De Hortus bloeit op
Oudste botanische tuin van
Nederland nu 400 jaar jong
400 JAAR
ITERDAG 3 FEBRUARI 1990
EXTRA
PAGINA 33
Voor de een is het een paradijs midden in een stad
vol drukte, voor de ander het ideale decor bij trouw
foto's. Er is al heel wat jong geluk vereeuwigd in de
Leidse Hortus Botanicus. De oudste botanische tuin
van Nederland bestaat 400 jaar, maar bruist nog al
tijd van het leven.
door Annemiek Ruygrok
Carolus Clusius, de eerste, directeur van de
gidse hortus botanicus. <fotos Hortus Botanicus)
HORTUS LEIDEN
1590-1990
Het jubileumjaar van de Hortus wordt op vrijdag 9
februari geopend door dr. Peter Raven, directeur
van de Missouri Botanical Garden en eredoctor
van de Leidse universiteit.
9 februari tot 10 maart: in de gangen van het
Academiegebouw een keuze uit in de Hortus ge
maakt fotowerk;
in het tuinhuis van de Hortus is vanaf maart de
expositie 'Impressies uit vier eeuwen Hortus' te
4 april: nationale boomplantdag, de Hortus
schenkt een boom aan de gemeente Leiden die in
het Plantsoen komt te staan;
13 tm. 17 april: orchideeën zijn te zien in de kas-
vanaf 28 april is in een groot aantal Leidse mu
sea een reeks tentoonstellingen onder het motto
'Tuinen in Leiden';
28-29 april: Hortus gratis toegankelijk in ver
band met museumweekeinde;
29 april: het eerste van een serie vier speciale
Flora concerten in de Hortus; aanvang 15.00 uur;
I mei: officiële opening van de Clusiustuin;
5 tm. 13 mei: overzichtstentoonstelling van de
bloembollencultuur in Nederland;
7 tm. 11 mei: Internationaal symposium 'De
authentieke tuin';
18-20 mei: Ikebana- en Origami-expositie;
26 mei tm. 17 juni: tentoonstelling 'Sieraden en
aquarellen' in de Oranjerie;
9 juni: nationale milieu- en bijenmarkt op het
terrein van de Sterrewacht;
23 juni tot 1 juli: mooie bijenvolken en prachtige
vetplanten te zien;
7 tm 13 juli: Nederlandse geranium en pelargo-
niumvereniging toont groot aantal van deze plan
ten;
27 juli tm 12 augustus: bodemvondsten uit Lei
den op expositie;
15 augustus tm. 9 september: Serpo, slangenten
toonstelling;
15 en 16 sept. tentoonstelling van vleesetende
planten;
21 tm. 22 sept. Bloemschikkampioenschappen
in Oranjerie;
26 sept. tm. 7 oktober: Bionale, het culturele fes
tival van biologen;
27 september: opening Von Siebold gedenk-
tuin.
II tm. 20 oktober: expositie van werk van ama
teur-schilders en -fotografen;
12 oktober: uitreiking van de Clusiussleutel, een
onderscheiding voor instellingen en personen die
zich verdienstelijk hebben gemaakt op het gebied
van de horticultuur. Dit is tevens de afsluiting van
het jubileumjaar.
En zo kwam ik op een vrije woensdag-
ïiddag aan de hand van mijn oom over
et Rapenburg te lopen en toen we bij
et universiteitsgebouw rechtsaf sloe-
»n en ik het hangend achter de boog
an de toegangspoort zondoordrenkte
emelse gobelin van de kruin van de ro-
e beuk zag, dat rustte op de machtige
am als een toverkleed, schreeuwde ik
an opwinding".
Voor Jan Wolkers, die in de jubileum-
rant van de Leidse Hortus Botanicus in
rische bewoordingen zijn eerste be-
lek aan deze in 1590 gestichte en daar-
lee oudste botanische tuin van Neder-
nd beschrijft, is de Hortus niets minder
an de Hof van Eden, het aardse paradijs
lidden in een stad vol drukte.
Voor veel Leidenaren en bewoners
an andere gemeenten is de Hortus voor-
het decor voor de trouwfoto. Op don-
erdagmiddagen is het er een komen en
lan van jong geluk dat deze grote dag
de gevoelige plaat laat vastleggen. La-
ir worden de eerste schreden van de
irste nakomeling op het gazon van de
ortus gefotografeerd. En weer later zal
i telg, mits voorzien van meer dan ge-
iddelde verstandelijke vermogens,
ch als 'jonge doctor' in rokkostuum of
'gelijk mantelpak wellicht vóór de
auwe regen posteren om zich met de
Ibegeerde bul in de hand te laten ver-
uwigen.
'rij toegang
e Hortus is behalve studietuin ook een
ibliekstuin. En zo hoort het ook, want
eerste directeur, Carolus Clusius, leg-
i dat al vast: de Hortus zou een studie-
in voor medicijnenstudenten zijn,
aarin het publiek vrij toegang had. De
regel werd in 1600 nog eens bevestigd
ior de 'H.H. Curateurs en Burger-mees-
ren'. Natuurlijk waren er ook verbo-
in: "Die in den Hoff komt, is gheoorloft
Planten te sien ende te ruycken. Maer
it is verboden die Cruyden te handelen,
e teer zijn ende eerst beginnen te
iruyten; de tacken, telgen, bloemen en-
saeden aff te plucken ofte brekeri: de
illen ende wortelen uyt te rucken: ofte
in Hoff eenige schade aan te doen, is
igheoorloft ende verboden; niemand is
leoorloft over de Bedden te springen
le met voeten betreden".
Tot op de dag van vandaag gelden die
fgels. Maar de natuur trekt zich er niets
jin aan. Want de storm van 25 januari
jfcft maar liefst zes bomen geveld, waar-
hder twee die nog door Philipp von Sie-
ild in de negentiende eeuw uit Japan
erden meegenomen en hier geplant. En
je heeft niet gezien hoe een boosaardi-
6 schimmel de rode beuk bij de ingang
pgzaam, maar zeker sloopte, waardoor
et 'hemelse gobelin van de kruin' zoals
olkers dat beschrijft steeds dunner
prd? Uiteindelijk werd de beuk geveld
wat restte was een leeg voorplein,
jaar daarin zal dit jaar verandering ko-
teschiedenis
e Leidse universiteit die in 1575 werd
Kticht kende twee studierichtingen:
leologie en geneeskunde. Voor de me-
Icijnenstudenten die veel van planten
i kruiden dienden te weten, werd de
Jrtus gesticht. In 1587 schreven Jan van
4r Does en Paulus Buys, 'curateurs' van
j universiteit, een verzoek aan de 'bur-
Imeesteren' van Leiden om de beschik-
jng te mogen krijgen over de 'ledige
jaetse achter de universiteyt, omme de-
llve (daartoe die voor lange es gedesti-
feert) te worden bequaem gemaect tot
ten hoff, dienende tot leeringe van aller
fc ghene, die in der medicijnen stude-
jOp 9 februari 1590 werd het stuk grond
in de universiteit overgedragen en de
irste boom geplant. In 1594, een jaar na-
fit Carolus Clusius was aangetreden als
Jrecteur, was de beplanting voltooid.
Jat eerste stuk was overigens niet zo
loot: het besloeg het deel wat nu de
portuin heet tot aan de gracht. De tuin
prd omsloten door vier gebouwen
Wachter zich boerderijtjes en een mo-
*i bevonden. De tuin bestond uit vier
fdeelten, die elk waren opgedeeld in
Jdden. Daarin bevonden zich voor die
ld exotische gewassen als tomaten,
irdappelen, seringen, tabak en tulpen,
lusius, die onder meer prefect van de
iinen in Wenen was geweest en boven-
jen de Flora van Spanje had beschre-
pn, reisde op zijn paard heel Europa
por op zoek naar onontdekte gewassen.
Overigens stond in het eerste regie-
jent dat de echtgenote van de hortula-
i|s, die het technisch beheer van de tuin
|d, haar echtgenoot moest kunnen ver
ingen als er bezoek kwam. Mevrouw
joest dus wel degelijk iets van de krui-
|n en planten afweten. En zelfs de meid
loest haar zegje hierover kunnen doen,
janneer ook mevrouw van huis was.
Iln 1599 werd besloten tot de bouw van
èn galerij waar de hoogleraar en zijn stu
itten zouden kunnen schuilen als het
«ende. De galerij werd ook gebruikt
In er landkaarten te hangen en allerlei
geprepareerde uitheemse dieren in te
zetten.
Contacten
De oorspronkelijke tuin was al snel te
klein en steeds kwamen er stukjes en
beetjes bij. Herman Boerhaave die in
1709 directeur van de Hortus werd, wist
in 21 jaar tijd de collectie van 1.000 tot
6.000 soorten uit te breiden. De beroem
de geneeskundige nam vele plantensoor
ten mee van zijn reizen. Bovendien wa
ren er in die tijd veel contacten met de
Oost, wat leidde tot een uitgebreide col
lectie gewassen uit Azië, een specialiteit
van de Hortus tot op de dag van vandaag.
Zijn opvolger, Adriaan van Royen, wist
het grondoppervlakte van de tuin te ver
dubbelen tot aan de stadswallen. De
Oranjerie werd gebouwd, waarin subtro
pische planten als citrus, laurier en agave
hun winterverblijf vonden. Ook kwamen
er kassen om planten te kweken.
De volgende directeur, Sebald Brug-
mans (niet te verwarren met de Brug-
mans die zo goed kon praten), zorgde
voor uitbreiding van de Hortus tot de
huidige oppervlakte. In die tijd heerste
Lodewijk Napoleon over de Nederlan
den. En krijgszuchtig als de Bonapartes
waren, zag hij voor de hortus een geheel
andere taak weggelegd: die plek was vol
gens hem uitstekend geschikt als exerci-
tieterein voor de soldaten. Brugmans
wist daar een stokje voor te steken door
in Parijs een lans voor de tuin te breken.
Later vormden de plannen van koning
Willem I eveneens een bedreiging voor
de Hortus: hij wilde er een dierentuin
van maken. In die tijd was het een ge
woonte dat bevriende staatshoofden el
kaar de meest exotische dieren cadeau
deden: panters, zebra's, leeuwen en tij
gers. En zo kon het gebeuren dat op een
goede dag ineens een buffel op het gazon
van de botanische tuin stond te grazen.
Het dier is uiteindelijk nog akelig aan
zijn eind gekomen: het gazon bood niet
voldoende voedsel en het personeel wei
gerde hem bij te voederen. De honger
dood was zijn lot. Curatoren van de uni
versiteit maakten tegen het beestenspul
bezwaar en uiteindelijk werd besloten
dan maar in Amsterdam een dierentuin
op te richten: Artis.
Overigens is de Hortus in de vorige
eeuw een stuk groter geweest, omdat de
sterrenwacht er nog niet was. De tuin
liep tot aan de Kaiserstraat. En de ster
renkundigen moesten zich behelpen met
gebouwtjes op het dak van het Acade
miegebouw. In 1850 werd de sterren
wacht op de huidige plek gebouwd en
een deel van de Hortus moest eraan gelo-
Japans
Van onschatbare waarde voor de Leidse
Hortus is jonkheer Philipp von Siebold
geweest. Deze kreeg van de regering de
opdracht om in Decima (Japan), inder
tijd een Nederlandse handelspost, als
chirurgijn te gaan dienen. Von Siebold
kreeg als arts snel grote bekendheid on
der de Japanners en spoedig verzamelde
hij een kring Japanse geleerden, niet al
leen op medisch, maar ook op botanisch
en aardrijkskundig gebied om zich heen.
In de bijna zes jaar dat Von Siebold op
Decima verbleef bracht hij een schat aan
botanisch, zoölogisch, geologisch en eth-
nografisch materiaal bijeen. Dit vormde
de grondslag voor het Rijksmuseum van
Volkenkunde en voor een deel van de
collectie van de Hortus. Von Siebold ver
zamelde heel compleet: levende planten,
dode (gedroogde) planten, door Japan
ners getekende planten en voorwerpen
met een nauwkeurige gebruiksbeschrij-
ving erbij.
Von Siebold heeft ook de Flora Japo-
nica botanisch beschreven. Nu nog be
vinden zich 13 (vóór 25 januari waren dat
er nog 15) door Von Siebold meege
brachte exemplaren in de Hortus. Onder
meer zijn hier de blauwe regen, de Ja
panse walnoot, de Japanse kanstanje en
enkele esdoorns te bewonderen. Veel
planten als hosta's, lelies en azalea's, die
nu gewoon in een tuincentrum kunnen
worden aangeschaft, zijn door Von Sie
bold uit Azië naar Leiden gebracht.
Sinds die tijd (eind 1800) is de verzame
ling van de Hortus op dat werelddeel ge
richt. De koninklijke tuin Buitenzorg op
Bogor (Indonesië) werd in dit kader de
zuster van de Leidse Hortus. Dat bete
kende dat de directeur ook de directie
over Buitenzorg had. Ter ere van Von
Siebold is nu de Japanse tuin aangelegd,
de 'Von Siebold memorial garden', vol
Japanse symbolieken. De tuin zal in dit
jubileumjaar door de Japanse ambassa
deur in ons land officieel worden ge
opend (zie bijgaand kader met overzicht
van evenementen).
Oorlog
De twintigste eeuw kenmerkt zich door
twee wereldoorlogen. Vreemd genoeg
heeft de Hortus van die wereldbranden
weinig te lijden gehad. In de Tweede We
reldoorlog werden er zelfs geen bomen
omgehakt, terwijl de Leidenaren toch
niet schroomden om overal in de stad
stiekem bomen om te zagen om thuis
nog een beetje warmte te hebben. Wel
werd de Victoria-kas, die vóór 1936 bij -
de tegenwoordige vijver stond, maar in
dat jaar op de huidige plaats werd ge
bouwd, bezocht door mensen die er de
nacht doorbrachten. De Victoria-kas her
bergde in die oorlogstijd namelijk alle
tropische planten. Die waren uit de ande
re kassen gehaald en daar neergezet, op
dat slechts ëén kas hoefde te worden ver
warmd. Wie zich een plaatsje voor de
nacht in de Victoria-kas wist te verove
ren, was verzekerd van warmte. Vandaar
dat tientallen slimme Leidenaars hier
hun toevlucht zochten.
De directie van de Hortus heeft op een
of andere manier nooit moeite gehad om
in die oorlogstijd aan kolen te komen om
de kas te verwarmen. Die kolen werden
aan de Haven gelost. En de arme tuin
man heeft nog eens zijn arm gebroken,
omdat mensen probeerden de kolen uit
zijn handen te rukken.
Bezuinigingen in het onderwijs be
dreigden in de jaren zeventig en tachtig
ook de oudste hortus van Nederland. In
diezelfde tijd ontstonden plannen om de
tuin naar een terrein in de Leeuwenhoek
te laten verhuizen. Het leek een prachtig
idee: de oppervlakte zou wel twintig hec
taren bedragen. Er zou dus veel meer
ruimte komen voor alle planten, kruiden
en gewassen. De collectie zou kunnen
worden uitgebreid, maar dat vergde na
tuurlijk veel meer personeel.
Het is een geluk geweest dat het plan
nooit is doorgegaan, want toen de bezui
nigingsbijl daadwerkelijk viel bleef de
Hortus gespaard. In de Leeuwenhoek
met zijn veel grotere oppervlakte en ho
gere onderhoudskosten, had de overheid
zeer waarschijnlijk tot sluiting van de
Hortus besloten. Nu men zich kon beroe
pen op de historische waarde bleef de
tuin voor Leiden behouden. Hoe groot
het gevaar was, bleek uit de sluiting van
de Amsterdamse Hortus.
Gerichter
Natuurlijk stelde de overheid eisen aan
de collecties van de Nederlandse botani
sche tuinen: het ging erom niet meer
overal veel van hetzelfde te hebben,
maar gerichter te werk te gaan. Dankzij
de voorgeschiedenis was de Leidse Hor
tus, zoals gezegd, al gespecialiseerd in
Aziatische exemplaren. De vakgericht
heid werd echter nog aangescherpt en
concentratiepunten van de Hortus zijn
passiebloemen en orchideeën.
Enkele jaren geleden kwam een fusie
met het Rijksherbarium tot stand. Tesa-
men vormen zij één onderzoeksinstituut
van de universiteit, waarmee het voort
bestaan van beide instellingen voorlopig
is gewaarborgd.
Nog steeds is, behalve de wetenschap
pelijke, de publieksfunctie van groot be
lang. De Hortus leeft voor de meeste Lei
denaren en een bewijs daarvoor leverden
wel de gebeurtenissen rond de grote
beuk bij de ingang. Toen de boom moest
worden geveld trok dat de aandacht van
pers en publiek.
De plek waar de beuk heeft gestaan zal
dit jaar worden beplant met een Liba-
nonceder. Deze maand zal deze 12 meter
hoge boom naar de Hortus worden ge
bracht en nog dit jaar zal met de herin
richting van het voorplein worden be
gonnen. Er komt een muur in de vorm
van een halve ellips, en vlak bq de huidi
ge ingang verrijst een nieuw onderko
men voor de portier en het infocentrum.
De Hortus beschikt tevens over een edu
catief medewerkster bjj wie rondleidin
gen kunnen worden aangevraagd. Ze
verschaft ook informatie over allerlei
planten.
In mei van dit jaar zal de gerenoveerde
Clusiustuin worden heropend. Deze
tuin, in 1932 ingericht, is een reconstruc
tie van de oorspronkelijke Hortus Bota
nicus zoals Clusius deze in 1594 had inge
richt. Later bleek bij nadere bestudering
dat indertijd ongeveer 40 procent van de
Clusius-namen verkeerd is geïnterpre
teerd. Belangrijke nieuwe bronnen
onder meer aquarellen die voor de boe
ken .van Clusius waren vervaardigd en
die in 1974 in de universiteitsbibliotheek
van het Poolse Krakow werden heront
dekt werden aangesproken om de tuin
zo authentiek mogelijk te reconstrueren.
Wispelturig
En dan hoopt de leiding van de Hortus
om de Victoria Regia in augustus weer in
bloei te krijgen. Een publiekstrekker bij
uitstek, deze uit de kluiten gewassen wa
terlelie, maar ook zeer wispelturig. Nooit
is zeker of de bloem wel zal bloeien. Maar
ook als Victoria het laat afweten is een
bezoek aan de jubilerende Hortus de
moeite meer dan waard. In alle seizoe
nen. Om met Wolkers te spreken: "Vanaf
de glazige witzilveren bloei van de knik
kende vogelmelk tot aan de berijpte kilte
van de winterse tovertuin".
Met dank aan Stans van der Veen,
educatief medewerkster Hortus Bota
nicus Leiden.
De hortus in wintertooi: een beeld uit lang vervlogen tijden.
Tuinlieden met de kar waarop de kuipplanten van de oranjerie in het voor jaar naar buiten werden gebracht.