'Zijn we zo'n ongezond land?'
Castro ideologische kluizenaar binnen communistische wereld
Zorgen Lou de Graaf over hoge arbeidsongeschiktheid
'Wat hebben veel bejaarde mensen frisse opvattingen
PAGINA 2
DONDERDAG 29 DECEMBER 1988
Afgaande op de cijfers hebben de her
vormingen in het steisel van sociaie
zekerheid weinig opgelevert. De
werkloosheid neemt nauwelijks af en
de, terwijl het aantal zieken en ar
beidsongeschikten blijft groeien.
Zorgelijke gegevens voor oud-vak-
bondsman Lou de Graaf (sociale za
ken), die de stelselherziening per
soonlijk door het parlement loodste.
Minister Ruding (financiën) heeft al
openlijk kritiek geuit op het gegeven
dat de arbeidsongeschiktheid niet te
rugloopt, hoewel dat toch de bedoe
ling was toen twee jaar geleden werd
besloten de toelatingsnormen tot de
wao te verscherpen. In 1987, zo
schreef Ruding in de laatste Mil
joenennota, waren er 789.000 arbeids
ongeschikten; bijna 18.000 meer dan
in 1986. Een toename dus met 2,3 pro
cent, inplaats van een vermindering.
Ruding rekent ook voor dat de totale
uitgave aan uitkeringen voor arbeids
ongeschiktheid in 1987 5,4 procent van
het nationaal inkomen bedroeg. "Dat
is aanmerkelijk meer dan gemiddeld
in andere Europese landen kan wor
den waargenomen", klaagt de minis
ter van financiën, die al heeft ge
dreigd met nieuwe bezuinigings
maatregelen als dat zo blijft.
Voor De Graaf was dat alles reden
om een brandbrief te sturen naar vak
bonden en werkgevers. Als er niets
gebeurt, houdt hij de sociale partners
voor, zullen er binnen afzienbare tijd
een miljoen Nederlanders arbeidson
geschikt langs de kant staan. Hij
vraagt om een "indringende discussie
waarbij fundamentele wijzigingen
niet bij voorbaat uitgesloten moeten
zijn". Tijd voor wat nadere uitleg van
de staatssecretaris zelve.
DEN HAAG - "Zijn we werkelijk
zo'n ongezond land?" vraagt Lou
de Graaf, architect van de herzie
ning van het sociale-zekerheids-
stelsel, zich af. "In vergelijking met
landen om ons heen geeft Neder
land extreem veel meer uit aan uit
keringen voor zieken en arbeidson
geschikten. Als wij die ontwikke-
door
Frans Nypels
en Kees Tamboer
ling niet weten te stoppen, staan er
over een paar jaar een miljoen men
sen arbeidsongeschikt langs de
kant. Dat kunnen we als beschaafd
land toch niet toestaan?"
Bevlogen praat hij over de
brandbrief, die hij eind september
naar de werknemers- en werkge-
versorganistaties stuurde. In die
brief zet de staatssecretaris de ont
wikkeling van de arbeidsonge
schiktheid wat zwaar aan. Zo
zwaar zelfs dat de conclusie voor
de hand ligt dat het kabinet verle
gen zit om een alibi voor een nieu
we aanval op de wao.
De uitkeringen moeten zeker
weer omlaag? De Graaf wijst ons
terecht. "Dat is beslist niet het ge
val", bezweert hij. "Als dat zo bij
jullie is overgekomen, kan ik jullie
verzekeren dat dit niet de bedoe
ling is geweest van mijn brief'.
Onaanvaardbaar
De Graaf legt uit: "Dit kabinet
vindt 700.000 werklozen onaan
vaardbaar veel. Bestrijding van de
werkloosheid is om die reden een
hoofdpunt van het kabinetsbeleid.
Dan vind ik datje op z'n minst even
hard aan de gang moet om het nog
groter wordende leger arbeidson
geschikten te reduceren".
In zijn brief somt de staatssecre
taris een aantal maatregelen op,
waarmee de toename van het aan
tal arbeidsongeschikten zou kun
nen worden afgeremd. Behalve dat
werkgevers in de loop van 1989
worden verplicht een vast percen
tage arbeidsongeschikten in dienst
te houden of te nemen, oppert De
Graaf de mogelijkheid de laagste
uitkeringsklasse van de wao te
schrappen. Voorts vindt hij dat be
drijven, die naar verhouding veel
werknemers naar de wao verwij
zen, met een hogere premie per
werknemer moeten worden belast
dan bedrijven die proberen werk
nemers met een handicap zo lang
mogelijk vast te houden.
Schrik allerwegen over deze har
de brief. Maar, zegt De Graaf: "Het
is niet zo dat het kabinet zegt: dit
en dat moet zo gebeuren. Die brief
is een voorzet om de discussie tus
sen het kabinet en de sociale part
ners los te maken. We moeten de
koppen toch bij elkaar steken, om
aan de groei van het aantal arbeids
ongeschikten een halt toe te roe
pen! Ik betreur het dan ook zeer dat
dit onderwerp bij het najaarsover
leg pas in het laatste kwartiertje
aan de orde is gekomen. Wij zijn
van plan die discussie alsnog aan te
gaan".
Baaltjes meel
Er ligt de staatssecretaris nog iets
heel zwaar op de maag. Wij hebben
de door hem geopperde premiedif
ferentiatie "onbeschaafd" ge
noemd, omdat de solidariteit tus
sen werknemers onderling wordt
doorgesneden. De bouwvakker,
die zwaar en soms riskant werk
doet, zou dan meer moeten betalen
aan wao-premie dan de administra
teur bij de bank om de hoek.
De Graaf negeert dit voorbeeld
en redeneert vanuit een andere in
valshoek. Moet een werkgever, bij
voorbeeld in de bouw, die veel in
vesteert in verbeteringen van de ar
beidsomstandigheden van zijn
werknemers en die daardoor het
ziekteverzuim in zijn bedrijf be
hoorlijk weet te drukken, meebeta
len voor een werkgever die dat een
zorg is en die zijn werknemers als
baaltjes meel, na bewezen dien
sten, naar de wao loodst?
De Graaf vindt van niet. De
werkgever die verbeteringen na
streeft, wil hij belonen met een kor
ting op de premie, de onachtzame
wil hij straffen met een premiever
hoging. Volgens hem hoeven werk
nemers daar in hun portemonnee
niets van te merken. De laatste
baas, die de hogere lasten in zijn
prijzen moet doorberekenen, prijst
zich uit de markt. De Graaf kan
daar niets onbeschaafds in zien.
Voorts vindt De Graaf een dis
cussie over de vraag of onder
scheid gemaakt mag worden tus
sen verschillende oorzaken van ar
beidsongeschiktheid, ook niet uit
den boze. Hij vindt bijvoorbeeld
dat het bespreekbaar moet zijn dat
sportmensen zich extra verzekeren
tegen het risico van arbeidsonge
schiktheid. Dat wordt wel een
moeilijke discussie. Er zijn immers
meer "sociale risico's" waartegen
mensen zichzelf zouden kunnen
verzekeren. Autorijden bijvoor
beeld. Wintersport. Roken. Alco
holgebruik.
Quotering
"Ik heb er geen definitief oordeel
over", aldus De Graaf, "maar ik
vind dat we ons serieus in dit
vraagstuk moeten verdiepen. En ik
wil ook wel eens weten hoe dat in
het buitenland, allemaal geregeld
Tot slot wil De Graaf een misver
stand uit de wereld helpen. In het
blad 'De Onderneming' van de
werkgeversorganisatie VNO wordt
de suggestie gewekt dat De Graaf
aarzelt de werkgevers volgend jaar
te verplichten een vast percentage
arbeidsongeschikten in dienst te
nemen of te houden.
"Geen sprake van", zegt De
Graaf. "Maar ook hier is een nuan
cering op zijn plaats. Bedrijven die
kunnen aantonen dat zij de laatste
jaren allerlei initiatieven hebben
ontwikkeld om mensen met een
handicap vast te houden, zullen
niet met een verplichte quotering
te maken krijgen. Ook bedrijven
die het tijdelijk erg moeilijk heb
ben en dientengevolge moeten af
slanken, kun je niet voorschrijven
arbeidsongeschikten in dienst te
nemen. Bedrijven die er daarente
gen aantoonbaar met de pet naar
gooien, zullen de quotering kei
hard voor hun kiezen krijgen".
HAVANA - Op 31 december 1958
nam de Cubaanse dictator Batista
onder druk van het door Fidel Cas
tro geleide, wijdverbreide verzet
tegen zijn bewind de wijk, en daar
mee was de Cubaanse revolutie
een feit. Nu, bijna 30 jaar later, kan
Castro's greep naar de macht in ze
kere zin een succes worden ge
noemd, aangezien Cuba minder ab
solute armoede kent dan enig an
der land in Latijns-Amerika. Cas-
door
George Gedda/AP
tro dreigt evenwel binnen de we
reld van het communisme een
ideologische kluizenaar te worden
die volledig opgaat in een eenzame
strijd ter verdediging van de zui
verheid van de socialistische leer,
terwijl zijn geloofsgenoten al lang
met kapitalistische hervormingen
experimenteren en op het politieke
vlak bereid lijken tot concessies.
De president onderstreepte in re
cente redevoeringen zijn verzet te
gen iedere afwijking van de socia
listische leer in kapitalistische
richting. Hij houdt onveranderd
vast aan de principes die hem in
spireerden toen bijna drie decen
nia geleden zijn 'Beweging van 26
juli' de overwinning boekte in de
strijd tegen Batista.
Enkele waarnemers voorzien
zelfs de mogelijkheid van de eerste
ernstige breuk in de betrekkingen
tussen Cuba en de Sovjetunie
sinds beide landen in 1968 elkaar
omarmden. De huidige Sovjet-lei
ders zijn kennelijk weinig ingeno
men met wat zij beschouwen als
misbruik van economische hulp.
De steun die Moskou de afgelopen
jaren aan Cuba gaf, bedroeg jaar
lijks ongeveer vijf miljard dollar.
Het Sovjet-partijblad Pravda
maakte echter 'recent gewag van
„ernstige onvolkomenheden" in de
uitvoering van industriële projec
ten in Cuba.
Castro heeft zich herhaaldelijk in
uiterst negatieve termen over re
cente Sovjet-hervormingen uitge
laten. Cuba is de rol toebedeeld „te
waken over de ideologische zuiver
heid van de revolutie", aldus Cas
tro. „Daarom kunnen wij geen me
thoden gebruiken die aan kapita
lisme doen denken."
In 1986, in dezelfde periode dat
Sovjet-leider Gorbatsjov de eerste
maatregelen van zijn hervormin
gen in kapitalistische richting in
troduceerde, maakte Castro een
einde aan een zes jaar oud experi
ment waarbij het boeren was toe
gestaan hun produkten op de
markt te brengen. Castro verdedig
de de maatregel met het argument
dat er zich een kapitalistische men
taliteit dreigde te manifesteren en
dat de eerste tekenen waren gesig
naleerd van de opkomst van een
nieuwe klassenmaatschappij.
Argusogen
Volgens de meeste deskundigen is
Cuba voor Moskou te waardevol
om zomaar los te laten vanwege en
kele meningsverschilen op het eco
nomische vlak. Cuba vervult een
belangrijke voorbeeld-functie,
aangezien Castro en zijn revolutie
onder de volkeren van Latijns- en
Midden-Amerika grote populari
teit genieten.
Cuba voorziet Moskou daarnaast
van unieke faciliteiten ten behoeve
van het Sovjet-inlichtingenwerk.
De activiteiten van de Amerikaan
se strijdkrachten, met name ook
het benutten van de ruimtevaart
voor militaire doeleinden, worden
vanuit Cuba met argusogen ge
volgd. Volgens Amerikaanse func
tionarissen heeft Cuba ten minste
één basis waar zeker 2.100 Soyjet-
technici zich bezighouden met het
onderscheppen van berichten.
Ondanks het feit dat de Sovjet-
Cubaanse betrekkingen kennelijk
tegen een stootje kunnen, dreigt
Cuba door Castro's principiële
houding in de marge te geraken
van de marxistische realiteit. Ter
wijl in veel communistische lan
den naarstig wordt gezocht naar
mogelijkheden om de produktivi-
teit van werknemers te verhogen
door de introductie van methoden
die gebaseerd zijn op de principes
van vraag en aanbod en beloning
naar prestatie, betekent Castro's
houding dat de Cubanen zich al
leen mogen laten inspireren door
liefde voor het vaderland en de re
volutie.
Ondertussen is er in Cuba al twee
jaar sprake van een stagnerende
economie en wordt de oplossing
daarvoor nog steeds gezocht in de
motivatie van het individu, en niet
in een tekortschieten van het sys
teem.
Een van de problemen is wel
licht Castro's persoonlijkheid. De
Cubaanse leider heeft zijn gehele
leven moeten strijden tegen opper
machtige tegenstanders en is niet
iemand die zich gemakkelijk neer
legt bij wat de publieke opinie of de
realiteit lijkt te eisen.
De Cubaanse leider erkent even
wel dat er geen enkele uitdaging
zwaarder is geweest dan het op een
hoger peil brengen van de levens
standaard van de gemiddelde Cu
baan. Voedsel en kleding worden
nog altijd strikt gerantsoeneerd. Er
is voortdurend sprake van grote
woningnood. De Cubaanse bevol
king is geheel afhankelijk van een
openbaar vervoer dat op vele pun
ten tekortschiet. De bussen rijden
niet vaak genoeg en zijn altijd over-,
vol. De dienstverlening in over
heidsinstellingen laat veel te wen
sen over.
Voor de gemiddelde Cubaan lijkt
het maatschappelijk leven, zeker in
vergelijking met de Westerse in
dustrielanden, weinig te bieden te
hebben. Veel werknemers klagen
over eentonig werk. Jongeren ei
sen meer faciliteiten op recreatief
gebied. Tegelijkertijd geldt even
wel dat er weinig Cubanen zijn die
buiten de maatschappij vallen en
voor praktisch iedereen geldt dat
wordt voorzien in fundamentele le
vensbehoeften.
Het Cuba van Castro is er echter
nimmer in geslaagd een einde te
maken aan de plaag van arbeids
verzuim. Absenteïsme en diefstal
van overheidsgoederen blijven het
regime hoofdpijn bezorgen. Op een
bandje dat in het geheim Cuba
werd uitgesmokkeld, zegt de Cu
baanse minister van defensie Raul
Castro, dat „een miljoen politie
functionarissen" geen einde aan
deze problemen zou kunnen ma
ken.
De steun die Castro in zijn revo
lutionaire vuur verstrekte aan de
regering in Nicaragua en guerrilla
strijders elders, leidde tot aanva
ringen met verschillende Ameri
kaanse regeringen. Er zijn maar
weinig landen op de wereld die
meer dan Cuba van hun nationale
begroting aan defensie besteden.
Volgens Amerikaanse cijfers bezit
Cuba 950 tanks en kan het militaire
kader in omvang worden vergele
ken met dat van Brazilië, een land
met een dertien keer grotere bevol
king dan die van Cuba.
Inspiratie
Vergeleken met andere communis
tische landen boert Cuba econo
misch niet slecht. Verscheidene so
cialistische landen waar net als Cu
ba het marxisme een vrij korte ge
schiedenis heeft, zien zich gecon
fronteerd met burgeroorlogen,
nomische recessie en grootschali
ge armoede. Cuba kent minder
moede dan enig ander land in La
tijns-Amerika. Voor miljoenen Cu
banen blijft Castro een bron vs
spiratie. Zijn tegenwoordige rede
voeringen behoeven niet onder te
doen voor die van de beginperiode,
en hij maakt op bezoekers on
veranderd grote indruk door zijn
intellectuele capaciteiten en ken
nis van zaken. In Cuba zelf gebeurt
er weinig wat aan zijn oog ont
snapt Zelden heeft een leider van
zo'n klein land zoveel invloed op de
ontwikkelingen in de wereld ge
had.
Door Castro's besluit om de An
golese regering te steunen tegen de
door Zuidafrika gesteunde Unita-
rebellen slaagden die er niet in de
regering in Luanda omver te wer
pen, en werd de Angolese oorlog
een slepend conflict waar Pretoria
uiteindelijk liever de handen vanaf
trok. De verlening van onafhanke
lijkheid aan Namibia was de prijs
die Castro eiste voor de terugtrek
king van de 50.000 Cubaanse solda
ten uit Angola.
Castro ziet zichzelf nog altijd in
de eerste plaats als de grote voor
vechter van de minder bedeelden.
Hij geeft voortdurend uiting aan
zijn verontwaardiging over het on
recht in een wereld waar enkele
landen baden in overvloed en weel
de en waar in andere landen miljoe
nen kinderen van honger omko
men. In Castro's eigen woorden:
„iedere drie dagen sterven er onno
dig 120.000 kinderen, een Hiroshi
ma en een Nagasaki om de 72 uur."
Cuba's uitgebreide programma's
op het gebied van onderwijs en
sport, leveren een relatief groot
aantal goede boksers, hardlopers,
zwemmers en honkbalspelers op.
Castro zelf liet zich in het verleden
op gezette.tij den door de Cubaanse
televisie filmen op het basketbal
veld, een sport waar hij niet onbe
dreven in is. Meer dan een miljoen
Cubanen ontvluchtten het eiland
sinds 1959, maar Castro's revolutie
redde talloze anderen, merendeels
boeren, van de armoede en ver
waarlozing die hun deel waren on
der het voorgaande systeem.
Wijkcomite's oefenen scherpe
controle uit op politiek verdachte
individuen, maar zorgen tegelijker
tijd voor veiligheid op straat. Cas
tro kan zich er op beroemen dat
zijn land geen drugsprobleem
kent.
De Cubaanse leider staat nu bij
na 30 jaar aan het roer van het schip
van staat, maar lijkt niet geneigd
zijn plaats in te ruimen. Op 62-jari-
ge leeftijd is zijn vitaliteit onver
minderd, en zijn 57-jarige broer
Raul die hij heeft aangewezen als
zijn opvplger hoeft dan ook waar
schijnlijk voorlopig nog niet aan te
treden.
Onder Nederlandse rooms-ka-
tholieke religieuzen is de deelne
ming aan oecumenisch samen
gestelde werk- of gespreksgroe
pen 'niet zo groot', zo blijkt uit
een 'zeer bescheiden peiling' van
het tijdschrift 'Nederlandse Reli
gieuzen'.
Aan 'zomaar een aantal reli
gieuzen' verspreid over acht
provincies werden ongeveer
130 invulformulieren uitgedeeld
met vragen over de oecumene.
Hun gemiddelde leeftijd was 64
jaar. Meer dan de helft nam de
moeite ze te beantwoorden. Lid
van de redactie Bruno van der
Made: "Dan mogen de vragen
stellers een tevreden gevoel heb
ben. Men vindt het onderwerp
blijkbaar belangrijk genoeg om
er even voor te gaan zitten". Ove
rigens mogen uit deze peiling
geen harde conclusies worden
getrokken. "Maar de antwoor
den zijn interessant genoeg om
er kennis van te nemen".
Op de vraag of men uit eigen
initiatief weieens deelneemt aan
oecumenische vieringen ant
woordden 53 met ja en 22 met
nee. Daartegenover staat dat er
maar 22 van de 75 lid zijn van een
oecumenisch samengestelde
groep. Van een groep die spe
ciaal is opgericht om de oecume
ne te bevorderen bleken maar 10
lid te zijn.
De indruk is dat beschouwen
de (contemplatieve) kloosters
duidelijk eigen mogelijkheden
tot oecumenische contacten heb
ben. De leeftijd speelt een rol als
wordt geconstateerd dat het
meedoen aan groepen die bevor
dering van de oecumene ten doel
hebben, opvallend gering is. Van
der Made vraagt zich wel af of het
alleen de leeftijd is. "Zou dat bij
andere gelovigen gunstiger lig
gen?"
Fris
Bemoedigend is het dat velen
het onderwerp belangrijk ge
noeg vinden. "Dat blijkt ook uit
de wijze waarop men de formule
ren invulde, vooral uit de moeite
om iets persoonlijks over oecu
mene te zeggen". "En bekijk je
de leeftijd, dan denk je: wat heb
ben veel bejaarde of hoogbejaar
de mensên frisse en interessante
opvattingen. Inspirerend en ver
rijkend". De antwoorden getuig
den ook van grote betrokken
heid bij mensen en een 'vrij
nuchter, maar diep geloof.
Niet minder dan 74 van de 75
inzenders gingen in op de vraag
hoe zij zelf het begrip 'oecumene'
het liefst omschrijven. Enkele
antwoorden:
- op weg naar een evangelisch
christendom;
- aanvaarden van ieders ge
loofsovertuiging en samenwer
ken aan wereldproblemen;
- waardering en erkenning
van ieders eigenheid, openstaan
voor eikaars overtuiging, samen
optrekken als christenen;
- toenadering tussen christe
lijke kerken, met behoud van ei
gen identiteit, in de vorm van ge
bedsdiensten) en aktie (diako-
nie);
- in liefde en gerechtigheid
voor elkaar opkomen, ongeacht
tot welke kerk men behoort (of
niet).
'Behoud van leven'
In Heerlen is de rk stichting
'Behoud van leven' opgericht,
die zich ten doel stelt 'het begin
nend en eindigend leven' te be
schermen. De stichting wil in
Zuid-Limburg een tehuis voor
stervenden vestigen, "waar on
geneeslijk zieken niet bevreesd
hoeven te zijn dat aan hun leven
een voortijdig einde wordt ge
maakt". Dat meldt het blad van
de rk stichting 'Getuigenis van
Gods liefde' in Eindhoven.
Voorzitter van c
stichting is de gepensioneerde
hoogleraar anesthesiologie dr. J.
Lelkens in Kerkrade. Bisschop
pelijk afgevaardigde is dr. H. van
der Meer, vicaris van het bisdom
Roermond.
In het tehuis zal ook worden
getracht het lijden zoveel moge
lijk te verzachten. Volgens de ini-
tiatiefnemners is pijn vaak de
enige reden voor een verzoek om
euthanasie. De stichting vreest
dat na abortus de onvrijwillige
euthanasie in Nederland haar in
trede zal doen. Verwezen wordt
naar de hoge kosten voor verzor
ging van ouderen en het afne
mend aantal jongeren dat hier
van de lasten moet dragen. "Ook
heeft onze maatschappij een af
keer van psychische en lichame
lijke aftakeling".
Naast de directe hulp aan ster
venden zal het tehuis mensen op
leiden voor stervensbegeleiding,
ongehuwd zwangeren en aids-
patiënten in hun laatste levensfa
se opvangen en de ethische kan
ten van de huidige 'strijd om het
leven' bestuderen. In een toelich
ting zegt professor Lelkens, dat
in de visie van de stichting de
thuiszorg voorop staat. "Het gaat
om mensen die in eigen kring
niet verzorgd kunnen worden".
De stichting hoopt op financië
le steun van de overheid. Lel
kens verwees naar geluiden in
CDA-kring, waar het oprichten
van zulke tehuizen wordt over
wogen. Bovendien zou hiermee
tegemoet worden gekomen aan
het plan-Dekker, dat duurdere
zorg wil vervangen door minder
dure. "Het is zinloos en onnodig
duur om zieken in hun laatste le
vensfase in ziekenhuisbedden te
laten liggen", zei stichtingsvoor
zitter Lelkens.
Afgezonderd
Marines van den Berg uit Al
melo, die als pastor in een ver
pleeghuis door zijn publikaties
landelijke bekendheid kreeg op
het terrein van pastorale zorg aan
zieken en stervenden, vreest dat
door dergelijke tehuizen het ster
ven nog meer wordt afgezon
derd. "Het moet worden bevor
derd dat mensen in eigen fami
liekring sterven en daar een goe
de begeleiding krijgen". Hij ver
wijst naar de vrijwilligers van de
stichting 'Terminale Thuiszorg'
die belangrijk werk doet voor het
waken in de laatste weken en da
gen.
De suggestie van de oprichters
van 'Behoud van leven' dat men
sen op andere plaatsen niet waar
dig kunnen sterven, bestrijdt
pastor Van den Berg. Zo ook de
gedachte dat tegen de wil van de
patiënt euthanasie zou worden
gepleegd. Wel heeft hij soms de
indruk dat in ziekenhuizen ster
ven er niet bij hoort omdat het
daar om gezondmaken gaat. Dat
hangt, volgens hem, ook samen
met de veel te grote druk waar
onder het personeel, als gevolg
van de bezuinigingen, moet wer
ken.
Beroepen
Hervormde Kerk: aangeno
men de benoeming tot pastoraal
medewerker te Hansweert en
Schore (Z.) F. A. Bergwerff Scho
re; beroepen te Angeren (Geld.
voor deelwerk kandidaat me
vrouw M. E. Suurmond-Vonke
man Houten, te Bodegraven
Harderwijk en Hoevelaken P. J
Visser Aalburg, te Gendt (Geld.
voor deelwerk kandidaat J. J.
Suurmond Houten; bedankt
voor Barneveld P. van der Kraan
Bleskensgraaf.
Gereformeerde Kerken: aan
genomen naar Dieren voor deel
werk kandidaat J. ter Avest
Kampen.
Christelijke Gereformeerde
Kerken: bedankt voor Vianen G.
Hamstra Clifton (Ver. Staten).
Genadeverzoek. De Turk
Mehmet Ali Agca, die in mei 1981
op het Sint Pietersplein in Rome
een poging deed om de paus te
vermoorden, heeft, volgens Itali
aanse kranten, de paus gevraagd
zijn 'verzoek om genade' te on
dersteunen. Hij herinnert in zijn
brief van enkele weken geleden
aan het bezoek dat de paus hem
vier jaar geleden in de gevange
nis bracht.
Agca is tot levenslang veroor
deeld. Alleen de president van
Italië kan hem gratie verlenen.
Al twee keer is een verzoek om
gratie afgewezen. Turkije wil
hem ook vervolgen omdat hij
wordt verdacht van moord op de
uitgever van een krant. Hij kan
niet worden uitgeleverd. De Itali
aanse wet staat geen uitlevering
toe naar landen waar een ver
dachte tot de doodstraf kan wor
den veroordeeld.
Dat de paus dit verzoek van
zijn aanvaller kreeg, wordt door
het Vaticaan niet bevestigd. Wel
heeft de paus Agca diens mis
daad vergeven. Maar dat gebeur
de al bij het bezoek vier jaar gele
den.
Archieffoto van 2 januari 1959. Fidel Castro wordt door aanhangers toe
gejuicht kort na het verjagen van dictator Batista. (foto anp>