'Inbreng consument
is van levensbelang'
Modern interieur in een
eeuwenoude stadstoren
Slaapkamer krijgt woonsfeer
IB I WEETJE
Cadeaus
Schouw steeds belangrijker
bij bouw van open haard
Waar zou het vanavond an
ders over moeten gaan! Hoe
wel natuurlijk op deze 4de de
cember driekwart van de le
zers wel wat anders aan het
hoofd heeft dan het lezen van
dit stukje. Dichten moeten ze
en surprises maken en inpak
ken.
Maar wat ik nu leuk vind op de
ze pakjesavond is om even te
rug te blikken naar de sinter
klaasavonden van zo'n 150
jaar geleden. Welke onmisbare
attributen overhandigde men
elkaar toen, met bijpassend
gedicht, waarover we nu
meesmuilend een beetje
giechelen.
Terwijl toch Marie, omstreeks
1830, op haar dubbele etage,
de kolenkachel hoog bran
dend, 't haar overhandigde ca
deau heel gewoon vond en ho
gelijk waardeerde. Dat ivoren
vlooienvangertje dat Pieter,
haar man, haar gaf, was in
haar ogen een onmisbaar attri
buut tijdens de feesten die ze
zo nu en dan bezochten en
waar de vlooien welig tierden.
In die door honderden kaarsen
bloedhete 'saaltjes' waar gas
ten opeengepakt zalen en
stonden was het gekriebel
vaak ondraaglijk. Het kokertje,
waarin een tweede zat gevuld
met ossebloed en met fijne
gaatjes waar de vlooien wel in
maar na 't drinken niet meer uit
konden, was in die omgeving
een uitkomst. Een een zeer ge
wild cadeau. Nu liggen die
vlooienvangertjes te kijk in het
Haags Kostuummuseum.
En dan de tropenhelm.
Tot voor een jaar of twintig een
heel gewoon attribuut voor een
tropenganger. dat vast wei
eens op 5 december cadeau
werd gegeven door een lief
hebbend familielid. "Voor Jan,
voor in de tropen, dan hoeft hij
het niet zelf te kopen. De Sint.
Waar zijn ze gebleven die hel
men. Wie dorst voor het eerst
zonder in de zon te lopen? Dat
moet een waaghals zijn ge
weest. Alleen in oude films zie
je die helmen nog, die toch
eens een gewild cadeau wa-
En het ivoren krabbertje om
onder je pruik de luizen te lijf te
gaan. En 't knopenhaakje voor
de juchtleren laarsjes. Alle
maal een keer op een verlang
lijstje gestaan.
Welke attributen denk ik dan,
die wij elkaar in 1989 geven,
zullen over een honderd, twee
honderd jaar museumstukken
zijn. Ik zou het niet weten. Be
kijkt u uw cadeaus eens voor u
ze inpakt en waag een gokje.
Nooit zult u weten of die uit is
gekomen. Voor morgen wens
ik u in ieder geval een heerlijk
avondje toe.
INA DE RUYTER
MAANDAG 4 DECEMBER 1
Het stadje Zutphen wordt gekenmerkt
door de vele torens, die met de
kerktorens al van verre blikvangers
zijn. Een van die torens is de vijftig
meter hoge Droge Nap, een bouwwerk
dat onderdeel uit maakt van de oude
vestingmuur. De toren, gesitueerd
boven een poort, dateert uit 1444 en
heeft in de loop der tijd tal van functies
gehad. Die varieerden van uitkijkpoort
voor stadswachters, gevangenis,
goederenopslag en watertoren tot
onderdak van de stadsmuzikant Thonis
Drogenap, een eeuw na de bouw.
Moest de muzikant, die de toren zijn
definitieve naam gaf, onder primitieve
omstandigheden wonen, heel wat
comfortabeler heeft het de huidige
bewoner Gert Jan Altena (38), die
binnen de eeuwenoude muren een
uitgesproken modern interieur heeft
ingericht.
Wonen in een toren betekent voor hem
geen teruggang in de tijd; hij koos niet
voor een rustieke inrichting, maar voor
sprekende kleuren, veel glas en
eigentijdse i
door
Anne-Marie Risse
De toren, die voor ettelijke
miljoenen guldens in de jaren
zeventig is gerestaureerd,
heeft jaren leeg gestaan. Tot
Gert Jan Altena in 1980 met
het idee kwam om er een wo
ning van te maken. De ge
meente Zutphen had er wel
oren naar en liet hem een plan
maken. Altena nam zijn
vriend, de architect Géke de
Wilde uit Zutphen, in de arm
en samen maakten ze een ont
werp voor het bouwwerk, dat
eigenlijk een groot duivenhok
Voordat uiteindelijk met de
werkzaamheden kon worden
begonnen moesten heel wat
horden worden genomen. "Je
moet doorzettingsvermogen
hebben voordat iedereen bij
de gemeente op een lijn zit",
zegt Gert Jan. Na drie jaar
plannen maken kon met de
uitvoering worden begonnen.
Van de zijde van de gemeente
kwam subsidie in het kader
van woningverbetering. Voor
90.000 gulden kon de toren tot
woning worden verbouwd.
Maar omdat de begroting ho
ger uitviel, nam Gert Jan het
schilderwerk voor zijn reke
ning.
Om de grote woonkamer
met zes meter hoog plafond
gezelliger te maken ontwierp
architect De Wilde een entre
sol voor een deel van de ruim
te. Onder deze tussenverdie-
ping is de open keuken gesitu
eerd. Aan een zijde is in de
keukenmuur een leidingen
koker verwerkt, die doorloopt
naar de tweede verdieping
met slaapkamer en badka
mer. De koker was noodzake
lijk, omdat de gemeente had
bepaald dat aan de toren zelf
niets veranderd mag worden.
Stilte
Wonen in een historisch pand
heeft zijn voor- en nadelen.
Door de metershoge stenen
en (steile) houten trappen
moet de bewoner goed ter
been zijn. Maar dat is volgens
Gert Jan een kwestie van
wennen. "Komend vanuit een
naoorlogse woning op een
steenworp afstand van de to
ren, moet je je wel aanpassen.
Hier is alles zo groot en hoog.
Het klinkt wat hol en je moet
wennen aan de sfeer. De mu
ren zijn dik (2.10 meter) en
voor de ramen zit dubbel glas.
Je hoort weinig van buiten en
het is dus binnen stiller".
Meubelfabriek Hofstede wint innovatieprijs
Het woonbeeld van
weleer - een interieur
volgestouwd met een
karakterloze serie
massaprodukten - heeft
totaal afgedaan. Het
steriele witte interieur
eveneens. En waar het
nog wordt toegepast,
wordt er steeds meer
gestoeid met
romantische
kleuraccenten in de
stoffen, die in een
harmonieus geheel voor
de geraffineerde
finishing touch zorgen.
door
Sandra van Maanen
De Renkumse firma Hofstede
speelt daar op eigen wijze op
in. Jaren geleden al nam op
richter en directeur Wil Hof
stede daartoe het initiatief. In
oktober werd hij daarvoor in
Baarn beloond met de innova
tieprijs 1989 van het meubel
vakblad Mobilia. Als geen an
dere meubelontwerper en fa
brikant weet Hofstede eigen
tijdse modellering, presenta
tie, belijning en stofkeuze te
combineren tot een waardig
eindprodukt, dat zijn weg
naar de consument al sinds
1956 weet te vinden.
Voor collega-meubelfabri
kanten kwam de onderschei
ding voor het werk van Hof
stede zeker niet als een don
derslag bij heldere hemel. In
hun optiek belichaamt de
Renkumse fabrikant de
laatste jaren de trend in eigen
tijds wonen. Een trend die
staat voor een ontwikkeling
op woongebied, waarin de
consument steeds nadrukke
lijker kenbaar maakt hoe hij
zich naar strikt persoonlijke
smaak en levensstijl wil profi
leren. "En daar ligt voor een
belangrijk deel onze kracht",
zegt Wil Hofstede. "We heb
ben geleerd goed te luisteren
naar de mensen die in onze
toonzalen een indruk opdoen.
Opmerkingen als "die arm
leuning mag wel iets breder",
of "de kleuren zouden feller
moeten zijn", worden door
ons uiterst serieus genomen,
alhoewel het wel een kwestie
van horen, zien en zwijgen is.
Je kunt natuurlijk niet alles
meenemen in het volgende
ontwerp, maar de inbreng van
de consument is wel van le
vensbelang".
Massaproduktie
Toen Wil Hofstede in '56 een
eigen bedrijf begon in de gara
ge bij zijn ouderlijke woning,
was van een professionele on
derneming nog geen sprake.
Maar Hofstede beschikte,
zoals al snel duidelijk werd,
over voldoende capaciteiten
om een serieuze plek binnen
de Nederlandse meubelindus
trie te veroveren. Hij mikte
overigens niet op massapro
duktie. Hofstede koos voor
het hogere segment van de zit-
meubelmarkt: het duurzame
en kwaliteits-zitmeubel.
De woonconsument van
Een strakke schouw als rustpunt in een vrij druk interieur.
(foto GPD)
Door die dikke muren zijn
de stookkosten laag. "De mti-
ren houden de warmte vast en-,
in de zomer blijft het lekker
koel", aldus Gert Jan, die het
uniek vindt dat hij alles zelf
voor zijn woning kon beden
ken.
De toren telt inclusief de
spits vier verdiepingen. Drie
daarvan zijn in gebruik. De
slaapkamer is gigantisch
groot en telt acht hoeken. Een
deur geeft toegang tot de trans
met kantelen en op vier hoe
ken een toren. Gert Jan is re
gelmatig op de omloop te vin
den voor een inspectiewande
ling of om van het prachtige
uitzicht over de stad en de IJs-
sel te genieten.
Hij voelt zich ondanks zijn
hoge positie geen "kasteel
heer". "Ik ben me pas bewust
dat ik in een toren woon als
loeristen verrast uitroepen:
kijk eens wat een mooie toren
dat is. Dan denk ik, ja, dat is
inderdaad wel aardig", vindt
Altena, die af en toe de toren
spits beklimt om van zijn huis
te genieten".
Vluchttouw
Over een tuin beschikt Altena
niet. Als compensatie kijkt hij
vanuit zijn 7 meter hoog gele
gen huiskamer uit op een deel
van de stadsmuur met daar
naast een wilde tuin en pronkt
voor een ander raam een ma
jestueuze beuk.
Het wonen op niveau heeft
Altena voor een belangrijke
vraag gesteld, wat er moet ge
beuren als er onverhoopt
brand uitbreekt. Op de vloer
van de spits is wel een brand
werende plaat aangebracht,
die een uur vertragend werkt
bij blikseminslag. Vluchtwe
gen zijn er echter niet, omdat
de toren maar een toegang
heeft en er tralies voor de ra
men zitten. De enige moge
lijkheid om veilig naar buiten
te komen is via de trans.
Gert Jan heeft voor die
vluchtweg een dertig meter
lange touwkabel laten maken.
"Om de twee meter heb ik er
een knoop ingelegd en als het
hier brandt kan ik me via dat
touw langs de torenmuur la
ten zakken", zegt Altena, die
overigens geen ervaring heeft
op het gebied van alpinisme.
ken. Als u het zelf doet, over
leg dan wel met een deskundi
ge of het plan goed is. Niet al
leen uit technisch maar ook
uit esthetisch oogpunt. Het is
vaak moeilijk een idee of teke
ning te beoordelen op het uit
eindelijke resultaat. En als de
schouw eenmaal staat, breek
je hem niet zo gemakkelijk
weer af.
Een monumentaal bouw
werk trekt niet alleen alle aan
dacht in de kamer toch zich,
maar je raakt er daardoor ook
eerder op uitgekeken.
Kies daarom voor een ont
werp dat een aantal jaren mee
kan, ook als uw interieur-
smaak verandert en dat ge
beurt bij de meeste mensen.
Een schouw bestaat over het
algemeen uit vier onderdelen:
sokkel, plateau, stijlen en boe
zem. Onderbouw (de eerste
drie elementen) en boezem
kunnen als een geheel worden
uitgevoerd (gemetseld steen,
schuurwerk, pleisterwerk).
Wil men voor de boezem een
geheel ander materiaal, breng
dan tussen deze en de onder
bouw een duidelijke schei
ding aan in de vorm van een
balk, schoorsteenblad of ge
metselde rand. Tegenwoordig
zijn er ook allerlei prefab-
schouwen en schoorsteen
mantels te koop in verschil
lende stijlen en uitvoeringen,
waarvan u de onderdelen naar
eigen inzicht tot een fraai ge
heel kunt componeren. Kies
in elk geval een ontwerp dat
bij uw totale inrichting past.
Deze verstrekt (in een simpel
interieur mag de schouw wat
meer aandacht hebben) of
juist voor een rustpunt zorgt
(strakke lijnen bij een drukke
inrichting). Gebruik in een
kleine kamer geen donker
hout of forse balken. Lichte
tinten en simpele lijnend oen
de ruimte groter lijken.
Veel praktische informatie
hierover vindt u in de Welke gids
'Open Haarden'.
vandaag geeft veel geld uit
aan het interieur. Na een ster
ke daling van de bestedingen
op dit gebied in de eerste helft
van de jaren tachtig, is sinds
1985 de omzet in de woningin
richtingsbranche weer geste
gen. Tegelijkertijd is de con
sument modegevoeliger ge
worden. Opmerkelijk is dat
het marktbeeld niet meer
wordt bepaald door een mo
delijn (de meubelindustrie
liep altijd een jaar achter op
de mode), maar dat verschei
dene modelijnen naast elkaar
kunnen bestaan.
Hofstede: "De ervaring
heeft ons geleerd dat de tijd
rijp is voor combinaties. Uit
gesproken klassiek of zelfs
antiek kan ludiek worden ge
combineerd met modern en
tijdloos. Was onze collectie
vroeger vooral gericht op de
oudere consument, tegen
woordig weten ook jongeren
de weg naar ons produkt te
vinden".
Het is nog steeds Hofstede
zelf die de ontwerpen voor de
nieuwe collecties levert. Te
genwoordig wordt hij daarbij
gesteund door een free lance
ontwerper. Over zijn werkwij
ze is moeilijk in kort bestek
een uitleg te geven. Wel wil
Hofstede kwijt dat stoffen het
uitgangspunt vormen. "Een
paar draadjes kunnen me al
inspiratie geven. Wanneer
materiaal en dessin zijn be
paald, ga ik pas aan de vorm
werken".
Nek uitsteken
"Kwaliteit en stijl daargela
ten, ga ik ervan uit dat je je
nek moet durven uitsteken.
Lef hebben, daar gaat het om.
Nu heb ik natuurlijk makke
lijk praten. Ons bedrijf heeft
al naam, we hebben een flinke
orderportefeuille en kunnen
ons, al zitten we daar uiter
aard niet op te wachten, een
misser veroorloven. Maar zo
lang je neus h<ïbt voor trend
verschuivingen en bovendien
met iets unieks weet te ko
men, zal de belangstelling
voor je produkt blijven groei
en", zegt Wil Hofstede.
Nieuwe modellen van de
hand van Hofstede zijn vaak
geïnspireerd op produkten uit
de oude tijd. "Het is de kunst
het tijdloze een nieuw gezicht
te geven. Daarbij moet het ka
rakter worden behouden. De
stijl waarin alles wordt opge
trokken, moet uiterst secuur
worden gekozen, omdat onze
meubels vaak worden inge
past in bestaande interieurs.
Vrijwel niemand doet in een
klap alles de deur uit en be
gint opnieuw. Het is de kunst
om een bestaande situatie
nieuw cachet te geven. Daar
bij wordt er overigens vanuit
gegaan dat zitmeubelen zich
niet mogen opdringen. Sober,
maar vol raffinement probe
ren we zitcomfort en eigen
tijds design te combineren".
Succes komt nooit alleen,
daarover kan Hofstede inmid
dels meepraten. De succes
volle modellen waarmee hij
naam wist te maken, werden
en worden nog steeds nage
maakt. Hoewel de ontwerpen
beschermd zijn, waardoor
volledig plagiaat onmogelijk
is, zijn de stoffen, die vooral in
de Hofstede-collectie zo be
langrijk zijn, niet beschermd.
Toch zegt Hofstede niet veel
hinder te ondervinden van be
drijven die zijn creaties na
bootsen.
"Ik blijf erbij dat onze meu
bels altijd net even anders
zijn. Wat betreft onze materi
aalkeuze kan ik kort zijn: we
willen alleen het beste. Daar
door komen de produkten in
een prijscategorie terecht die
net onder de top ligt.
Ik
schaam me niet er voor uit te
komen dat we ons op de beter
betaalde cliënt richten. Vroe
ger waren het vooral ouderen,
nu rekenen we ook jeugdige
tweeverdieners tot onze klan
tenkring".
"En wie bij ons koopt, doet
dat bewust", gaat Hofstede
verder. "Ook ergonomische
kwaliteiten spelen daarbij een
belangrijke rol. Prijzen wor
den dan minder belangrijk.
De consument van vandaag
en zeker de woonenthousiast,
valt nu eenmaal op eigenzin
nige meubelen van een eigen
zinnige fabrikant".
Hoewel de Nederlandse
markt nog steeds voldoende
perspectief voor de toekomst
biedt, zal de Renkumse firma
zich binnen enkele jaren ook
op het buitenland richten.
Vooral Denemarken en Duits
land lijken veelbelovende af
zetgebieden.
Gert Jan Altena
(rechts) en
architect Géke de
Wilde in de
ruimte van de
Drogenaptoren.
De dikke muren
en getraliede
ramen met luiken
bepalen de sfeer.
Het open vuur oefent een gro-
te aantrekkingskracht uit op
liefhebbers van sfeervol wo
nen. Vooral het uiterlijk van
de openhaard is belangrijk.
De haard zelf is niet meer dan
een vuurvaste inbouwunit,
waarin het vuur gestookt kan
worden. Maar dat vuur krijgt
een extra dimensie door een
smaakvolle schouw.
Heel belangrijk is dat
schouw en stookplaats bij el
kaar passen. Dus bij voor
beeld geen monumentale om
bouw rond een kleine in
bouwunit. Waarom dan de
haard niet groter gekozen?
Soms is dat om bouw- en
stooktechnische redenen af te
raden.
Er bestaat een hechte drie
hoeksverhouding tussen de
grootte van de kamer, de
doorsnee en lengte van het
schoorsteenkanaal en de
grootte van de vuuropening.
Houdt men daar geen reke
ning mee, dan kunnen stook-
en trekproblemen ontstaan.
Een vuistregel is dat in een ka
mer met een vloeroppervlak
van 20 m2 een haard met een
opening van ongeveer 50 cm
de juiste keuze is, bij 35 m2 60
a 65 cm en bij grotere ruimten
kan men tot boven de 70 cm
gaan.
Een schouw kunt u zelf ont
werpen of door een speciale
haardenbouwer laten uitden-
de eeuwen heen vaak een be
langrijke plaats in huis in.
Vorstelijke personen en da
mes ontvingen hun gasten
dikwijls in bed. Het bed deed
dienst als huiskamer. Er is
dus niets nieuws onder de
zon. Want ook wij wonen
steeds meer in de slaapkamer,
die bij de inrichting allang
niet meer de sluitpost op de
begroting is, zoals in de jaren
'50. We willen niet alleen een
bed om in te slapen, maar ook
een comfortabele zit/liggele-
genheid om de krant of een
boek te lezen, in het weekein
de te ontbijten en naar de
nachtfilm te kijken.
Het slaapkamerameuble
ment is daarom helemaal te
rug van weggeweest. En we
hebben er in de huizen van
vandaag ook weer ruimte
voor. Je ziet in meubelshow
rooms alle mogelijke soorten
ameublementen. Zowel de
traditionele uitvoering met
bed, nachtkastjes, linnenkast
en toilettafel als allerlei aan-
bouwsystemen en complete
bedombouwen met veel berg
ruimte, lees- en sfeerverlich
ting, radio, tv en wat er tegen
woordig verder nog aan snuf
jes bedacht wordt.
Dat geldt ook voor het bed
zelf. Het is er bijvoorbeeld
met een massage-apparaat dat
de matras in trilling brengt en
een weldaad is voor vermoei
de ledematen. De bedbodem
kan, zowel aan hoofd- als voe
teneinde, in alle standen wor
den gezet. We kunnen kiezen
tussen een harde, zachte of
iets-daar-tussen-in-onder-
grond, een spiraal, lattenbo-
dem of springbox. Of wilt u
soms liever een waterbed.
Kan ook, maar dat is een ver
haal apart.
In de jaren '50 waren de slaap
kamers in de nieuwbouw over
het algemeen kleine hokjes
waar net een tweepersoons
bed in paste. De bedmaat was
in die jaren dan ook op dit
ruimtegebrek afgestemd. Een
tweepersoons-legerstede van
120 cm breed noemen we nu
terecht een twijfelaar,
maar was toen heel gebruike
lijk. We gingen op den duur
vooruit, naar 130 en 140 cm,
maar vandaag de dag willen
we de ruimte en is een twee
persoonsbed vaak 160 of 180
cm breed. Meestal twee bed
den met aparte matras, maar
wel als één op te maken.
Het bed heeft door de eeu
wen heen een hele ontwikke
ling doorgemaakt. In de pre
historie sliep de mens op die-
rehuiden of een bedje van
houtas. Later, zeker bij ons in
het westen, bedde men zich
op een bos stro, gewoon in een
hoek van het vertrek neerge
legd. Vervolgens stopte men
dat stro in een zak. En nog
weer later die zak in een ledi
kant, wat overigens heel lang
een voorrecht was van konin
gen en andere belangrijke fi
guren. Het gewone volk sliep
op de vloer. Groot voordeel
van een ledikant was dat je
geen last had van optrekkend
vocht en tocht en minder
gauw belaagd werd door on
gedierte.
Het ledikant werd steeds
mooier, met een hemel en gor
dijnen. Niet uit preutsheid
maar om in de winter lekker
warm te liggen. Het hemelbed
is weer terug van weggeweest.
Maar nu is de hemel niet meer
bedoeld om ons tegen kou te
beschermen. Hij past in onze
hang naar knusheid of naar,
zoals reclamemakers dat noe
men, cocooning.
Het slaapvertrek nam door
De hemel van dit eigentijdse bed dient zuiver als decoratie.
Hier zijn gewoon lappen stof - in het zelfde dessin als de sprei en
kussen - over het frame gedrapeerd. (foto gpd>