Een polikliniek op wielen De mobiele ziekenzorg van een Leidse werkgroep in Ghana ZATERDAG 14 NOVEMBER 1987 EXTRA ^^^^^^BIJLAG^AJMIET^EIDSCH/ALPHEN^AGBLAD PAGINA 25 De onderneming van Walter Schrader en Piet de Koning is voortgekomen uit inzamelingsac ties van de Noordwijkse lagere school Haesduynen en de in juni in de Leidse Schouwburg georga niseerde 'Nacht van Wenchi': het alternatieve songfestival ten bate van het Wenchi Hospitaal in het Westafrikaanse Ghana. door Ruud Dobbelaar Reeds tijdens dit festival kon de door de gemeente Leiden ter beschik king gestelde en vervolgens gereno veerde en omgebouwde ambulance aan het publiek worden getoond, om vervolgens op de vrachtboot richting Ghana te worden gezet. Eenmaal in Ghana gearriveerd, zou de ambulance naar de districtshoofdstad Wenchi worden overgebracht. Vanuit het plaatselijke hospitaal zou de wagen dan als mobiele polikliniek operatio neel kunnen worden gemaakt. Maar dat zou nog heel wat voeten in de aar de hebben, waarover later. De artsen Schrader en De Koning, beiden 31 jaar en nog volop idealisten, gaven de eerste aanzet tot die mobiele medische hulpverlening in het dis trict van Wenchi. Een qua ontwikke ling achtergebleven streek die vooral in de buurt van de Zwarte Volta-rivier wordt geteisterd door de beruchte ri vierblindheid-parasiet (die zoals het woord al zegt blindheid teweeg brengt). Weliswaar kon het bestaande (en op zich al noodlijdende) zieken huis ter plaatse voor enige medische opvang zorgdragen, maar voor veel patiënten is het bereiken van dit zie kenhuisje een onmogelijke opgave. De ambulante kliniek zou daartoe enige uitkomst kunnen bieden. 'Remedi' De plannen aangaande de hulp aan het hospitaal en de bestrijding van de rivierblindheid dateren al van enige tijd terug. Het idee van de mobiele kli niek is een voortvloeisel uit rapporten van de Wereld Gezondheidsorganisa tie (WHO) en werd door de Ghanese overheid overgenomen. De achterlig gende gedachte was dat een zieken huis in ontwikkelingslanden hooguit 20 procent van de bevolking weet te bereiken. De overige zieken weten de afstand ernaartoe niet te overbrug gen. De WHO streeft er nu naar om in het kader van de zogenaamde Prima ry Health Care vóór het jaar 2000 ie dereen gezondheidszorg in de eerste lijn (vooral preventief en pas in de tweede plaats curatief-genezend) te kunnen verstrekken. In Nederland seinde de Groesbeek- se huisarts Beltman, die enige tijd in Wenchi verbleef, de noden van het plaatselijke hospitaal twee jaar gele den door aan de Stichting Horizon Holland. Deze Derde Wereld-instan tie onderhoudt op haar beurt weer nauwe banden met de stichting Reme di, een Leidse werkgroep die onder anderen door de pas afgestudeerde arts Walter Schrader en internist Ge rard Ligthart was opgezet. Dit met het doel om (vanwege de interne verhui zing van het AZL naar de nieuw bouw) vrijgekomen medische instru menten opnieuw een nuttige bestem ming te geven. De oprichting door Schrader en Ligthart van de Stichting Ondersteuning Wenchi liet daarna niet lang op zich wachten. Met het oog op de realisering van een en ander reisde Walter Schrader de ambulance eind juli op eigen kos- Medische hulpverlening met behulp van een 'mobiel hospitaal'. Oftewel een omgebouwde, met zonnepanelen uitgeruste ambulance in het savannegebied van midden West-Afrika. Dat een dergelijke aanpak wel degelijk realiseerbaar is bewezen onlangs de Leidse artsen Walter Schrader en Piet de Koning. Vergezeld door een kleine staf van verpleegkundigen en technici begonnen zij enkele maanden geleden met een dergelijk projekt vanuit het Ghanese provinciestadje Wenchi. Een avontuur met vele haken en ogen. Het Leidse artsenduo Walter Schrader (rechts) en Piet de Koning: met tegenzin teruggekeerd. (foto Holvast) ten per vliegtuig achterna en wachtte deze vervolgens in de haven van de Ghanese hoofdstad Accra op. Dat werd het begin van een avontuurlijke onderneming, waarin letterlijk en fi guurlijk heel wat hobbels dienden te worden genomen alvorens de hulp verlening daadwerkelijk van de grond kon komen. Tegenvallers Eenmaal in Ghana gearriveerd hoopte Schrader met spoed naar Wenchi te kunnen afreizen. Het was immers, gelet op de beperkte tijd, zaak het project zo snel mogelijk op poten te zétten. Maar dat bleek een te optimistische gedachte. Schrader, inmiddels weer terugge keerd in Nederland: "We dachten vanuit Nederland alles goed geregeld te hebben, maar dat viel bitter tegen. Eerst leek er geen vuiltje aan de lucht te zijn. De ambulance zou binnen een paar dagen worden vrijgegeven. Door een misverstand ontbrak echter het ladingsbewijs, en bovendien diende er ook nog een hoge invoerbelasting te worden betaald. Het beleid van de overheid is er namelijk op gericht zo weinig mogelijk oude auto's in het land toe te laten. Dit vanwege het risi co dat ze voor smokkel van schaarse onderdelen worden gebruikt. Vanuit Nederland dacht men ons vervolgens uit de nood te kunnen helpen door ons op advies van de ambassade een vrijwaringsbewijs te telexen. Dat werd door de Ghanese autoriteiten echter prompt als een poging tot be drog gezien, zij voelden zich flink be lazerd. Toen zaten we helemaal in de problemen. De ambulance werd on der permanente zware militaire bewa king gesteld en het zag er naar uit dat hij niet meer het land in zou komen. Eerst had ik nog handenwrijvend aan de kade gestaan, maar dat was al snel handenwringend geworden". Na lang onderhandelen, waarbij ook nog eens via een telefoontje naar de Peugeot-fabrieken in Frankrijk de nieuwwaarde van de ambulance moest worden bepaald, kon dit alles toch nog worden rechtgezet. Zelfs bleek de Ghanese overheid plots be reid de verschuldigde belasting voor haar eigen rekening te nemen. Walter Schrader over die verrassende wen ding: "Dat mocht heel wat betekenen, want er werd wel een precedent mee geschapen. Maar anderzijds was het ook hoog tijd. We hadden tot dan toe, buiten het voeren van besprekingen met een aantal instanties, al onze kostbare tijd zitten verdoen. De mee gekomen technici moesten zelfs al weer bijna terug naar huis". Risico's Alle hobbels waren echter nog niet genomen. Schrader: "Eenmaal bij de haven gearriveerd om de ambulance op te halen wachtte ons een nieuwe verrassing. De militairen wisten (nog) van niks en weigerden de ambulance mee te geven. Toen stonden we voor een dilemma. Nog meer tijd verliezen kon niet, maar het was anderzijds ook duidelijk dat de bewakers niet te ver murwen waren. We besloten uiteinde lijk de ambulance dan maar met veel bluf onder de neus van de militairen weg te kapen. Het levensgrote risico daarbij onder schot te worden geno men namen we op de koop toe. Dat gebeurde uiteindelijk niet, al scheel de het temidden van de oplaaiende emoties maar weinig. Eenmaal ver uit het zicht van de militairen hebben De plaatselijke 'koning' (links) wordt ingepakt met een muzikaal optreden van Walter Schrader (viool) en Loes Meilink (accordeon). technicus Eugène en ik de auto stop gezet en allereerst een rondedansje van vreugde gemaakt, zo opgelucht waren we over de goede afloop". Over erbarmelijke wegen ("er zaten kuilen in waar zowat een kleine perso nenauto in paste, het leek wel een beetje Parijs-Dakar") koersten Schra der en de zijnen vervolgens naar het noorden, om na een barre rit 's avonds laat in Wenchi te arriveren. Eindelijk kon de ploeg dan toch nog aan de slag. Schrader: "Er viel daar een berg werk te verzetten. De technici werden voor allerlei klusjes aangesproken. Zelf stuurde ik onmiddellijk een tele gram de deur uit richting Piet de Ko ning, die mij achterna zou reizen, met daarbij een lijst van in het hospitaal benodigde medische instrumenten en onderdelen. Piet wist deze van de Hamlo, een ons ondersteunende ana listenvereniging, en de lab-experts van het AZL mee te krijgen". Voordat er verder kon worden ge werkt stond allereerst een onderhoud met de plaatselijke 'koning' op het programma. Schrader: "Formeel be zien heeft zo'n man, die een soort tra ditie van de vroegere stammentijden in ere houdt, nauwelijks macht. Maar in de praktijk ligt dat wel even anders. Zonder toestemming van de koning zouden wij onze verdere hulpplannen wel kunnen vergeten. Gelukkig liep de audiëntie geheel naar wens, we hadden ons daarmee meteen verze kerd van een vrijbrief voor het gehele district". Cobra De techneuten Eugène Gotten- bosch en Ruud Lammers namen on dertussen de hoognodige reparatie- werkzaamheden aan het ziekenhuis en de opleiding van ambulance- chauffeurs voor hun rekening. Ook al lerlei andere klusjes, zoals het repare ren van de plaatselijke waterpomp, deden ze. De daarbij assisterende Walter Schrader: "Ik had net een por tie desinfecterende zeep in de afvoer gegoten toen daaruit plotseling een slang kronkelde. Achteraf bleek dat een giftige zwarte Cobra te zijn. De waterpomptang kwam ons toen goed van pas". Enige tijd later arriveerde ook Piet de Koning met de hem ter beschik king gestelde medische hulpinstru menten. Schrader: "Het gonsde al een tijdje van geruchten dat er een tweede Nederlandse dokter op komst zou zijn. Toch arriveerde Piet nog onver wacht. Ik zag opeens een berg koffers midden op het dorpsplein staan. Te midden daarvan bleek Piet verscho len te zitten". Na een groot inzegeningsfeest van de koning ("toen laborante Loes Mei link en ik Hollandse deuntjes op viool en accordeon speelden gingen die mensen helemaal uit hun bol") kon de vuurdoop van de mobiele kliniek plaatsvinden. De met een mini-lab en een door zonnecollectoren aangedre ven vrieskist met medicamenten uit geruste Peugeot-ambulance bleek voor de lokale bevolking een ge schenk uit de hemel. Want mocht het hospitaal in Wenchi zelf ondanks alle tekortkomingen nog heel wat hulp kunnen bieden, op het platteland ble ken de faciliteiten nul komma nul te zijn. Schrader over de eerste verken ningstocht: "De eerste plaats die wij aandeden was Badu. Onze komst was reeds per tam-tam aangekondigd, maar eenmaal gearriveerd was er nau welijks iemand die ons opwachtte. Wat bleek? Omdat het die nacht nogal hard had geregend dachten de men sen dat het ons niet zou lukken hun plaats te bereiken en waren wij via de zelfde wijze van communiceren weer afgemeld. Toen wij alsnog bleken te zijn aangekomen kwamen de tam tams opnieuw tevoorschijn. Binnen korte tijd stroomde de binnenplaats waarop wij ons hadden verzameld he lemaal vol. Er vormde zich een enor me rij van mensen met klachten". Ondersteuning In de meeste gevallen bleek hulp dringend geboden. Piet de Koning daarover: "Het waren lang niet alle maal mensen met rivierblindheid. Veelal betrof het ook ziekten als mala ria, allerlei vormen van diarree, en dy senterie. Wat ook opviel was het grote aantal zieke kinderen. Het in de am bulance gebouwde mini-laboratori um kwam daardoor uitstekend van pas. Met behulp daarvan konden we analyseren om welke ziekten het alle maal ging. Onze laborantes hadden het er knap druk mee. Zelf moesten wij na het stellen van een diagnose veel aan de verpleegsters delegeren. Het ontbrak ons vanwege de grote op komst aan tijd om ons lang met een individueel geval bezig te houden. Die verpleegsters waren uit Ghana zelf afkomstig. Zij bleken verrassend goed ter zake kundig". "Eens te meer is duidelijk gewor den dat vooral het hospitaal zelf en de mobiliteit daarvan ondersteuning no dig heeft. Vakbekwaam personeel is wel degelijk aanwezig. Veel ziekten, met name die van de kinderen, waren trouwens veroorzaakt door verkeerde voeding. Dat benadrukte nog eens de noodzaak om vooral preventief te De 'Mobile Clinic' voorziet op het Ghanese platteland in een grote be hoefte. Onprettige verrassing bij het desinfecteren van de waterpomp: een zwarte, giftige Cobra. werken, vooral door het geven van voorlichting over voeding". Veel te snel naar hun zin moesten de beide enthousiaste doktoren weer terugkeren naar Leiden. De technici waren hen al veel eerder voorgegaan. Eenmaal terug in Nederland bracht Schrader verslag uit aan de stichting (waarvan hij zelf secretaris is) en schreef een lijvig rapport over de stand van zaken in Wenchi. "Er valt daar nog ontzettend veel te doen. De ambulance rijdt nu met plaatselijk personeel een paar maal per week uit, maar dat is nog lang niet voldoende. Het is nu vooral zaak dat er ter plaatse activiteiten worden ont wikkeld en dat er meer van dergelijke mobiele poliklinieken komen te rij den". Goedkoper "We moeten zo snel mogelijk aan de slag. Wat mij in Wenchi en omgeving vooral opviel was dat de moderne communicatiemiddelen ook tot daar zijn doorgedrongen en medische ken nis er zeker aanwezig is. Maar ander zijds is er nog wel sprake van een enorm verschil in welvaart, wat ook in de gezondheidszorg doorwerkt. In Ghana kunnen een aantal bewoners aan de kust zich een goede medische verzorging in privëklinieken permit teren. Maar met name in het binnen land is er daarentegen bijna niets. De ambulance kan wat dat betreft op een betaalbare manier uitkomst brengen. Bedrijfseconomisch bezien is zoiets namelijk een stuk goedkoper, terwijl de mensen ook best bereid zijn om het weinige geld dat zij hebben toch voor een deël ten behoeve van hun gezond heid af te dragen". Binnenkort wenst Schrader, menteel arts bij de Leidse Eerste Hulp dienst, verdere stappen te o dernemen: "Het is de bedoeling dat door de minister van ontwikkelings samenwerking een arts wordt uitge zonden, bovendien zal één van de technici binnenkort terugkeren om verder te gaan met wat hij door tijdge brek moest laten liggen. De stad Wen chi hoopt zelf een vriendschapsband met Leiden te kunnen sluiten om op die manier verdere ondersteuning te krijgen. Als eerste stap daartoe hoopt de stichting binnenkort namens de koning een geschenk aan burgemees ter Goekoop te mogen overhandi gen". Het contactadres van dc Stichting On dersteuning Wenchi Hospitaal: postbus 170,2300 AD Leiden, of het voorlichtings bureau van het Academisch Ziekenhuis.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1987 | | pagina 25