'Ik ben meer een schetser' 'Je moet het zelf waar maken' Seth Gaaikema en zijn oudejaarsshow Tegenvaller Niet verveeld Zorg gekozen Boste 1988 Doris Baaten: ZATERDAG 31 DECEMBER 1988 KUNST PAGINA 41 1988 was een jaar vol beweging, met als hoogtepunt het oranjeteam in Amsterdam. "Zwierend door de grachten, op een boot met hoempapa, Nederland herrees, op een enkele woonboot na." Die gebeurtenis is voor Seth Gaaikema de aanleiding voor een optimistische oudejaarsconference. De vijfde in zijn carrière en de derde bij Veronica. Aan de vooravond van zijn show, die zaterdag via Nederland 2 wordt uitgezonden van 22.30 tot 23.50 uur, praat de cabaretier over de functie van oudejaar, de gein van het creëren en de pendulebeweging in zijn karakter. HILVERSUM - "Oudejaarsavond is een volslagen unieke avond. Ab soluut anders dan welke avond dan ook. Kyk, tegenover kerstmis zijn de mensen heel dubbelzinnig. De een vindt het heerlijk en de ander vindt het verschrikkelijk. Bij oude jaar is het zo dat iedereen het heer lijk en verschrikkelijk tegelijk vindt. Het is een avond van gezel ligheid, maar ook een avond van bezinning. En je moet op een gege ven moment door dat punt van twaalf uur heen. Ik denk dat dat verbindt, en ik vind dat ik die emo tie voorop moet stellen als ik in de huiskamer verschijn". "Het gaat op oudejaarsavond niet om mij. De mensen moeten niet naar een one-man-show van Seth Gaaikema kijken. Ze moeten kijken naar de afspiegeling van wat hen zelf in dat jaar is overkomen. Dat is iets heel anders. Ik ben nu net in Carré geweest, en dan speel je tegen 1500 mensen op. Een heel extrovert gevoel, echt theater. Dan komen de^ mensen dus voor Seth Gaaikema. En dan willen ze ook weten wat voor man het is en al die dingen. Ze komen voor zijn humor, want degenen die het niet leuk vin den zitten gewoon niet in de zaal". "Met oudejaar is het helemaal andersom. Dan speel je voor vier, vijf of zes mensen, want dat is de gemiddelde kamer. Dus de toon moet veel intiemer zijn. En er zitten heel veel mensen bij die normaal niet naar mij toe zouden gaan in het theater. Die willen ook niet naar Harvie Swartz Urban Earth 'It's About Time' <1988. GAIA cd: 13-9011-2, lp: -1). Een forse tegenvaller. Na een drietal redelijk tot goede platen heeft bassist Harvie Swartz ge meend aan het grote geld te moe ten ruiken en kleurloze fusion- produktie afgeleverd. Misschien is dit de reden van zijn overstap van het Gramavision-label naar het daaraan gelieerde, nieuwe GAIA. Wat zijn beweegredenen ook geweest mogen zijn, het eni ge, behalve de goede opna mekwaliteit wat tot de verbeel ding van de muziekliefhebbers spreekt, is het vlekkeloze en bij tijd en wijle interessante solo- werk van de leider en gitarist Jay Azzolina, die een heel aardige at taque heeft. Voor het overige is het fanata- sieloos behang. Misschien past het bij uw interieur of heeft het zijn waarde bij het demonstreren van de geluidsinstallatie. De an deren kunnen net zo goed radio 3 opzetten. Itchy Fingers: Taranga' (Juli 1988. Venture cd: CDVE-28, lp: VE-28). Na het opvallende debuut 'Quark' van vorig jaar, een twee de geslaagde plaat van dit Engel se kwartet. Itchy Fingers bestaat uit John Graham, Mike Mower, Martin Speake en Howard Tur ner op diverse rietinstrumenten, die menig Amerikaans saxofoon kwartet het vuur na aan de sche nen kunnen leggen. Mower en Graham zijn de belangrijkste ex ponenten van de groep op com positorisch gebied, en hun werk is van hoge kwaliteit. De composities zijn zeer inven tief en bestrijken een breed scala aan stijlen: van neo-klassiek tot speelse function, terwijl de solo- improvisaties een duidelijke functionele eenheid vormen met hetgeen is geschreven. Als saxo foonkwartet speelt Itchy Fingers een beetje vals, aangezien het viertal voor de meeste stukken extra begeleiding heeft aange trokken, waaronder de bekende Braziliaanse percussionist Airto Moreira. Ten opzichte van andere saxo- foongroepen heeft Itchy Fingers het grote voordeel dat ze kunnen relativeren en gevoel voor humor hebben, terwijl de luisteraar niet verveeld wordt door lang solo- werk dat gebrek aan arrange menten moet maskeren. Van de twaalf nummers valt alleen 'Fa rewell Forest' tegen, omdat daar in de structuur het slachtoffer wordt van een geforceerde en dus onlogische afwisseling. Cd- kopers moeten er even 'op letten dat de eerste twee stukken als een band worden herkend door de cd-speler. De opnamekwaliteit is zeer goed. Bernard Berkhouts Swingma- tes: 'Fascinating Rhythm' (1988. Polydor lp: 837612, cd: 2) Iedereen in Leiden die ook maar enigszins de plaatselijke jazz-activiteiten volgt, kent wel de nog tamelijk jonge klarinettist Bernard Berkhout, die trouwens ook bekendheid geniet dankzij onder meer Pim Jacobs tv-pro- motie. Samen met een ander veelbesproken jonge instrumen talist, vibrafonist Frits Landes- V door Robert Grijsen mij kijken, die willen hun eigen emoties tegenkomen en ook ergens schoon schip maken voor het vol gend jaar. Dat is, denk ik, de func tie van zo'n conference. De functie om op oudejaarsavond nog even de zaak door te nemen." "Pe show heet 'Zo kan het ook', en die titel is direct opgehangen aan een gevoel wat ik dit jaar kreeg. Ik ben geen voetbalfan, totaal niet, maar natuurlijk heb ik in de zomer een aantal wedstrijden gezien. Na tuurlijk heb ik die wedstrijd in Hamburg gezien, met op het laatste moment dat doelpunt van Van Basten. Geweldig. En toen kwam die grote intocht van het oranje team. Heel Amsterdam stond op z'n kop. En het wonderlijke van dat IA "7^1 Bijdragen: ÜMCLI Kenn Vos bergen vormt hij de frontlijn van de Swingmates, die zich toeleg gen op het lichtere, maar eerlijk gespeelde swingwerk. Lichtheid is ook het motto van deze goed opgenomen plaat, waarschijnlijk gericht op een breed publiek. Voordat de lp opgezet wordt, yalt direct op hoeveel muziek er op staat: bijna een uur! Het is te merken dat Berkhout c.s. lang gewacht hebben met het uitbren gen van een plaat, want goed in gespeeld klinken ze zeker, ter wijl het repertoire met veel zorg is gekozen. Naast enkele ver plichte kost, zoals het titelnum mer, horen we ook composities die je niet meteen zou verwach ten in een swinggroep die zich oorspronkelijk gemodelleerd heeft naar de kleine Goodman- Hampton formatie. Deze variatie wordt ten dele te niet gedaan door de om, naar ik vermoed, commerciële redenen opzettelijk ingehouden dyna miek. Ook soleren Berkhout en vooral Landesbergen een stuk voorzichtiger dan tijdens live-op tredens. Aan swing-capaciteiten ontbreekt het in elk geval niet, en de rest van het kwintet, Jeroen Koning (gitaar), Frans Bouw meester (bas) en Bob Dekker (drums), past qua timing uitste kend in het concept. Technisch zit de muziek voortreffelijk in el kaar, al zou de jazzfanaat op het gebied van de arrangementen iets meer avontuur willen. Een album dat zijn doel ruimschoots bereikt. Conjure: 'Cab Calloway Stands in For The Moon' (September oktober 1987, januari - maart 1988. American Clavé AMCL- 1015, cd lp) Meer dan twee jaar geleden kwam op het zelfde label, ook ge produceerd door percussionist Kip Hanrahan, een album uit met de titel 'Conjure: Music for the texts of Ishmael Reed'. Die plaat bevatte op basis van dich ter Reeds werk uitstekende en aanstekelijke hedendaagse jazz met sterke latin- en funk-invloe- den. Op elk van de nummers was een andere combinatie van be kende musici te horen. Bij deze uitgave is Coqjure een groep ge worden, waaraan telkens vele gasten toegevoegd worden, ter wijl Hanrahan zelf niet mee- speeld. Ook nu spelen de teksten van Reed een hoofdrol maar de muzi kale accenten zijn verlegd in de richting van de rhythm blues. De kern van Conjure wordt nu gevormd door Allen Toussaint (piano), Steve Swallow (basgi taar), Don Pullen (orgel) een Da vid Murray (tenorsax en stem). Een van de vocalisten is Bobby Womack. Net als het vorige Conjure con cept is het album een fraaie en muzikale grenzen overschrijden de productie geworden, waarbij voor alle liefhebbers van elke vorm van zwarte Amerikaanse muziek iets te beleven is. De mu zikale spil van 'Cab Calloway' is New Orleans, zowel de jazz-vari ant als de Meters/Professor Longhair-versie daarvan. De grootste verrassing is het onge looflijk puntige orgelspel van Don Pullen, die bewijst dat dit intrument tussen alle keyboards wel degelijk een functie te ver vullen heeft. De enorme variatie tussen de arrangementen en de stilistische verwijzingen maakt het onmo- genüjk om in een kort tijdsbe stek deze muziek te kwalificeren. Het is eenvoudigweg een van de beste platen van 1988. Rest mij nog te zeggen dat de geluidskwa liteit uitstekend is. feest was: het was niet hysterisch. Het was Nederland op z'n best. Een weldadig gevoel van positiviteit onderging ik toen". "Het hoogtepunt vond ik de hul diging op het Museumplein. De mensen werden bijna tegen de dranghekken gedrukt, en toen zei Ruud Gullit: een stapje achteruit. En toen gingen ze. Nou, dat gevoel. Toen dacht ik: zo kan het ook. We zitten wel te zeuren dat het alle maal zo moeilijk is en we zijn zo be zig met doemdenken, maar als we even willen kan het ook anders. Dat is het uitgangspunt van deze oudejaarsconference". Kabinet "De heren van Den Haag komen uitgebreid in het programma voor. Maar ik moet helaas zeggen: deze regering mist ten enenmale het vermogen om het Nederlandse volk te bezielen. De mensen zijn niet in ze geïnteresseerd. De kwes tie van de KEP interesseert eigen lijk niemand. Het is bijna amuse ment. De Nederlandse politiek heeft zichzelf verlaagd tot cabaret. De mensen interesseren zich voor het milieu, voor de perestrojka, voor Amerika. Dat zijn gevoelens die heel sterk leven. Maar wat er in Den Haag gebeurt? Vraag maar eens aan een zaal hoeveel namen van ministers ze weten. Drie, vier en dan houdt het op. Dus ik kan niet meer de hele avond over het kabinet praten". "Wim Kan deed dat wel, ja. Maar toen leefde het nog in de mensen. En dat andere was er nog niet. De Russen, dat was een vaag volk in de verte, en de Amerikanen waren ook ver weg. Je had alleen Neder land. In deze tijd zou Wim Kan zich moeten richten op de internationa le politiek. Het is nu allemaal an ders". "Daarbij komt nog een punt wat Doris Baaten'Ik wil voorkomen kan kijken. zeer wonderlijk is: een groot onder scheid tussen de conferences van Kan vroeger en zoals ik het nu doe. Wim Kan had lach, lach, lach, dan remde hij de conference af en dan gleed hij heel behoedzaam in een ernstig liedje. Dat moest vroeger, want de mensen waren niet zo snel van de ene op de andere gedachte te krijgen. Nu kunnen de mensen razendsnel switchen. Dat zul je zien in deze conference. Ze brullen van het lachen en binnen een se conde is het doodstil. Dus die ernst en die lach zitten nu zonder over gang op elkaar. Daar ben ik zelf verbaasd over". "Iemand heeft eens gezegd dat in mij een soort pendulebeweging zit. Als ik met de lach bezig ben, ben ik op weg naar de ernst, en als ik met de ernst bezig ben, ben ik weer op weg naar de lach. Dat zit heel sterk in mijn karakter. Ik geloof ook dat je mij alleen maar kan beoordelen als ik een paar keer die pendule heb gehad van lach en emotie. Maar nooit de lach alleen en nooit de emotie alleen, want dan heb je me niet volledig." Journalistieker "Zo'n oudejaarsconference vind ik fantastisch om te doen. Het is na tuurlijk een eer en het is ook een druk, maar die twee dingen voel ik dus niet. Ik vind het voornamelijk leuk. Het gaat om de lol in het ma ken van iets, dat gevoel wind mij op. Applaus kap ik ook altijd af op het eind, moet je maar opletten. Twee keer halen en dan is het ge noeg. Voor mij is het de gein van het creëren. Zo simpel is dat". "Ik vind het niet leuk om zuiver te reproduceren. Je hebt artiesten die elke dag hetzelfde doen op het toneel. Zo ben ik dus niet. Ik ben iemand die iets nieuws moet ma ken. Nu ook met deze show, op het laatste moment gooi ik er nog wat anders in. Om de spanning erin te houden. Ik schrijf ook om het half jaar een nieuw programma, want na een tijdje verveelt bet me. En dat schrijven gaat steeds sneller. Wat dat betreft word ik journalis tieker. Ik kan sneller een item in woorden omzetten, dus ik kan ook sneller van onderwerp wisselen". "Als cabaretier ben ik opgevoed in de stijl van de grote drie. Dat wa ren mensen die hun programma's boetseerden en wel 600 voorstellin gen deden. Dus je denkt in het be gin: zo hoort het, dat zal ik ook ik later alleen maar verbitterd om (foto GPD) maar doen. En dat is een beetje mqn probleem geweest, waardoor ik vaak kritiek kreeg. Ja, er is iets met die Gaaikema, zeiden ze. En dat kwam dan omdat ik in dat veel te zware gedoe zat van die 600 voor stellingen. Het past niet bij mij om twee jaar hetzelfde te doen, het AMSTERDAM - "Ik ben in eerste instantie cabaretière en 'Entree' presenteer ik alleen omdat ik het 'leuk vind. Mijn theaterwerk eist in tegriteit en daarom wil ik er geen flauwekul omheen. Geen panel- tjes, geen kwisjes. Ik denk dat de interesse van het theaterpubliek zou wegebben als ik voortdurend in allerlei frivole programma's te zien zou zijn. Ik zou mezelf erdoor ondermijnen. Als je in het theater staat moet je een soort magie om je heen weten te creëren. Wat ik nu op televisie doe kan nog net". Doris Baaten is duidelijk niet van plan om, koste wat het kost, de zoveelste vaderlandse tv-beroemd- heid te worden. In tegenstelling tot heel wat van haar collega's gaat ze er niet van uit dat de theaterzalen automatisch vollopen als je maar vaak genoeg in tal van amuse mentsprogramma's opdraaft. "Als presentatrice van 'Entree' wil ik ook mezelf kunnen zijn. Ik zal niet ineens uit m'n dak gaan, ra re dingen doen of zeggen. Ik pro beer de mensen die in het program ma zitten op een rustige, respect volle manier tot hun recht te laten komen. Er is geen wereld van ver schil tussen Doris Baaten op tv en Doris Baaten op het toneel". - Je komt in 'Entree' wel erg braaf over. "Achteraf denk ik ook wel eens: daar had ik best wat steviger op in kunnen gaan. Dat moet ik nog le ren. Tussen bot en onvriendelijk zijn en wat ik doe liggen nog veel mogelijkheden. Ik zou misschien wat meer risico's moeten nemen, maar ik voel ook vaak een soort compassie met de mensen die in het programma zitten en heel ner veus zijn. Ik wil ze op hun gemak stellen. Het is in ieder geval niet zo dat ik me voorzichtig opstel omdat ik denk: dit is een NCRV-program- ma. 'Entree' gaat over kunst en druist tegen mijn karakter in. En dan is het ook niet goed". "Ik ben heel anders dan de grote drie, qua mens en qua instelling. Ik ben meer een schetser. Ik moet eer lijk zeggen: je ziet wel eens schet sen van Rembrandt en vaak vind ik door René T'Sas daar mag, hoe dan ook, geen cen suur aan te pas komen". Doris Baaten beaamt dat 'En tree', door het aantal items dat in vijftig minuten behandeld moet worden, wel eens diepgang ont beert. "Maar aan de andere kant vind ik die afwisseling juist aardig. We willen kwaliteit brengen maar het programma is ook bedoeld als amusement. Dat is geen vies woord, televisie is eigenlijk altijd amusement. Als je echt diep wilt boren moetje specials maken rond een of twee personen, maar zoals het nu gaat bevalt het me wel". Zingen "Ik heb altijd graag gezongen. Toen ik op de middelbare school hoorde dat er zoiets als de Klein kunstacademie bestond dacht ik: ik moet en zal er heen. Dat heeft thuis nooit weerstand opgeroepen, nee. Myn ouders houden van mu ziek, zang, en hebben me altijd erg gestimuleerd. Misschien hadden ze het leuker gevonden als ik klassiek was gaan zingen, maar dat hebben ze nooit zo uitgesproken". - Je hebt, gezien je liefde voor het tekenen, nooit overwogen die rich ting uit te gaan? "Dat heb ik wel overwogen, ja. Ik was vroeger altijd ontzettend ner veus als ik moest zingen. Ik durfde mijn stem niet echt te laten horen, dacht: het lukt me niet. Maar om dat ik van alle kanten gestimuleerd werd heb ik toch doorgezet en is het tekenen geleidelijk aan op de achtergrond geraakt. Nu heb ik geen enkele ambitie meer in die richting". Op de Kleinkunstacademie die schetsen mooier dan zijn schil derijen. Omdat het nog niet af is. Omdat er nog een belofte in zit, zo van: stel je voor als.... Ik denk dat dat een beetje mijn stijl is. Dat heb ik pas de laatste jaren ontdekt. En dat is een soort bevrijding". hoorde Doris Baaten al gauw tot de uitverkoren talenten. "Ik werd de hemel in geprezen, dacht: ik kan het wel. Maar toen ik met mijn eer ste programma optrad kwam ik er achter dat niemand op me zat te wachten. Ik was nogal overmoedig en werd door de pers genadeloos afgeslacht. Keihard, maar wel heil zaam. Ik heb geleerd datje een be paalde mentaliteit nodig hebt als je wat wilt bereiken. Je moet het zelf waar maken". En even later: "De twyfels die ik nu voel zitten puur in mezelf, die laat ik me niet meer door de pers aanpraten. Over slech te recensies heb ik trouwens niet meer te klagen, m'n vorige pro gramma is prima ontvangen, maar het duurt een hele tijd eer je er ach ter komt wat je kan en wat je maar het beste kunt laten". Mentaliteit "Het openingsnummer van het nieuwe programma heet 'Achteraf en gaat over het gevoel dat je vaak pas achteraf weet wat je had moe ten doen of zeggen. Die gevoelens kent iedereen, maar ze worden ge vaarlijk als ze je gaan overheersen. Ik heb altijd veel bewondering ge had voor mensen die veel hebben meegemaakt maar die toch steeds weer de kracht hebben gevonden om door te gaan. In mijn vorige programma keek ik, bijna letter lijk, om naar mijn jeugd. Het was niet puur autobiografisch maar had toch veel te maken met mijn af komst, mijn achtergronden. En na afloop had ik het gevoel: zoiets breng je één keer en daarna niet - Het had een bijna therapeuti sche werking? "Nee hoor. In het nieuwe pro gramma wil ik alleen een bepaalde mentaliteit uitdragen. Ik wil voor komen dat ik ooit in een situatie be land waarin ik alleen nog maar, vol verbittering, om kan kijken naar al les wat eigenlijk anders had horen te zijn. Ik wil alleen die dingen doen die ik graag doe, het toneel gebruiken om datgene te vertellen dat ik belangrijk vind". - En eindigen in een uitverkocht Carré waar je iedereen in je ban hebt met een sober maar sterk lied jesprogramma? "Dat is misschien een droom ja- ...maar ik ben al tevreden als de mensen voor het programma dat ik nu breng naar de theaters komen, als er een publiek is voor de voor stelling die ik, zonder de trucen doos van het makkelijke succes te hanteren, breng. Als dat lukt, dan hoeft Carré niet, als je gewoon kunt doen wat je graag doet, dan ben je succesvol". Na een aantal try-out voorstellingen trekt Doris Baaten (32) in januari met haar nieuwe theaterprogramma 'Madeion Blom kijkt niet meer om' het land in. De officiële première vindt plaats op 2 februari in Klein Bellevue (Amsterdam). Op het podium wordt ze, muzikaal, bijgestaan door de pianist Egmont Swaan en de cellist Eduard Van Regteren Altena. De teksten van het programma werden geschreven door o.a. Ivo de Wijs en Peter Römer. In het door haar gepresenteerde NCRV-programma 'Entree' zingt Doris Baaten dinsdag een nummer uit 'Madeion Blom...' en praat ze met Georgette Hagendoorn en regisseur Bram van Erkel over de nieuwe NCRV-serie 'Rust Roest'. In 'Entree' ook aandacht voor de toegankelijkheid van musea voor gehandicapten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1988 | | pagina 41