'Net als Descartes leef ik in een woestenij' Beroepsworstelen goudmijn in VS Amerikaanse professor verdiept zich in levensgeschiedenis van Franse filosoof DINSDAG 17 MEI 1988 PAGINA 9 De Franse filosoof en wiskundige René Descartes (1596-1650) wordt nog altijd beschouwd als de grondlegger van de moderne wijsbegeerte. Als tijdgenoot van Bacon en Galileï en als voorloper van Newton was hij een wetenschappelijk georiënteerd denker, wiens werk de moeite van het bestuderen nog altijd waard is. Dat vindt ook de Amerikaanse professor Watson die zich zo verdiept in de handel en wandel van Descartes, dat het nieuws van vandaag volledig aan hem voorbijgaat. De studie van Watson moet een boek opleveren waarin hij een antwoord hoopt te geven op de vraag wie Descartes eigenlijk was en hoe hij leefde. door Pieter Sijpersma Hoog in het noorden van Friesland, waar het vasteland overgaat in het Wad, ligt de oude zeedijk. De dijk biedt beschutting aan kleine huis jes, die uitzicht bieden over het wij de Friese landschap. Het enige ge luid dat hier te horen valt is het nooit ophoudend geruis van de wind en het geschreeuw van meeuwen. Al een paar maanden lang valt hier el ke ochtend een man van geringe lengte waar te nemen, die zich hollend over de dijk voortbeweegt. Steevast getooid.met rode muts op het hoofd. Richard Watson, want zo heet hij, is professor aan de Was hington universiteit in Saint Louis en heeft zich voor enige tijd in het uiterste puntje van Nederland gevestigd. Hij ge bruikt de stilte en de eenzaamheid van het Friese kleilandschap om te werken aan een boek over de laatste levensjaren van de Franse filosoof René Descartes. Watsoris vrouw is bij hem. Zij is als ar cheologe verbonden aan dezelfde uni versiteit en heeft een jaar onbetaald ver lof, dat ze gebruikt voor het werken aan een manuscript. Er is weinig dat hen kan afleiden bij hun werk. Er is geen radio, geen televisietoestel, geen telefoon. Het contact met de buitenwereld verloopt uitsluitend via de post. Het wereldnieuws zegt Watson weinig; hij luistert zelfs nooit naar BBC world- service. Zijn broer stuurt hem zo nu en dan kranteknipsels vanuit Amerika op, uitsluitend over onderwerpen die hem interesseren. Hij reageert verrast op het nieuws dat gouverneur Michael Dukakis van Massachusetts het goed doet in de voorverkiezingen: Dukakis is een 'libe ral', op wie Watson zeker zou stemmen. Een van zijn collega's aan de universiteit wordt de nieuwe nationale veiligheids adviseur, mocht Dukakis uiteindelijk president worden, vertelt hij. Er is dus maar weinig dat Watson kan af leiden van zijn werk - of het zouden the coots moeten zijn, de meerkoeten die de hele dag rond het huis scharrelen. Wat son is gefascineerd door de schuwe vogels en is er inmiddels van over tuigd geraakt dat de dieren geen pikorde hebben. Voortdurend breken op elk wil lekeurig moment nieuwe gevechten los. Bij herhaling onderbreekt hij het ge sprek om zich voor het raam te posteren en de koeten gade te slaan. Saaie stof Elke dag neemt Watson na zijn och tendlijke sukkeldrafje over de zeedijk plaats bij het raam, 'gewoonlijk mét boe ken en documenten om zich heen. "Be hoorlijk saaie stof', zegt hij zelf. Hij werkt aan een boek dat 'The Death of Descartes' moet gaan heten en dat waar schijnlijk bij de Nederlandse uitgever Martinus Nijhoff zal verschijnen. Is hij hier neergestreken, omdat Descartes eni ge tijd vlakbij, in Franeker, heeft ge woond? "Ja en nee", zegt Watson. "Ik heb eerst geprobeerd iets geschikts te vinden bij Egmond, waar Descartes ook heeft ge woond. Maar in Egmond is alles volge bouwd en stikt het van de toeristen. Het ging mij erom een plek te vinden waar ik iets terug kan vinden van de omstandig heden waarin Descartes zich toentertijd heeft bevonden. Ik wil mij proberen in te leven in zijn toestand. Nou, hij schreef aan zijn vrienden in Frankrijk dat hij zich 'in de woestenij' bevond, ver van de be woonde wereld. Vandaar dat ik nu hier zit". "De problemen waarmee ik worstel zijn dus niet strikt wetenschappelijk. Ik ben voor dit boek niet zozeer geïnteres seerd in zijn filosofisch werk, waarover bovendien genoeg is geschreven. Wat ik mij in mijn boek afvraag is wat voor mens Descartes was. In de voorhanden zijnde biografieën is er nauwelijks aan dacht voor de man achter het werk, wat trouwens helemaal in de geest van de Cartesiaanse filosofie is. Ik hou me dus bezig met de man Descartes, en vooral met zijn laatste levensjaren. Ik wil weten wie en hoe hij was, hoe hij leefde". Descartes wordt door een van zijn bio grafen beschreven als een 'hooghartige' man. Watson is het daarmee niet eens: "Hij was geen hooghartig mens, zoals Bernard Williams suggereert. Laat ik het zo zeggen: hij was een man die zich be wust was van zijn eigen genialiteit. Wan neer mensen dom waren, aarzelde hij als filosoof ook niet om hun dat te laten mer ken. Maar hij was geen nare kerel. Hij Watson:"Descartes was niet gemakkelijk in de omgang". had wel uitgesproken opvattingen, waar hij altijd rond voor uitkwam". Niet verdraagzaam "Descartes legde geen verdraagzaam heid ten opzichte van dwazen aan de dag. Hij was dus niet zo gemakkelijk in de omgang, hoewel hij veel vrienden had. Toen hij naar Franeker kwam, maakte hij ook kennis met Anna Maria van Schuurman. Met haar studie van de talen en haar handwerk had hij maar weinig op. Hijzelf was in de eerste plaats geïnte resseerd in wiskunde en natuurweten schap en vond dat zij maar een hoop la riekoek verkocht. Zij heeft hem haar he le leven lang gehaat. Wanneer je in haar dagboeken leest, dan zie je dat ze het heeft over "die verschrikkelijke man", "deze profane man". Zij heeft volgens sommigen Voetius ook geholpen met diens aanval op Descartes". Hoewel Descartes praktisch vegeta riër was en maar weinig dronk, was hij volgens Watson wel een man die van het leven hield.. Hij had een goede wijnkel der, onderhield graag gasten en deed dat ook veel. Hij was een groot verhuizer: al leen al in Nederland heeft hij in 22 huizen in 14 verschillende steden gewoond. Na zijn eerste verblijf in Holland vertrok de filosoof al snel in 1618 en trok vervolgens door heel Europa. Tien jaar later kwam hij terug, om pas in 1644 terug te gaan naar Frankrijk. Watson: "Toen hij naar Franeker kwam, was hij met een aantal dingen te gelijk bezig. Ik geloof dat hij toen al werkte aan een vroege versie van zijn 'Meditationes', die uiteindelijk pas in 1641 zouden verschijnen. Hij werkte ook aan de 'Discours de la méthode'; zelf zegt hij ergens dat hij schrijft aan 'een verhan deling over de metafysica'. Descartes was iemand die een lange tijd uittrok voor het nadenken over hoe je dingen moest uitdrukken. Beide werken zouden ook pas veel later in druk verschijnen". "Hij was niet rijk, hoewel hij er wel twee bedienden op na kon houden. Hij had wat grond in Frankrijk, die hij later heeft verkocht. Hij heeft er, geloof ik, zo'n 2000 pond voor gekregen, in 1642. Daar trok hij rente van, bij een bank in Amsterdam. Dat was, denk ik, behoor lijk wat geld, maar ik ben er niet zeker van. Dat is een van de dingen die ik pro beer uit te zoeken. In die dagen droegen de mensen hun geld over aan een ban kier, hoewel, het kan best zijn dat dat geld niet op Descartes' naam heeft ge staan, maar op de naam van de bankier zelf. Dat was heel gewoon in die tijd. Ik hoop dat ik de gegevens vind; gelukkig heeft Nederland enorm goede archie- Gokker "Er zijn nogal wat verhalen over Des cartes dat hij een gokker was. Hij zelf schepte er ook over op dat hij zo goed kon gokken. Misschien heeft hij dat in het leger geleerd. Descartes was op een bepaald ogenblik in dienst van prins Maurits. Toen hij in Breda gelegerd was, zag Descartes een wiskundig probleem op een plakkaat staan en stuurde een op lossing in. Op de goede oplossingen van dat soort problemen werden trouwens ook vaak weddenschappen gesloten. Zo leerde hij de Nederlandse natuurkundi ge Isaac Beekman kennen. De ontmoe ting met Beekman gaf een beslissende wending aan Descartes' leven. Voortaan wijdde hij zich helemaal aan de weten schap". Volgens Watson was Descartes, die twee godsbewijzen heeft gewrocht, geen atheïst, maar ook geen religieus man. Descartes bleef wel zijn hele leven rooms-katholiek, waarschijnlijk uit praktische overwegingen. "Hij was een verdraagzaam man, die tussen de pro testanten moest leven. Dat hij godsbe wijzen heeft gemaakt zegt op zichzelf ook niet zoveel. Hij wilde dat men zijn fi losofie en zijn natuurwetenschap serieus zounemen. Dus moest hij een antwoord geven op de toen geldende theorieën van Aristoteles en Thomas van Aquino. Hij moest, met andere woorden, aantonen dat zijn ideeën verenigbaar waren met de christelijke leerstellingen". "Descartes was ervan overtuigd dat uiteindelijk zijn gelijk zou blijken. Daar om vond hij een rechtstreekse aanval op de Aristotelische filosofie ook niet nodig. Dat zal trouwens ook wel voorzichtig heid van hem zijn geweest; hij wist wat Galileï was overkomen. Hij heeft zijn be langrijkste werk, 'Le Monde', zijn hele le ven achtergehouden. Daarin zou te lezen zijn geweest dat de aarde om zijn as draait en rond de zon draait. Hij nam er delen van uit, en publiceerde die. Het meeste ervan heeft het daglicht dus ten slotte wel gezien". Watson is ervan overtuigd dat Descar tes een vergissing heeft gemaakt door op zeker ogenblik naar Zweden te vertrek ken, op uitnodiging van koningin Chris tina. Watson: "Wat Descartes deed was: naar het hof van de hottest nation van Europa gaan. Daarmee heeft hij in strijd met zijn eigen principes gehandeld. Het staat diametraal tegenover wat hij altijd had gezegd. Een verklaring voor zijn ge drag zou kunnen zijn dat hij het deed om zijn eigen filosofie een steuntje in de rug te geven, om de thomistische filosofie uit de scholen verwijderd te krijgen. Maar hij heeft altijd beweerd dat zijn filosofie die extra steun niet nodig had; die zou zich op den duur zelf wel bewijzen. Daar was hij van overtuigd". "Toen hij naar het hof van Zweden ging, kreeg hij als het ware 'een zegel van (foto goedkeuring'. Hij w; gevallen door Voetius in Utrecht. Men had hem een pensioen beloofd, dat hij overigens nooit heeft gekregen. Hij had twee slechte ervaringen in Holland en Parijs. Hij kan het gevoel hebben gehad dat zijn vertrek en ontvangst in Zweden dat weer goed hadden kunnen maken, maar ik weet het niet. Het is moeilijk te zeggen; om glorie en geld maalde hij in ieder geval niet. Maar hij ging, misschien wel in het besef een verkeerde beslissing te hebben genomen. Je zou kunnen zeg gen dat hij zich er zelf toe heeft gebracht om te besluiten naar Zweden te gaan". "Ik ben niet in mijn element", schreef Descartes meteen na aankomst in het gu re Zweden. Watson: "De interesses van Christina lagen op het gebied van de taal kunde en allerlei esoterische theorieën. Descartes was te tam, te vervelend voor haar. Ze beschouwde hem als een slome, denkende ploeteraar, die aan ontleding van dieren en foetussen deed. Wanneer je de verhalen leest, word je totaal cy nisch over haar". De grillige koningin liet Descartes drie keer in de week bij haar in de bibliotheek opdraven om met hem te delibereren. Mogelijk heeft ze de filosoof ook niet va ker dan die drie keer ontmoet. Om hem te sarren liet ze hem 's ochtends in alle vroegte uit zijn bed trommelen, wat een straf was voor de notoire langslaper Des cartes, die er gewoonlijk niet voor elven uitkwam. Veel stelden de wijsgerige ge sprekken met de koningin niet voor, zegt Watson; de bibliothecaris las eerst voor uit een tractaat van Descartes, waarna Christina vragen stelde. "Verder liet ze hem dingen doen die hij verachtte, zoals het schrijven van verzen voor een ballet. Waarschijnlijk ook om hem te pesten, want ze wist dat Descar tes eigenlijk alleen wis- en natuurkunde de moeite waard vond. Zij hield er van de Het Amerikaans beroepswor stelen, een soort ballet voor zwaargewichten, mag zich ver heugen in een toenemende, maar twijfelachtige populariteit aan beide zijden van de Atlanti sche oceaan. Maar waar het spektakel van de spierbundels op poten in Europa alleen nog via satellietzenders wordt ge volgd, betalen steeds meer Amerikanen grif 150 dollar voor een kaartje om de „wed strijden" bij te wonen. door Joyce Venezia (AP) „Kunst" noemen sommigen de ver richtingen van de hotsende en bot sende hopen vlees tussen de tou wen. Anderen vergelijken het 'pro fessional wrestling' met de vroegere gevechten van Romeinse gladiato ren, die alom werden beschouwd als een van de symptomen van een ster vende cultuur. Zelfs de trouwste fans geven toe dat er een zekere mate van perversie zit in de manier waarop de geoliede dikbuiken zich op elkaar laten klotsen en elkaar de ring uit werken. En over de meer dan pri mitieve politieke sentimenten die gere geld door de worstelaars worden opge zweept kan maar het best worden gezwe gen. Rage De kijk- en bezoekerscijfers wijzen uit dat het geweld van de superstars van de World Wrestling Federation in Amerika een nationale rage geworden is. In febru ari zond de omroep NBC het worstelen zelfs live uit in „prime time", de meest bekeken uurtjes televisie met de hoogste advertentietarieven. In de Silverdome in Pontiac (Michigan) kwamen vorig jaar 93.173 toeschouwers kijken. Het was de grootste indoor-menigte die ooit bij el kaar was geweest. Professional Wrestling is „big money" en „serious dollars" geworden en dus werd Wrestlemania IV georganiseerd in de Convention Hall van gokstad Atlantic City. Meer dan 19.000 krijsende fans wachtten op de titanenstrijd tussen Hulk Hogan en Andre the Giant, terwijl nog eens duizenden genoegen moesten ne men met een plaatsje bij het gesloten te levisiecircuit. De twee superstars werden echter ge diskwalificeerd omdat er op de een of an dere manier een klapstoeltje in de ring terechtkwam. Uiteindelijk versloeg Ran dy 'Macho Man' Savage zijn tegenstan der Ted 'Million Dollar Man' DiBiase om naar huis te gaan met de reusachtige kampioenengordel. Ondanks het feit dat de twee grootsten werden gediskwalificeerd, was er voor de fans nog genoeg te genieten. Zo was daar 'Ravishin' Rick Rude, die een strak broekje draagt met een vrouwengezicht op zijn billen. En 'One Man Gang' ('Een- mans-bende'), een twee meter lange reus die het leuk vindt scheidsrechters in het gevecht te betrekken. Een 17-jarige meisje, Michelle Jen nings, vertelde dat zij speciaal'voor Ma cho Man naar Atlantic City was geko men, omdat „ik helemaal weg ben van zijn lijf'. ,Ik woon op een boerderij aan een landweggetje en daar is op zaterdag niks anders te doen dan van 10 uur 's morgens tot drie uur 's middags naar worstelen kijken", aldus Michelle. Erotiek Gebleken is intussen dat gewone tie ners uit het midden van de Verenigde Staten, de landbouwgebieden, de groot ste fans zijn van de mastodonten. Psychiater Lee Salk van de Cornell Universiteit over het verschijnsel: „De opwinding richt zich op mensen die ge vaar trotseren. Er zit ook wat erotiek in; geoliede lichamen, strakke broekjes. Dat prikkelt de verbeelding." „Mensen die een spannend bestaan lei den. die veel dingen doen en reizen, zijn minder geïnteresseerd in zoiets als wor stelen dan mensen met een rustig, routi nematig bestaan. Wie een baantje van ne gen tot vijf heeft zal aan het eind van de dag eerder met een pilsje voor de televi sie zakken", zegt hij. Niet iedereen past in dat beeld. Ook de neurochirurg Peter Massari amuseerde zich prima op de tribunes bij Wrestlema nia. Hij noemde het „ontsnapping op z'n best". Vooral op kinderen schijnt het worste len veel indruk te maken. De 8-jarige Jason Kozak opgewonden: „Iedereen dreunt iedereen in elkaar en ze knallen hun koppen open en ze gooien ze uit de ring en ze doen hun rug pijn. Ik vind het leuk omdat het slecht is en gevaarlijk". Die motivatie is precies datgene waar Gerald Morton zich ernstig zorgen over maakt. Morton is hoogleraar aan de uni versiteit van Auburn. „Ik maak me zor gen om veel van de boodschappen die worden doorgegeven. Er worden gevaar lijke signalen verzonden die een 10-jari- ge niet in perspectief kan zien; de notie dat alle buitenlanders slecht zijn, het ge lijkstellen van geweld met sexualiteit, zelfs de rol waarin vrouwen worden ge drongen". Als voorbeeld noemt hij Lovely Eliza beth, de als een Barbie-pop opgedirkte vrouwelijke manager van Randy Savage. „Zij verschrompelt helemaal in de aan wezigheid van Macho Man. Als je dat ziet lijken we weinig te hebben opgestoken van wat vrouwen ons geprobeerd heb- ben duidelijk te maken". Doorgestoken kaart Bij de World Wrestling Federation wordt niet met zoveel woorden toegege ven dat de „vechtpartijen" doorgestoken kaart zijn. Daar wordt benadrukt dat de worstelaars echte atleten zijn die „spor tief entertainment" brengen. „Die kerels vermaken mensen met at letische bewegingen," aldus woordvoer der Michael Weber. „Is het acteren? Nee. Maar die kerels zjjn heel charismatisch". Een ding is zeker: in Wrestlemania kan veel meer dan in de meeste andere Ame rikaanse televisieprogramma's. Zo ver scheen de razend populaire Vanna Whi te, assistente in een dagelijks spelletjes- programma, in tijgervelletje in de ring om de rondes aan te geven. Het is ook zonder twijfel het enige programma waarin de presentator teksten kan spui en als: „Moet dat in vorm heten? Voor mij lijkt-ie nog het meest op een groot, dik, vet zwijn." waardigheid van de mannen die haar omringden te beledigen. Zij schiep er behagen in de mensen te vernederen en seksueel in verlegenheid te brengen door schuine liedjes te zingen". Christi na zou later aftreden, rooms-katholiek worden en in Rome gaan wonen, waar zij zich verder wijdde aan het verzamelen van kunstschatten en een kostbare bi bliotheek. "Ja, het zou best eens kunnen dat hij aan dat vroege opstaan is gestorven. Daar zit wel wat in. Misschien heeft dat hem de das omgedaan. Na een feest is hij op een avond verhit thuisgekomen. Acht dagen later stierf hij. Tot twee dagen voor zijn dood verkeerde hij in een ijltoe stand. Hij heeft toen ook nog een aderla ting toegestaan, wat hij tot dan toe altijd had geweigerd. Descartes was voldoen de op de hoogte van de werking van de bloedsomloop om te weten dat dat alle maal bullshit was, maar hij stond het toch toe. Niet erg verstandig van hem, "Nee, hij schijnt niets meer te hebben gezegd. Hij kreeg wel het laatste oliesel toegediend; op de vraag of hij geloofde, schijnt hij de ogen even te hebben opge slagen... Wat hij nog wel deed was een brief dicteren aan zijn broer, waarin hij hem vroeg te zorgen voor zijn oude dien ster. Hij had zijn hele leven voor haar borg gestaan". Moeilijk Watson vertelt hoe moeilijk hy het vindt Frans te spreken. Hij kan het wel lezen, maar de taal spreken wordt in Amerika onder academici veel minder belangrijk gevonden. Bovendien is toch bijna alles wel vertaald. In Parijs volgde Watson drie maanden lang een cursus Frans. Hij heeft zijn ervaringen vastge legd in een boekje. Hoe behandelen de Fransen een Amerikaan die hun taal niet perfect beheerst en toch studie maakt van hun belangrijkste filosoof? "Like shit. Als je geen Frans spreekt, tja, wat wil je dan eigenlijk? Dat is de houding die je ontmoet. Het Franse on- derwijssysteeem is wel volstrekt ouder wets, zeer strikt aan regels gebonden. Ze werken nog met een systeem van straf fen en beloningen. De bedoeling is datje met je kennis pronkt. Maar wat is ken nis? Dat is in Frankrijk datje precies dat kunt doen wat je wordt opgedragen. In Amerika gaat het er niet zozeer om datje de stof kunt reproduceren, maar dat je haar kunt gebruiken om mee verder te komen. Voor-de briljante student is op gedane kennis een springplank om ver der mee te komen en wie creatief met het geleerde omgaat, kan rekenen op lof. In Frankrijk moet je precies doen wat men van je verwacht, niets meer en niets min der. Ze geven je als Amerikaan het ge voel datje een idioot bent". Watson stoort zich ook aan het ronken de proza van de hedendaagse Franse filo sofen, een vorm van woorddronkenheid die iets te maken moet hebben met het onderwijssysteem daar. "Ze laten zich el ke keer vangen door boeken met klin kende titels, die bij lezing geesteloos en leeghoofdig blijken te zijn. De Fransen zijn gewend en erop gesteld om aan de oppervlakte te lezen bij intellectuele on derwerpen. Dat heeft ervoor gezorgd dat hun filosofisch onderzoek er eigenijk nauwelijks meer toe doet. De heden daagse Franse filosofen worstelen met Franse problemen, niet met de grote vraagstukken". Maar hoe zit het dan met het Ameri kaanse onderwijs? Wat te denken van universiteiten die, zoals Woody Allen voorhoudt, ook graden in het het macra- meeën verlenen? En wat denkt Watson eigenlijk over de kritiek van Allan Bloom, die in zijn boek 'The Closing of the American Mind' vernietigend naar de Amerikaanse universiteiten heeft uit gehaald. Volgens Bloom lijdt de Ameri kaanse student aan verregaande stupidi- teit. De vraag werkt als, een rode lap op een stier. "Wie is Bloom dan", vraagt Watson, en hij staat op en begint driftig te romme len in een doos met knipsels. Hij haalt een oude kleurenbijlage van de New York Times tevoorschijn. Voorop een fo to van Bloom: een keurige joodse heer in een duur handgemaakt pak. Watson her kent slechts ijdelheïd en wijst vooral op de brandende sigaret die Bloom tussen zijn vingers heeft. Druk gebarend: "Dat is tegenwoordig een statement, wanneer een Amerikaanse professor zich laat fo tograferen met een sigaret. De intellectu eel rookt tegenwoordig niet meer in Amerika. De sigaret van Bloom is een te ken. een signaal van een bepaalde le venshouding, een uiterst rechtse levens houding". Kritiek Hij laat nog een foto zien: Bloom te midden van zijn geestverwante compa- nen, die samen een vakgroep vormen aan de universiteit van Chicago. Een conservatieve denktank, waaronder ook Nobelprijswinnaar Saul Bellow valt te herkennen. Maar Bellow is toch een groot schrijver, die zijn kritiek op .de Amerikaanse universiteiten en de Ame rikaanse samenleving toch schitterend heeft verwoord in zijn romans? "Hij is een groot schrijver, maar praat me er ver der niet van", aldus Watson. Daarna is het gesprek afgelopen. Het is tijd voor Watsons enige wekelijkse ver zetje: het bezoek aan de SRV-wagen, die elke maandagmiddag komt voorrijden. Samen met zijn vrouw en gewapend met een paar woordjes Nederlands zoekt hij mondvoorraad voor een week uit. Naast vertrouwde dingen probeert hij elke week nieuwe dingen. Een fles karne- melkse gortepap, naar hij had vernomen een oud Fries gerecht, is hem maar slecht bevallen. De mededeling dat de pap niet koud, maar gloeiendheet moet worden gegeten, hoort hij net een sceptische blik in de ogen aan. Deze keer koopt hij een blik snert. "Ik ben benieuwd', zegt hij glimlachend.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1988 | | pagina 9