'Zijn we zo'n ongezond land?' Castro ideologische kluizenaar binnen communistische wereld Zorgen Lou de Graaf over hoge arbeidsongeschiktheid 'Wat hebben veel bejaarde mensen frisse opvattingen PAGINA 2 DONDERDAG 29 DECEMBER 1988 Afgaande op de cijfers hebben de her vormingen in het steisel van sociaie zekerheid weinig opgelevert. De werkloosheid neemt nauwelijks af en de, terwijl het aantal zieken en ar beidsongeschikten blijft groeien. Zorgelijke gegevens voor oud-vak- bondsman Lou de Graaf (sociale za ken), die de stelselherziening per soonlijk door het parlement loodste. Minister Ruding (financiën) heeft al openlijk kritiek geuit op het gegeven dat de arbeidsongeschiktheid niet te rugloopt, hoewel dat toch de bedoe ling was toen twee jaar geleden werd besloten de toelatingsnormen tot de wao te verscherpen. In 1987, zo schreef Ruding in de laatste Mil joenennota, waren er 789.000 arbeids ongeschikten; bijna 18.000 meer dan in 1986. Een toename dus met 2,3 pro cent, inplaats van een vermindering. Ruding rekent ook voor dat de totale uitgave aan uitkeringen voor arbeids ongeschiktheid in 1987 5,4 procent van het nationaal inkomen bedroeg. "Dat is aanmerkelijk meer dan gemiddeld in andere Europese landen kan wor den waargenomen", klaagt de minis ter van financiën, die al heeft ge dreigd met nieuwe bezuinigings maatregelen als dat zo blijft. Voor De Graaf was dat alles reden om een brandbrief te sturen naar vak bonden en werkgevers. Als er niets gebeurt, houdt hij de sociale partners voor, zullen er binnen afzienbare tijd een miljoen Nederlanders arbeidson geschikt langs de kant staan. Hij vraagt om een "indringende discussie waarbij fundamentele wijzigingen niet bij voorbaat uitgesloten moeten zijn". Tijd voor wat nadere uitleg van de staatssecretaris zelve. DEN HAAG - "Zijn we werkelijk zo'n ongezond land?" vraagt Lou de Graaf, architect van de herzie ning van het sociale-zekerheids- stelsel, zich af. "In vergelijking met landen om ons heen geeft Neder land extreem veel meer uit aan uit keringen voor zieken en arbeidson geschikten. Als wij die ontwikke- door Frans Nypels en Kees Tamboer ling niet weten te stoppen, staan er over een paar jaar een miljoen men sen arbeidsongeschikt langs de kant. Dat kunnen we als beschaafd land toch niet toestaan?" Bevlogen praat hij over de brandbrief, die hij eind september naar de werknemers- en werkge- versorganistaties stuurde. In die brief zet de staatssecretaris de ont wikkeling van de arbeidsonge schiktheid wat zwaar aan. Zo zwaar zelfs dat de conclusie voor de hand ligt dat het kabinet verle gen zit om een alibi voor een nieu we aanval op de wao. De uitkeringen moeten zeker weer omlaag? De Graaf wijst ons terecht. "Dat is beslist niet het ge val", bezweert hij. "Als dat zo bij jullie is overgekomen, kan ik jullie verzekeren dat dit niet de bedoe ling is geweest van mijn brief'. Onaanvaardbaar De Graaf legt uit: "Dit kabinet vindt 700.000 werklozen onaan vaardbaar veel. Bestrijding van de werkloosheid is om die reden een hoofdpunt van het kabinetsbeleid. Dan vind ik datje op z'n minst even hard aan de gang moet om het nog groter wordende leger arbeidson geschikten te reduceren". In zijn brief somt de staatssecre taris een aantal maatregelen op, waarmee de toename van het aan tal arbeidsongeschikten zou kun nen worden afgeremd. Behalve dat werkgevers in de loop van 1989 worden verplicht een vast percen tage arbeidsongeschikten in dienst te houden of te nemen, oppert De Graaf de mogelijkheid de laagste uitkeringsklasse van de wao te schrappen. Voorts vindt hij dat be drijven, die naar verhouding veel werknemers naar de wao verwij zen, met een hogere premie per werknemer moeten worden belast dan bedrijven die proberen werk nemers met een handicap zo lang mogelijk vast te houden. Schrik allerwegen over deze har de brief. Maar, zegt De Graaf: "Het is niet zo dat het kabinet zegt: dit en dat moet zo gebeuren. Die brief is een voorzet om de discussie tus sen het kabinet en de sociale part ners los te maken. We moeten de koppen toch bij elkaar steken, om aan de groei van het aantal arbeids ongeschikten een halt toe te roe pen! Ik betreur het dan ook zeer dat dit onderwerp bij het najaarsover leg pas in het laatste kwartiertje aan de orde is gekomen. Wij zijn van plan die discussie alsnog aan te gaan". Baaltjes meel Er ligt de staatssecretaris nog iets heel zwaar op de maag. Wij hebben de door hem geopperde premiedif ferentiatie "onbeschaafd" ge noemd, omdat de solidariteit tus sen werknemers onderling wordt doorgesneden. De bouwvakker, die zwaar en soms riskant werk doet, zou dan meer moeten betalen aan wao-premie dan de administra teur bij de bank om de hoek. De Graaf negeert dit voorbeeld en redeneert vanuit een andere in valshoek. Moet een werkgever, bij voorbeeld in de bouw, die veel in vesteert in verbeteringen van de ar beidsomstandigheden van zijn werknemers en die daardoor het ziekteverzuim in zijn bedrijf be hoorlijk weet te drukken, meebeta len voor een werkgever die dat een zorg is en die zijn werknemers als baaltjes meel, na bewezen dien sten, naar de wao loodst? De Graaf vindt van niet. De werkgever die verbeteringen na streeft, wil hij belonen met een kor ting op de premie, de onachtzame wil hij straffen met een premiever hoging. Volgens hem hoeven werk nemers daar in hun portemonnee niets van te merken. De laatste baas, die de hogere lasten in zijn prijzen moet doorberekenen, prijst zich uit de markt. De Graaf kan daar niets onbeschaafds in zien. Voorts vindt De Graaf een dis cussie over de vraag of onder scheid gemaakt mag worden tus sen verschillende oorzaken van ar beidsongeschiktheid, ook niet uit den boze. Hij vindt bijvoorbeeld dat het bespreekbaar moet zijn dat sportmensen zich extra verzekeren tegen het risico van arbeidsonge schiktheid. Dat wordt wel een moeilijke discussie. Er zijn immers meer "sociale risico's" waartegen mensen zichzelf zouden kunnen verzekeren. Autorijden bijvoor beeld. Wintersport. Roken. Alco holgebruik. Quotering "Ik heb er geen definitief oordeel over", aldus De Graaf, "maar ik vind dat we ons serieus in dit vraagstuk moeten verdiepen. En ik wil ook wel eens weten hoe dat in het buitenland, allemaal geregeld Tot slot wil De Graaf een misver stand uit de wereld helpen. In het blad 'De Onderneming' van de werkgeversorganisatie VNO wordt de suggestie gewekt dat De Graaf aarzelt de werkgevers volgend jaar te verplichten een vast percentage arbeidsongeschikten in dienst te nemen of te houden. "Geen sprake van", zegt De Graaf. "Maar ook hier is een nuan cering op zijn plaats. Bedrijven die kunnen aantonen dat zij de laatste jaren allerlei initiatieven hebben ontwikkeld om mensen met een handicap vast te houden, zullen niet met een verplichte quotering te maken krijgen. Ook bedrijven die het tijdelijk erg moeilijk heb ben en dientengevolge moeten af slanken, kun je niet voorschrijven arbeidsongeschikten in dienst te nemen. Bedrijven die er daarente gen aantoonbaar met de pet naar gooien, zullen de quotering kei hard voor hun kiezen krijgen". HAVANA - Op 31 december 1958 nam de Cubaanse dictator Batista onder druk van het door Fidel Cas tro geleide, wijdverbreide verzet tegen zijn bewind de wijk, en daar mee was de Cubaanse revolutie een feit. Nu, bijna 30 jaar later, kan Castro's greep naar de macht in ze kere zin een succes worden ge noemd, aangezien Cuba minder ab solute armoede kent dan enig an der land in Latijns-Amerika. Cas- door George Gedda/AP tro dreigt evenwel binnen de we reld van het communisme een ideologische kluizenaar te worden die volledig opgaat in een eenzame strijd ter verdediging van de zui verheid van de socialistische leer, terwijl zijn geloofsgenoten al lang met kapitalistische hervormingen experimenteren en op het politieke vlak bereid lijken tot concessies. De president onderstreepte in re cente redevoeringen zijn verzet te gen iedere afwijking van de socia listische leer in kapitalistische richting. Hij houdt onveranderd vast aan de principes die hem in spireerden toen bijna drie decen nia geleden zijn 'Beweging van 26 juli' de overwinning boekte in de strijd tegen Batista. Enkele waarnemers voorzien zelfs de mogelijkheid van de eerste ernstige breuk in de betrekkingen tussen Cuba en de Sovjetunie sinds beide landen in 1968 elkaar omarmden. De huidige Sovjet-lei ders zijn kennelijk weinig ingeno men met wat zij beschouwen als misbruik van economische hulp. De steun die Moskou de afgelopen jaren aan Cuba gaf, bedroeg jaar lijks ongeveer vijf miljard dollar. Het Sovjet-partijblad Pravda maakte echter 'recent gewag van „ernstige onvolkomenheden" in de uitvoering van industriële projec ten in Cuba. Castro heeft zich herhaaldelijk in uiterst negatieve termen over re cente Sovjet-hervormingen uitge laten. Cuba is de rol toebedeeld „te waken over de ideologische zuiver heid van de revolutie", aldus Cas tro. „Daarom kunnen wij geen me thoden gebruiken die aan kapita lisme doen denken." In 1986, in dezelfde periode dat Sovjet-leider Gorbatsjov de eerste maatregelen van zijn hervormin gen in kapitalistische richting in troduceerde, maakte Castro een einde aan een zes jaar oud experi ment waarbij het boeren was toe gestaan hun produkten op de markt te brengen. Castro verdedig de de maatregel met het argument dat er zich een kapitalistische men taliteit dreigde te manifesteren en dat de eerste tekenen waren gesig naleerd van de opkomst van een nieuwe klassenmaatschappij. Argusogen Volgens de meeste deskundigen is Cuba voor Moskou te waardevol om zomaar los te laten vanwege en kele meningsverschilen op het eco nomische vlak. Cuba vervult een belangrijke voorbeeld-functie, aangezien Castro en zijn revolutie onder de volkeren van Latijns- en Midden-Amerika grote populari teit genieten. Cuba voorziet Moskou daarnaast van unieke faciliteiten ten behoeve van het Sovjet-inlichtingenwerk. De activiteiten van de Amerikaan se strijdkrachten, met name ook het benutten van de ruimtevaart voor militaire doeleinden, worden vanuit Cuba met argusogen ge volgd. Volgens Amerikaanse func tionarissen heeft Cuba ten minste één basis waar zeker 2.100 Soyjet- technici zich bezighouden met het onderscheppen van berichten. Ondanks het feit dat de Sovjet- Cubaanse betrekkingen kennelijk tegen een stootje kunnen, dreigt Cuba door Castro's principiële houding in de marge te geraken van de marxistische realiteit. Ter wijl in veel communistische lan den naarstig wordt gezocht naar mogelijkheden om de produktivi- teit van werknemers te verhogen door de introductie van methoden die gebaseerd zijn op de principes van vraag en aanbod en beloning naar prestatie, betekent Castro's houding dat de Cubanen zich al leen mogen laten inspireren door liefde voor het vaderland en de re volutie. Ondertussen is er in Cuba al twee jaar sprake van een stagnerende economie en wordt de oplossing daarvoor nog steeds gezocht in de motivatie van het individu, en niet in een tekortschieten van het sys teem. Een van de problemen is wel licht Castro's persoonlijkheid. De Cubaanse leider heeft zijn gehele leven moeten strijden tegen opper machtige tegenstanders en is niet iemand die zich gemakkelijk neer legt bij wat de publieke opinie of de realiteit lijkt te eisen. De Cubaanse leider erkent even wel dat er geen enkele uitdaging zwaarder is geweest dan het op een hoger peil brengen van de levens standaard van de gemiddelde Cu baan. Voedsel en kleding worden nog altijd strikt gerantsoeneerd. Er is voortdurend sprake van grote woningnood. De Cubaanse bevol king is geheel afhankelijk van een openbaar vervoer dat op vele pun ten tekortschiet. De bussen rijden niet vaak genoeg en zijn altijd over-, vol. De dienstverlening in over heidsinstellingen laat veel te wen sen over. Voor de gemiddelde Cubaan lijkt het maatschappelijk leven, zeker in vergelijking met de Westerse in dustrielanden, weinig te bieden te hebben. Veel werknemers klagen over eentonig werk. Jongeren ei sen meer faciliteiten op recreatief gebied. Tegelijkertijd geldt even wel dat er weinig Cubanen zijn die buiten de maatschappij vallen en voor praktisch iedereen geldt dat wordt voorzien in fundamentele le vensbehoeften. Het Cuba van Castro is er echter nimmer in geslaagd een einde te maken aan de plaag van arbeids verzuim. Absenteïsme en diefstal van overheidsgoederen blijven het regime hoofdpijn bezorgen. Op een bandje dat in het geheim Cuba werd uitgesmokkeld, zegt de Cu baanse minister van defensie Raul Castro, dat „een miljoen politie functionarissen" geen einde aan deze problemen zou kunnen ma ken. De steun die Castro in zijn revo lutionaire vuur verstrekte aan de regering in Nicaragua en guerrilla strijders elders, leidde tot aanva ringen met verschillende Ameri kaanse regeringen. Er zijn maar weinig landen op de wereld die meer dan Cuba van hun nationale begroting aan defensie besteden. Volgens Amerikaanse cijfers bezit Cuba 950 tanks en kan het militaire kader in omvang worden vergele ken met dat van Brazilië, een land met een dertien keer grotere bevol king dan die van Cuba. Inspiratie Vergeleken met andere communis tische landen boert Cuba econo misch niet slecht. Verscheidene so cialistische landen waar net als Cu ba het marxisme een vrij korte ge schiedenis heeft, zien zich gecon fronteerd met burgeroorlogen, nomische recessie en grootschali ge armoede. Cuba kent minder moede dan enig ander land in La tijns-Amerika. Voor miljoenen Cu banen blijft Castro een bron vs spiratie. Zijn tegenwoordige rede voeringen behoeven niet onder te doen voor die van de beginperiode, en hij maakt op bezoekers on veranderd grote indruk door zijn intellectuele capaciteiten en ken nis van zaken. In Cuba zelf gebeurt er weinig wat aan zijn oog ont snapt Zelden heeft een leider van zo'n klein land zoveel invloed op de ontwikkelingen in de wereld ge had. Door Castro's besluit om de An golese regering te steunen tegen de door Zuidafrika gesteunde Unita- rebellen slaagden die er niet in de regering in Luanda omver te wer pen, en werd de Angolese oorlog een slepend conflict waar Pretoria uiteindelijk liever de handen vanaf trok. De verlening van onafhanke lijkheid aan Namibia was de prijs die Castro eiste voor de terugtrek king van de 50.000 Cubaanse solda ten uit Angola. Castro ziet zichzelf nog altijd in de eerste plaats als de grote voor vechter van de minder bedeelden. Hij geeft voortdurend uiting aan zijn verontwaardiging over het on recht in een wereld waar enkele landen baden in overvloed en weel de en waar in andere landen miljoe nen kinderen van honger omko men. In Castro's eigen woorden: „iedere drie dagen sterven er onno dig 120.000 kinderen, een Hiroshi ma en een Nagasaki om de 72 uur." Cuba's uitgebreide programma's op het gebied van onderwijs en sport, leveren een relatief groot aantal goede boksers, hardlopers, zwemmers en honkbalspelers op. Castro zelf liet zich in het verleden op gezette.tij den door de Cubaanse televisie filmen op het basketbal veld, een sport waar hij niet onbe dreven in is. Meer dan een miljoen Cubanen ontvluchtten het eiland sinds 1959, maar Castro's revolutie redde talloze anderen, merendeels boeren, van de armoede en ver waarlozing die hun deel waren on der het voorgaande systeem. Wijkcomite's oefenen scherpe controle uit op politiek verdachte individuen, maar zorgen tegelijker tijd voor veiligheid op straat. Cas tro kan zich er op beroemen dat zijn land geen drugsprobleem kent. De Cubaanse leider staat nu bij na 30 jaar aan het roer van het schip van staat, maar lijkt niet geneigd zijn plaats in te ruimen. Op 62-jari- ge leeftijd is zijn vitaliteit onver minderd, en zijn 57-jarige broer Raul die hij heeft aangewezen als zijn opvplger hoeft dan ook waar schijnlijk voorlopig nog niet aan te treden. Onder Nederlandse rooms-ka- tholieke religieuzen is de deelne ming aan oecumenisch samen gestelde werk- of gespreksgroe pen 'niet zo groot', zo blijkt uit een 'zeer bescheiden peiling' van het tijdschrift 'Nederlandse Reli gieuzen'. Aan 'zomaar een aantal reli gieuzen' verspreid over acht provincies werden ongeveer 130 invulformulieren uitgedeeld met vragen over de oecumene. Hun gemiddelde leeftijd was 64 jaar. Meer dan de helft nam de moeite ze te beantwoorden. Lid van de redactie Bruno van der Made: "Dan mogen de vragen stellers een tevreden gevoel heb ben. Men vindt het onderwerp blijkbaar belangrijk genoeg om er even voor te gaan zitten". Ove rigens mogen uit deze peiling geen harde conclusies worden getrokken. "Maar de antwoor den zijn interessant genoeg om er kennis van te nemen". Op de vraag of men uit eigen initiatief weieens deelneemt aan oecumenische vieringen ant woordden 53 met ja en 22 met nee. Daartegenover staat dat er maar 22 van de 75 lid zijn van een oecumenisch samengestelde groep. Van een groep die spe ciaal is opgericht om de oecume ne te bevorderen bleken maar 10 lid te zijn. De indruk is dat beschouwen de (contemplatieve) kloosters duidelijk eigen mogelijkheden tot oecumenische contacten heb ben. De leeftijd speelt een rol als wordt geconstateerd dat het meedoen aan groepen die bevor dering van de oecumene ten doel hebben, opvallend gering is. Van der Made vraagt zich wel af of het alleen de leeftijd is. "Zou dat bij andere gelovigen gunstiger lig gen?" Fris Bemoedigend is het dat velen het onderwerp belangrijk ge noeg vinden. "Dat blijkt ook uit de wijze waarop men de formule ren invulde, vooral uit de moeite om iets persoonlijks over oecu mene te zeggen". "En bekijk je de leeftijd, dan denk je: wat heb ben veel bejaarde of hoogbejaar de mensên frisse en interessante opvattingen. Inspirerend en ver rijkend". De antwoorden getuig den ook van grote betrokken heid bij mensen en een 'vrij nuchter, maar diep geloof. Niet minder dan 74 van de 75 inzenders gingen in op de vraag hoe zij zelf het begrip 'oecumene' het liefst omschrijven. Enkele antwoorden: - op weg naar een evangelisch christendom; - aanvaarden van ieders ge loofsovertuiging en samenwer ken aan wereldproblemen; - waardering en erkenning van ieders eigenheid, openstaan voor eikaars overtuiging, samen optrekken als christenen; - toenadering tussen christe lijke kerken, met behoud van ei gen identiteit, in de vorm van ge bedsdiensten) en aktie (diako- nie); - in liefde en gerechtigheid voor elkaar opkomen, ongeacht tot welke kerk men behoort (of niet). 'Behoud van leven' In Heerlen is de rk stichting 'Behoud van leven' opgericht, die zich ten doel stelt 'het begin nend en eindigend leven' te be schermen. De stichting wil in Zuid-Limburg een tehuis voor stervenden vestigen, "waar on geneeslijk zieken niet bevreesd hoeven te zijn dat aan hun leven een voortijdig einde wordt ge maakt". Dat meldt het blad van de rk stichting 'Getuigenis van Gods liefde' in Eindhoven. Voorzitter van c stichting is de gepensioneerde hoogleraar anesthesiologie dr. J. Lelkens in Kerkrade. Bisschop pelijk afgevaardigde is dr. H. van der Meer, vicaris van het bisdom Roermond. In het tehuis zal ook worden getracht het lijden zoveel moge lijk te verzachten. Volgens de ini- tiatiefnemners is pijn vaak de enige reden voor een verzoek om euthanasie. De stichting vreest dat na abortus de onvrijwillige euthanasie in Nederland haar in trede zal doen. Verwezen wordt naar de hoge kosten voor verzor ging van ouderen en het afne mend aantal jongeren dat hier van de lasten moet dragen. "Ook heeft onze maatschappij een af keer van psychische en lichame lijke aftakeling". Naast de directe hulp aan ster venden zal het tehuis mensen op leiden voor stervensbegeleiding, ongehuwd zwangeren en aids- patiënten in hun laatste levensfa se opvangen en de ethische kan ten van de huidige 'strijd om het leven' bestuderen. In een toelich ting zegt professor Lelkens, dat in de visie van de stichting de thuiszorg voorop staat. "Het gaat om mensen die in eigen kring niet verzorgd kunnen worden". De stichting hoopt op financië le steun van de overheid. Lel kens verwees naar geluiden in CDA-kring, waar het oprichten van zulke tehuizen wordt over wogen. Bovendien zou hiermee tegemoet worden gekomen aan het plan-Dekker, dat duurdere zorg wil vervangen door minder dure. "Het is zinloos en onnodig duur om zieken in hun laatste le vensfase in ziekenhuisbedden te laten liggen", zei stichtingsvoor zitter Lelkens. Afgezonderd Marines van den Berg uit Al melo, die als pastor in een ver pleeghuis door zijn publikaties landelijke bekendheid kreeg op het terrein van pastorale zorg aan zieken en stervenden, vreest dat door dergelijke tehuizen het ster ven nog meer wordt afgezon derd. "Het moet worden bevor derd dat mensen in eigen fami liekring sterven en daar een goe de begeleiding krijgen". Hij ver wijst naar de vrijwilligers van de stichting 'Terminale Thuiszorg' die belangrijk werk doet voor het waken in de laatste weken en da gen. De suggestie van de oprichters van 'Behoud van leven' dat men sen op andere plaatsen niet waar dig kunnen sterven, bestrijdt pastor Van den Berg. Zo ook de gedachte dat tegen de wil van de patiënt euthanasie zou worden gepleegd. Wel heeft hij soms de indruk dat in ziekenhuizen ster ven er niet bij hoort omdat het daar om gezondmaken gaat. Dat hangt, volgens hem, ook samen met de veel te grote druk waar onder het personeel, als gevolg van de bezuinigingen, moet wer ken. Beroepen Hervormde Kerk: aangeno men de benoeming tot pastoraal medewerker te Hansweert en Schore (Z.) F. A. Bergwerff Scho re; beroepen te Angeren (Geld. voor deelwerk kandidaat me vrouw M. E. Suurmond-Vonke man Houten, te Bodegraven Harderwijk en Hoevelaken P. J Visser Aalburg, te Gendt (Geld. voor deelwerk kandidaat J. J. Suurmond Houten; bedankt voor Barneveld P. van der Kraan Bleskensgraaf. Gereformeerde Kerken: aan genomen naar Dieren voor deel werk kandidaat J. ter Avest Kampen. Christelijke Gereformeerde Kerken: bedankt voor Vianen G. Hamstra Clifton (Ver. Staten). Genadeverzoek. De Turk Mehmet Ali Agca, die in mei 1981 op het Sint Pietersplein in Rome een poging deed om de paus te vermoorden, heeft, volgens Itali aanse kranten, de paus gevraagd zijn 'verzoek om genade' te on dersteunen. Hij herinnert in zijn brief van enkele weken geleden aan het bezoek dat de paus hem vier jaar geleden in de gevange nis bracht. Agca is tot levenslang veroor deeld. Alleen de president van Italië kan hem gratie verlenen. Al twee keer is een verzoek om gratie afgewezen. Turkije wil hem ook vervolgen omdat hij wordt verdacht van moord op de uitgever van een krant. Hij kan niet worden uitgeleverd. De Itali aanse wet staat geen uitlevering toe naar landen waar een ver dachte tot de doodstraf kan wor den veroordeeld. Dat de paus dit verzoek van zijn aanvaller kreeg, wordt door het Vaticaan niet bevestigd. Wel heeft de paus Agca diens mis daad vergeven. Maar dat gebeur de al bij het bezoek vier jaar gele den. Archieffoto van 2 januari 1959. Fidel Castro wordt door aanhangers toe gejuicht kort na het verjagen van dictator Batista. (foto anp>

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1988 | | pagina 2