9 Ik denk nooit zo verschrikkelijk na' Willem Duys zei te snel 'ja' tegen nieuwe Vuist-afleveringen Mijn vaderland Spontaniteit Theatermuziek Comme il faut Fenomeen Hans Liberg onweerstaanbaar leuk Violiste Blankestijn voldoet niet helemaal KLASSIEK I bijdrage: Paul Korenhof Hij zei snel 'ja' tegen vier nieuwe afleveringen van 'Voor de vuist weg'. Te snel vindt hij achteraf. Toch vindt hij het leuk om het na acht jaar onderbreking weer te doen. Willem Duys is terug. Tijdelijk verblijft hij in het Noordwijkse Oranjehotel, waar de programma's worden opgenomen. Verslaggever Peter Contant zocht hem daar op. door Peter Contant NOORDWIJK - „Het leven wordt totaal onmogelijk. Ik krijg weer stapels post. Iedereen heeft weer een kind dat goed kan zingen en ie dereen heeft weer uitvindingen ge daan. Ik word er totaal mesjogge van. Ze bellen me uit m'n bed, want ze willen in de Vuist. Ik moet bijna op alles 'neen' zeggen. Niemand haalt het blijkbaar in z'n hoofd om de producent te bellen voor de show. Maar mij wel. Echt, dol word je ervan. Die toestanden, ik heb het ingecalculeerd. Maar toch...". „Ik heb te snel 'ja' gezegd tegen die vier Vuisten. 'We zitten met een gat op de maandagavond, Willem. Is dat iets voor je', vroegen ze bij de AVRO. Dat is best, zei ik na een ra dioprogramma op zondag. Terug in het vliegtuig naar Frankrijk dacht ik bij mezelf: wat heb je nu in gods naam gedaan? Ik vind het wel leuk hoor en ik doe het niet met tegen zin, maar toch...". „Ik doe het op mijn manier. Nie mand moet mij zeggen hoe het moet. Zo'n regisseur verwacht dat ik netjes de trap afkom en dan zeg: daar ben ik weer en de hele rataplan. Dat deed ik de eerste keer dus niet. Dat is helemaal niet leuk. Ik gleed op m'n buik van de trap af. Dat deed verdomde pijn, maar het Tsjechische cyclus Smetana: "Ma Vlast" (Mijn Vader land) - ork. fragm. uit "De Verkochte Bruid". Wiener Philharmoniker o.l.v. James Levine. DG 419 768-2 (2 cd's). Wie kent niet 'De Moldau', het korte symfonische gedicht van Smetana en de toeverlaat van muziekdocenten die willen laten horen hoe een orkest de natuur kan uitbeelden?. Betrekkelijk weinig mensen zijn zich er echter van bewust, dat dit een deel is uit een cyclus van zes die de toepas selijke naam 'Mijn Vaderland' kreeg, omdat Smetana heel wat meer wilde schilderen dan alleen maar een rivier. In het eerste deël behandelt hij een grote rots aan de Moldau, in het tweede de ri vier zelf en daarna achtereenvol gens een episode uit de Tsjechi sche sagenwereld, de wouden en velden van Bohemen, de stad Ta bor (centrum van de reformatie) en de berg Blanik (waar de volge lingen van Hus zich later hebben teruggetrokken). Deze Tsje- chisch-nationalistische cyclus kreeg van Levine en de Wiener Philharmoniker een uitvoering die getuigt van een opmerkelijk gevoel voor de sfeer en de talloze details in deze muziek, maar ook van een onsentimentele benade ring en een breed kleurenscala. Als toegiften horen we de werve lende ouverture en drie folkloris tische dansen uit dat andere hoogtepunt van de Tsjechische muziek, de komische opera 'De Verkochte Bruid'. Jacqueline du Pré Elgar: Celloconcert in e, op. 85 - Sea Pictures, op. 37. Jacqueline du Pré (cello), Dame Janet Ba ker (mezzo-sopraan), London Symphony Orchestra o.l.v. Sir John Barbirolli. EMI CDC 7473292 (cd). Vier weken geleden overleed de Engelse celliste Jacqueline du Pré op de leeftijd van 42 jaar aan de gevolgen van multiple sclero se, de ziekte die haar al jaren ge leden gedwongen had haar in- ^tmmenWerzyc^ was weer eens wat anders. Ja, dan is zo'n regisseur verbaasd. Ik heb gezegd: dit is net een voetbalwed strijd. Ik ben de bal. Je moet niks anders doen, dan mij volgen. Goed opletten. Ik doe gewoon wat mij in valt". „Ik heb al die jaren met Theo Or demans gewerkt: 25 jaar lang. Ik heb nu Hennie Budie. Uitermate vakkundig hoor. Maar die zegt: 'we moeten eens praten over de vorm'. Ik vraag: welke vorm? Ik ben de vorm en ik zit achter die vissekom, en als de kijkers dat niet mooi vin den, dan draaien ze de knop maar om. Zo'n regisseur vindt dat niet interessant. Die doet liever iets moois met een decor. Dat interes seert mij nu weer niets. Ik ben er toch niet voor hem. Dat zou tot gro te ruzies kunnen leiden als zo'n man op z'n strepen stond, maar die ziet ook in dat ze mij terughalen om wie ik ben en om wat ik kan. Dat moet hij in beeld brengen. Ik weet alleen wat voor mezelf goed is". Fantastisch „Toen ik al in Frankrijk woonde, hadden ze eens de onderwerpen voor een Vuist voor mij bedacht in Hilversum. Daar hield ik niet van. Ik moet er zelf achter kunnen staan. Die juffrouw met die pruik in de eerste aflevering afgelopen maandag, die heb ik zelf ontmoet in het vliegtuig. Fantastisch vond ik het. Die voldeed aan mijn crite ria. Het team zag het helemaal niet zitten. Die vond het flauw. Maar ik heb een volstrekt vetorecht, dus ging het wel door". „Het verbaast mij niet dat die Vuist nog steeds zo populair is. De eenvoudige reden is, dat dit pro gramma tóch afwijkt van alle ande re praatprogramma's, waarin vaak het onderwerp centraal staat. Son- ja Barend heb ik afgelopen zondag gezien met een dame, die vertelde over een psychiater die zelfmoord had gepleegd. Daar zit ik verbaasd naar te kijken. Ik zou dat nooit ge nomen hebben of het heel anders zou hebben aangepakt. Er was he lemaal geen tegenwerping". haar verloor de muziekwereld een van de grootste instrumenta listen, een vertolkster van een uitzonderlijke muzikaliteit die één was met haar instrument op de manier waarop alleen de aller grootsten dat zijn. Haar naam zal echter vooral verbonden blijven aan het Celloconcert van Elgar, waarmee zij al op zeer jeugdige leeftijd een sensatie verwekte en waarvan zij de grote pleitbezorg ster werd. Van de verschillende uitvoeringen die bewaard zijn gebleven, heeft deze plaatopna me uit '65 nog steeds mijn voor keur, zowel door de ideale sa menwerking met Barbirolli als door de intensiteit van haar on verbloemd romantische aanpak, die dit weemoedige werk, ooit omschreven als een 'vaarwel aan de schoonheid', verheft tot de hoogte van de grote 19de-eeuwse soloconcerten. De recente cd-uit- gave benadrukt de spontaniteit in haar uitvoering en heeft daar bij het grote voordeel van de koppeüng aan een andere onver gankelijke Elgar-interpretatie: de uitvoering van de vijf 'Sea Pictures' door Janet Baker, eveneens in '65 onder Barbirolli opgenomen. „In feite drijven al die praatpro gramma's alleen op de onderwer pen. Dat geldt ook voor Tineke. Geef je mijn pakket onderwerpen aan Sopja, Mies of Ivo, dan wordt het een heel ander programma. Mijn formule heeft misschien wel iets kneuterigs, maar de kijker kan zichzelf er in herkennen. Die is ook niet zo slim. Ja, en ik val zomaar er gens, gooi sinaasappelsap om. Dat spreekt aan. Ik amuseer mensen op een begrijpelijke, niet te diepgra vende manier. Zo in de trant van: mensen daar zit ik weer. Kijk eens wat ik allemaal heb meegebracht. Dat komt over". „Die interesse die ik op de buis toon in mensen, die heb ik ook echt. Ik sta ontzettend open tegen over mensen. Juist door de toon van de Vuist ben ik ook bij de bus- en de vrachtwagenchauffeur ge liefd. Ik ben als het ware een natio naal bezit. Die mensen die tegen je aanpraten, dat is leuk. Dat is de roem waarnaar je streeft als je der tig bent. Ik vind het nog steeds enig, maar ik lig er niet meer van wakker. Maar het is toch leuk als mensen je aardig vinden. Ik heb van de week erg gelachen om een presentatrice op de VPRO-radio, die zei: 'Ik had een boze droom, dat Willem Duys weer terug was met z'n Vuist'. En toen draaide ze een plaat met als titel 'That bad dream'. Daarover kan ik me geweldig amu seren. Het is een uitvloeisel van een politiek systeem: de VPRO moet me niet. Ik word daar gezien als een rechtse fatsoensrakker". Oppervlakkig „Eerlijk gezegd, ben ik vrij op pervlakkig, behalve op muziekge bied. Ik denk ook nooit zo ver schrikkelijk na. Ik flap er ook din gen uit die absoluut niet kunnen. Als je met Mies Bouwman moet werken, word je gek. Zo ijverig is zij. Een absolute perfectioniste. Dat zit niet in mij. Bij de voorberei dingen van een programma ben ik ook vrij ongecompliceerd". „Voordeel is dat bij mij alles rechtstreeks gaat en dat er niks ge- Kiri Sings Gershwin. Songs van Gershwin in originele orkestra ties. Kiri Te Kanawa (sopraan), The New Princess Theater Or chestra o.l.v. John McGlinn. EMI CDC 7474542 (cd), 067- 2705741 (lp). Na alle vorige 'populaire' platen van Kiri Te Kanawa zou ik deze onvermeld hebben gelaten, als die niet in sommige opzichten weer heel bijzonder was geweest. Om te beginnen zijn dit de eerste opnamen waarbij weer gebruik werd gemaakt van de oorspron kelijke instrumentatie, die overi gens alleen bij 'Summertime' van de hand van de componist zelf is, maar dat fragment komt dan ook uit de opera 'Porgy and Bess'. De overige songs werden geschreven voor shows en films en vallen dus onder het hoofd stuk "populaire muziek", wat be tekende dat Gershwin de orke stratie aan anderen overliet, daarmee zelf de deur openend voor de vele arrangementen die zouden volgen. John McGlinn heeft vrijwel alle partituren uit de archieven naar bóven weten monteerd moet worden. Ik hoef mijn teksten ook nooit te herhalen, want ik stotter nooit. Wat het ook is, ik kom er altijd in één keer uit". „Ik heb een keer bij RUR geze ten. Daar zag en hoorde ik dus Jan Lenferink. Alleen al in z'n inleiding ging hij drie keer over de kop. Band stop: opnieuw opnemen, tot vier keer toe. Mijn god, waarom kies je niet een ander vak, dacht ik. Als je die paar zinnen er niet eens goed kan uitgooien. Maar kenne lijk is die jongen zo ontzettend be vangen door de zenuwen. Medelij den met zo'n iemand? Welnee. Dat is me totaal vreemd. Je kunt het of je kunt het niet". „Ik heb een quizmaster gekend, die zo verschrikkelijk nerveus was dat hij voor z'n programma drie keer naar het toilet moest. Niet al leen om te plassen, maar om over te geven. Dan kun je het beter niet doen. Als je echt last hebt van zenu wen, dan moetje niet bij de radio of televisie gaan werken". te halen om er vervolgens met een theaterorkest plus twee vo cale ensembles uit New York en een sopraan uit Nieuw-Zeeland een hartveroverende plaat van te maken. Te Kanawa heeft precies het licht fluwelige timbre en de gecultiveerde voordracht, waar nodig vol knipogen en humor, voor vertolkingen waarin de sfeer van de vooroorlogse show wereld doorklinkt. Een enkele keer (o.a. in 'The Man I Love') zijn de tempi aan de snelle kant ei^ ook werd de stem van de so praan misschien een fractie te di rect opgenomen, maar als geheel is dit weer een verrukkelijke uit gave. Sjostakovitsj puur Sjostakovitsj: Symfonie nr. 6 in b, op. 54 - Symfonie nr. 12 in d, op. 112 "Het jaar 1917". Symfo nie-orkest van het USSR-Minis- terie van Cultuur o.l.v. Gennadi Rosjdestvenski. Olympia OCD 111 (cd). De muziek van Sjostakovitsj maakt soms een onevenwichtige indruk, enerzijds door pogingen een overvloed aan emoties zo overtuigend mogelijk in klanken om te zetten, maar anderzijds ook doordat de componist daar bij dikwijls gedwongen werd tot compromissen. Zijn botsingen met de stalinistische cultuurbon- zen zijn bekend en leidden tot ar tistieke 'aanpassingen' in de hoop zijn muziek toch weer uit gevoerd te krijgen, een houding die nog doorwerkte in de aan Le nin gewijde twaalfde symfonie uit 1960. Veel westerse dirigen ten streven daarom naar een ab strahering van de muziek in een poging los te komen van de poli tieke context, maar daarmee richten zij soms onbedoeld de schijnwerpers op inconsequente of onevenwichtige elementen. Geheel anders is de benadering van Rosjdestvenski, momenteel de Russische Sjostakovitsj-spe- cialist bij uitstek. Zijn vertolkin gen op het nieuwe, vooral aan Russische muziek gewijde label Olympia missen die goedbedoel de pogingen om zowel het poli tieke als het emotionele pathos af te zwakken of te polijsten. Sentimentaliteit en geschmier zijn hem echter vreemd; de bena dering is eerder strak en zakelijk, en dat heeft hier een fascineren de cd opgeleverd met ruim ze ventig minuten glorieus orkest- spel. (Toevallig had ik twee ex emplaren tot mijn beschikking, maar geen ervan leverde het technische probleem op waar mee het panel van Diskotabel onlangs geconfronteerd werd.) Importeur: Sound Products, Loosdrecht. „Al die presentatoren die praat programma's maken, moeten min der gespannen doen en warmer overkomen. Ze kijkeri net iets te reikhalzend uit naar de kijkcijfers. Het heeft ook met hun carrière te maken. Als je die al achter je hebt, zoals ik, dan kan je weinig gebeu ren. Die cijfers interesseren mij ook geen lor. Al is de kijkdichtheid nul. Als die vier programma's om zijn, dan ga ik weer net zo vrolijk naar huis". „Het is natuurlijk een verschil of televisie je vak is of niet. Ik ben niet met televisie bezig. Ook in de echte jaren van de Vuist was ik dat niet. Een dag van te voren wilde ik pas weten wat er in kwam. De dag zelf wou ik niet repeteren. Er was een wet bij ons thuis: er werd nooit over gesproken. Geen woord, ik vond het niet belangrijk. Als ik een grote show had gedaan, zei mijn vrouw alleen: die das zou ik niet meer aantrekken". Timmerman „Ik heb geen programma van mezelf ooit teruggezien, geen centi meter. Dat geldt ook voor de radio programma's die ik gemaakt heb. In vijfentwting jaar heb ik nooit iets teruggeluisterd. Maar de kick is er echt nog wel. Het is vergelijk baar met een timmerman, die een kastje moet maken. Hij weet dat hij het kan. Maar het is routine. Zo ligt het bij mij ook". „Aan mij wordt gevraagd een programma van drie kwartier op mijn manier te vullen. En ik weet wat ik doe. De eerste uitzending was nog niet zoals ik het hebben wilde. Niet dat er nu meteen een stunt in moet zitten, maar het was allemaal iets te kabbelend, mis schien iets te veel muziekgericht en te weinig human interest. Maar dat komt maandag wel goed. De te lefoon heeft roodgloeiend gestaan na de eerste uitzending. Dat maakt de keuze uit al die onderwerpen juist zo moeilijk". „Ik nodig alleen mensen uit, met wie ik denk uit de voeten te kun nen. Als ik het niet zie zitten, dan kan ik het ook niet waarmaken. Je moet gewoon met mensen omgaan. Ik ben ook heel open, makkelijk en totaal ontspannen. Geen zee gaat mij te hoog. Ik hoef immers geen prestatie te leveren. Een zanger moet zingen, een danser moet dan sen, een acteur moet z'n tekst niet vergeten, maar mij kan niet zo gek veel gebeuren. Ik kondig wat aan, presenteer wat, daaraan kan niet zo heel veel scheef gaan". „Ik heb destijds een punt achter die Vuist gezet, omdat ik het al zes tien jaar deed en alles in mijn pro gramma heb gehad: alle jonge ta lenten en alle oude mannen die saxofoon konden spelen. Een vorm van slijtage. Bovendien zat ik al in Frankrijk toen; dus het werd moei lijker met reizen. Die Vuist voor Bernhard en Juliana was gewoon een aardigheidje en heel leuk om te doen". „En toen kwam ineens de gele genheid voor die vier Vuisten. Het programma moet eigenlijk langer, want drie kwartier is voor mij te kort. Daarin kan je heel weinig doen. Ik kan er niet voldoende mee uit de voeten. Maandag bijvoor beeld heb ik twee gesprekken van twaalf minuten, dan blijft er weinig tijd over voor andere dingen. Je kan nooit een lang gesprek voeren of iets uitdiepen". Kunstenaars „Ik heb absoluut tien keer meer gedaan dan elke televisiepresenta tor. Moet ik me nou nog bewijzen? Er is maar een ding, waarin ik goed ben en dat is met hele grote kunste naars praten. Maar, dan draait het publiek de knop om. Toch is 'Duys op Zondag' m'n beste programma geweest. Dat is gestopt. 'Doe maar bever de Vuist, dan kijken er meer mensen', zeiden ze. Het is de wet van de kijkcijfers". „Dat programma deed ik nu met grote liefde. Dat is het enige waar aan ik met hart en ziel heb gewerkt. Morgen zou ik het weer willen doen; al zitten er natuurlijk grote problemen aan. Ik wil op m'n krent in Frankrijk blijven zitten. Ik wil niet hier zijn. Maar juist, omdat je die dagelijkse betrokkenheid mist, ga je op je bek. Een RSV-enquête of die enquete over de bouw, daar over kan ik niet meepraten. Tele tekst is me vreemd. Viditel, nooit van gehoord. Computers, ik weet niet wat het zijn". „Onvrede over de Nederlandse televisie heb ik niet. Ik denk, dat we het niet slecht doen. Natuurlijk steekt de BBC met kop en schou ders boven ons uit. Maër Amerika doet het wel minder. Tien procent van de programma's is daar bril jant, terwijl negentig procent niet om aan te zien is. En dat geldt in fei te ook voor Frankrijk. Nederland heeft een eigen cultuur, of die nu Koot en Bie heet of André van Duin. Daarnaast pikken we ook nog de buitenlandse krenten uit de pap mee in het totale televisieaan bod". Wortel Bach Live, soloprogramma van en door Hans Liberg. Gezien op 13 no vember in de Leidse Schouwburg. LEIDEN - Als er een gevoelsmatig verschil tussen 'volle,dig uitver kocht' en 'stampvol' bestaat, dan is de tweede kwalificatie van toepas sing op de belangstelling, gisteravond in de Leidse Schouwburg, voor het fenomeen Hans Liberg. Want een uniek fenomeen is hij ontegen zeggelijk. Nog niet eens zo lang geleden gold Liberg als een 'Geheim- tip' voor een kleine kring liefhebbers. Nu (er was gisteravond geen plek onbezet) is er een grote schare van fanatieke fans. 't Is trouwens toch in zijn geval alles of niets: of je vind hem een grandioos artiest of je hebt er absoluut geen affiniteit mee - 'wel aardig vinden' is er niet bij. Wat Liberg in zijn eentje op het podium doet, valt eigenlijk nauwe lijks na te vertellen. Onder zijn leiding buitelen we door de muziekge schiedenis, pikken onderwijl een paar (natuur-)wetenschappelijke ontwikkelingen mee en komen uit in ons postmoderne tijdperk, waar over ook al de nodige kwinkslagen gedebiteerd worden. Zijn knappe pianospel en voortdurende pianistiek-grappen vormen het uitgangs punt in het program, waarin verder van alles langs associatieve wegen aan de orde komt. Het tempo ligt hoog, zo hoog zelfs, dat niemand echt kan volhouden dat hij alles uit deze muzikaal/verbale overdosis heeft kunnen oppik ken en vatten. Het geraffineerde van de programma-opzet is ook voor al, datje regelmatig op het verkeerde spoor zit. Soms is de grap bijna banaal eenvoudig, soms is er alleen een onverwachte combinatie en soips is er een superintelligente toespelen, zodat je dus nooit weet, hoever je moet doordenken of hoe voor de hand liggend de grap eigen lijk is. De combinatie van dat alles maakt de voorstelling onweerstaanbaar leuk. De schitterende act om maar wat te noemen als Amerikaan op bezoek in Amsterdam - culturele hoofdstad van Europa is een kleine re eenheid binnen het geheel. Diens prachtige verhaal over de LP 'Grasland' is een heerlijke veeg uit de pan aan het adres van Paul Si mon. Hier is het 'so natural, you know' niet van de lucht, in het gedeel te over Japan is alles vooral 'very basic'. Wegens enorm succes is er op 9 februari een extra voorstelling inge last; het zal ongetwijfeld weer storm lopen. WIJNAND ZEILSTRA. Marieke Blankestijn viool en Kyoko Hashimoto piano met werken van Mo zart, Grieg en Fauré. Gehoord in de Kapelzaal in Leiden op vrijdag 13 no vember. LEIDEN - Het is al weer een aantal jaren geleden dat muziekmin- nend Nederland kennismaakte meteen nieuw jong viooltalent, Marie ke Blankestijn, dat niet alleen in violistisch maar ook in muzikaal op zicht veelbelovend genoemd moest worden. Dat het boeiend is om de ontwikkeling van zo'n talent te volgen bleek uit de meer dan middel matige belangstelling voor haar recital. De Sonate in Es K.V. 380 van Mozart waarmee zij het programma opende stelde wat teleur; onte genzeggelijk levendig gespeeld met veel innerlijke kracht maar wat ruig en weinig verfijnd. In de Sonate no. 3 op. 45 van Edward Grieg werd duidelijk waar haar kracht ligt. In deze sonate met zeer wisselen de stemmingen ontpopte zij zich als een temperamentvol violiste, een temperament dat in Mozart te weinig beheerst werd, maar in deze mu ziek volledig tot ontplooiing kon komen. Haar toon is rijk aan schake ringen, en daarbij verstaat ze de kunst een melodische lijn een grote intensiteit mee te geven, en de spanningsbogen zorgvuldig op te bou wen. Vooral de pianissimo passages wist ze subtiel te kleuren. De So nate no. 1 in A, op. 13 van Gabriel Fauré is muziek die eenzelfde ro mantische inspiratiebron heeft, maar een ander stempel draagt, veel gecompliceerder is dan de 'eenvoudige' Grieg. Ook in dit werk bewees Marieke Blankestijn dat voor haar het we zenlijke zich achter de noten bevind. Een onstuimige vertolking, wat minder weelderig van klank dan in Grieg, oogstte terecht een 'bravo' uit het publiek. Een belangrijk aandeel had haar begeleidster Kyoko Hashimoto. In de Sonates van Mozart staat de piano op de voorgrond en is de viool een begeleidende rol toegedachtm, in de sonates van Grieg en Fauré is de pianist geen bescheiden begeleider op de achter grond, maar een gelijkwaardige partner. Kyoko Hashimoto bleek uit hetzelfde hout gesneden. Ook zij toonde grote affiniteit met de twee romantische onderdelen van het programma, meer dan met Mozart, waar te weinig zeggingskracht vanuit ging. Hun samenspel was boven alle lof verheven.- MIES ALBARDA. De jonggestorven Engelse celliste Jacqueline du Pré. (foto ciive Barda»

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1987 | | pagina 45