'Wie voorspelt wat hij nu gaat doen?' 0 Verkiezingsnederlaag Bouterse verontrust menige Surinamer ZATERDAG 28 NOVEMBER 1987 PAGINA 29 In het vliegtuig van Surinam Air ways worden de lichten gedoofd. Daarbij blijft het niet. De stewardess loopt door het gangpad en knipt overal zorgzaam de leeslampjes uit. door Henk Dam „Dat doen ze opdat de terroristen ons niet zien", zegt een routinier enkele stoe len verderop. „Die zijn al eens op het vliegveld Zanderij geweest". Door de raampjes is niets anders dan de stikdon kere tropennacht te zien. Binnen heerst een bedrukte stilte. Vlak voor het mo ment dat de in bruin, rood en geel uitge voerde machine van Surinam Airways landt, floepen de lichten in het vliegtuig en aan de vleugels weer aan. Een be schaafde landing, en vlucht 756 uit Mia mi heeft zijn reis veilig volbracht. Opge lucht wordt er door de dankbare passa giers geklapt: het lijkt wel een charter vlucht naar Torremolinos. Op Zanderij regeert de gewone routine op vliegvelden. Wachten voor de douane, wachten voor het verplichte geldwisse- len bij de bank, lang wachten op de baga ge. Met een schok zet de lopende band zich in beweging en dan blijkt pas goed wat de passagiers allemaal uit Miami hebben meegesleept. Naast de gewone koffers rollen honderden dozen door de flappen aan het begin van de band. Lui ers in grootverpakking, bezems, elektri sche artikelen, zelfs enige tientallen dui delijk gebruikte aiitobanden blijken in de buik van het vliegtuig te hebben geze ten. Voor vele tienduizenden guldens moeten de medepassagiers in het land van overvloed hebben ingeslagen. Waarnemers Het is dinsdag. In een zaaltje van het Torarica-hotel krijgen de internationale waarnemers les in Surinaamse verkie zingen. Mr. Sam Polanen van de onaf hankelijke verkiezingsraad legt uit hoe het stelsel, dat heel ingewikkeld is, nu precies werkt. Het is taaie kost. De waar nemers, uit landen als Nederland, Enge land, Amerika, Trinidad en Venezuela, willen ook iets anders horen. Dat die ver kiezingen goed zullen verlopen, dat gelo ven ze wel. Waarom zou Suriname an ders de halve wereld hebben uitgeno digd om te komen kijken? Maar hoe zit het met de verkiezingen in de districten Marowijne, Brokopondo en Sipaliwini? Dat willen ze weten. In die districten opereert het legertje van Ronnie Brunswijk. Maar omdat er de noodtoestand heerst kunnen veel men sen er niet stemmen. Bouterse heeft be slist dat er verkiezingen worden gehou den en zijn partij, de NDP, heeft er ook kandidaten gesteld. Een waarnemer van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) wijst mr. Polanen er op dat er slechts zeer geringe percentages van de bevolking in de drie districten als kiezer geregistreerd staan. Waarom gaan die verkiezingen dan toch door? Polanen antwoordt dat hierover bin nen de regering nog een discussie woedt, dat bij zijn raad mogelijk klachten zullen binnenkomen, en dat dan alsnog zal wor den beslist of de stembusuitslagen in de drie districten geldig zijn. De OAS-man, prof. Claudio Grossman, zegt na afloop van de bijeenkomst: „Natuurlijk hield ik aan op dit punt. Bouterse kan op deze manier de tien zetels inpikken die de dis tricten in het parlement, de Nationale Assemblee, vertegenwoordigen. Dat moet je niet zomaar laten gebeuren". Een jonge enthousiaste politicus van de vooruitstrevende partij PALU legt uit waarom de tien zetels van de dïie distric ten van zoveel belang zijn. „Het gaat Bouterse erom dat het Front geen twee derde meerderheid haalt". Dwarsbomen Het zit zo: als het Front, waarin de drie grootste 'oude' politieke partijen samen werken, een tweederde meerderheid krijgt, dan heeft het de mogelijkheid de grondwet te veranderen. In die grondwet staat onder meer de positie van de Staatsraad beschreven, en die is cruciaal. In de Raad zitten verschillende groepe ringen uit de samenleving, onder wie de militairen, en voor de Raad zijn belang rijke bevoegdheden weggelegd. De politicus: „De Raad kan samen met de president van alles doen om het werk van de Assemblee te dwarsbomen. Bou terse heeft gezegd in de Staatsraad te wil len zitten. Daarom hoeft hij geen presi dent of zo te worden. Hij zal toch wel zijn macht behouden, begrijp je?" Later vertelt een westerse diplomaat me: „Hoe die Staatsraad gaat werken, en dan vooral Bouterse erin, dat is inder daad de hamvraag. Mijn inschatting is dat de militairen zich niet zomaar opzij zullen laten schuiven. En ze zijn gevaar lijk. Sinds het conflict met de opstande lingen zijn ze beter bewapend, beter ge traind en harder, bitterder". Wat kunnen internationale waarne mers eigenlijk doen? Kijken of de verkie zingen technisch goed verlopen en niet veel meer. Niettemin kan dat waarne men nog behoorlijk inspannend zijn. Dat blijkt bijvoorbeeld dinsdagmiddag als Woensdag 7 uur 's morgens. Voor de stembureaus staam al lange rijen wachtenden klaar om hun stem uit te brengen. Begin 1980, nu ruim zeven jaar geleden, barstte in Paramaribo de bom. Verontwaardigde militairen maakten een revolutie uit wat aanvankelijk niet meer was dan een dispuut over soldij. Het was een bijna vermakelijke revolte. Veel slachtoffers waren er niet, en toen de regering-Arron eenmaal tot aftreden was gedwongen, waren de militairen uit de Memre Boekoe-kazerne zichtbaar verlegen met de macht die ze ineens in handen hadden gekregen. De revolutie was bij de Surinamers over het algemeen populair. Veel mensen vonden dat de gekozen regering er een potje van had gemaakt. Veel mensen ergerden zich aan de wijdverbreide corruptie, of waren bang voor steeds op de loer liggende rassenrellen. Maatregelen als het dwingen van ambtenaren om op hun werk te komen, vielen ronduit in goede aarde. Achter sommige bureaus zaten ineens zeven angstige mannen en vrouwen die tot dan toe nooit iets voor hun salaris hadden hoeven te doen. De straffe handhaving van de arbeidsmoraal, meer discipline op school, herstel van de veiligheid op straat - de militaire hand viel nog niet zo zwaar. En beloofden de sergeanten niet dat hun 'correctie' van tijdelijke aard zou zijn? Over de revolutie werd destijds voor deze krant gerapporteerd door Henk Dam. Hij keerde de afgelopen week terug naar Suriname, op een moment dat de jonge republiek de weg terug leek te nemen naar de democratie. Wat veranderde er in de tussentijd? Waar gaat de reis naartoe? Van Dam: „Naar Nickerie. Daar komen we van avond laat aan". Maar dat ligt helemaal bij de grens met Guyana. Dat is een heel eind rijden. Van Dam: „Morgenochtend beginnen we om zeven uur met de stem lokalen te controleren in Nickerie. Van- daaruit rijden we terug naar Paramaribo, en onderweg stoppen we bij de stemlo kalen. Morgenavond zal ik wel weer te rug zijn". Rustig Niet alle waarnemers kwijten zich op deze voorbeeldige wijze van hun taak. De dertien(!) man sterke Amerikaanse delegatie bijvoorbeeld is alles bij elkaar niet veel langer dan een etmaal in Surina me gebleven. Maar Amerikanen kunnen tenslotte ook in vijf dagen half Europa doen, en dus zegt woensdag rond het middaguur - de stembussen zijn dan krap vijf uur open - al een van de Ameri kaanse waarnemers aan de rand van het zwembad van het Torarica-hotel: „Dat gaat hier prima. Het is rustig, het is eer lijk. Veel beter dan andere landen waar ik ben geweest. Nothing like El Salvador, En het Amerikaanse delegatielid J. W. Middendorf, ooit ambassadeur in ons land, geeft een dag voor de verkiezingen al de verklaring: „Het is goed dat Surina me morgen weer wordt opgenomen in de rij van democratische landen". De heer E. N. S. Rensch is van dat laatste nog niet zo overtuigd. Deze vroe gere leraar aan de kweekschool in Para maribo is de laatste jaren uitgegroeid tot een leidend criticus van het bewind van commandant Bouterse. Hij heeft miniti- eus onderzocht wat er allemaal in het oosten van het land is gebeurd, en heeft aan hem gerapporteerde misdaden van het leger in een gestage stroom doorge geven aan organisaties als Amnesty In ternational en de commissie Mensen rechten van de VN. Hij zegt over de 'oude' politici in het Front: „Ze hebben Bouterse beloofd dat de militairen in het centrum van de macht kunnen blijven. Dat is de prijs die ze voor de verkiezingen hebben moeten betalen. Op een gegeven moment wek ten ze in het openbaar de indruk dat ze de grondwet zouden willen wijzigen. Toen heeft Bouterse hen direct bedreigd. Hij zei in een interview: ik wil nog wel eens zien hoe ze dat gaan doen". Wat Rensch betreft is er voor Bouterse geen enkele plaats in het staatsbestel van het Suriname na de verkiezingen. „Daar voor heeft hij de moord op te veel men sen op zijn geweten. Wat er met hem moet gebeuren? Hij moet voor de rechter worden gesleept". Peperduur Geen angst Het tellen van de stemmen ging vaak gepaard met grote belangstelling van kiezers die door de ramen van het stem bureau meekeken. Wil Rensch dit zo in de krant hebben? Is hij dan niet bang? Ja, dat wil Rensch zo in de krant. „Ik laat mijn ruimte bepa len door de regels op internationale insti tuten, door ethiek, mijn religieuze gevoe lens, maar niet door angst. Angst is de grootste vijand". Desgevraagd beaamt hij wel eens be dreigd te zijn geweest. Hij is wel eens op gepakt, en de militaire radio heeft nog niet zo lang geleden gemeld dat er voor mensen als Rensch geen plaats in het land zou moeten zijn. „Maar als de mili tairen hier komen ga ik knokken", zegt de tengere, bebaarde Rensch vastbera den. Zeven jaar militair regime heeft de fie re, onafhankelijke geest van iemand als Rensch niet aangetast. Er zijn op een heel ander vlak wel degelijk grote veran deringen voorzien. Een autotocht door Paramaribo maakt dat meer dan duide lijk. Suriname, in 1980 nog behorend tot de relatief rijkste landen van Zuid-Ame- rika, lijkt nu meer dan ooit op een Derde- Wereld-land. De toen nog indrukwek kende huizen in het centrum van de stad met hun pilaren en veranda's staan er nu verveloos en vervallen bij. De straten zijn vuil en slecht onderhouden. Terwijl de auto voor een stoplicht wacht, loopt een jongetje voorbij. Hij duwt een wagentje voor zich uit, dat is gemaakt van enkele planken en twee plastic flessen. Slim gemaakt speelgoed dat je niettemin aan stoffige landen in Afrika doet denken. Wat verderop staat het warenhuis Kersten, vroeger het ele gante centrum voor winkelend Surina me. Alles was op de twee etages van het grote winkelpand te koop. Dat is dras tisch anders geworden. De eerste verdie ping staat nu zo goed als helemaal leeg. En op de ongezellige en donkere begane grond staan de schaarse waren zo uitge stald dat het nog iets lijkt. Maar schijn bedriegt. Er is vrijwel geen winkelend publiek in Kersten. Een wat oudere man in een groen overhemd houdt een discus sie met verveeld kijkende verkopers. „Ik zegje: wie nu nog van Bouterse houdt is even gek als Bouterse zelf', schreeuwt hij uit. De supermarkt Hola ziet er al even triest uit als Kersten. Tweederde deel van de winkelruimte wordt niet ge bruikt. Wat de produkten kenmerkt op het deel wat is overgebleven, is vooral dat ze zo duur zijn. Een pak hagelslag kost tien Surinaamse guldens (negen Ne derlandse guldens, de officiële koers even aanhoudend). Een liter fruitsap kost 18 gulden, een blik doperwten (mid delfijn) 16 gulden, en een tonnetje Brazi liaans waspoeder maar liefst 175 gulden. Daarbij houde men voor ogen dat 500 gulden in Suriname een heel redelijk maandsalaris is. De dozen van de passagiers van Suri nam Airways beginnen duidelijk te wor den. Bedrijfsleider Arthur Krommie van Hola: „Ja, het is duur. Maar we hebben in elk geval weer wat. Een maand geleden hadden we maar de helft vol staan van de verkoopruimte die we nu zien". „Vroeger", zegt hij dromend, „ver kochten we hier kaviaar. Dat is ons pro bleem. We zijn nooit een echt rijk land geweest, maar we hebben wel altijd zo geleefd. Wij zijn een verwend volk. Ver geet u niet dat 60 tot 70 procent van de Surinamers wel eens in het buitenland is geweest, vooral Nederland. Die mensen gaan vergelijken. Ze zeggen: wat ze daar hebben willen wij ook. Fout. We moeten zelf produceren, niet maar blijven invoe ren. Je moet leven naar wat je hebt en naar wat je zelf maakt". Een huisvrouw vult het economische 'plaatje' nog wat verder aan. „Er is ge brek aan haast alles hier. Toiletpapier, bruine bonen, aardappelen, kip. Het is al lemaal schaars, en als het er is is het duur. Ja, nu zie je wel wat meer op de markt, maar dat komt door de verkiezin gen. Er kan meer ingevoerd worden. Ie dereen heeft een extra rantsoen van vier liter olie, vijf kilo suiker en een kilo uien gekregen". Hulp Ik vertel over de oude autobanden in het vliegtuig. „O, dat doen ze zo vaak. Ze nemen oude banden bij Amerikaanse slopers voor niks mee en verkopen die dan hier voor honderd gulden per stuk". Als niet haast iedereen in Suriname pak ketten van familieleden in Nederland kreeg zou er al lang herrie zijn gekomen, zegt ze. „Kijk maar langs de straten op de dag dat het vuilnis wordt opgehaald. Dan zie je allemaal dozen waarmee de spullen uit Nederland zijn gekomen". Een diplomaat van de Amerikaanse ambassade zegt later: „Ik moest pas aan landgenoten uitleggen hoe het de Suri naamse economie sinds de revolutie is vergaan. Ik zei: alle economische indica toren wijzen sindsdien stijl naar bene den, behalve die voor de inflatie en de werkloosheid". Zou dat weer hersteld kunnen worden met Nederlandse ont- Desi Bouterse. Dat zijn politieke rol zou zijn uitgespeeld wil in Suri name eigenlijk niemand geloven wikkelingshulp? De diplomaat: „Laat ik het zo zeggen: als die hulp niet komt, komt de economie er zeker nooit meer bovenop". De Arya Dewakersschool aantde Bak- kieweg is een van de gebouwen in Para maribo waar kan worden gestemd. Er staat een lange rij wachtenden, want stemmen is hier niet iets eenvoudigs. Identiteitsbewijzen, stemformulieren en namen op vellen computerpapier moe ten met elkaar in overeenstemming zijn, en dat wordt allemaal uitermate nauwge zet gecontroleerd. Bovendien dient ieder maar liefst veertien hokjes aan te krui- Maar de wachtenden hebben afleiding in de vorm van de propagandisten van de partijen die hartstochtelijk hun zaak be pleiten. Ieder, of men nu wil of niet, krijgt lesjes in politiek. Tussen de aan hangers van het Front en die van de NDP ontstaat een redelijk goedgemutste schreeuwpartij. Die van het Front schreeuwen het hardst. „Wat hebben jul lie ons nou gebracht? Zeven magere ja ren, zeven magere jaren, meer niet", ho- Allemaal anders Een oudere dame, met groene rok en petje van haar partij, onderbreekt het be kritiseren van de NDP'ers even om met me te praten. „Ik ben 53 jaar, ik ben grootmoeder", zegt ze met een hese stem. „Twee kleinkinderen wonen bij me. Wat moet ik ze te eten geven? Ik heb niks, er is niks. Daarom moet het alle- maal anders". Ze herhaalt: „Ik heb niks. Allemaal de schuld van Bouterse. Weg moet hij, weg. Alles moet weer worden zoals het vroe ger was, vóór 1980. Toen was het goed. Toen was het mooi hier in Suriname". Het is de nacht van woensdag op don derdag. Op een veranda in een van de Eu ropese wijken van Paramaribo zit een tiental mensen de stembusuitslag te vieren. De stemming is opperbest. Elke nieuwe uitslag maakt duidelijk dat de NDP en dus Bouterse zelf een zware ver nedering moet ondergaan. Het Front is de grote winnaar. Bouterse heeft een dreunend 'nee' van het Surinaamse volk te horen gekregen. De veranda zit vol aanhangers van het Front, dus er wordt veel getoost en veel gelachen. Giechelend wordt de onoffi ciële leuze van het Front over de stille straat uitgeroepen: „Stem Frontaal, Bou terse Kanibaal". Maar een man, een in dustrieel, is voorzichtiger. „Nee, nee", waarschuwt hij, „kijk nou uit. Deze over winning is veel te groot. Dit is een dode lijke belediging voor Bouterse, dus wie voorspelt wat hij nu gaat doen?".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1987 | | pagina 29