Niets is wat het lijkt te zijn
Mooie misdaden
Prentenboeken
Nieuw talent laat op zich wachten
Welk Italië -gevoel?
Crimi van
De Zanger
God erbarme zich over de cynici
LITERATUUR
Mysterieus proza van Brakman
Wie aardigheid heeft in de Neder
landse literatuur en het laatste de
cennium heeft uitgezien naar een
verse en grootse generatie schrij
vers, zal weieens wenend terug heb-
jaartje moeten wachten, want net
ben gegrepen naar oude knarren als nif het erop aankomt, lijkt haar ont-
Hermans, Mulisch of Reve. Af e
toe flonkerende er de afgelopen j
i onverhoeds een sterretje,
dat doofde r
ókkeling te stagneren.
De zeven verhalen in de bundel
zijn, hoewel wisselend van vaart
i enkel fonkelinge- kwaliteit, hecht aaneengeknutseld.
tje meestal machteloos
Dat zet maar niet door, dat jong ta
lent. moppert de grijzende lezer, be
droefd om zoveel onmacht.
We moeten het doen met een
schetterklep als Joost Zwagerman
en kunnen hooguit vertrouwen op
het doorzettingsvermogen van Her-
mine de Graaf en Magriet de Moor.
Veel meer schittert er niet aan de
grauwe hemel van dit fin de siècle.
Jammer genoeg breekt ook het
Het verbindende'thema, schuld
noodlot plus de frictie tussen beide,
is overzichtelijk uitgestald en in el
ke vertelling consequent uitge
werkt. In 'Boven de natuur' krijgt op het
het schuld-gegeven daardoor een zocht
'erdreven lading mee. Een
Eenzelfde verwijt treft het, overi
gens stukken betere titelverhaal.
Ook hier duurt het veel te lang voor
de schuld- en andere verwarrende
gevoelens die Mona koestert ten
aanzien van haar jonggestorven
zusje Nadine wint aan ernst en ge
wicht. De aanleiding om de geest
van de Monadini's weer substantie
te geven, het meisje Tina dat zoveel
rverleden zusje lijkt, is ge
in geforceerd. Ook hier
brengt het open, abrupte einde eer-
(Marie Stahlie) en haar tot leven ge
brachte verhaalfiguur Johan. Een
leuke oefening in perspectief. 'Het
kristtallied' waarin het jongetje
Vincent wordt ontvoerd door een
vroegere gefrustreerde liefde van
zijn vader, laat gelukkig de auteur
van Unisono weer zien: spranke
lend, vol vaart en geestdrift, met te
derheid en spot. En dat allemaal in
zo'n klein verhaaltje.
Wat minder is weei
sfeerbeschrijving van een Ameri
kaanse doorsnee-stad. waar meer
ellende achter de gordijnen schuil
gaat dan de Nederlandse Ellen Leb
run kan verdragen.
Maria Stahlie hinkt in In de geest
van de Monadini's op twee verlan
gens: handhaven van de vroegere li
teraire privé-pret en het oproepen
van schuldbesef en somber nood
lot. Behalve in het afsluitende ver
haal lukt dat eerste haar beter dan
het laatste. Dat geeft niet, want
Stahlie komt vooral tot haar recht
'De helm des als 'licht' auteur, in de beste en veel-
din met wie de ik-figuur vroeger der teleurstelling teweeg.
zijdige betekenis
zonnetje
spoken opriep, klaagt haar nood i
een brief die bij nader inzien toch
niet geopend mag worden. Natuur
lijk kan de ik-figuur, zoals vaker bij
Maria Stahlie niet Stahlie een soort dubbelgangster
door, terwijl ik toch zo genoten heb
van haar debuut Unisono (1987) en
Verleden hemel toekomst, een
daaropvolgende bundel verhalen
uit 1988, zeer bewonderde.
De schrijfster is wel aan het werk,
want amper een jaar later, in 1989, is
haar derde boek verschenen, de ver
halenbundel In de geest van de
Monadini's. Misschien had ze een
de schrijfster, haar nieuwsgie
righeid niet bedwingen. De boven
natuur treedt in werking. Het ge
volg is een veel te lang uitgespon
nen verhaal met teveel aandacht
voor een mal onderwerpje, waarbij
een van Stahlie's sterke punten -
een fraai en eigenzinnig relative
ringsvermogen - haar in de steek
laat.
Het verhaal 'Als een zeef
stuk hechter, maar nog steeds traag.
Emma die ooit de baby Aron liet
vallen (Aron suisde naar beneden
en kletste met zijn hoofd tegen de ste
nen vloer) acht zich schuldig aan
zijn achterlijkheid en probeert ver
geefs boete te doen. Al zou ik niet
graag de motiefjes van het zilveren
kettinkje, de strandjutter, of de wal
vis en de zwaartekracht hebben ge
mist.
'Van alle verhalen op aarde' is een
aardig, maar doodlopend fantasie
tje over een beginnende schrijfster
heils' vanwege de slappe pointe
alle drukte en gedoe
is. Een typisch Stahlie-grapje tus- Een keuze
sen door (Er lag een dik boek open- ding van
geslagen. De jacht op inspiratie las het leven is begrijpelijk,
ik op de voorkant door Dick Schou- kant. De poging tot versmelting
ten. Ik begon te lezen...) brengt deze integratie
keer geen redding.
rol) en Bertus Aafjes (met de inmid- de veelzijdigheid. Er komen zoveel
boek 'Het Italië-gevoel' zijn neert. Daf is deels te wijten
het woord, acht nieuwe en oude verhalen van opzet. Het boek i
Nederlandse schrijvers verzameld, bij het 100-jarig bestaan
aangevuld met een overzichtsver- cieta Dante Alighieri\ e
haal over Italiaanse schrijvers die gingv
Nederland schreven.
Vreemd genoeg is het laatste ver
haal, afstandelijker dan typerend is
voor deze schrijfster, het beste. Hier
geeft de definitieve keuze voor het
sobere en anecdotische de doorslag.
Luchtigheid en relativering maken
in 'De 648.402 inwoners van Memp
his' plaats voor een drukkende
beide lijkt
doemd tot mislukking. Het oor
spronkelijke hinkelen op het ene
been der onbevangenheid brengt
de schrijfster vast en zeker verder.
ROB VOOREN
Maria Stahlie. Inde geest van de Mona
dini's. Uitg. Bert Bakker. Amsterdam
1989.
De bundel is gevarieerd, misschien hebben. In de bundel wordt ook i
Motto, achterflaptekst, het eerste
(ik) en laatste woord (schrijver) van
Brakmans nieuwste boek Pop op
de bank zijn waarschuwingen aan
de lezer dat de ondertitel, Een auto
biografie, niet al te letterlijk geno
men dient te worden. Want hier is
een schrijver aan het woord, een
verbeelder, iemand die de werke
lijkheid naar zijn vertellende hand
zal zetten. Nu is dat altijd het geval
bij een auteur en zeker bij zo'n fan
tasierijke schrijver als Brakman.
Waarom dan al die waarschuwin
gen? Bevat dit boek, gepresenteerd
als autobiografie, toch meer aanwij
zingen over de mens Brakman dan
de auteur lief is?
De ik-figuur verklaart nadrukke
lijk. Ik ben alleen maar herinnering
om dat zo maar eens uit te drukken
i alleen in staat iets mee te maken
zijn, een onaanraakbare, in alles het op
tegenovergestelde van de verteller, eer
Die wantrouwt immers alles wat hij ma
ziet en niet ziet. Zelfs het succesvol gaat, broeit het
oplaten en weer neerhalen van een
supergrote vlieger - een echt pronk
stuk waar menige knaap trots op
zou zijn - maakt hem niet gelukkig.
Hij blijft maar bang dat er iets zou
kunnen mislukken.
en joods bankierskantoor dat
uitdaging vormt voor Brak
geest. Als hij er op bezoek
kunst en ero
tiek, van krochten en spelonken. De
moeder, Maria Leuntje, was het die
nen toegewijd, een zorgzame onder
wier blik weinig ruimte was voor
een kunstzinnige ontwikkeling,
lezen en tekenen. En zo groeit
De tegenstelling tussen de pop op het jongetje uit tot een wikker
de bank en die altijd wantrouwende weger van talmoedische subtilitei-
verteller kon niet groter zijn. Steeds ten
speurt hij in zijn verleden:
schooltijd als een wezenlijk onder
deel van zijn persoonlijke mytholo-
begaafd propagandist
i al dit zo subjectieve, maar tus-
de velen die mij in de loop der
tijden met onverholen afkeer hebben
gie. Als een cyclopische burcht staat bekeken ontbrak ik nooit zelf.
hij (=de school) in mijn mytholo
gisch landschap. De Scheveningse
bosjes, de angst voor ontmanning,
de maanblanke boezems
Brakman is geen schrijver
een lome zondagse achternamid
dag. Alhoewel elke zin boeit door
kleur, klank, en originele woorden
twee hoertjes tegenover zijn huis, als lapsus of een sonderend hallo,
door het mij te herinneren, erger buurvrouw Paap, de akelige school-
nog, ik herinner mij al terwijl ik nog
bezig ben iets mee te maken. De wer-
'mij ontsnappen als
s en mij doen verzin-
In deze zin zit
de vertelstructuur
van het verhaal. Heden en verleden,
nu en vroeger verweven zich voort
durend met elkaar. De volwassen
verteller is jaloers op een pop op
kelijkheid
dat niet zo
ken in ijle
de sleutel
meester Besteman die via prachtige
hyperbolen wordt neergezet, en de lijk gezocht worden. Ieder detail
geheimzinnige Beppie met haar al- verwijst ergens naar, naar eerder
Willem Brakman
tijd vochtige mond. Hij volgt het werk, naar bekende motieven,
spoor terug, figuurlijk en letterlijk hemzelf. Niets is zonder
in de sneeuw, en bevindt zich soms delijk. Brakman eist
tegelijkertijd
schooltijd, er
sen interpretator. Zo is het mogelijk
dat de daad van ontmanning ge-
bank, een onbeweeglijke, onaange- volgd wordt door de vernietiging pel de Bosjes
dane man in een pak dat betere tij- van Besteman door een verzame-
den had gekend, maar tegen alles ling Noormannen in een stad die
opgewassen is, tegen wind, weer, veel gemeen heeft met Den Haag-
sneeuw en vogelpoep. Iemand die /Scheveningen.
zichzelf niet kwelt met vragen, geen De vader van de verteller, Een-
De jongen die Brakman via de
herinneringen van de verteller te-
dui- kent en beschrijft aan de mysterieu-
lezers ze pop op de bank, heeft hier en
Ik ken geen auteur die dat raad
selachtiger en meeslepender doet
dan deze knappe stilist. Hij slaagt
erin het gluren en loeren van een
antwoorden geeft, niet bang hoeft te drik met de r
de emoties van die deugdelijk zwoegen. Er moet ge- daar ziekelijke trekken. Het is een jongetje om te zetten in belangstel
de rol van volwas- combineerd en gededuceerd wor- eenzaam jongetje met weinig le- ling voor en kijken naar de wereld
den. Want alles hangt met alles sa- vensvreugde, de speelbal van eroti- die ons omringt. Dat lijkt
de wandelingen langs de Koe- sche fantasieën in onzekere oor-
Poot in, het kunst- logsjaren. Zijn behoefte aan lees-
wandelen - van de kunstzaak naar voer en zijn drang tot filosoferen
de berken en beuken en omgekeerd zijn aankondigingen van wat de la- niet teveel gevraagd.
- en de zoektocht naar het juiste tere Brakman drijft bij het schrij-
woord, het juiste beeld om dat alles ven. Hij probeert greep te krijgen op
vast te leggen, respectievelijk te zijn eigen werkelijkheid door mid-
weldige prestatie
elke zin een nie
Twee, drie keer lezen i:
een boek
,wraadsel
dan zeker
JOKE LINDERS
wisselloper ontbloten.
del
de verbeelding.
zelfs te gevarieerd: verhalen
Bertus Aafjes en Hella Haase uit
1952 naast nieuwe bijdragen van
Geerten Meijsing, Oek de Jong en
Kees Fens.
In zijn inleiding laat Kees Fens - be
halve zijn eigen fascinatie voor Ita
lië - goed zien hoe andere Neder
landse schrijvers door de eeuwen'
heen door deze 'kokette uitdaging'
achter de Alpen zijn geboeid. Van
Hooft en Huygens, via van Schen-
del en Vestdijk tot Harry Mulisch.
Zoals altijd is de bijdrage van Fens
erudiet en goed geschreven. Hij
wijst op de grote invloed die Italië
heeft gehad op de schrijvers boven
.^le Alpen. Hij nuanceert dat mooi:
Laat ik vermijden te overdrijven.
Er reisden ook Nederlandse blinden
en doven door het Italië van de re
naissance. Erasmus verbleef drie
jaar in het land van wat zijn moe
dertaal was geworden: het Latijn.
Hij zaa niets.
De bijdragen van Bertus Aafjes en
Hella Haasse hebben als enige over
eenkomst hun ouderdom. Het ver
haal van Aafjes gaat meer over zijn
eigen persoon dan over Italië; Hella
Haasse schreef een oplettend, bijna
journalistiek stuk met veel aardige
details over het gewone Italië van
dertig jaar geleden. Bas Heijne
krijgt de prijs voor het meest humo
ristische stuk in dit boek: Marmer.
Op kinderlijk-oppervlakkige ma
nier schrijft hij over Nederlandse
vrouwen en Italiaanse minnaars.
Dit alles gezien door kleine Bas, die
zijn liefde voor Italië verbeeld ziet
in een stuk marmer.
Helène Nolthenius is vooral bekend
van het mooie, ook al Italiaanse
boek, 'Een man uit het dal van Spo-
leto' over de heilige Franciscus. In
haar verhaal laat ze zien waarom ze
van het land houdt. Dat gebeurt
door observaties rond de aankoop
van een tijdelijk huis in Toscane en
uyk) het uiteindelijke vertrek. Tegelijk
weet ik dat, wie het met twee vader
landen heeft willen proberen, ein
digt met er helemaal geen te hebben.
Geerten Meijsing combineert twee
zaken: de simpele eigen belevenis
sen in het Italië van nu en de hila
risch beschreven vakantie met ou
ders, dertig jaar geleden: de kinde
ren Meijsing in de oude brik die zich
over de Alpen worstelt.
Na alle Nederlandse verhalen over
Italië is het artikel van Dina Aristo-
demo andere koek. Aristodemo laat
zien hoe Italiaanse schrijvers over
Nederland dachten. Dat kan heel
gegaan op het enigszins suspecte
verleden van de vereniging (semi-
fascistisch in de dertiger jaren). On
danks dit verleden hoop ik dat deze
bundel meer vrienden zal opleve
ren. Italië verdient het.
JOS DAMEN
Het Italië-gevoel: Nederlandse schrij
vers over Italië. Met een inleiding van
Kees Fens. Uitg. Wereldbibliotheek
24,50.
Kameleon, Biggies, De Vijf: wie
heeft ze vroeger niet met plezier ge
lezen? Triviale lectuur is het waarin
logica en levensechtheid met een
korrel zout genomen worden en de
spanning te snijden is. Literatuur
liefhebbers zien graag een verhaal
met enerzijds de fatoenlijke psy
chologische opbouw en de geloof
waardige opeenvolging van gebeur
tenissen uit de literatuur en ander
zijds het vlotte plot uit de triviale
lectuur. Jan de Zanger is een schrij
ver die detective-achtige verhalen
iets meer wil geven dan een pro
bleem en een ontmaskering. 'Poe-
poe', zijn laatste boek, werd goed
ontvangen door de lezers, zijn
nieuwste 'De mensen kijken altijd
Net als vorig jaaK hebben Joost de
Wit en Ph'ilip Muysson vier nieuwe
titels gevonden voor de aantrekke
lijke Crime-serie van de Haagse uit
geverij met de schier onuitspreke
lijke naam BZZTÖH. In één geval
was dat niet zo moeilijk. Sue Graf
ton zit al van het begin in de serie en
- is een soort 'huisauteur' geworden.
Ze volgt het alfabet. Ze begon met
'A van alibi'. Toen kwam 'B van be
drog'. Vervolgens 'C van crimineel'.
Vorig jaar was het 'D van doodslag'
en nu is zij bij 'E van explosief. Als
ze inventief genoeg is kan ze dus
nog even voort. Gezien de intelli
gentie waarmee ze haar verhalen in
elkaar draait, zou het me niet verba
zen als ze inderdaad bij Z terecht
komt.
Weer staat de pittige privé-detec-
tive Kinsey Millhone centraal in
haar verhaal. Er wordt plotseling
een fiks bedrag op Kinseys reke
ning gestort, ze heeft geen notie
door wie. Maar de zaak wordt onple
zierig als ze even onverwacht wordt
beschuldigd van het aannemen van
steekpenningen. Zoiets laat de
doortastende dame zich echter niet
aansmeren. Ze gaat zelf op onder
zoek uit, raakt af en toe danig in het
nauw, maar komt ten slotte volgens
de verwachting keurig op haar
pootjes terecht. Niet verrassend
derhalve, maar wel weer leuk om te
lezen.
Sue Grafton was de enige oude
bekende die een bijdrage leverde
aan het nieuwe kwartet van
BZZTóH-Crime. De drie anderen
zijn nieuw in de serie, al verscheen
van Ted Allbeury al eerder een boek
bij de Haagse uitgeverij.
In 'Verborgen dreiging' koppelt
Allbeury een door de wol geverfde archeologische
joodse agent van de Britse geheime soort walhalla
dienst aan een vrij jonge Westduitse
collega. Dit ongelijke koppel moet
de achtergrond van het plotseling in
Duitsland oplevende antisemitisme
onderzoeken. Ze stuiten op een fan
tastisch West-Duits-Israëlisch com
plot. zogenaamd om de wereldvre
de te handhaven.
Meer dan een verslag van de
speurtocht van het tweetal is All-
beury's boek een beschrijving van
de confrontatie van de Brit met zijn
oorlogsvrede en het trauma dat hij
daarvan heeft overgehouden. Een
boeiend gegeven dat een allengs
trager wordend verhaal verhaal op
levert.
Ruig politieverhaal
James Lee Burke laat in 'Neon
glamour' de onvoorstelbaar eigen
zinnige inspecteur Robicheaux
door het dubieuze deel van New Or
leans daveren. Als hij bij toeval het
dode lichaam van een zwarte prosti
tuee uit het water heeft gevist wil hij
ook al is het zijn zaak niet koste
wat kost weten wat daarachter
steekt.
De politieman duikt daarmee
diep in een wespennest. Er komt
een prijs op zijn hoofd te staan, hij
wordt enkele malen in elkaar gesla- ratuur. Nescio's kleine
gen, hij wordt geschorst, maar dat
geeft allemaal niets. Onverdroten
davert hij door. Niets of niemand
kan de grof scheldende, graag ruzie
makende en zwaar drinkende in
specteur stoppen. Liefhebbers van
een ruig politieverhaal uit een ken
nelijk heel rauwe stad kunnen hun
hart ophalen.
Je kwam hem wel eens tegen en dan
zei hij enigszins wanhopig: Schrij
ven... het valt niet mee. Nu is 'Voor
dewind' eindelijk verschenen. Het
zwoegen van Martin Bril heeft 200 Nederlandse literatuur,
pagina's opgeleverd die stijf staan favoriet is sinds kort Joop Voorde-
van zinnen als Bij de Febo stond een wind. Ook omdat hij naast somber
heel mooi meisje heel erg snel drie vaak leuk is. 'Natuurleuk', om met
kroketten op te eten. Ze had ook nog Kees van Kooten te spreken.
heel erg lange nagels. Een afgerond, keurig in elkaar ge-
Personages als Brils Joop Voor- stoken verhaal heeft Bril eigenlijk
dewind komen vaker voor in de lite- niet te vertellen. Al heeft de roman
stikt natuurlijk wel een béétje
Geen helden met de wereld haal. Joop Voordewind wordt door
z'n vriendin het huis uitgegooid,
woont 's zomers in tijdelijk lege ka-
mers en 's winters in zomerhuisjes, mentarisch, vluchtig geheel.
Vanuit die oorden stuurt hij z'n be
richten, tien in totaal. In de proloog
heeft hij een nachtmerrie, in de epi
regulier verhaal. Een roman waarin
de held het ene avontuur na het an
dere beleeft. Dat mislukte nogal
omdat de verhalen zich voortsleep- J'm Onderwater zal
ten van de ene anecdote naar de an
dere.
De definitieve versie speelt zich
volledig af in het bezige,
men verdwenen. Weg! Foetsie'. Ik
kan niet koken. Nou en? Ik kan niet
lekker zoenen. Nou en? Enzovoorts.
succesvol
kunstenaar worden, maar Joop
Voordewind wordt niet goed van
hem. Hij kwelt zich met de vraag of
het slipje aan de waslijn nou droog
aan hun voeten, maar zwaarmoedi
ge tobbers, onderhevig aan en ge
tuige van ongrijpbare krachten die
hen ontroeren, ontwrichten of van
hun voetstuk stoten. Ze kunnen
niet veel anders dan zich telkens af-
Uiteraard gaat het loog droomt hij van geluk. Afwisse-
de tijd die niet lend leeft Voordewind in Amster- Niet dat Bril diep op hem in gaat.
vragen:
dan over de dood
tegen te houden is. Over heimwee
ook, al is het onduidelijk waar naar.
Over onverklaarbaar nare dingen.
Zoals daar zijn (vindt Joop Voorde
wind) een meisje met een platencol
lectie van maar 17 platen, of e<
de zeehond met rode vliegjes
ogen. En over raadselachtig poëti
sche zaken. Zoals daar zijn (vindt lijken op de film die
Joop Voordewind) de lange lenige laatste seconden
hals van een zwaan, Het Huis Van
De Overstekende Kip en het mooie
meisje bij de Febo.
Zoals gezegd, er zijn meer van dit
soort sympathieke tobbers in de
dam en in het grauwe zeedorp
ze geen junks hebben en maar drie Voordewind
zenders op de televisie. Dat leidt tot vader niet
bespiegelingen over de verschillen
tussen de grote stad ('het riool') en
do- het platteland, maar daarover gaat
'Voordewind' niet. Wat Joop Voor
dewind meemaakt moet
bere, soms ondeugende, continu wordt van het zonnetje of a
aan indrukken onderhevige hoofd lentebriesje. Hij laat alles volgen
van Joop Voordewind. Daardoor d°or een verbaasd, verdrietig, boos
werd 'Voordewind' een nogal frag- of ontroerd waarom?
Schakelen tussen mogelijk en
werkelijk, noemde Dirk van Weel
den die houding in zijn pas versche
nen romantraktaat 'Tegenwoordig
heid van geest'. Maar er zijn ook an
dere omschrijvingen voor. 'God er
barme zich over de cynici,' schreef
Nescio eens. 'Ik ben nu cynicus.
'k wilde dat ik nog eens bijna kon
grienen zonder te weten waarom en
hopen op iets, dat nooit komt.'
GERTJAN VAN SCHOONHO
VEN
Remco gaat voor het eerst naar*
het huis van de vriendin van zijn va
der. Irene is kunstschilder en woont
in een afgelegen boerderij aan het
water. Remco krijgt een radiogra
fisch bestuurbare boot cadeau. Als
zijn zender onderschept wordt door
een sterkere, maakt hij kennis met
de buurjongen Pépé. Deze wil zijn
gezicht niet laten zien omdat het na
een ongeluk misvormd is. Het twee
tal ontdekt geheimzinnige dingen
op het meer en lossen de misdaad
op.
'De mensen kijken altijd zo' heeft
alle kenmerken van triviale lectuur.
Het is snel, spannend en biedt een
ontknoping op de laatste bladzij
den. Maar De Zanger heeft duide
lijk geprobeerd het verhaal iets
meer te geven. De problematiek van
Pépé met zijn misvormde gezicht
en van Remco met zijn 'plaatsver
vangende' moeder zijn psychologi
sche aanzetten die tamelijk kaal
worden uitgewerkt. Pépé geneest
met een noodklap van zijn verlegen
heid als hij nota bene met datzelfde
gezicht voor spook heeft gespeeld.
En Remco went zo soepel aan Irene
dat er van een tweestrijd maar nau
welijks sprake is. Zo blijft 'De men
sen kijken altjd zo' vrij dicht tegen
de Kameleon c.s. aan zitten en gaat
het vooral om het snelle plot.
VICTOR FREDERIK
Dc i
Naast Joop Voordewind kent de
man nog een belangrijk persona
ge. De kunstenaar Jim Onderwater.
zich
trekken. Het knappe
film heeft kunnen
Maar Onderwater laat
ook zijn geestelijk
staan. Onderwater
speelde ook al een rolletje in 'Ar
beidsvitaminen', de roman die Bril
in 1987 samen met Dirk van Weel
den schreef. Hij is een beetje een ei-
beetje kei: Jongen, hou je vast!, kraaide
in huh Jim Onderwater, plotseling weer
oorbij opgetogen Als je nou achter al
die dingen, achter ieder gebrek ge-
■.egt met een vraagte-
i Nou e
zouden
dat Bril
schrijven. In de voorpublicaties ken, hè - Nou en? Als je dat nou doet.
probeerde hij nog het getob van zijn als je dat nou altijd doet, achter
hoofdpersoon in te bedden i
dere uitspraak, dan zijn alle proble-
Een heel andere sfeer ademt 'Dief
van het verleden', dat door Tony
Hillerman werd geschreven. Dat
kan ook niet anders want dit ver
haal speelt zich af in een stil, arm en
woestijnachtig reservaat van Nava
jo-indianen. De enige rijkdom van
het gebied wordt gevormd door de
dplaatsen, een
ii' wetenschap
pers. Maar niets menselijks blijkt
hen vreemd. Rivaliteit en jaloezie
steken maar al te gemakkelijk de
kop op in hun kleine gemeénschap.
In het door Hillerman beschreven
geval leidt dat zelfs tot moord en
doodslag. Een Navajo-politieman
moet die moord ontrafelen, maar
kan niet om het delicate aparte
sfeertje heen.
Men moet wel gevoel voor de we
tenschappelijke waarde van zulk ar
cheologisch onderzoek hebben om
de uitingen van geweld die Hiller
man ons voorzet, geloofwaardig te
vinden. Ondanks zijn heldere
schrijftrant heeft de auteur mij niet
echt kunnen overtuigen.
KOOS POST
Nieuwe uitgaven
Komrij. Uitg. bert Bakker ƒ29,90
Gods Gruis, Ian Buruma. Een
analytische documentaire van Bur
ma, Thailand, Singapore en de Fili-
pijnen. Uitg. Querido 38,90
Gebed van een charlatan. Ans
van der Heide-Kort beschrijft het le
ven van een pargnost. Uitg. Zeven
ster 22,50
.Sue Grafton; Verb.
Ted Allbeurv: Ne
glamour. James Lee Burke: Dief
bet verleden, Tony Ilillerm;
BZZTÖH-Crime. resp. 27.50 en 26,50.
Fiction
Dagboek van een vernederd man,
Félix de Azüa. Uitg. Contact.
De blinde reus. Hans Ree. Een
verzameling columns met onge
bruikelijke
hoff 29,50
Windsporen. Hans Jacob Der-
ksen. Romandebuut" over een jon
gen die niet meer ziet wat de zin van s
het leven kan zijn. Uitg. Meulenhoff Uitg. Spectrum f 34,90
32,50
Kersen kruisen. Jeanette Winter-
son. Een combinatie van mytholo
gie. feiten en sprookjes. Uitg. Bert
Bakker 29,90
Een hond genaamd Sibelius,
Geert Stadeus. Een geestig verhaal
waarin cynisme, psychologie en
fantasie met elkaar wedijveren.
Uitg. Manteau 29,90
Heiligffffa. zomer. Brian Aldiss,
deel 2 van trilogie. Uitg. Spectrum
ƒ39,90
De zesde dag. Primo Levi. Seled-
tie van korte verhalen uit eerdere
bundels. Uitg. Meulenhoff ƒ39,50
Toen ze over het lijk van haar
moeder gestruikeld was..., J.P.Gué-
pin. Elegante, amusante ultra-korte met alle gevolgen
TTiB, Bart Ban,»,. fMOn Hgns Elzellga
Vreemde portretten van excen-
•agen. Uitg. Meulen- trieke Engelsen, van recycling beze
tenen tot modeliefhebbers en be
vlogen reizigers, Edith Sewell. Uitg.
Bert Bakker 34,90
De voorspelling, David Eddings.
itg. Speet
Poëzie
Hanestaart. Tom Lanoye. Een nieu
we bundel liefdespoëzie van de gi
golo van de Vlaamse letteren. Uitg.
Bert Bakker 29,90
Emily Dickinson. Westers, ver
taald door Elly de Waard. Uitg.
Kwadraat 20,-
Kinderboeken
Susanne Dantiüe, Bart Moeyaert
Een sfeervol liefdesverhaal rond
een oude dorpsruzie. Uitg. Altiora
Help, ik ben rn'n stem kwijt, Jero
me Fletcher. Een komisch verhaal
stem gewisseld wordt
dien. Uitg.
Ik
2 je bij de komkommers, Li- f24,
lian Moore. Over een dichterklijke
muis en zijn stadse vriendin. Uitg.
Hans Elzenga
De kleine santurspeler, Tor Seid-
ler. Een sprookjesachtig verhaal
waarin muziek een belangrijke rol
speelt. Uitg. Ploegsma
Ongelooflijk geweldig goed. Jon
Blake. Meisje stuurt leven in de war
van een jongen die er trots op is de
minst populaire figuur op school te
zijn. Uitg. Ploegsma 25,90
De teqrput. Tor Seidler. Jongetje
van het type ei is bevriend met een
enorme dinosaurus. Uitg. Ploegsma
ƒ24,95
Tegenstroom, John Rowe Town-
send. Jongen wordt verliefd op ou
der, rijper meisje dat hem afwijst.
Uitg. Ploegsma 22,95
Prins Caspian van C.S. Lewis is
het vervolg op 'Het betoverde land
achter de klerenkast', een verhaal
over het land Narnia. De vier kinde
ren gaan terug naar dit mythische
land. Uitg. Leopold, f24.90.
Spokendans van Henk van Kerk
wijk is een verzameling spookver
halen in een eigentijdse omgeving.
Uitg. Leopold, f24.90.
Ik heb geen naam. Miep Diek-
mann en Dagmar Hilarova beschrij
ven de herinneringen van laatst ge
noemde aan het concentratiekamp
Terezin. Herdruk van uitg. Leopold,
Sinds een paar weken worden op de vroege zondagavond afleveringen uit
gezonden van Alfred J. Kwak, het door Herman van Veen geschreven en
onder zijn supervisie tot tekenfilmserie omgetoverde verhaal over een
klein eendje. Alfred is als schepping al een jaar of tien oud, maar de teken
films zijn splinternieuw. Ze zijn in internationale samenwerking gemaakt
door Nederlandse, Duitse en Japanse vakmensen, maar de hand van Her
man van Veen is in alles duidelijk te herkennen. Het is zijn muziek, zijn
stem, het zijn zijn grappen; de hele sfeer is Herman van Veen. Bij de serie
zijn ook boekjes te krijgen, zes deeltjes tot nu toe. Ze vertellen het verhaal
van de tekenfilmserie in grote lijnen na. Het is een nogal uitgeklede versie
van het filmverhaal. Vooral als je sommige delen een keer of twaalf op vi
deo hebt gezien (mijn dochter is verslaafd aan Kwak) en de vaak.humoris
tische filmteksten praktisch uitje hoofd kent. Maar kinderen vinden hel
leuk om de boekjes te kunnen vasthouden en de plaatjes van Kwak te be
kijken. Uitg. van Reemst 12,- per deel.
HOUTEN POPPEN
Een wonderschoon boek is 'Poppen Huis' van Martin Waddell (tekst") en
Angela Barrett (illustraties). Waddell is in Nederland bekend geworden
door 'Welterusten...kleine beer'. 'Poppen Huis' gaat over een oude man die
met drie houten poppen in een huisje in het bos woont. De poppen zitten i
de vensterbank. Af en toe praatte Bruno tegen ze, maar niet erg veel. H>
waren houten poppen en ze konden niet terugpraten, en Bruno was mei
gek. De poppen spraken niet, maar ik denk dat ze gelukkig waren. Als de
oude man op een dag voorgoed vertrekt, groeit het huisje helemaal dicht
met planten en bomen. Niettemin wordt het ontdekt door een man, een
vrouw en hun kind. Ze zeiden dat ze terug zouden komen, maar een lange
tijd ging voorbij en ze kwamen niet. Het verborgen huis was opnieuw ver
geten en ik denk dat de houten poppen verdrietig waren. Uiteindelijk gaat
het gezin toch in het huisje wonen, ze knappen de overwoekerde puinhoop
op en verven de muren mooi zachtoranje en heldergeel. Ook de poppen
worden opgelapt en krijgen een nieuw leven. Ze waren poppen van hout.
Maar nu ze een hele familie hadden om mee samen te leven denk ik dat ze
opnieuw gelukkig waren. De illustraties in 'Poppen Huis' zijn van een
nostalgische, romantische schoonheid, het verhaal is rustig van tempo, de
uitvoering is prachtig. Uitg. Zirkoon 19,90.
INGE VAN DER BLINK