamge
ving 'Flying Pickets' naar vak
bondsactiviteiten verwijst. In
het gedeelte vóór de pauze
treedt met name het maatschap
pelijk geëngageerde werk op de
voorgrond. Niet voor niets is de
ze avondvullende voorstelling -
zoals in het programmastencil
staat vermeld - voortgekomen
uit een concertreeks in Oosten
rijk ter gelegenheid van het hon
derdjarig bestaan van het vak
verenigingswezen. Min of meer
als een rode draad liep dan ook
het thema 'werk' door de num
mers vóór de pauze.
Toch viel na afloop in de wan
delgangen te vernemen dat men
over het algemeen meer waarde
ring had voor het tweede deel
van het optreden. Bleef het vóór
de pauze bij 'crazy love' en het
van Dolly Parton bekende '9 to
5', daarna begon men pas goed
met het echte swingende werk.
Natuurlijk mocht hier ook hun
tot nu toe grootste hit 'Only you'
niet ontbreken. Vooral in de up
tempo nummers konden The
Pickets rekenen op veel enthou
siasme bij het publiek dat maar
al te graag de kans aangreep om
mee te mogen doen. Op het mo
ment dat er zelfs meegezongen
mocht worden, kon de avond
echt niet meer stuk. De groep
ontkwam dan ook niet aan paar
toegiften. Dat de nieuwe casset
te van The Flying Pickets na af
loop zeer gretig aftrek vond, be
wijst eens te meer dat de avond
geslaagd te noemen is.
WIJNAND ZEILSTRA
ging schrij-
sporen-recorder
niet op zoek te zijn naar goedkoop
succes. De songs, rustige rock en
een enkele gitaarballad, klinken
eerlijk maar eigenwijs en zijn niet
volgens een bepaald vast succes
concept opgebouwd.
"Onze manier van werken is: laat
het nummer bepalen hoe het gaat
klinken. Als dat iets heel traditio
neel folkachtigs is, dan is dat prima.
Klinkt het uiteindelijk'meer als een
rock 'n' roll-song, dan is dat ook
goed. Die eerlijkheid proberen we
bij het maken van al de nummers te
handhaven".
Traditie
Hoewel March ("de naam heb ik ge
kozen omdat het me opviel dat ik
veel nummers schreef in een mars
ritme") heel duidelijk een roek-al
bum is, past het niet in 'de Ameri
kaanse traditie'. Integendeel, de
plaat klinkt zowel qua tekst als qua
muziek vaak eerder Brits (The Beat
les, The Kinks, Squeeze en ga zo
maar door) dan Amerikaans. "In
mijn teksten ga ik traditionele the
ma's zoals auto's, meiden en high
ways liever uit de weg. Zo'n mens
ben ik gewoon niet. Vroeger, op
school, las ik ook al liever Poe dan
Hemingway. Het belangrijkste on
derwerp is dan ook de relatie tussen
mensen, hoe en waarom mensen
dingen doen. Daar denk ik veel over
na en daar probeer ik bepaalde 'wet
matigheden' in te ontdekken".
"En ook muzikaal wilde ik niet in
de cliché's van de Amerikaanse
rock 'n' roll vervallen. Wat ik in de
Britse popmuziek waardeer, of ei
genlijk aan Europese muziek in het
algemeen, is dat die wat grensver-
leggender is dan de Amerikaanse,
wat meer geneigd tot onderzoeken
en experimenteren".
In zijn jeugd (Penn is nu 29) was
die voorliefde voor Engelse en ook
andere Europese muziek nog niet
zo expliciet aanwezig. "Ik hield ei
genlijk van heel veel verschillende
groepen. I sort of fell into music
when I was a kid. Ik besteedde er
net zoveel tijd aan als anderen aan
football of basketball. Ik kreeg een
gitaar toen ik elf was, speelde wat
nummers van de radio na, nam zo
nu en dan eens wat lessen en als die
me begonnen te vervelen, dan stop
te ik er weer mee. Na een tijdje pikte
ik de boel dan weer op en begon het
hele zaakje opnieuw. Ik speelde ook
in een paar garage-bands en vanaf
toen werd het alleen maar leuker.
Maar uiteindelijk ben ik me pas op
de high school echt serieus met r
ziek bezig gaan houden, in de
dat ik eigen nuP1morc air>°
ven en met een v
aan de slag ging
Studiosfeer
Penns eerste 'echte' band heette
Doll Congress (opgericht in 1981 in
Los Angeles), waar hij ook toetse
nist Patrick Warren ontmoette.
"Toen al vonden we het belangrijk
om niet te klinken zoals andere
bands klonken, zeker niet als die he
le new wave-golf van dat moment.
Toen Doll Congress in 1987 uit el
kaar viel, heb ik voor mezelf de za
ken op een rijtje gezet. Ik wist dat ik
met Patrick wilde blijven werken
en met hem heb ik toen een paar
nummers, die ik al eerder had ge
schreven, opgenomen. Dat bandje
kwam via onze 'manager' bij RCA
terecht en die belde al heel snel
daarna op, eigenlijk tot onze verras
sing. We waren namelijk van plan
een band te formeren en dan eens
lekker te gaan spelen, een zekere
'following' te krijgen, om op die ma
nier aan een platencontract te ko
men".
Het ging dus anders, met als ge
volg dat de twee nu al bijna drie jaar
niet meer op het podium hebben ge
staan. De elpee March ademt dan
ook een studiosfeer, "demo-ish",
zoals Penn zelf het noemt. Het is
een 'geluid' dat ook steeds vaker de
kleur van platen (Lenny Kravitz,
Daniël Lanois, om er maar een paar
te noemen) bepaalt: het effect van
het effectloze. "Dat is niet bewust
gebeurd, maar het is waarschijnlijk
wat wij graag horen".
Warren mengt zich in het ge
sprek. "Ik denk", zegt hij, "dat het
ook te maken heeft met het feit dat
alles eerst op vier sporen is opgeno
men. Als je maar zo weinig moge
lijkheden hebt, moet alles wat je
speelt zin hebben en belangrijk zijn.
Wantje hebt geen extra sporen om
zaken toe te voegen om het beter te
laten klinken. En met die discipline
hebben we ook met de 24 sporen ge
werkt".
Penn: "We hebben voor deze
elpee heel lang in de studio gezeten
ROTTERDAM (GPD) - De hui
dige directeur Promotiezaken
van de stichting Donemus in
Amsterdam, drs. Kees Hillen,
wordt in bestuurskringen van
het Rotterdams Philharmo-
nisch Orkest steeds sterker als
meest serieuze kandidaat be
schouwd voor de functie van
hoofd artistieke zaken van het
orkest.
Hillen was vóór zijn huidige
functie bij Donemus hoofd van
de VARA-klassieke-muziekaf-
deling.
Tussen Hillen en het Rotter
damse symfonieorkest zijn mo
menteel onderhandelingen
gaande, onder andere over de
beoogde invulling van de func
tie, die in de huidige opzet hoog
uit van adviserende betekenis
is. Gelet op de primaire doelstel
lingen van het orkest wordt ge
streefd naar opwaardering op
directeursniveau.
Michael Penn (links) en Patrick Warren.
en lang en zorgvuldig aan het geluid
gewerkt, geprobeerd om een eigen
'kleur' te creëren, net els schilders
dat op een palet doen. We hebben
met behulp van een heel oude
sampler van Patrick, ééntje die nog
met banden werkt, vaak min of
meer onze eigen instrumenten ge
maakt, net als in een collage".
"Muziek maken heeft iets van uit
vinden. Je werkt een hele tijd ter
wijl je je baseert op ideeën van an
deren en dan, opeens, kom je op een
punt waar je zelf tot iets origineels
bent gekomen, een soort van eigen
geluid. En als ik dat over een tijdje
van mezelf kan zeggen, dan ben ik
tevreden".
Rabbani-collectie
AMSTERDAM (ANP) - Het vei
linghuis Sotheby's in Amsterdam
toont op 12, 13 en 14 maart schilde
rijen van Oude Meesters afkomstig
uit het bezit van Mahmoud Salim
Rabbani, de oud-consul van Ku-
wayt en Jordanië in Den Haag. De
zogenoemde Rabbani-collectie be
staat uit zestien schilderijen en
wordt op 11 april in Londen geveild.
Rabbani heeft zijn collectie tussen
1955 en 1980 opgebouwd, aldus het
veilinghuis. De verzameling was
eerder te zien in Milaan, München
en Frankfort en wórdt na Amster
dam nog tentoongesteld in Brussel.
Openingstijden van 10.00 tot 16.00
Architectiiiirfotograaf Sybolt Voeten:
Architectuurfotograaf Sybolt VoetenNiet voor niets herkennen
BREDA De leesbaarheid van
de architectuur staat bij hem
voorop. Wel voegt hij vaak iets
toe aan het gebouw dat hij moet
fotograferen, maar nooit wordt
de architectuur onherkenbaar
vastgelegd: "Dan schiet je je
doel voorbij". Sybolt Voeten
wordt gerekend tot een van de
belangrijkste -jonge- architec
tuurfotografen van Nederland.
Om die reden is hij opgenomen
is het onlangs verschenen boek
'Geschiedenis van de Neder
landse architectuurfotografie'.
Door
Rob Schoonen
Sybolt Voeten houdt van reële fo
to's. "Op de eerste plaats maak je fo-
gpd) to's voor de architect en uiteraard
Tentoonstelling 'In Buscoducis' in 's-Hertogenbosch:
DEN BOSCH (GPD) - 's-Her
togenbosch was in de late Mid
deleeuwen - na Utrecht - de be
langrijkste stad van het huidige
Nederland. Zo staat met enige
nostalgische fierheid te lezen in
de catalogus bij de tentoonstel
ling 'In Buscoducis'. Tussen
1450 en 1629 was de stad een be
langrijk handelscentrum en de
daarmee gepaard gaande rijk
dom trok zoals altijd veel kun
stenaars en kunstnijverheids
lieden aan.
door
Hans Lutz
De belangrijkste van hen was na
tuurlijk Hieronymus (Jeroen)
Bosch, de schilder van de angstaan
jagende hellebeelden, wiens werk
nog steeds tal van onopgeloste in
terpretatie-problemen oproept.
Maar hij was een zeldzame groot
meester in 's-Hertogenbosch. Voor
zover uit de archieven is gebleken
werden de belangrijke kunstwer
ken in opdracht van Bosschenaren
gemaakt door kunstenaars van el
ders: Adriaan van Wesel, de fameu
ze Utrechtse beeldensnijder,
Abraham Bloemaert, de al even be
roemde Utrechtse schilder, de Ant
werpse sinjoor Peter Paul Rubens.
Het is tekenend voor de positie
van de Brabantse hoofdstad: de
stad lag aan de uiterste noordkant
van het Bourgondische rijk en was
meer waakpost tegen de ongemak
kelijke vorsten van Gelre dan orga
nisch deel van een rijk, dat met zijn.
weelde te koop liep tussen de Jura
en de Noordzee.
De hertogen van Brabant eerst en
later de Bourgondiërs gaven de stad
weliswaar tal van privileges, maar
een vorstelijk hof werd er nooit ge
vestigd - in de middeleeuwen voor
waarde voor een blijvend cultuur
centrum. Eenmaal slechts kreeg
Den Bosch echte erkenning: dat
was in 1481, toen keizer Maximili-
aan er het veertiende kapittel van de
Orde van het Gulden Vlies hield. De
Bosschenaren voelden zich er met
recht verguld mee.
Zo bewonderend hoefden ze overi
gens niet te zijn. Ze hadden zelf im
mers een genootschap, dat welis
waar niet van ridderlijke herkomst
was, maar toch een grote eerbied
waardigheid bezat: de Illustere Lie
ve Vrouwe Broederschap, die al
1318 kerkelijk werd goedgekeurd
en nu nog steeds bestaat. In zijn
hoogtijdagen telde de Broeder
schap honderdduizend leden en
had hij vestigingen in tal van be
langrijke handelscentra, waar de
belangen van de leden werden be
hartigd. De broederschap ontwik
kelde zich tot hét economische en
culturele machtsblok in de stad. De
kapel van de Broederschap in de St.
Jan was overladen met gouden en
zilveren kunstvoorwerpen, betaald
uit de legaten die welgestelde leden
hadden nagelaten. Schenkingen,
waaruit ook voedseluitdelingen
werden betaald.
De Broederschap is natuurlijk
niet meer het centrale punt van de
Bossche activiteiten, maar invloed
heeft hij nog wel: al in het begin van
de jaren zeventig vroegen de nota
bele Bosschenaren om een tentoon
stelling die de gouden eeuw van 's-
Hertogenbosch als thema zou heb
ben. Van museale zijde was de ani
mo aanvankelijk niet groot: de her
innering aan de succesvolle Jeroen
Bosch-tentoonstelling uit 1967 lag
nog te vers in het geheugen. Belang
rijker was nog, dat de sporen van de
Bossche hoogtijdagen nagenoeg
zijn uitgewist. Het kunstbezit is
voor het grootste deel met de kloos
terlingen uit de stad vertrokken na
dat Frederik Hendrik in 1629 de
stad na maandenlang beleg had in
genomen en Den Bosch staatsbezit
(en dus protestants) was geworden.
Zo is er van het bezit van de broe
derschap van voor 1629 niet meer
over dan archiefstukken, wat kleine
voorwerpen, een paar muziekboe
ken en veertien tinnen wijnkannen.
Bovendien was Den Bosch blijk
baar niet bijzonder gesteld op zijn
middeleeuws kunstbezit. Wat er na
Beeldenstorm en inname door de
staatse troepen nog over was is in de
loop van de volgende eeuwen van
de hand gedaan en grotendeels on
vindbaar. Het broederschapshuis
(Zwanenbroedershuis) werd hal
verwege de negentiende eeuw ver
vangen door een neogothisch ge
bouw. Het kostbare oxaal uit de St.
Janskathedraal werd in 1866 ver
kocht aan het Victoria en Albertmu-
seum, het hoogaltaar werd tezelf
dertijd in onderdelen verkocht. In
feite is het zo, dat verreweg het
grootste deel van het Bossche mid
deleeuwse kunstbezit spoorloos is
verdwenen.
Uiteindelijk is het museum toch
door de knieën gegaan voor de
voortdurende aandrang. Dat besluit
werd versterkt doordat dr. A. M.
Koldewij van de univrsiteit van
Nijmegen het aandurfde om het on
derzoek te openen naar dat deel van
de Bossche historie. Een onder
zoek, dat zo'n vijfjaar heeft geduurd
en er in ieder geval toe heeft geleid,
dat een aanzienlijk aantal stukken
van over de hele wereld voor het
eerst sinds eeuwen weer tijdelijk te
rug is in Den Bosch.
De tentoonstelling in het gouver
nement - het oude hoofdgebouw
van het Noordbrabants Museum -
roept zo een glorierijke tijd in herin
nering. Door onder meer twaalf
werken van Pieter Saenredam, die
in 1632 in Den Bosch is geweest;
werken van Jeroen Bosch en vooral
van tijdgenoten en navolgers; zes
werken van Adriaan van Wesel; een
paar onderdelen van het oxaal uit
de St.Jan; een aantal geïllustreerde
handschriften; en enige hoogtepun
ten uit de korte opbloei tijdens de
Contrareformatie waarin het werk
van Rubens en Bloemaert centraal
staat.
Bij elkaar levert dat een mooie
tentoonstelling op die menigeen (en
niet alleen chauvinistische Bos
schenaren) graag zal bezoeken. Ook
al zal die bezoeker, rondlopend,
zich met spijt realiseren hoe jam
mer het is, dat hij uiteindelijk
slechts de geringe resten ziet van
een kunstbezit, dat ooit van Den
Bosch een juweel in het Brabantse
land heeft gemaakt.
('In Buseoduci', kunst uit de
Bourgondische tijd te 's-Herto-
genbosch 1450-1629 in het Noord
brabants Museum. Verwerstraat
te Den Bosch; geopend t/m 30
april op werkdagen van 10-17 uur,
in het weekeinde 12-17 uur, op
maandag gesloten).
de beschouwer, de lezer. Daarom
neem ik vrijwel altijd 'reële' stand
punten in. Kijk, ik klim ook wel
eens op een dak om een bepaalde
foto te maken, maar dan krijg je
toch vaak een ander, vertekend
beeld. Bovendien: op die manier
kijken de mensen vrijwel nooit naar
dat gebouw. Dan moet je dat dus
niet doen".
Voeten studeerde van 1964 tot
1969 aan de Academie St. Joost in
Breda. Daarna werkte hij onder
meer in Frankrijk en Engeland. In
Londen was hij twee jaar verbon
den aan de 58th Group. Hij leerde
het vak als assistent van Henk
Snoek, een Nederlandse architec
tuurfotograaf die in Engeland naam
maakte. Later vestigde hij zich in
Breda en maakte op zijn beurt naam
als fotograaf van de gebouwde om
geving. Talloze gebouwen legde hij
inmiddels vast. Meerdere malen ex
poseerde hij zijn foto's. Onlangs
verscheen bij Uitgeverij 010 de mo
nografie over de roemruchte archi
tect Cees Dam. Voeten maakte de
foto's. "Een typische, wat gespleten
man", noemt hij Cees Dam. "In het
begin veel gekanker op de foto's,
maar dat veranderde gaandeweg
het proces. Neen, na publikatie heb
ik nooit meer wat van hem gehoord.
Ik vind dat een goed teken. Als een
architect niets zegt en hij komt later
weer met een opdracht, dan is dat
een compliment. Althans, dat zie ik
In het door Robert van Venetië en
Annet Zondervan samengestelde
boek wordt Sybolt Voeten, samën
met Ger van der Vlugt, gerekend tot
'de belangrijkste vertegenwoordi
gers van een jonge generatie'. Voe
ten: "Dat zie je vaak en het klopt
ook wel. Ik hoor immers bij de jon
gere generatie, maar met name in de
vakpers word ik ook vaak afgeschil
derd als een lid van de oudere gene
ratie. Dat heeft alles en niets met het
werk te maken. Anders dan fotogra
fen die nauwelijks een grens trek
ken tussen autonome of vrije foto
grafie en architectuurfotografie,
kies ik vrijwel altijd voor het laatste.
Misschien dat men daarom denkt
dat ik bij die oudere club hoor".
Voeten vindt het boek overigens
niet best. "De auteurs gaven er blijk
van niet veel te begrijpen van archi
tectuurfotografie. Bovendien heb
ben ze de verkeerde foto's gekozen.
Tenminste, wat mijn foto's betreft".
Net als Jan Versnel -voor wiens
werk Voeten veel bewondering
heeft- maakt Voeten nooit verstilde
foto's. "Er zijn natuurlijk verschil
lende type foto's binnen de archi
tectuurfotografie. Watje kiest hangt
uiteraard een beetje van de klant af,
maar ik maak een foto zonder mijn
eigen visie op de architectuur los te
laten", zegt Voeten "Als je puur re
gistreert, kom je er niet uit. Dat wil
len natuurlijk heel veel architecten,
maar dan ben je naar mijn idee ver
keerd bezig. Daarom voeg ik dingen
toe aan het totaalbeeld. Als ik bij
voorbeeld een kantoorcomplex fo
tografeer. dan moet daar naar mijn
gevoel een voorbijsnellende figuur
met aktentas bij. Dat soort simpele
dingen geeft iets aan, zonder aan de
architectuur te veranderen".
Aan de andere kant zijn er vol
gens Voeten fotografen die bijna au
tonoom werk maken: "Bij hen is de
architectuur in feite ondergeschikt.
Ze maken bijvoorbeeld een foto van
een gebouw in de regen. Dan kan
prachtig zijn, maar dan laat je dus
zélf een visie los op dat gebouw. Dat
doe ik dus niet. Je moet goed begrij
pen: ik ben arcnitectuurfoto-
graaf...".
Voeten werkt tegenwoordig vrij
wel uitsluitend in kleur. Niet alleen
omdat vrijwel alle opdrachtgevers
daar om vragen, maar ook omdat hij
niet kapot is van de kwaliteit van
het zwart-wit-papier. "Vroeger, met
het bariet-papier was er meer moge
lijk; het materiaal was veel beter.
Met het papier dat vandaag de dag
wordt geleverd -met veel kunststof
erin- kun je echt minder doen. Het
werkt sneller, maar het is niet zo fijn
als het 'echte' papier".
Voeten heeft iets met architec
tuur ("Inderdaad, het bekende ver
haal, al vóór St. Joost had ik archi
tect willen worden; maar het was al
lemaal wat te technisch")- maar
heeft geen spijt van zijn keuze de
gebouwde omgeving te fotografe
ren. "Misschien dat we een wat 'die
nende' taak hebben, maar ik kan er
wel degelijk veel creativiteit in
kwijt. Niet voor niets herkennen
mensen mijn foto's. Dat geeft wel
iets aan, toch"?
'Geschiedenis van de Neder
landse architectuurfotografie',
Robert van Venetië en Annet Zon
dervan. Uitgeverij 010, Rotter
dam.
Jacob Comelisz van Oostzanen: Maria met kind. triptiek geschilderd m
opdracht van de Gastliuismeester Jos Sampson die met zijn gezin is afge
beeld. (foto GPD)
DEN HAAG (ANP) De Haagse acteur Jasper de Moor zit sinds 19 februa
ri vast in een gevangenis in de omgeving van de Indiase stad Goa. De Moor
is aangehouden op verdenking van illegaal verblijf. Dit heeft een woord
voerster van het ministerie van buitenlandse zaken dinsdag bekendge
maakt.
De acteur, die een rondreis maakt door India, is tijdens zijn vakantie be
stolen van paspoort, geld en andere papieren. Direct na dit voorval riep De
Moor de hulp in van het Nederlandse ministerie van buitenlandse zaken.
Dit kon niet voorkomen dat hij werd opgepakt.
Het ministerie in Den Haag heeft het Nederlandse consulaat in Goa in
middels gemachtigd om een paspoort, ticket en uitreisvisum voor De
Moor te regelen. De familie heeft zich voor het bedrag garant gesteld.
Hoe lang de acteur nog wordt vastgehouden is niet bekend. Martine de
Moor maakte dinsdagmiddag bekend dat er hard aan de vrijlating van haar
broer wordt gewerkt. „Voor Indiase begrippen is het heel normaal dat ie
mand die zich niet kan identificeren wordt aangehouden", aldus Martine.
„Inmiddels zijn er papieren onderweg naar Jasper. Zodra hij die heeft
wordt hij vrijgelaten".
Het Nederlandse consulaat in Goa was dinsdag niet bereikbaar voor
commentaar.