9 Ik denk nooit zo
verschrikkelijk na'
Willem Duys zei te snel 'ja'
tegen nieuwe Vuist-afleveringen
Mijn vaderland
Spontaniteit
Theatermuziek
Comme il faut
Fenomeen Hans Liberg
onweerstaanbaar leuk
Violiste Blankestijn
voldoet niet helemaal
KLASSIEK I bijdrage: Paul Korenhof
Hij zei snel 'ja' tegen vier
nieuwe afleveringen van
'Voor de vuist weg'. Te snel
vindt hij achteraf. Toch
vindt hij het leuk om het
na acht jaar onderbreking
weer te doen. Willem Duys
is terug. Tijdelijk verblijft
hij in het Noordwijkse
Oranjehotel, waar de
programma's worden
opgenomen. Verslaggever
Peter Contant zocht hem
daar op.
door
Peter Contant
NOORDWIJK - „Het leven wordt
totaal onmogelijk. Ik krijg weer
stapels post. Iedereen heeft weer
een kind dat goed kan zingen en ie
dereen heeft weer uitvindingen ge
daan. Ik word er totaal mesjogge
van. Ze bellen me uit m'n bed, want
ze willen in de Vuist. Ik moet bijna
op alles 'neen' zeggen. Niemand
haalt het blijkbaar in z'n hoofd om
de producent te bellen voor de
show. Maar mij wel. Echt, dol word
je ervan. Die toestanden, ik heb het
ingecalculeerd. Maar toch...".
„Ik heb te snel 'ja' gezegd tegen
die vier Vuisten. 'We zitten met een
gat op de maandagavond, Willem.
Is dat iets voor je', vroegen ze bij de
AVRO. Dat is best, zei ik na een ra
dioprogramma op zondag. Terug in
het vliegtuig naar Frankrijk dacht
ik bij mezelf: wat heb je nu in gods
naam gedaan? Ik vind het wel leuk
hoor en ik doe het niet met tegen
zin, maar toch...".
„Ik doe het op mijn manier. Nie
mand moet mij zeggen hoe het
moet. Zo'n regisseur verwacht dat
ik netjes de trap afkom en dan zeg:
daar ben ik weer en de hele
rataplan. Dat deed ik de eerste keer
dus niet. Dat is helemaal niet leuk.
Ik gleed op m'n buik van de trap af.
Dat deed verdomde pijn, maar het
Tsjechische cyclus
Smetana: "Ma Vlast" (Mijn Vader
land) - ork. fragm. uit "De Verkochte
Bruid". Wiener Philharmoniker
o.l.v. James Levine. DG 419 768-2 (2
cd's).
Wie kent niet 'De Moldau', het
korte symfonische gedicht van
Smetana en de toeverlaat van
muziekdocenten die willen laten
horen hoe een orkest de natuur
kan uitbeelden?. Betrekkelijk
weinig mensen zijn zich er echter
van bewust, dat dit een deel is uit
een cyclus van zes die de toepas
selijke naam 'Mijn Vaderland'
kreeg, omdat Smetana heel wat
meer wilde schilderen dan alleen
maar een rivier. In het eerste deël
behandelt hij een grote rots aan
de Moldau, in het tweede de ri
vier zelf en daarna achtereenvol
gens een episode uit de Tsjechi
sche sagenwereld, de wouden en
velden van Bohemen, de stad Ta
bor (centrum van de reformatie)
en de berg Blanik (waar de volge
lingen van Hus zich later hebben
teruggetrokken). Deze Tsje-
chisch-nationalistische cyclus
kreeg van Levine en de Wiener
Philharmoniker een uitvoering
die getuigt van een opmerkelijk
gevoel voor de sfeer en de talloze
details in deze muziek, maar ook
van een onsentimentele benade
ring en een breed kleurenscala.
Als toegiften horen we de werve
lende ouverture en drie folkloris
tische dansen uit dat andere
hoogtepunt van de Tsjechische
muziek, de komische opera 'De
Verkochte Bruid'.
Jacqueline du Pré
Elgar: Celloconcert in e, op. 85 -
Sea Pictures, op. 37. Jacqueline
du Pré (cello), Dame Janet Ba
ker (mezzo-sopraan), London
Symphony Orchestra o.l.v. Sir
John Barbirolli. EMI CDC
7473292 (cd).
Vier weken geleden overleed de
Engelse celliste Jacqueline du
Pré op de leeftijd van 42 jaar aan
de gevolgen van multiple sclero
se, de ziekte die haar al jaren ge
leden gedwongen had haar in-
^tmmenWerzyc^
was weer eens wat anders. Ja, dan
is zo'n regisseur verbaasd. Ik heb
gezegd: dit is net een voetbalwed
strijd. Ik ben de bal. Je moet niks
anders doen, dan mij volgen. Goed
opletten. Ik doe gewoon wat mij in
valt".
„Ik heb al die jaren met Theo Or
demans gewerkt: 25 jaar lang. Ik
heb nu Hennie Budie. Uitermate
vakkundig hoor. Maar die zegt: 'we
moeten eens praten over de vorm'.
Ik vraag: welke vorm? Ik ben de
vorm en ik zit achter die vissekom,
en als de kijkers dat niet mooi vin
den, dan draaien ze de knop maar
om. Zo'n regisseur vindt dat niet
interessant. Die doet liever iets
moois met een decor. Dat interes
seert mij nu weer niets. Ik ben er
toch niet voor hem. Dat zou tot gro
te ruzies kunnen leiden als zo'n
man op z'n strepen stond, maar die
ziet ook in dat ze mij terughalen om
wie ik ben en om wat ik kan. Dat
moet hij in beeld brengen. Ik weet
alleen wat voor mezelf goed is".
Fantastisch
„Toen ik al in Frankrijk woonde,
hadden ze eens de onderwerpen
voor een Vuist voor mij bedacht in
Hilversum. Daar hield ik niet van.
Ik moet er zelf achter kunnen
staan. Die juffrouw met die pruik
in de eerste aflevering afgelopen
maandag, die heb ik zelf ontmoet
in het vliegtuig. Fantastisch vond
ik het. Die voldeed aan mijn crite
ria. Het team zag het helemaal niet
zitten. Die vond het flauw. Maar ik
heb een volstrekt vetorecht, dus
ging het wel door".
„Het verbaast mij niet dat die
Vuist nog steeds zo populair is. De
eenvoudige reden is, dat dit pro
gramma tóch afwijkt van alle ande
re praatprogramma's, waarin vaak
het onderwerp centraal staat. Son-
ja Barend heb ik afgelopen zondag
gezien met een dame, die vertelde
over een psychiater die zelfmoord
had gepleegd. Daar zit ik verbaasd
naar te kijken. Ik zou dat nooit ge
nomen hebben of het heel anders
zou hebben aangepakt. Er was he
lemaal geen tegenwerping".
haar verloor de muziekwereld
een van de grootste instrumenta
listen, een vertolkster van een
uitzonderlijke muzikaliteit die
één was met haar instrument op
de manier waarop alleen de aller
grootsten dat zijn. Haar naam zal
echter vooral verbonden blijven
aan het Celloconcert van Elgar,
waarmee zij al op zeer jeugdige
leeftijd een sensatie verwekte en
waarvan zij de grote pleitbezorg
ster werd. Van de verschillende
uitvoeringen die bewaard zijn
gebleven, heeft deze plaatopna
me uit '65 nog steeds mijn voor
keur, zowel door de ideale sa
menwerking met Barbirolli als
door de intensiteit van haar on
verbloemd romantische aanpak,
die dit weemoedige werk, ooit
omschreven als een 'vaarwel aan
de schoonheid', verheft tot de
hoogte van de grote 19de-eeuwse
soloconcerten. De recente cd-uit-
gave benadrukt de spontaniteit
in haar uitvoering en heeft daar
bij het grote voordeel van de
koppeüng aan een andere onver
gankelijke Elgar-interpretatie:
de uitvoering van de vijf 'Sea
Pictures' door Janet Baker,
eveneens in '65 onder Barbirolli
opgenomen.
„In feite drijven al die praatpro
gramma's alleen op de onderwer
pen. Dat geldt ook voor Tineke.
Geef je mijn pakket onderwerpen
aan Sopja, Mies of Ivo, dan wordt
het een heel ander programma.
Mijn formule heeft misschien wel
iets kneuterigs, maar de kijker kan
zichzelf er in herkennen. Die is ook
niet zo slim. Ja, en ik val zomaar er
gens, gooi sinaasappelsap om. Dat
spreekt aan. Ik amuseer mensen op
een begrijpelijke, niet te diepgra
vende manier. Zo in de trant van:
mensen daar zit ik weer. Kijk eens
wat ik allemaal heb meegebracht.
Dat komt over".
„Die interesse die ik op de buis
toon in mensen, die heb ik ook
echt. Ik sta ontzettend open tegen
over mensen. Juist door de toon
van de Vuist ben ik ook bij de bus-
en de vrachtwagenchauffeur ge
liefd. Ik ben als het ware een natio
naal bezit. Die mensen die tegen je
aanpraten, dat is leuk. Dat is de
roem waarnaar je streeft als je der
tig bent. Ik vind het nog steeds
enig, maar ik lig er niet meer van
wakker. Maar het is toch leuk als
mensen je aardig vinden. Ik heb
van de week erg gelachen om een
presentatrice op de VPRO-radio,
die zei: 'Ik had een boze droom, dat
Willem Duys weer terug was met
z'n Vuist'. En toen draaide ze een
plaat met als titel 'That bad dream'.
Daarover kan ik me geweldig amu
seren. Het is een uitvloeisel van een
politiek systeem: de VPRO moet
me niet. Ik word daar gezien als een
rechtse fatsoensrakker".
Oppervlakkig
„Eerlijk gezegd, ben ik vrij op
pervlakkig, behalve op muziekge
bied. Ik denk ook nooit zo ver
schrikkelijk na. Ik flap er ook din
gen uit die absoluut niet kunnen.
Als je met Mies Bouwman moet
werken, word je gek. Zo ijverig is
zij. Een absolute perfectioniste.
Dat zit niet in mij. Bij de voorberei
dingen van een programma ben ik
ook vrij ongecompliceerd".
„Voordeel is dat bij mij alles
rechtstreeks gaat en dat er niks ge-
Kiri Sings Gershwin. Songs van
Gershwin in originele orkestra
ties. Kiri Te Kanawa (sopraan),
The New Princess Theater Or
chestra o.l.v. John McGlinn.
EMI CDC 7474542 (cd), 067-
2705741 (lp).
Na alle vorige 'populaire' platen
van Kiri Te Kanawa zou ik deze
onvermeld hebben gelaten, als
die niet in sommige opzichten
weer heel bijzonder was geweest.
Om te beginnen zijn dit de eerste
opnamen waarbij weer gebruik
werd gemaakt van de oorspron
kelijke instrumentatie, die overi
gens alleen bij 'Summertime'
van de hand van de componist
zelf is, maar dat fragment komt
dan ook uit de opera 'Porgy and
Bess'. De overige songs werden
geschreven voor shows en films
en vallen dus onder het hoofd
stuk "populaire muziek", wat be
tekende dat Gershwin de orke
stratie aan anderen overliet,
daarmee zelf de deur openend
voor de vele arrangementen die
zouden volgen. John McGlinn
heeft vrijwel alle partituren uit
de archieven naar bóven weten
monteerd moet worden. Ik hoef
mijn teksten ook nooit te herhalen,
want ik stotter nooit. Wat het ook
is, ik kom er altijd in één keer uit".
„Ik heb een keer bij RUR geze
ten. Daar zag en hoorde ik dus Jan
Lenferink. Alleen al in z'n inleiding
ging hij drie keer over de kop.
Band stop: opnieuw opnemen, tot
vier keer toe. Mijn god, waarom
kies je niet een ander vak, dacht ik.
Als je die paar zinnen er niet eens
goed kan uitgooien. Maar kenne
lijk is die jongen zo ontzettend be
vangen door de zenuwen. Medelij
den met zo'n iemand? Welnee. Dat
is me totaal vreemd. Je kunt het of
je kunt het niet".
„Ik heb een quizmaster gekend,
die zo verschrikkelijk nerveus was
dat hij voor z'n programma drie
keer naar het toilet moest. Niet al
leen om te plassen, maar om over te
geven. Dan kun je het beter niet
doen. Als je echt last hebt van zenu
wen, dan moetje niet bij de radio of
televisie gaan werken".
te halen om er vervolgens met
een theaterorkest plus twee vo
cale ensembles uit New York en
een sopraan uit Nieuw-Zeeland
een hartveroverende plaat van te
maken. Te Kanawa heeft precies
het licht fluwelige timbre en de
gecultiveerde voordracht, waar
nodig vol knipogen en humor,
voor vertolkingen waarin de
sfeer van de vooroorlogse show
wereld doorklinkt. Een enkele
keer (o.a. in 'The Man I Love')
zijn de tempi aan de snelle kant
ei^ ook werd de stem van de so
praan misschien een fractie te di
rect opgenomen, maar als geheel
is dit weer een verrukkelijke uit
gave.
Sjostakovitsj puur
Sjostakovitsj: Symfonie nr. 6 in
b, op. 54 - Symfonie nr. 12 in d,
op. 112 "Het jaar 1917". Symfo
nie-orkest van het USSR-Minis-
terie van Cultuur o.l.v. Gennadi
Rosjdestvenski. Olympia OCD
111 (cd).
De muziek van Sjostakovitsj
maakt soms een onevenwichtige
indruk, enerzijds door pogingen
een overvloed aan emoties zo
overtuigend mogelijk in klanken
om te zetten, maar anderzijds
ook doordat de componist daar
bij dikwijls gedwongen werd tot
compromissen. Zijn botsingen
met de stalinistische cultuurbon-
zen zijn bekend en leidden tot ar
tistieke 'aanpassingen' in de
hoop zijn muziek toch weer uit
gevoerd te krijgen, een houding
die nog doorwerkte in de aan Le
nin gewijde twaalfde symfonie
uit 1960. Veel westerse dirigen
ten streven daarom naar een ab
strahering van de muziek in een
poging los te komen van de poli
tieke context, maar daarmee
richten zij soms onbedoeld de
schijnwerpers op inconsequente
of onevenwichtige elementen.
Geheel anders is de benadering
van Rosjdestvenski, momenteel
de Russische Sjostakovitsj-spe-
cialist bij uitstek. Zijn vertolkin
gen op het nieuwe, vooral aan
Russische muziek gewijde label
Olympia missen die goedbedoel
de pogingen om zowel het poli
tieke als het emotionele pathos
af te zwakken of te polijsten.
Sentimentaliteit en geschmier
zijn hem echter vreemd; de bena
dering is eerder strak en zakelijk,
en dat heeft hier een fascineren
de cd opgeleverd met ruim ze
ventig minuten glorieus orkest-
spel. (Toevallig had ik twee ex
emplaren tot mijn beschikking,
maar geen ervan leverde het
technische probleem op waar
mee het panel van Diskotabel
onlangs geconfronteerd werd.)
Importeur: Sound Products,
Loosdrecht.
„Al die presentatoren die praat
programma's maken, moeten min
der gespannen doen en warmer
overkomen. Ze kijkeri net iets te
reikhalzend uit naar de kijkcijfers.
Het heeft ook met hun carrière te
maken. Als je die al achter je hebt,
zoals ik, dan kan je weinig gebeu
ren. Die cijfers interesseren mij
ook geen lor. Al is de kijkdichtheid
nul. Als die vier programma's om
zijn, dan ga ik weer net zo vrolijk
naar huis".
„Het is natuurlijk een verschil of
televisie je vak is of niet. Ik ben niet
met televisie bezig. Ook in de echte
jaren van de Vuist was ik dat niet.
Een dag van te voren wilde ik pas
weten wat er in kwam. De dag zelf
wou ik niet repeteren. Er was een
wet bij ons thuis: er werd nooit
over gesproken. Geen woord, ik
vond het niet belangrijk. Als ik een
grote show had gedaan, zei mijn
vrouw alleen: die das zou ik niet
meer aantrekken".
Timmerman
„Ik heb geen programma van
mezelf ooit teruggezien, geen centi
meter. Dat geldt ook voor de radio
programma's die ik gemaakt heb.
In vijfentwting jaar heb ik nooit
iets teruggeluisterd. Maar de kick
is er echt nog wel. Het is vergelijk
baar met een timmerman, die een
kastje moet maken. Hij weet dat hij
het kan. Maar het is routine. Zo ligt
het bij mij ook".
„Aan mij wordt gevraagd een
programma van drie kwartier op
mijn manier te vullen. En ik weet
wat ik doe. De eerste uitzending
was nog niet zoals ik het hebben
wilde. Niet dat er nu meteen een
stunt in moet zitten, maar het was
allemaal iets te kabbelend, mis
schien iets te veel muziekgericht
en te weinig human interest. Maar
dat komt maandag wel goed. De te
lefoon heeft roodgloeiend gestaan
na de eerste uitzending. Dat maakt
de keuze uit al die onderwerpen
juist zo moeilijk".
„Ik nodig alleen mensen uit, met
wie ik denk uit de voeten te kun
nen. Als ik het niet zie zitten, dan
kan ik het ook niet waarmaken. Je
moet gewoon met mensen omgaan.
Ik ben ook heel open, makkelijk en
totaal ontspannen. Geen zee gaat
mij te hoog. Ik hoef immers geen
prestatie te leveren. Een zanger
moet zingen, een danser moet dan
sen, een acteur moet z'n tekst niet
vergeten, maar mij kan niet zo gek
veel gebeuren. Ik kondig wat aan,
presenteer wat, daaraan kan niet zo
heel veel scheef gaan".
„Ik heb destijds een punt achter
die Vuist gezet, omdat ik het al zes
tien jaar deed en alles in mijn pro
gramma heb gehad: alle jonge ta
lenten en alle oude mannen die
saxofoon konden spelen. Een vorm
van slijtage. Bovendien zat ik al in
Frankrijk toen; dus het werd moei
lijker met reizen. Die Vuist voor
Bernhard en Juliana was gewoon
een aardigheidje en heel leuk om te
doen".
„En toen kwam ineens de gele
genheid voor die vier Vuisten. Het
programma moet eigenlijk langer,
want drie kwartier is voor mij te
kort. Daarin kan je heel weinig
doen. Ik kan er niet voldoende mee
uit de voeten. Maandag bijvoor
beeld heb ik twee gesprekken van
twaalf minuten, dan blijft er weinig
tijd over voor andere dingen. Je
kan nooit een lang gesprek voeren
of iets uitdiepen".
Kunstenaars
„Ik heb absoluut tien keer meer
gedaan dan elke televisiepresenta
tor. Moet ik me nou nog bewijzen?
Er is maar een ding, waarin ik goed
ben en dat is met hele grote kunste
naars praten. Maar, dan draait het
publiek de knop om. Toch is 'Duys
op Zondag' m'n beste programma
geweest. Dat is gestopt. 'Doe maar
bever de Vuist, dan kijken er meer
mensen', zeiden ze. Het is de wet
van de kijkcijfers".
„Dat programma deed ik nu met
grote liefde. Dat is het enige waar
aan ik met hart en ziel heb gewerkt.
Morgen zou ik het weer willen
doen; al zitten er natuurlijk grote
problemen aan. Ik wil op m'n krent
in Frankrijk blijven zitten. Ik wil
niet hier zijn. Maar juist, omdat je
die dagelijkse betrokkenheid mist,
ga je op je bek. Een RSV-enquête
of die enquete over de bouw, daar
over kan ik niet meepraten. Tele
tekst is me vreemd. Viditel, nooit
van gehoord. Computers, ik weet
niet wat het zijn".
„Onvrede over de Nederlandse
televisie heb ik niet. Ik denk, dat
we het niet slecht doen. Natuurlijk
steekt de BBC met kop en schou
ders boven ons uit. Maër Amerika
doet het wel minder. Tien procent
van de programma's is daar bril
jant, terwijl negentig procent niet
om aan te zien is. En dat geldt in fei
te ook voor Frankrijk. Nederland
heeft een eigen cultuur, of die nu
Koot en Bie heet of André van
Duin. Daarnaast pikken we ook
nog de buitenlandse krenten uit de
pap mee in het totale televisieaan
bod".
Wortel Bach Live, soloprogramma van en door Hans Liberg. Gezien op 13 no
vember in de Leidse Schouwburg.
LEIDEN - Als er een gevoelsmatig verschil tussen 'volle,dig uitver
kocht' en 'stampvol' bestaat, dan is de tweede kwalificatie van toepas
sing op de belangstelling, gisteravond in de Leidse Schouwburg, voor
het fenomeen Hans Liberg. Want een uniek fenomeen is hij ontegen
zeggelijk. Nog niet eens zo lang geleden gold Liberg als een 'Geheim-
tip' voor een kleine kring liefhebbers. Nu (er was gisteravond geen
plek onbezet) is er een grote schare van fanatieke fans. 't Is trouwens
toch in zijn geval alles of niets: of je vind hem een grandioos artiest of
je hebt er absoluut geen affiniteit mee - 'wel aardig vinden' is er niet
bij.
Wat Liberg in zijn eentje op het podium doet, valt eigenlijk nauwe
lijks na te vertellen. Onder zijn leiding buitelen we door de muziekge
schiedenis, pikken onderwijl een paar (natuur-)wetenschappelijke
ontwikkelingen mee en komen uit in ons postmoderne tijdperk, waar
over ook al de nodige kwinkslagen gedebiteerd worden. Zijn knappe
pianospel en voortdurende pianistiek-grappen vormen het uitgangs
punt in het program, waarin verder van alles langs associatieve wegen
aan de orde komt.
Het tempo ligt hoog, zo hoog zelfs, dat niemand echt kan volhouden
dat hij alles uit deze muzikaal/verbale overdosis heeft kunnen oppik
ken en vatten. Het geraffineerde van de programma-opzet is ook voor
al, datje regelmatig op het verkeerde spoor zit. Soms is de grap bijna
banaal eenvoudig, soms is er alleen een onverwachte combinatie en
soips is er een superintelligente toespelen, zodat je dus nooit weet,
hoever je moet doordenken of hoe voor de hand liggend de grap eigen
lijk is.
De combinatie van dat alles maakt de voorstelling onweerstaanbaar
leuk. De schitterende act om maar wat te noemen als Amerikaan op
bezoek in Amsterdam - culturele hoofdstad van Europa is een kleine
re eenheid binnen het geheel. Diens prachtige verhaal over de LP
'Grasland' is een heerlijke veeg uit de pan aan het adres van Paul Si
mon. Hier is het 'so natural, you know' niet van de lucht, in het gedeel
te over Japan is alles vooral 'very basic'.
Wegens enorm succes is er op 9 februari een extra voorstelling inge
last; het zal ongetwijfeld weer storm lopen.
WIJNAND ZEILSTRA.
Marieke Blankestijn viool en Kyoko Hashimoto piano met werken van Mo
zart, Grieg en Fauré. Gehoord in de Kapelzaal in Leiden op vrijdag 13 no
vember.
LEIDEN - Het is al weer een aantal jaren geleden dat muziekmin-
nend Nederland kennismaakte meteen nieuw jong viooltalent, Marie
ke Blankestijn, dat niet alleen in violistisch maar ook in muzikaal op
zicht veelbelovend genoemd moest worden. Dat het boeiend is om de
ontwikkeling van zo'n talent te volgen bleek uit de meer dan middel
matige belangstelling voor haar recital. De Sonate in Es K.V. 380 van
Mozart waarmee zij het programma opende stelde wat teleur; onte
genzeggelijk levendig gespeeld met veel innerlijke kracht maar wat
ruig en weinig verfijnd. In de Sonate no. 3 op. 45 van Edward Grieg
werd duidelijk waar haar kracht ligt. In deze sonate met zeer wisselen
de stemmingen ontpopte zij zich als een temperamentvol violiste, een
temperament dat in Mozart te weinig beheerst werd, maar in deze mu
ziek volledig tot ontplooiing kon komen. Haar toon is rijk aan schake
ringen, en daarbij verstaat ze de kunst een melodische lijn een grote
intensiteit mee te geven, en de spanningsbogen zorgvuldig op te bou
wen. Vooral de pianissimo passages wist ze subtiel te kleuren. De So
nate no. 1 in A, op. 13 van Gabriel Fauré is muziek die eenzelfde ro
mantische inspiratiebron heeft, maar een ander stempel draagt, veel
gecompliceerder is dan de 'eenvoudige' Grieg.
Ook in dit werk bewees Marieke Blankestijn dat voor haar het we
zenlijke zich achter de noten bevind. Een onstuimige vertolking, wat
minder weelderig van klank dan in Grieg, oogstte terecht een 'bravo'
uit het publiek. Een belangrijk aandeel had haar begeleidster Kyoko
Hashimoto. In de Sonates van Mozart staat de piano op de voorgrond
en is de viool een begeleidende rol toegedachtm, in de sonates van
Grieg en Fauré is de pianist geen bescheiden begeleider op de achter
grond, maar een gelijkwaardige partner. Kyoko Hashimoto bleek uit
hetzelfde hout gesneden. Ook zij toonde grote affiniteit met de twee
romantische onderdelen van het programma, meer dan met Mozart,
waar te weinig zeggingskracht vanuit ging. Hun samenspel was boven
alle lof verheven.-
MIES ALBARDA.
De jonggestorven Engelse celliste Jacqueline du Pré. (foto ciive Barda»