Het schrijnende kat- en muisspelletje aan de grens tussen Mexico en VS
ZATERDAG 14 NOVEMBER 1987
PAGINA 33
Het is iets voor achten 's morgens.
Verschillende groepjes mensen
drentelen wat doelloos rond op de
Mexicaanse oever van de Rio Gran
de. Op de brug die Juérez met El
Paso verbindt is het druk. De men
sen die op die manier (officieel) de
Amerikaanse grens passeren heb
ben een paspoort met visum of een
zogenaamde 'local crossing card':
een bewijs dat ze ten hoogste drie
dagen in het'zuidelijk deel van de
VS mogen verblijven om zaken of
boodschappen te doen.
door Nicole Lucas
De mensen die bij de rivier staan te
wachten zijn niet in het bezit van derge
lijke papieren. Toch willen ze naar de
overkant en dit is daarvoor een geschikt
tijdstip. De grenspolitie, in de volks
mond aangeduid als la migra, verandert
dan van ploeg en is dus even minder ac
tief.
Klokslag acht uur komen de Mexica
nen die illegaal de grens willen overste
ken in beweging. Een aantal mannen
loopt in de richting van wat eens een
spoorwegbrug was. De Amerikanen
hebben in het midden een metershoog
ijzeren hek geplaatst om ongewenste be
zoekers te weren. Zonder succes, zo
blijkt. Aan beide kanten van het obsta
kel worden ladders geplaatst en zo pas
seert de een na de ander de Amerikaanse
grens.
Wie dat te eng vindt kan ook een
bootje nemen of zich laten overzetten op
een grote autoband. Dat kost dan echter
1000 pesos (ongeveer 1,40 gulden), het
dubbele van wat het helpende handje
van de 'pasador' bovenop de muur kost.
Wie geen geld wil verspillen, aan zijn
grenspassage kan ook nog zijn schoenen
en broek uittrekken en door het water
lopen. Op deze plaats is de rivier niet
diep.
De meesten bereiken ongehinderd de
overkant. Twee vrouwen die vijftien mi
nuten later de oversteek wagen, komen
er minder goed van af. Een verse pa
trouille van de migra krijgt ze in het oog
als ze het vanaf de rivier op een lopen
zetten in de richting van de eerste hui
zen van El Paso. Met gierende banden
gaat de grenspolitie er achteraan. Eén
van de vrouwen schopt haar schoenen
uit in een poging sneller vooruit te ko
men, maar het mag niet baten: ze wor
den klem gereden. Ze moeten achter in
de auto stappen en worden meegeno
men naar het hoofdkwartier. Daar wor
den ze ondervraagd en na enkele uren
weer de grens overgezet. „Maar waar
schijnlijk maken ze morgen, en ik denk
na een uur alweer de oversteek naar de
ze kant. Ze zijn dan hooguit te laat op
hun werk", verzucht een migra-agent
enigszins gelaten. „Het zijn er zoveel dat
we iedere dag maar een klein deel te
pakken kunnen krijgen".
'Go North'
Alleen al tussen Juarez en El Paso ste
ken dagelijks zo'n 2000 tot 3000 'natrug-
gen' illegaal de grens over. Een gedeelte
daarvan keert 's avonds weer terug na
overdag in El Paso en omgeving te heb
ben gewerkt. De vrouwen vooral als
dienstmeisje of in de kledingindustrie,
de mannen in ae bouw of als seizoenar
beider in de landbouw.
Vele anderen maken de oversteek
naar el Otro Lado (de andere kant) om
daar langere tijd te blijven. De aantrek
kingskracht van de VS is enorm, zeker
in deze tijd van economische crisis in
Mexico. 'Go North' is het parool van
massa's Mexicaanse mannen, vrouwen
en zelfs kinderen op zoek naar werk en
dollars.
Veel van deze uit het zuiden opruk
kende voortrekkers blijven overigens in
eerste instantie vlak vóór de grens han
gen. Ze vinden werk in de zogenaamde
maquiladora-industrieën. Dat zijn voor
al Amerikaanse assemblagebedrijven
die sinds 1965 in het grensgebied tegen
aantrekkelijke voorwaarden mogen ope
reren. In deze maquiladores wordt met
behulp van ingevoerde onderdelen van
alles geassembleerd, van piano's en spij
kerbroeken tot tv's en computers. Spe
ciale bepalingen in de Amerikaanse wet
geving zorgen ervoor dat deze goederen
vervolgens zonder al te veel extra kosten
weer in de VS kunnen worden heringe
voerd, waar ze verder worden afgewerkt.
Alleen al in Juórez zijn vijf zones spe
ciaal voor deze bedrijven ingericht. Er
werken ruim 100.000 mensen, meren
deels vrouwen en meisjes. Het opzetten
van deze maquiladores is, gezien de lage
lonen en de steun die de bedrijven van
de door de Mexicaanse overheid gecon
troleerde vakbond CTM krijgt bij het on
derdrukken van arbeidsonrust, uiterst
aantrekkelijk. Heel wat Amerikaanse
bedrijven uit El Paso hebben de afgelo
penjaren hun poorten gesloten, om pak
weg 100 meter verder een nieuwe vesti
ging te openen.
Steekpenningen
Het verschil in beloning blijft de Mexi
canen trekken. In de VS is het mini
mumloon per uur even hoog is als dat in
Mexico per dag. En dat maakt de over
steek naar het land van Uncle Sam aan
trekkelijk.
Zogeheten 'coyotes' of 'pasadores'
brengen de reizigers, tegen betaling ui
teraard, naar de andere kant. Eén van
hen, die mensen overzet met een bootje,
vertelt: „Een simpele oversteek kost per
keer 1000 pesos. Maar voor meer geld
brengen we ze ook naar het vliegveld in
El Paso of we reizen met ze mee naar
plaatsen als Kansas of zelfs Chicago".
Niet al dat geld kunnen de polleros
(smokkelaars) overigens in hun eigen
zak steken. De Mexicaanse politie strijkt
ook een deel op. Een andere coyote, die
zijn werk verricht met een grote auto
band, legt uit: „De politie komt soms
wel vijf keer per dag langs. Dan willen ze
een paar dollar hebben als refrescos
(steekpenningen). Geef ik dat niet, dan
steken ze mijn band door".
De overtocht verloopt niet altijd zon
der problemen. „De laatste tijd is de con
trole langs de grens verscherpt", aldus
Carlos Marentes, leider van de UTAF
(Unie van Landarbeiders aan de Grens),
„mensen proberen daardoor over te ste
ken op andere plaatsen, maar daar is het
vaak gevaarlijker. Op sommige plaatsen
is de Rio Grande meer dan drie meter
diep. Als je daar overgaat moet je goed
weten wat je doet. Veel mensen weten
dat echter niet, met als gevolg dat er
sinds januari al 33 mensen zijn verdron
ken. Dan is er ook nog het gevaar van
bandieten. Er is in dit gebied een hele
maffia die dankbaar gebruik maakt van
de aanwezigheid van grote groepen
mensen die soms met hun hele hebben
Vrijwel nergens liggen het geïndustrialiseerde Westen en de Derde Wereld zo
dicht bij elkaar als langs de grens tussen Mexico en de Verenigde Staten bij
de plaatsen Juarez en El Paso. De steden worden slechts van elkaar
gescheiden door de Rio Grande, een rivier die hier niet meer dan 50 meter
breed is. Juarez, aan de Mexicaanse kant, is rommelig, chaotisch. Op straat is
van alles te koop, variërend van kleding en speelgoed tot taco's en fruit. Met
ruim een miljoen inwoners lijkt de stad bijna uit zijn voegen te barsten. El Paso
oogt op het eerste gezicht heel anders. Het is een typisch Amerikaanse stad
met brede, rechte straten. Zonder auto kom je nergens en eten doe je bij
McDonald's of Kentucky Fried Chicken. Toch levert het hier soms grote
problemen op wanneer je iemand in het Engels aanspreekt. Met Spaans
daarentegen kun je overal terecht. Een groot deel van de bevolking van El
Paso is dan ook van Mexicaanse afkomst. Bovendien steken dagelijks nog
eens duizenden Mexicanen op alle mogelijke manieren de grens over om in
het land van Uncle Sam te gaan werken. In het weekend gaat de stroom de
andere kant op. Dan gaan de Amerikanen uit in Juérez, omdat de bars daar
langer open en de drankjes veel goedkoper zijn. Een reportage over het
merkwaardige leven in een grensgebied.
en houwen staan te wachten om te wor
den overgezet. En ten slotte is ook het
optreden van de migra vaak verre van
zachtzinnig".
Een man die regelmatig de oversteek
maakt vertelt met eigen ogen te hebben
gezien hoe de grenspolitie, toen die een
bootje ontdekte in het midden van de ri
vier, met een helicopter zo laag mogelijk
boven het vaartuig ging hangen. Door de
herrie en de golven die ontstonden brak
er paniek uit en sprongen diverse men
sen hals over kop in het water. En een
pasador toont een litteken waar de mi
gra hem tijdens een achtervolging met
een stok heeft geraakt. Het heeft hem er
overigens niet van weerhouden gewoon
met zijn werk door te gaan.
Belofte
Voor veel Mexicanen die thuis geen
werk kunnen vinden en nauwelijks aan
spraak kunnen maken op sociale voor
zieningen, is de VS het land van de grote
belofte. Ze denken er een baantje te kun
nen vinden en daarmee veel geld te ver
dienen. Het eerste is inderdaad over het
algemeen geen probleem. In de staten
New Mexico, Arizona, California, Texas
en Colorado bevinden zich meer dan
50.000 landbouwbedrijven, die graag ge
bruik maken van illegale, want goedko
pe seizoensarbeiders. Via koppelbazen
worden dagelijks tienduizenden landar
beiders geronseld om chili's en tomaten
te oogsten en allerlei andere werkzaam
heden te verrichten.
In wat de Amerikanen downtown El
Paso noemen verzamelen zich iedere
nacht ruim 2000 mensen, merendeels
mannen en een enkele vrouw, om per
bus naar hun werk te worden vervoerd.
Salvador (33): „We weten nooit precies
wanneer de koppelbazen hier komen,
dus moeten we er op tijd zijn. Maar het
komt geregeld voor dat we hier om 12
uur al zitten en dat ze pas om twee uur
komen. Dan is het afwachten geblazen
of ze je willen hebben".
Hij heeft tot nu toe 'mazzel' gehad. De
hele chili-oogst, die in augustus is be
gonnen en tot januari duurt, is hjj aan
het werk geweest. Zeven dagen per
week, tien uur per dag. Daarbij dan niet
gerekend de tijd die hij kwijt is met
wachten en reizen. „Soms liggen de
boerderijen erg ver weg, drie tot vier uur
reizen. We komen dan pas tegen het eind
van de middag weer terug in El Paso en
moeten om middernacht weer present
zijn". Salvador woont in Juórez. Als hij
zo laat terug is neemt hij, net als vele
anderen, niet eens meer de moeite naar
huis te gaan. Hij slaapt op straat of in een
restaurantje.
Deviezen
De campesinos krijgen betaald per
mand geplukte chili's. Het loon dat ze
uiteindelijk ontvangen ligt vaak ver on
der het officiële minimumloon dat 3.25
dollar per uur bedraagt. Salvador bij
voorbeeld verdient gemiddeld niet meer
dan 15 dollar per dag. Daarmee is hij
overigens financieel nog altijd beter af
dan de meeste landarbeiders in Mexico
zelf.
besteed aan helicopters, televisie-cir
cuits, camera's en nieuwe automatische
geweren. De grenspolitie is uitgebreid
en volgens het Amerikaanse weekblad
Newsweek wordt inmiddels zelfs al de
luchtmacht ingezet bij het controleren
van de grens.
Volgens Jorge Rodriguez, advocaat bij
de Texas Farm Workers Union, is de wet
vooral een politiek gebaar naar bepaalde
groepen in de VS bij wie de angst voor
'de vreemdeling' draconische vormen is
gaan aannemen. „Er wordt onder meer
ingespeeld op het idee dat buitenlanders
arbeidsplaatsen innemen van Amerika
nen. Dat klopt echter niet, zeker niet als
je kijkt naar bijvoorbeeld het werk dat
veel Mexicanen in de landbouw doen.
Ze zitten daar omdat Amerikanen het,
gezien de lage lonen en de omstandighe
den waaronder het werk wordt verricht,
niet willen doen. Eigenlijk is het weer
het oude verhaal van de buitenlandse ar
beiders in de VS. In economisch goede
tijden hebben we ze maar al te graag,
maar als het slecht gaat hebben zij' het
gedaan".
Zondebok zijn de vreemdelingen ook
voor bepaalde ultra-rechtse groepen als
'English First' en 'Federation for Ameri
can Immigration Reform'. Zij zien in de
komst van hispanos een bedreiging van
de Amerikaanse cultuur en roepen
spookbeelden op van een toekomstige
samenleving waarin blanke Amerikanen
worden overheerst door andersgekleur-
de jongeren.
Sluipenderwijs proberen vreemdelin
gen de VS te veroveren, suggereren zij.
In tegenstelling tot eerdere groepen mi
granten willen de 'hispanos' zich niet
aanpassen aan de Amerikaanse cultuur
en gewoonten, maar blijven ze onder an
dere trouw aan hun eigen taal. „De vol
gende president zou best eens gekozen
kunnen worden door een bevolking die
geen Engels kan spreken of schrijven",
aldus 'English First'.
Onjuist
Het beeld van de migrant die sluipen-
derwijs de VS probeert te veroveren is
volgens Rodriguez echter onjuist. „De
meeste Mexicanen blijven niet in de VS,
maar keren na verloop van tijd weer te
rug". Diverse studies bevestigen dit. De
(illegale) migranten verblijven 3 tot 15
maanden in de VS en gaan dan terug
naar huis. „Kortom, de vooronderstellin
gen waarop de wet is gebaseerd kloppen
niet", vat Rodriguez zijn kritiek samen.
Dat is dan waarschijnlijk ook één van
de redenen waarom de wet tot nu toe
nauwelijks effect heeft. Om met de am
nestie te beginnen: tussen 5 mei 1987 en
4 mei 1988 kunnen daarvoor aanvragen
worden ingediend bij de Immigration
and Naturalization Service (INS). Er
worden zo'n 3,9 miljoen sollicitaties ver
wacht. Nu, een half jaar later, zijn echter
nog niet meer dan 800.000 aanvragen in
gediend: lange rijen voor de immigratie
kantoren zijn uitgebleven en de laatste
weken is het aantal verzoeken zelfs dras
tisch gedaald.
Volgens Marentes hoeft dat niemand
te verbazen. „Veel mensen kunnen hele
maal niet voldoen aan de voorwaarden
om in aanmerking te komen voor am
nestie". Eén daarvan is dat men met
loonstrookjes, huurafschriften of reke
ningen moet kunnen aantonen ten min
ste 5 jaar in de VS te wonen. „Seizoenar
beiders zijn altijd contant betaald, die
hebben geen loonstrookjes", aldus Ma
rentes. „Veel Mexicanen zijn bovendien
analfabeet. Aanvraagformulieren invul
len is voor hen dus een onmogelijke op
gave, laat staan dat ze dat ook nog in het
Engels kunnen". Inmiddels hebben ve
len overigens al een lucratieve bijver
dienste aan het assisteren van illegalen
bij het aanvragen van een voorlopige
verblijfsvergunning.
„Een amnestie-aanvraag is bovendien
een dure zaak. Een officieel verzoek kost
185 dollar per persoon, met een maxi
mum van 420 dollar per familie. Maar
daar komen dan nog de kosten van een
medisch onderzoek bij. Alles bij elkaar
kan het oplopen tot boven de 1000 dol
lar", aldus Marentes. De belangrijkste
oorzaak voor de lage opkomst bij de
INS-bureaus is volgens hem echter wan
trouwen en achterdocht. „De migra is
een onderdeel van de INS. Die heeft ja
renlang op ze gejaagd en nu zou diezelf
de organisatie hun ineens amnestie ge
ven? Dat gelooft natuurlijk geen mens".
Goedkoop
Ondertussen passeren nog dagelijks
duizenden de grens. Ook het eerste ge
deelte van de wet, de boete voor onder
nemers, lijkt weinig effect te sorteren.
Dat onderdeel stuitte van begin af aan
dan ook op fel protest van de belangrijk
ste werkgevers van de illegalen: de boe
ren, die zeiden te vrezen voor een ernstig
gebrek aan arbeidskrachten. De rege
ring bleek meteen al zó gevoelig voor dat
argument dat in de Simpson-Rodino-
wet een speciale bepaling werd opgeno
men voor de landbouw. De strafbepalin
gen voor de werkgevers zullen in het ge
val van de boeren pas vanaf 1 december
1988 van kracht worden. Bovendien hoe
ven landarbeiders slechts aan te tonen
tussen mei 1985 en mei 1986 minimaal 90
dagen in de VS te hebben gewerkt om
voor amnestie in aanmerking te komen.
Velen nemen echter niet het risico
zich bij de INS te melden. De boeren,
maar ook ondernemers uit andere secto
ren, hebben inmiddels dan ook aange
kondigd gewoon door te gaan met het
gebruiken van illegalen. Met (duurdere)
Amerikaanse arbeidskrachten kunnen
we niet concurreren en gaan we failliet,
zo zeggen ze.
De Mexicaanse journalist Francisco
Cruz Jiménez vat de stuatie kort maar
krachtig samen: "Zolang wij geld nodig
hebben en zy goedkope arbeidskrachten
zal geen enkele wet iets aan de toe
stroom van Mexicanen naar de VS kun
nen veranderen".
En dus zal voorlopig tussen Juórez en
El Paso het kat- en muisspelletje nog
wel even doorgaan.
Dit is de eerste van twee reportages over Me
xico in Extra. Volgende week: Superman in
de krottenwijken.
ver.
De 'export' van arbeidskrachten naar
de VS is Mexico zeer welkom. Sinds
1982 kampt het land met een ernstige
economische crisis. De buitenlandse
schuld is opgelopen tot over de 100 mil
jard dollar. De bezuinigingen die door
de overheid zijn doorgevoerd hebben de
werkloosheid danig vergroot. Officieel
heet het dat 17 procent van de beroeps
bevolking zonder werk zit, maar offi
cieus wordt de verborgen werkloosheid
op 40 procent geschat.
De grootscheepse migratie levert Me
xico bovendien een grote hoeveelheid
deviezen op. Viervijfde van de migran
ten stuurt per maand gemiddeld 170 dol
lar naar zijn geboorteland. Jaarlijks le
vert dat Mexico tussen de 2,6 en 4,6 mil
jard aan deviezen op. Op de inkomsten
uit olie na is dat de belangrijkste inkom
stenbron van het land.
In Mexico is men dan ook allerminst
gelukkig met de maatregelen die eind
vorig jaar in de VS z«n genomen met het
doel een eind te maken aan de toevloed
van migranten. Dat is nodig omdat het,
aldus president Reagan, "de waarheid is
dat we de controle over onze grenzen
hebben verloren: geen natie kan dit tole
reren en ook nog overleven". Vooral de
ongecontroleerde binnenkomst van
vreemdelingen via de zuidgrens is de
Amerikaanse regering een doorn in het
uur wachtend op een werkge-
oog. Wat kan daar, vermomd als analfa
bete Mexicaanse boer, immers niet het
land binnenglippen? Drugssmokke
laars, aids-patiënten, terroristen en, wie
weet, communisten. Naar schatting 4 tot
7 miljoen mensen verblijven illegaal in
de VS. Ten minste de helft daarvan
komt uit Mexico.
De zogenaamde Simpson-Rodino-wet,
genoemd naar de twee senatoren die
hem hebben ingediend, wil met twee
maatregelen aan die situatie een eind
maken. Voortaan kunnen werkgevers
die illegale werknemers in dienst nemen
een boete krijgen tot 10.000 dollar per
wat een 'ongedocumenteerde' wordt ge
noemd. Het idee is dat het daardoor voor
ondernemers onaantrekkelijk wordt om
illegale vreemdelingen te contracteren,
wat voor de laatsten een belangrijke re
den wegneemt om de grens over te ste
ken. Daarnaast kunnen mensen die al
sinds 1982 of langer illegaal in de VS ver
blijven onder bepaalde voorwaarden in
aanmerking komen voor amnestie. Van
de rest wordt verwacht dat ze, goed
schiks of kwaadschiks, het land verla
ten.
Politiek gebaar
Tegelijkertijd zyn de uitgaven voor de
grenscontrole bijna verdubbeld tot 800
miljoen dollar. Het geld is onder meer
■I- 'mum''mi'-'i' .itmimi I i'in''rii'i Ili'i -'ïfcmiir" r rnn'i ,a
De Rio Grande tussen het Mexicaanse Juarez (links) en het Amerikaan
se El Paso. Op de voorgrond de voormalige spoorbrug die thans met
behulp van ladders dienst doet als illegale overgang. Op de achtergrond
de officiële grensovergang.
Voor een bedrag van 1000 pesos is menigeen bereid de dagarbeiders over
te zetten. Per bootje, of desnoods per luchtband.