In de greep van de misdaad Van Gogh als handelswaar 'In Lelystad woon je mooi, maar het heeft veel weg van Miami Vice' tl't- ZATERDAG 13 JANUARI 1990 PAGINA 35 *Het winkelcentrum van Lelystadtevens trefpunt van criminelen. "Ze roven en stelen. Die lui zijn soms bliksemsnel. Er is hier een mannetje dat in een paar seconden voor 300 gulden koffie steelt. Ook worden van klanten de boodschappen van de kassaband gestolen als ze net aan het betalen zijn". (foto gpd> De huizen zijn er prachtig en het is volgens vele inwoners al met al pret tig wonen in Lelystad. Maar een bes te naam heeft de poldergemeente niet weten op te bouwen. De crimina liteit viert er hoogtij, er is een ware drugsscene ontstaan. Het ministerie van justitie maakte vorige week be kend dat Lelystad verhoudingsgewijs de meest inbraakgevoelige gemeen te van Nederland is. In 1988 werd bij eén op de twaalf woningen ingebro ken. "De politie houdt hier geregeld razzia's. Lelystad is soms net Miami Vice". Door Weert Schenk Nee, onveilig voelt ze zich niet. Als je je nergens mee bemoeit, heb je ook geen last. Er is natuurlijk wel het een en ander gebeurd. De bank en het postkantoor zijn een paar keer overvallen en daarom nu gesloten. En bij Bun, de snackbar, za ten ze met een handgranaat. En pas was er ook nog een overval op het buurtcen trum, heeft ze gehoord. De moeder wandelt met haar kind door de Waterwijk in Lelystad. In het buurtje staan tientallen mooie woningen leeg. Achter veel ramen van de nog wel bewoonde huizen staat de waarschu wing: 'Hier waak ik', met de foto van een vervaarlijk uitziende bouvier. De vrouw zegt dat de situatie in de wijk de laatste tijd aanmerkelijk is verbe terd. De politie heeft ervoor gezorgd dat de lui die voor overlast zorgden zijn ver trokken. De ellende begint nu in andere wijken. Ze vertelt dat Ome Wil, die in de Bos wijk woont, tegenwoordig een stalen pijp bij zich heeft als hij zijn hond uitlaat. Ome Wil en Tante Bet gaan nu ook ver huizen, naar Steenwijk. Maar dat heeft, gelooft ze, niets te maken met de crimi nelen; meer met hun zoon. Want, en dat vindt iedereen, de huizen zijn prachtig en het is hier heel prettig wonen. Lelystad, 57.000 inwoners, heeft geen beste naam. De polderstad behoort.tot de tien gemeenten met de grootste crimina liteit. Vorige week maakte het ministerie bekend dat naar verhouding in Lelystad de meeste inbraken plaatsvinden. In 1988 werd bij één op de twaalf woningen ingebroken. Drugsscene Een groot deel van de misdrijven wordt veroorzaakt door de lokale drugsscene, hoewel precieze cijfers daarover niet be kend zijn. Maar het was ook in Lelystad dat een bende van zes jochies van negen tot twaalf jaar werd opgerold, die zich op grote schaal bezig hield met zakkenrolle rij en tasjesroof. Het onderbezette politiekorps doet er van alles aan om de leefbaarheid in Lely stad te verbeteren. Volgens woordvoer der Mastenbroek wijzen de eerste cijfers over 1989 uit dat dit niet zonder resultaat gebeurt: we zijn op de goede weg. Bij snackbar Bun kijkt niemand meer op of om als een achttal agenten een in val doet in een nabijgelegen woning. De schooljeugd blijft rustig achter het pa tatje zitten en ook op straat draait nie mand zich om. Iedereen in de Waterwijk kent 't zo langzamerhand wel. Het is een beeld van bijna alledag. "Het is hier echt Miami Vice", zegt Ron van Leeuwen, de 22-jarige bedrijfsleider van de snackbar. "Af en toe worden hier razzia's gehouden. Dan gaat de politie naar binnen met getrokken pistolen en iedereen die een verkeerd woord zegt, wordt letterlijk de politie-auto ingesla gen". Hij heeft het zelf vaak genoeg van nabij meegemaakt, want de snackbar is zo ongeveer het clubhuis van zwaar cri minelen en drugsverslaafden. Bij proble men is slechts één telefoontje nodig om binnen twee, drie minuten enkele poli tiewagens en motoragenten voor de deur te hebben. Het personeel van de snackbar houdt het er meestal niet langer uit dan enkele weken, maar Van Leeuwen is niet van plan zich te laten inpakken. Hij weigert de tent te sluiten, ook al is hij wel gedu rende een half jaar al om acht uur 's avonds dicht gegaan. De overlast wordt veroorzaakt door mannen tot een jaar of 45, zegt Van Leeu wen. "Het is allemaal tuig. Vijftig, zestig procent van de mensen die hier binnen komen is gevaarlijk. Hebben met drugs te maken, mishandelen hun vrouw of kind, of het zijn verkrachters en nog er ger". Ook moordenaars krijgt hij in de zaak. "Anderhalf jaar geleden, geloof ik, kwa men hier een man en een vrouw, zoals va ker, doodgewoon een patatje halen. Had den ze net een vrouw op een stoel gebon den en zo levend in het IJsselmeer ge donderd. De vrouw had alleen maar 45 gulden terug gevraagd, die ze aan hen ge leend had. Die twee lopen nu hier ge woon weer vrij rond". De cliëntèle van de snackbar is voor el kaar ook niet gemakkelijk. Van Leeu wen bevestigt het incident met de hand granaat, en messen worden ook bliksem snel getrokken als er onenigheid ont staat. De bedrijfsleider is er zelf nog steeds aardig tussen uitgesprongen. Geen grootspraak "Het is maar hoe je er mee omgaat", zegt hij, "ze hebben gedreigd de zaak te over vallen. Maar ik heb keihard gezegd dat de eerste overvaller die hier binnenkomt mij kapot moet schieten. En dat is geen grootspraak van een piepeltje van 22 jaar. Dat meen ik. Je moet enerzijds een geintje kunnen maken, maar tegelijker tijd laten zien dat je niet bang bent. Dat dwingt respect af'. Van Leeuwen zorgt wel dat ze niets van hem weten: "Anders zoeken ze je thuis op of pakken ze je vrienden". Voor het instappen contro leert hij altijd zijn auto. Vorig week lag er nog een plank met spijkers voor de wie len. De laatste maanden lijkt de situatie te verbeteren, zegt de jonge bedrijfsleider. Hij denkt dat dat mede komt doordat de politie heel attent is en ook een koffie shop heeft gesloten, waar met hard drugs en wapens werd gehandeld. Daardoor kunnen in de wijk sinds kort ook weer postzegels worden gekocht. Ter vervanging van het gesloten post kantoor is in de enige supermarkt een postagentschap geopend. "Het is een ex periment", zegt Van Leeuwen, "als daar iets gebeurt, wordt het meteen geslo ten". Bijna alles in Lelystad wordt gesloten, voegt hij er cynisch aan toe. "Alle jonge rencentra zijn al dicht, omdat er met de regelmaat van de klok steekpartijen wa ren. Binnenkort gaat er bij het station een prachtige disco open. Ik geef je op een briefje: de eerste dag is er vechten, de tweede dag is er vechten, dan is het even rustig en na twee maanden is er een ernstige steekpartij en gaat de disco voorgoed dicht". Veel mensen voelen zich in Lelystad onbehaaglijk, zegt directeur G. Pol van de christelijke woningbouwvereniging 'De Opdracht'. "Je woont natuurlijk niet prettig als de huizen om je heen' leeg staan. De criminaliteit is één van de rede nen om te verhuizen. Veel mensen laten zich angst aanpraten. Je wordt hier ook gestigmatiseerd, zo van: woon jij in dat gevaarlijke Lelystad?" Werkloosheid Pol schetst in een vogelvlucht de proble men van de ver afgelegen polderstad: een grote werkloosheid (rond de 18 pro cent), teruglopende overheidsdiensten (door het opheffen van de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders zijn honder den arbeidsplaatsen weg gevallen), ge brek aan hoger onderwijs, Almere is te vroeg van start gegaan en de woning bouw in Amsterdam-zuid-oost is ook goed op gang gekomen. Veel mensen zijn ook uit Lelystad ver trokken om dichter bij Amsterdam te wonen, omdat ze elders werk konden krijgen, of vanwege de studie van de kin-'' deren. Daardoor staan er nu bijna 2200 huurwoningen leeg. Dat bezorgt de twee plaatselijke, woningbouwverenigingen, die gezamenlijk 13.500 woningen behe ren, een kostenpost van ruim tien mil joen gulden per jaar. Directeur Pol gelooft dat veel van de huidige problemen stammen uit 1985 en 1986. Bij de beginnende leegstand in die jaren zijn veel allochtonen naar Lelystad getrokken. Ze konden er snel een wo ning krijgen. Pol: "Het gevolg was dat het gemiddelde inkomen in Lelystad steeds verder daalde, de werkloosheid omhoog ging en het aantal mensen met teveel vrije tijd enorm steeg". De gemeente veranderde daarop het beleid. Alleen mensen die op sociale gronden of vanwege hun werk in Lely stad iets te zoeken hebben, krijgen nog de sleutel van een huis. "Anders hebben we liever leegstand", zegt Pol. Woningbouwvereninging 'De Op dracht' probeert in samenwerking met de politie meer huizen vrij te krijgen als de bewoners voor overlast zorgen. "Een paar jaar geleden zouden we nooit ge dacht hebben aan een gecoöordineerde actie met de politie. Maar gezien de cri minaliteit is het nodig sommige buurten schoon te bezemen". Als in een huis prostitutie of drughan del plaats heeft, grijpt de politie in, waar op de woningbouwvereniging via de rechter het huurcontract probeert op te zeggen vanwege ongewenste bedrijvig heid. Maar erg gemakkelijk gaat het niet. Pol: "Zelfs als de hele buurt klaagt, zijn de rechters nauwelijks bereid de huur op te zeggen. Ze vinden meestal dat de buurt intolerant is en spreken van dis criminatie. Pas bij een veroordeling van huurders, verloopt de huisuitzetting sneller. De schoonmaakactie heeft zo in elk geval in de Waterwijk effect gehad. Nu is Boswijk aan de beurt". Mes op keel Jelle de Vries, assistent-bedrijfsleider van het Albert Heijn-filiaal in Boswijk, merkt al dat het de laatste tijd wat rusti ger in de buurt is. Vooral de gedwongen sluiting van een nabij gelegen kroeg heeft goed uitgewerkt. Toch voelt De Vries zich niet echt veilig. Hij heeft in de loop der tijd al een paar keer het mes op de keel gehad en een keer stond hij recht in een loop van een pistool te kijken. Een cassière kreeg een pistool tegen het hoofd gedrukt, toen het postagentschap in de supermarkt werd beroofd en de meisjes worden ook gere geld bedreigd als een greep in de kassa wordt gedaan. "Ze roven en stelen. Van alle filialen van Albert Heijn staan wij heel hoog wat betreft het aantal winkeldiefstallen. Als je er echt voor gaat staan, kan je dagelijks zo vijftien, twintig man extra aanhou den. Maar we hebben niet de mankracht om dat te doen. Die lui zijn soms ook bliksemsnel. Er is hier een mannetje dat in een paar seconden voor 300 gulden koffie steelt. Ook worden van klanten de boodschappen van de kassaband gesto len als ze net aan het betalen zijn". Hij houdt er rekening mee dat hij bij het vakken vullen ineens een mes in de rug krijgt. "Ik heb genoeg vijanden. Er is eens een lijst gevonden van mensen die ze te pakken wilden nemen. De bedrijfs leider en ik stonden bovenaan. We heb ben er hier nog al wat lui uitgeslagen". De tegenstanders hebben De Vries al een keer ernstig te pakken gehad. Na siuitingstijd werd hij door zes man ge grepen en met kettingen in elkaar gesla gen. Zijn neus stond scheef en zijn rug bekken was zwaar beschadigd. Hij is een jaar onder fysiotherapeutische behande ling geweest. Om zich beter te kunnen verdedigen is de assistent-bedrijfsleider na dit geweld een tijdje op kickboksen geweest, maar moest daar vanwege een knieblessure mee stoppen. Hij houdt het er nu maar op dat hij niet in paniek moet raken. "Je moet niet de held willen uithangen. Je weet dat er moordenaars tussen zitten". Over de rooie Maar De Vries kan zich niet altijd inhou den. "Ik ben er wel eens op afgegaan met de hakbijl van de slager. Ik was ver schrikkelijk ovèr de rooie. Maar toen wa ren ze al weg. Achteraf gelukkig, want ik had er een grif mee in zijn donder gesla gen". Veel personeelsleden houden het niet lang uit in het filiaal, maar de Vries is niet van plan zich te laten wegjagen. "We zijn hier toch voor de gewone mensen?!" Toch geeft hij toe dat hij 'm toch wel vaak knijpt. "Ze blijven komen. Ze proberen het steeds weer. Maar elke keer gooi ik ze er weer uit. Als je ze laat binnen komen, lopen ze over je heen". Gemeentevoorlichter Dick Nauta zegt dat de oorzaken van de hoge criminali teit in Lelystad niet bekend zijn. Er is nooit onderzoek gedaan. Hij moet er daarom een slag naar slaan. Zo wijst hij er op dat Lelystad tot de Randstad be hoort, geörienteerd is op Amsterdam en daardoor grootsteedse problematiek heeft. Hij snapt echter niet waarom Al mere veel minder last heeft van crimina liteit: dat moet-ie toch eens uitzoeken. Nauta durft niet te zeggen of de 'gemê leerde samenleving' van Lelystad ook een mogelijke oorzaak is: "De cultuur verschillen vergemakkelijken de samen leving iivelk geval niet". Politiewoordvoerder Mastenbroek zegt ook niet te weten waarom de crimi naliteit in Lelystad zo groot is. Zijn eigen gezonde boerenverstand zegt dat de geï soleerde ligging van Lelystad met het misdaad-cijfer heeft te maken: men gaat niet gauw naar omliggende gemeenten om bijvoorbeeld een inbraak te plegen. Mastenbroek vertelt dat wat de crimi naliteit betreft 1988 voor Lelystad een dieptepunt betekende. Hij heeft echter goede hoop dat de gemeente op korte ter mijn uit de misdaad top-tien verdwijnt. "Over de hele linie is er geen stijgende trend meer te zien. Het aantal inbraken is in 1989 zelfs gedaald met 38 procent". Het oplossingspercentage van de mis drijven ligt nu op 20 en het aantal bekend geworden daders steeg van 698 in 1988 tot 1169 vorig jaar. "Het gaat de goede kant op", zegt Mastenbroek. Onderbezetting De politievoorlichter zegt dat de onder bezetting er de oorzaak van was dat de politie niet alles kon aanpakken. In eer ste instantie werd de leefbaarheid in de stad als hoogste prioriteit gesteld: de be woners moeten zich op z'n minst redelijk veilig voelen. In 1989 kwamen er tien ex tra politiemensen bij en andere korpsen gaven enige bijstand. Dat heeft gehol pen. Vorig jaar konden projecten wor den gestart voor de schoonmaak van de Waterwijk en het bestrijden van de in braken. "We werken er nu knoerthard aan. En de resultaten zijn er naar". Aan de rand van stad laat een man zijn hondje uit. Hoge criminaliteit in Lely stad? Weet-ie niets van. Veel inbraken? Nooit van gehoord. Nou ja, toevallig is er zaterdag bij de overbuurman ingebro ken. Video en pick-up weggehaald. Zelf heeft-ie ook wel wat maatregelen geno men. Paar extra sloten op de'deur, meer kan je toch niet doen. Als hij en zijn vrouw thuis zijn en de hond gromt, staan ze al naast het bed. En anders letten de buren wel op. Nee, on veilig voelt-ie zich niet. Hij komt uit de Bijlmer, daar was het veel erger. Hij wil hier nooit meer weg: het is prachtig wo nen in de polder. Voor de handel is het Van Gogh- jaar een uniek buitenkansje. De meest uiteenlopende Van Gogh-ar- tikelen worden gelanceerd: par fums, stropdassen, zijden shawls, t- shirts, pennen, horloges, borst- beeldjes, wijnen, noem maar op. Er komt zelfs een speciaal Van Gogh- brood. Van Gogh als big business. "Je bent gek als je er niet op in springt". door Gerlof Leistra Als president van de Van Gogh Interna tional BV komt Jacob G. Dekker dezer dagen tijd tekort. Zojuist terug van een zakenreis naar New York, bereidt hij zich al weer voor op zijn vertrek naar Tokio. Dekker is het prototype van de geslaagde zakenman. Goed gesneden pak, uiterst smaakvol ingericht kan toor aan een van de Amsterdamse grachten en bovenal gezegend met een gezond stel hersens en een vlotte bab bel. Merk Voor hem is Van Gogh in de eerste plaats een merk. Vier geleden werd Dekker door Koninklijke Sanders be naderd om een prestige^parfum te lan ceren. "We zochten naar een internatio naal herkenbare naam en dat'is uitein delijk Van Gogh geworden. Het klinkt onbenullig, maar we hebben daarbij nooit gedacht aan Van Gogh-1990. Tot ik ook door andere grote bedrijven be naderd werd en toen is het idee voor Van Gogh International BV ontstaan. Nu hebben we Van Gogh over de hele wereld als merknaam gerégistreerd voor een groot aantai artikelen. Hoe veel dat kost? Ik denk dat we in totaal drie ton kwijt waren". In Nederland bleek de naam van Van Gogh overigens al drie keer geregi streerd te zijn. Heineken had de naam vast laten leggen voor bieren en gede stilleerd, Koninklijke Talens (AKZO) voor verven en doeken en een Duits be drijf voor een bepaalde soort tabak. Voorafgaande aan het Van Goghjaar heeft Dekker met een achttal grote be drijven lucratieve contracten afgeslo ten om onder de naam Van Gogh een 'nieuw' artikel op de markt te brengen. Zo heeft Waterman een luxueuze pennenset ontworpen, Verco heeft het zelfde gedaan met horloges, Southwood met t-shirts, CAF met sie raden, Romano Acampora met zijden shawls en stropdassen en Sanders zoals gezegd met een parfum. Verder ver zorgt Royal Smeets (VNU) een of meer speciale boekuitgaven en komt CBS met platen en cd's van tijdgenoten van Van Gogh (onder anderen Ravel en De bussy). Dekker: "Die artikelen zijn zo danig op elkaar afgestemd, dat het voor de buitenwereld lijkt alsof ze allemaal uit dezelfde fabriek komen. Dat noe men we geharmoniseerde marketing". Investering Met klem benadrukt Dekker dat het lanceren van een nieuw merk een enor me investering is. "Neem nou zo'n par fum. Alleen al voor het ontwerpen en maken van een flesje - "in de vorm van een grof gepenseelde zon" - ben je al zes l V, l't' *De commercie heeft zich massaal gestort op het Van Gogh-jaar. "Je zou gek zijn als je er niet op zou inspringen''. «foto gpdi ton kwijt. En dan hebben we het nog niet eens gehad over een mooi doosje en een uitgekiende reclamecampagne. In totaal hebben die acht bedrijven voor vele miljoenen geïnvesteerd. Daar staat uiteraard tegenover dat we een omzet verwachten van zo'n tweehon derd miljoen. Aan royalties ontvang ik 5 procent, maar daar moeten mijn kos ter! dan nog af'. Als zakenman in hart en nieren ver baast Dekker - in het verleden onder meer actief als tandarts, maar nu be trokken bij de meest uiteenlopende be drijven - zich over het ontbreken van een commerciële instelling bij het Van Goghmuseum. "Dat is te gek om los te lopen. Die mensen parasiteren op de overheid. Ze leven nog duidelijk in de zestiger jaren. Ze krijgen miljoenen van de staat, terwijl ze datzelfde bedrag moeiteloos van het bedrijfsleven zou den kunnen krijgen. Maar nee, het be drijfsleven is vies". Bij het Van Goghmuseum is niet geld, maar de kunst als zodanig het uit gangspunt van alle activiteiten. Frans de Haas is hoofd van de verkoopafde ling van het museum. Hoewel de win kel is ondergebracht in het museum, wordt zij beheerd door BV 't Lanthuys, een dochter van de Vincent van Gogh Stichting. Winst wordt vooral gebruikt om nieuwe aankopen voor het te financieren. Reproducties Over zijn omzet wil De Haas niets kwijt. "Wel kan ik zeggen dat de reproducties van schilderijen beter lopen dan die van tekeningen. Absolute topper is 'De oogst', met 'Bloeiende amandeltak' als stabiele tweede. Over het algemeen kun je zeggen dat vooral de bloemen en landschappen het best verkopen. En daarbij gaat het om vele duizenden per stuk". Op het Van Goghjaar speelt men on der meer in met gelegenheidsaffiches "en misschien dat we de deur op een klein kiertje zetten voor andere pro- dukten. Maar kern blijft dat de kunst centraal staat". Met een grijns vertelt De Haas dat hij dagelijks wordt gebeld door mensen die een artikel in de aan bieding hebben. "Als er weer eens ie mand van een bloembollenbedrijf belt, weet ik al voldoende. Vreemd vind ik het niet. Je bent gek als je er niet op in springt. Maar het is niet onze taak om dat te doen".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 35