OEKEN De echtscheiding als kettingreactie Een positieve kijk op burgerlijk Nederland Lieftinck en de grenzen van de maakbaarheid De man die teveel wist De radicale wortels van Katharine Hepburn DONDERDAG 15 FEBRUARI 199U FORMATIEF De meeste kinderen hebben na een echtschei ding hun zaakjes na een paar jaar zo op het oog wel weer voor elkaar. Echter, de vooral voor de omgeving geruststellende gedachte dat de tijd alle wonden heelt, blijkt niet te kloppen. Het is voor een grote groep volwassenen veel moeilijker dan tot nu toe werd aangenomen om na een scheiding nieuwe kansen ook daad werkelijk te pakken. En hun kinde ren hebben het zo mogelijk nóg moeilijker. De resultaten van een bijzondere studie van de Amerikaanse psycho loog en Judith S. Wallerstein en de Amerikaanse free-lance auteur San dra Blakeslee, gepubliceerd in het onlangs in het Nederlands vertaal de boek met de veelbelovende titel Nieuwe Kansen, zijn niet onver deeld positief. De bestudering van het verdere verloop van het leven van 60 gezinnen met 131 kinderen (door middel van interviews met al le betrokkenen na een jaar, vijf jaar, tien jaar en vijftien jaar na schei ding) ontlokt de schrijfsters al op een van de eerste bladzijden deze hartekreet: "De illusie die wij hadden gekoes terd dat een scheiding een eind maakt aan een huwelijks strijd werd verbrijzeld." Zij beschrijven daaraan vooraf gaand hoe na vijfjaar de helft van de mannen en tweederde van de vrou wen van mening is beter af te zijn. Bijna eenderde van de kinderen heeft dan nog last van de diepe ver bittering tussen de ouders. En dat is nog maar eén van de gevolgen van een inmiddels ook in Nederland (waar één op de vier nieuwe huwe lijkscontracten de kans loopt te worden, ontbonden) gebruikelijke stap. De mogelijke consequenties van een echtscheiding voor volwasse nen en kinderen komen in het boek met alleen aan bod aan de hand van verhalen over en uitspraken van overigens onherkenbaar gemaakte personen. De auteurs leggen volop verantwoording af over het hoe en waarom van hun onderzoek en zet ten de resultaten in de laatste hoofd stukken nog eens overzichtelijk op een rij. Die resultaten liegen er niet om, vooral niet omdat de lezer eer der zeer nadrukkelijk op de hoogte is gebracht van de samenstelling van de groep onderzochte gezinnen. Middenklassers De mannen, vrouwen en kinderen uit het boek behoorden tot de kans rijke middenklassers in de Ameri kaanse samehleving. Voor alle dui delijkheid: gezinnen waar individu ele leden al vóór de scheiding in problemen verkeerden, kwamen niet in aanmerking voor een plaats je op de deelnemerslijst. Oprichtster en directeur Judith S. Wallerstein van het Center for The Family in Transition (vrij vertaald: Centrum voor het veranderende ge zin) in Californië lijkt een open deur in te trappen als zij schrijft: "Een scheiding is bedrieglijk. Wettelijk is het één gebeurtenis, maar psycho logisch is het een keten soms een eindeloze keten van gebeurtenis sen, verhuizingen en radicaal veran derende relaties. Het is een proces dat de levens van betrokkenen voorgoed verandert." De verslagen van en de conclu sies op basis van de in de loop der ja ren gevoerde gesprekken met de volwassenen leveren echter het be wijs dat een echtscheiding veel die per in levens ingrijpt dan betrokke nen ooit hebben kunnen vermoe den. De door de scheiding veroor zaakte kettingreacties bij volwasse nen blijken heviger te zijn en langer te duren dan vooral de directe om geving doorgaans wil weten. Een scheiding dient twee doelen. Het is om te beginnen een ontsnap pen aan een voor ten minste één persoon onverdraaglijk geworden relatie, maar de moeilijkste en door de meeste mensen als belangrijkste ervaren klus moet dan nog begin nen. Een nieuw leven opbouwen. "De gevolgen van een scheiding, wordt er gezegd, duren twee of drie jaar en niet langer. Dit idee komt ge deeltelijk voort uit het observeren van de symptomen die kinderen en volwassenen ontwikkelen in de tijd van het uit elkaar gaan. Kleine kin deren hebben er „vaak moeite mee in slaap te vallen of de hele nacht door te slapen. Oudere kinderen kunnen er moeite mee hebben zich te con centreren op school. Adolescenten reageren zich af en raken in m lijkheden." Sneeuwbaleffect Met deze voorzet bereiden de teurs de lezer voor op het baleffect dat een scheiding voor kinderen kan hebben. "Het zo op het oog weer op gang krijgen van het gewone leven staat echter niet gelijk met het begin van het oplos sen van de diepgaande veranderin gen die mensen ervaren", waar schuwen Wallerstein en Blakeslee. Verderop in het boek: "Aan kinde ren in onze studie brachten de jaren na de scheiding het volgende: - de helft maakte mee dat de moe der of de vader in de tien jaar na de scheiding voor de tweede keer scheidde: - de helft groeide op in gezinnen waar de ouders boos op elkaar ble- - twee van de vijf kinderen maak te een ernstige achteruitgang in de levenstandaard mee; - drie van de vijf voelden zich door ten minste één ouder afgewe zen, waarbij zij het gevoel hadden dat zij psychologische of economi sche bagage waren, overgebleven van een betreurde reis: - zeer weinigen werden financieel geholpen met hun studie, al bezoch ten zij hun vaders regelmatig, maar doordat hun vaders er relatief war mpjes bijzaten, kwamen zij niet in aanmerking voor een studiebeurs: - de helft van de kinderen leverde bij de intrede in de jong-volwassen- heid vol zorgen prestaties beneden zijn/haar kunnen." De twee waslijsten van de nega tieve gevolgen voor volwassenen én kinderen van de echtscheiding zijn in het boek nog veel langer. Zo lang en zo indringend, dat het de lezer af en toe moeite kost de ook uitge breid aan de orde komende voorde len van een echtscheiding te blijven zien. Nieuwe kansen? Hoe bedoe len Wallerstein en Blakeslee? Zijn zij soms medestanders van de Ne derlandse hoogleraar in de psycho logie Hans Crombag, die onlangs pleitte voor een wettelijke plicht voor ouders met kinderen onder de twaalf jaar om bij elkaar te bijven en tegen hun wil een compromis te sluiten? Laatste middel Duidelijk is-wel dat ze echtschei ding als een laatste middel zien. Niets voor niets besteden de au teurs van Nieuwe Kansen uitge breid aandacht aan de mogelijkhe den voor moeders en vaders om de eventuele schadelijke gevolgen van hun besluit voor henzelf en voor hun kinderen te beperken. Hoe moeders beter kunnen reageren, hoe vaders duidelijker kunnen han delen en welke voor- en nadelen bij voorbeeld het co-ouderschap bie den. De nieuwe kansen zijn er, maar ze liggen duidelijk niet voor het op rapen. ANNEMIEK VAN OOSTEN Nieuwe kansen, Judith S. Wallei stein en Sandra Blakeslee. Uitgever Het Spectrum, 39.90. Nieuwe kansen liggen na een echtscheiding niet voor het oprapen. Vooral kinderen worden lang achtervolgt met de (schadelijke) gevolgen. Ooit zijn alle Nederlanders even arm (of rijk) geweest. Dat was in september 1945, toen iedereen ge durende korte tijd maar tien gulden te besteden had. Dat was het maxi male bedrag waartegen 'oude' gul dens mochten worden ingeruild te gen nieuwe. Meer geld was er ook niet in omloop; alle tegoeden waren geblokkeerd. De toenmalige minis ter van financien Pieter Lieftinck had zo besloten om te voorkomen dat zwarthandelaren hun woeker winsten uit de Tweede-Wereldoor log konden 'witten' Dat 'tientje van Lieftinck' was het sluitstuk van de geldzuivering, een operatie met een tweeledig doel: hy perinflatie te voorkomen door het 'teveel' aan geld uit de markt te ha len en alle Nederlanders door te lichten op hun vermogen en de her komst daarvan. Het inflatiegevaar was evident. De staatsschuld was in de oorlog verzesvoudigd en het na tionaal inkomen met bijna de helft De prijs voor de meest misleidende titel van een filmboek gaat dit jaar zonder meer naar Katharine Hep burn van Christopher Andersen. Daar kan de auteur niets aan doen. want hij noemde zijn oorspronkelij ke uitgave gewoon 'Young Kate', een vlag die de lading dekt. Anders- en beschrijft niet, zoals de Neder landse titel suggereert, leven en car rière van de beroemde Amerikaan se actrice, maar juist de jaren dié daar aan vooraf gingen. Dus leuke verhalen over haar filmcarrière zijn er niet in terug te vinden. Uitgeverij De Prom verdient niet uitsluitend kritiek, want het boek is degelijk vertaald (een hitzondering met dit soort biografieën) en, wat belangrijker is, het heeft wel dege lijk iets te bieden. Aan de hand van persoonlijke gesprekken met Ka tharine Hepburn schetst Andersen niet alleen haar jeugdjaren, maar ook de geschiedenis van haar fami lie. En die familie mag uitzonderlijk genoemd worden, vooral van moe ders kant. Moeder Kit Hepburn Houghton was telg uit een geslacht dat Ameri ka in samenwerking met Thomas Edison aan de gloeilamp geholpen had. Kit zelf was een legendarische voorvechtster van het vrouwenkies recht en het gebruik van voorbe hoedsmiddelen. Huize Hepburn bood regelmatig onderdak aan radicale feministes en socialistes als Emma Goldman en Emmeline Pankhurst. Die be trokkenheid kwam niet uit de lucht vallen, want als jonge wees had Kit Hepburn er al voor gezorgd dat zij en haar zussen een universitaire op leiding konden volgen, ondanks fel verzet van conservatieve familiele den. Ook Norval Thomas Hepburn, Katharine's vader, kon uit het fami lieverleden voldoende stof putten voor lange winteravonden. De grootvader van Katharine was do minee, tandarts en dokter tegelijk. In een wagentje toerde hij door Hanover County, terwijl hij het pre ken afwisselde met het trekken van kiezen en het verzorgen van zieken. Hce leuk en spannend de familie geschiedenis van de familie Hep burn ook is, fans veren natuurlijk pas op wanneer Katharine om de hoek komt kijken. Maar eerlijk ge zegd gaat de sjeu er dan juist een beetje af. Zoals veel van de Ameri kaanse biografen is Christopher Andersen een en al vriendelijke aandacht en welwillendheid. Onvertogen woorden vallen er niet bij de beschrijving van de jeugdjaren van de actrice, die vroe ger eigenlijk liever een jongetje was en zich in haar tienertijd sterk iso leerde van de buitenwereld. Ook de beschrijving van het grootste dra ma uit haar jeugd, de dood van haar broer Tom. ontstijgt de plichtmatig heid niet. Het leek op zelfmoord; de familie presenteerde de het als een ongeluk. Andersen heeft gelukkig nog wel het lef niet klakkeloos de versie van de familie over te nemen. .Verder biedt het jonge leven van Kather Katharine weinig echt interessante leesstof. Het is natuurlijk ook een misvatting dat beroemdheden per definitie een boeiende jeugd gehad moeten hebben. Maar die familie Van haar, daar zou ik nog wel eens afgenomen, terwijl de wederop bouw grote uitgaven vergde. Het land lag economisch gezien in puin en een krachtenbundeling van alle Nederlanders was noodzakelijk. Lieftinck speelde daarbij een cru ciale rol, en die was hem ook op het lijf geschreven. Dat is althans de in druk die achterblijft na lezing van Pieter Lieftinck, 1902-1989; een boek vol herinneringen, kort voor zijn dood opgetekend door twee journalisten van het Financieel Dagblad. Hij kijkt daarin met ge paste trots terug op de geldzuive ring, niet alleen als econoom - Lief tinck paste niet zonder succes de nieuwe theorieën van Keynes toe - maar ook als moralist. 'Aan het die hun geld met onoirbare middelen hebben verkregen, laat ik niet de minste illusie', zo luidde destijds zijn boodschap voor de zwarthan delaren. Lieftinck, zoon van een dominee, gold voor de oorlog als representant van de linkervleugel van de CHU. Na de oorlog trad hij toe tot de PvdA. Opgevoed met streng-chris- telijke normen en waarden, worstel de hij jarenlang met de scheiding waarin zijn huwelijk strandde. Te gelijkertijd had hij een hekel aan ze denprekers en maakte hij zich vrij van de calvinistische dogma's, om ze te vertalen in sociale bewogen heid. Mensen als de starre tieve Colijn, die elke verandering te genhield omdat dat tegen de wil van God in zou gaan, waren Lieftincks grootste ergernis. Eerbied voor de schepping, voor de ordening der dingen, paarde hij het dienen van gerechtigheid. Als bewonderaar van een planmatige economische en sociale aanpak, kwam hij vanzelf terecht bij de PvdA, bij de partij van Tinbergen, oprichter van het Cen traal Planbureau. Lieftinck beschouwde de sociale strijd van werknemers tegen de macht van het kapitaal als de grote verdienste van Karl Marx, die men sen ervan doordrong dat organisa tie het antwoord is op uitbuiting. Maar de klassestrijd wees Lieftinck af, "want van machtsovername krijg je geen betere samenleving van en de arbeiders zijn er ook niet toe in staat". Hij had ook geen moei te met elites, zolang die maar niet rust op macht of een hoog inkomen. "Een intellectuele elite moet je koesteren", luidde zijn stelling. Die elite heeft uiteraard wel tot taak zich dienstbaar op te stellen. En dat is precies wat Lieftinck heeft willen doen: zich in dienst stellen van het algemeen belang. Daarbij vertrouwde hij op zijn feno menale geheugen, zijn 'gezonde verstand' en op de theorieën van tijdgenoten als Tinbergen en Keynes, die hij beschouwde als 'de Einstein var Hij toonde zich een oplettend leerling. Hij accepteerde in de eer ste naoorlogse jaren forse begro tingstekorten om de wederopbouw niet te frusteren, maar vergat daar bij de theorie niet. "De tekorten wa ren aanvaardbaar omdat ze gericht waren op versterking van de econo mische structuur en dus op termijn tot inkomsten zouden leiden", zo wist Lieftinck. Alsof hij de lesboek jes er op had nageslagen. De maakbare samenleving vol gens een christelijk sociaal-demo craat. Lieftinck kreeg zijn gelijk. Al is het achteraf natuurlijk ook mak kelijk gelijk hebben. WIM FORTUYN (A. Bakker en M.M.P. van Lent: Pie ter Lieftinek 1902-1989. Uitgeverij Veen. f34,50) Geheel in de traditie van Oliver Sachs, die met zijn boeiende verha len uit zijn neurologische praktijk die tak van de wetenschap voor een breed publiek heeft ontsloten, ligt Een teveel aan geheugen van de Russische neuropsycholoog A.R. Lurija. Er is wel een verschil: Lurija ver richtte zijn onderzoeken in de tijd, dat neuropsychologie nog een sche mergebied vormde: hij leefde van 1901-1979. Pas het afgelopen decen nium is het onderzoek naar mense lijke hersenfuncties in een stroom versnelling geraakt, mede door ver fijnde technieken en een grotere kennis van de neurobiologie, waar door bepaalde centra nauwkeurig gelocaliseerd konden worden en ook de werking van de zenuwen en de verbindingen daartussen veel duidelijker is geworden. Een teveel aan geheugen is de neerslag van een onderzoek bi j éen persoon, die Lurija gedurende der tig jaar volgde. Deze 'S.' leed. om het simpel uit te drukken, aan een absoluut geheugen. Wanneer hij eenmaal iets tot zich had genomen of had geleerd, kon hij dat jaren la ter feilloos reproduceren. Zijn 'kwaal' werd nog gecompli ceerd doordat hij alles eerst in visu ele beelden moest vertalen, terwijl hij ook bij een bepaald woord of be grip een smaak- en gevoels-sensatie had. Met andere woorden: de man leefde in een overgecompliceerde wereld, waarin hij voortdurend be zig was te sorteren en te elimineren. Dat laatst bleek onmogelijk: een maal vastgelegd, bleven de geheu gensporen bestaan. Geen wonder, dat deze S. een groot deel van zijn leven als geheugenkunstenaar op trad. Tijdens dat langdurige onderzoek kwam Lurija een aantal 'onthoud- 'technieken op het spoor en was ■daardoor in staat verbanden te leg gen tussen het geheugen en wat we nu semantische netwerken noe men: de organisatie van taal in het geheugen en de lijnen, waarlangs we bepaalde (taal)herinneringen uit het geheugen ophalen. In de loop van de jaren zijn daarvoor verschil lende modellen ontwikkeld, die zich ruwweg óf op de betekenis van woorden, of op de zuiver taalkundi ge aspecten daarvan richten. Merkwaardig genoeg gebruikte S. in hoofdzaak een techniek, die ook al in de middeleeuwen door moniken werd toegepast, die van het ene naar het andere verre kloos ter boodschappen moesten over brengen. Zij plaatsten deze in een voor hen bekende omgeving (bij voorbeeld een straat in hun geboor testad) en 'legden' bij elk herken ningspunt een woord of begrip neer. Eenmaal op de plaats van be stemming aangekomen, hoefden ze alleen de straat nogmaals door te lo pen en de boodschap 'op te rapen'. S. maakte, geheel onbewust, ge bruik van dit systeem van ordening. Het vervelende was wel, dat hij, al wandelend langs een straat in zijn geboortedorp, andere begrippen te genkwam, waardoor hij op een to taal ander puqt uitkwam en het spoor weer terug moest volgen. Een moeizaam proces, zoals uit dit on derzoeksverslag blijkt, tijdrovend ook en voor S. zelf uiterst verwar rend. Lurija heeft, evenals Oliver Sachs, het vermogen op een uiterst betrokken en boeiende manier de verrassingen te verwoorden, die hij tijdens zijn onderzoek steeds weer tegenkomt. Hij doet dat, evenals Sachs, met een warm gevoel voor S., waarbij hij zich voortdurend pro beert in te leven in diens merkwaar dig gestructureerde wereld. Een boeiend proces, waarbij en passant de bevindingen in een min of meer wetenschappelijk kader worden ge plaatst. Overigens, wie meer wil we ten over Lurija, leze het laatste het tijdschrift 'psycho- JOHANNES VAN DER WOUDE Er wordt wat afgeruzied in Neder land. Vooral bij levensbeschouwe lijke verschillen van inzicht, kun nen de Nederlanders er wat van Het stervensproces van coma-pa- "tiente Ineke Stinissen bijvoorbeeld leidde tot heftige discussies en zelfs nu zij na een vrijwel eindeloze juri dische strijd overleden, maken ju risten zich op voor een nieuw ge vecht.' Maar hoe heftig de ruzie soms ook wordt, met keihard geweld gaat hij nooit gepaard. In tegenstelling met bijvoorbeeld de Duitsers kennen Nederlanders geen echte scherpslij perij. ".Weliswaar wordt de tegen stander dikwijls verketterd, maar niemand is'erop uit hem kapot te maken", stelt de socioloog Ernest Zahn. Of. nog mooier: in Nederland is een "sjablone van de geïnstitutio naliseerde conflictbehandeling" te herkennen. "Er wordt venijnig, maar volgens regels en met veel ri tueel met elkaar geruzied en dat is natuurlijk te verkiezen boven een strijd met openlijke vijandigheden die niets oplevert". In zijn boek Regenten, rebellen en reformatoren - Een visie op Neder land en de Nederlanders verklaart Zahn, van oorsprong Nederlander maar afkomstig uit een Tsjechische familie, die Nederlandse manier van doen. Uiteraard komt hij daar bij snel uit op het ook door de Ne derlanders zelf te pas en te onpas gehuldigde begrip tolerantie. Maar daar laat hij het niet bij. Zahn vraagt zich ook af waar die zo typerende to lerantie vandaan komt Religie Dat levert een opmerkelijk relaas op, want volgens Zahn is de veelge roemde koopmansgeest het prag- in zijn analyse, hij had meer aan dacht kunnen en moeten besteden aan de negatieve kanten van de ge ïnstitutionaliseerde conflictbehau- deling. Niet alleen op universiteiten zoals Zahn terecht signaleert maar ook in de rest van het dagelijk se leven wil het wel eens gebeuren dat helemaal geen besluit meer wordt genomen. Met alle conse quenties van dien; Ineke Stinissen is op een verschrikkelijke manier gestorven. Tegelijk kent Zahn te veel waarde toe aan het eigene van Nederland en de Nederlandse cultuur. Die cul tuur is immers tot stand gekomen doordat andere landen óók een ont wikkeling kennen. De Franse staatsvorming is aan het eind van de achttiende eeuw letterlijk naar Ne derland getransporteerd en gedeel telijk overgenomen. De Duitse cul tuur mag een compleet andere zijn dan de Nederlandse; .sommige Duitse gedachten zijn in of na de Tweede Wereldoorlog in Nederland overgenomen of hebben tot een op merkelijke tegenreactie geleid. Misschien is het zelfs mogelijk te stellen dat de Nederlandse cultuur zich zo heeft gevormd doordat zich in andere staten een tegengestelde cultuur ontwikkelde. Een sociolo gische stelling, die als vervolg op Zahns studie zeker voor een open maatschappij als de Nederlandse het onderzoeken waard is. Mocht Zahn daar voor voelen, dan is het zaak reikhalzend naar het resultaat uit te kijken. JEROEN DIRKS Regenten, rebellen en reformatoren. Een visie op Nederland en de Neder landers. Ernest Zahn, uitgeveri j C on- matisch openstaan voor allerlei cul turen als er maar handel mee is te drijven maar een gedeelte van de verklaring. Minstens even belang rijk acht Zahn de religieuze grond slagen van de Nederlandse samen leving. Op een klein stukje grond vlakbij zee botsen al eeuwen ver schillende soorten van religie. Maar diezelfde zèe is er de reden voor dat die botsing niet tot keiharde con frontaties tussen de soorten religies leidde. Waar de strijd tegen zee en wind een belangrijke plaats in neemt. kunnen levensbeschouwe lijke groeperingen kennelijk naast elkaar bestaan. En zo is het eigenlijk nog steeds. Kerkgenootschappen of politieke partijen, het maakt niet eens zo veel uit ais er maar een morele verant woording is. Zahn besteedt veel aandacht aan het feit dat ook een stroming als het socialisme in Ne derland op godsdienstige grondslag is gebaseerd. Hij memoreert dat het humanisme als stroming al vanaf het prille begin gebruik maakt van religieuze retoriek en denkbeelden. En hij noemt het feit dat invloedrij ke protestantse theoretici (gedeel- ten van) Marxistische denkbeelden Zuilen Logisch, volgens Zahn, want als le vensbeschouwelijke groepering - als 'zuil' moetje zorgen voor soe vereiniteit in eigen kring. Katho liek. protestants of socialistisch, je moet niet alleen de regent, maar ook de rebel aanspreken. Zahn, die voor verzuiling ook de ongelukkig geko zen term 'apartheid' hanteert, ziet die zuilen en hun werking overal in de Nederlandse samenleving. Hij verbaast zich daarbij vooral over de Nederland; in veel and' geplaatst, r voortkomt. Het opmerkelijkst jverheid', die niet als landen er bovenop is r juist uit die zuilen rebellen en reformatoren is echter Zahns positieve gevolgtrekkingen uit z'n eigen theorie. De socioloog, zich ook jarenlang verdiepte in Regenten, de politieke s de Staten. Zwitserland en Groot- Brittanie, vond in de twintig jaar dat hij aan de Universiteit van Amster dam werkte, het systeem van z'n hart. Het feit dat iedereen, of hij zich nou aanpast of niet, in Nederland zijn zegje kan en mag doen (als het maar moralistisch is) het feit dat allerlei groeperingen naast elkaar kunnen bestaan en kennelijk tot ei gen tevredenheid is voor hem zelfs reden Nederland als gidsland voor Europese eenwording aan te wijzen. Nederland, aldus Zahn, "heeft iets essentieels te bieden: een oude solide democratie die niet alleen staatkundig, maar ook geestelijk en maatschappelijk verankerd is, een tolerante, niet autoritaire burgerij en een rijke genuanceerde cultuur van het gewone alledaagse leven". Dat die cultuur van het gewone, al ledaagse ontegenzeggelijk provin ciale trekjes vertoont (Zahn hekelt vooral het peil van de Nederlandse wetenschap) vindt de socioloog geen probleem. Liever geënga geerd, dan hoogdravende taal, lijkt het motto. Negatieve kanten Nederlanders kunnen zich gevlijd voelen door dit boek, dat vijf jaar geleden al in het Duits verscheen als Das unbekannte Hollandmaar nu in bijgewerkte Nederlandse ver sie verkrijgbaar is. Maar die vlijerij reist dan wel enige nuancering. Verenig- Want hoe scherpzinnig Zahn ook i

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 9