mm ii\
Melkrobot geeft meer vrijheid
'Vooral de laaggeschoolden
komen buitenspel te staan'
vwuiS!
Wisbare CD maakt farce
van totale auteursrecht
MmrawmmwF
bovendien tot taak stelt meer vrou
wen in het arbeidsproces op te ne
men en werknemers tot hoge leef
tijd inzetbaar te houden door scho
ling? Een leger van permanent
werklozen met weinig scholing?
Zó somber ziet Van den Brand
het niet. Grote kansen biedt vol
gens hem de zakelijke dienstverle
ning. 'die in Nederland in haar ont
wikkeling is blijven steken als ge
volg van de hoge prijs van arbeid'.
Als die prijs omlaag gaat, redeneert
hij. kan de zakelijke dienstensector
enorm in omvang toenemen. De
behoefte aan tal van - betaalbare -
diensten bestaat al jaren. Aanzet
ten zie je nu al in diverse sëctoren,
merkt hij op. Zo zie je in het open
baar vervoer de conducteur terug
komen en warenhuizen bewa
kingspersoneel inhuren.
Vos. die het bestuur van de In
dustriebond FNV adviseert over
strategisch beleid, is het met Van
den Brand eens dat de werkgele-
fienheid in de zakeliike dienstver-
ening aanzienlijk kan groeien.
Maar loonsverlaging is niet de eni
ge manier om dat bereiken. Vol
gens hem kan produktiviteitsver-
hoging tot hetzelfde resultaat lei
den.
Stokpaardjes
Wat Vos echter vooral belangrijk
vindt, is dat er in Nederland een
systeem van de grond wordt getild
voor permanente scholing van vol
wassen werknemers. Vakbewe
ging, overheid en bedrijven zouden
samen in dat systeem moeten parti
ciperen. Omdat ze er alle drie be
lang bij hebben, aldus Vos. De be
drijven omdat ze goed opgeleid
personeel nodig hebben. De vakbe
weging vanuit het oogpunt van
pragmatische belangenbeharti
ging: scholing verbetert de ar
beidsmarktpositie van de individu
ele werknemer. En de overheid ten
slotte is gebaat bij een sterke be
roepsbevolking.
Maar dan moet men wel van
ideologische stokpaardjes afstap
pen. Vakbonden zijn volgens Vos
nog te zeer geneigd om te zeggen
dat de opleidingsinspanning van
bedrijven die gericht is op het be
drijfseconomisch belang, niet
deugt. En als de bonden een stem
in het kapittel willen hebben, leg
gen de werkgevers dat te gauw uit
als bemoeizucht.
Vos ziet om-, her- en bijscholing
als het strategisch middel bij uit
stek om de technologische revolu
tie enigszins in goede banen te lei
den. De vroegere scheiding tussen
leer- en actieve periode is een ver
spilling geweest van menselijk ont-
wikkelingspotentieel, stelt hij vast.
„Onderwijs moet tijdens de hele
actieve periode worden voortgezet.
ENSCHEDE - Destijds leek
het een prachtig idee: een
fabriek speciaal voor kans
arme jongeren als 'opstap'
naar het reguliere bedrijfs
leven, een fabriek waar jon
gens en meisjes met een la
ge of afgebroken opleiding
praktijk-ervaring konden
opdoen en zich bijscholen.
Prof. dr. H. J. van Zuthem,
hoogleraar sociaal manage
ment aan de Universiteit
Twente, is de geestelijke va
der van de Jeugdfabriek
Twente, die in 1982 met
steun van het rijk begon te
draaien.
door
Frits Koffijberg
Vorig jaar kwam er echter een
einde aan de subsidie-periode en
sindsdien moet de Jeugdfabriek
zelf de kost verdienen. En wat ge
beurt er? Om de concurrentie aan
te kunnen wordt er gecomputeri
seerde apparatuur aangeschaft.
Voor het bedienen daarvan is een
bepaalde scholingsgraad vereist.
Dus worden er geschoolde jonge
ren aangetrokken die de 'drop
outs', voor wie de fabriek was op
gezet, verdringen.
Het is een ontwikkeling die Van
Zuthem ronduit pijn doet. „Jaren
lang voer je een heel bewust beleid
en dan dwingt de markt je om ap
paratuur aan te schaffen, waarvoor
de mensen die je wilt helpen, niet
de capaciteiten hebben".
Zo weerspiegelt de Jeugdfabriek
Twente in het klein wat in Neder
land op grote schaal gaande is.
„Overal worden mensen met wei
nig scholing weggesaneerd", aldus
Van Zuthem. Eén van de kenmer
ken van de nieuwe technologie isr
namelijk de integratie van taken:
wie een machine bedient, zal deze
veelal ook programmeren en on
derhouden en hij zal bovendien
Zelfstandig een aantal beslissingen
moeten nemen.
Trendbreuk
Piet Vos, wetenschappelijk se
cretaris van de Industriebond
FNV, stelt dat er sprake is van een
trendbreuk. Sinds het begin van de
industriële revolutie is de geschie
denis van de technische ontwikke
ling verbonden geweest met-het
scheppen van eenvoudige arbeid.
„Het is niet zo lang geleden, dat een
te vérgaande arbeidsdeling zelfs
Je moet blijven scholen, want ken
nis veroudert en dat leidt indirect
tot werkloosheid. Daardoor stag
neert de economie steeds". Daar
om vindt hij dat allereerst de scho
ling van volwassenen moet worden
aangepakt.
Overigens stelt Vos vast dat er de
laatste jaren in de discussie over
automatisering al heel wat is veran
derd. „De werkgevers zijn tot het
inzicht gekomen, dat ze niet maar
raak kunnen automatiseren. De
vakbonden zijn erachter dat tech
nologische ontwikkeling niet uit
sluitend wordt toegepast door be
drijven om van de mensen af te ko
men. En de overheid ontdekt lang
zamerhand, dat haar geroep om
flexibiliteit en aanpassingsbereid
heid van de beroepsbevolking kre
tologie blijft, als daarvoor niks
wordt georganiseerd". Na een kor
te pauze: „Van die drie is de over
heid het minst ver, denk ik".
Van Zuthem intussen houdt zijn
twijfels. Hij vreest dat de scho
lingsmaatregelen waarvoor over
heid en sociale partners ijveren,
voor een belangrijk deel voorbij
gaan aan de groep die hij op het oog
heeft. „Wat weieens wordt verge
ten, is dat deze mensen niet altijd in
staat zijn om scholing van een ze
ker niveau te volgen door een ge
brek aan capaciteiten, vaak in com
binatie met gebrek aan ambitie.
Deze mensen zijn alleen maar ge
baat bij een er-werksituatie waar
in vaardigheden worden ontwik
keld. Maar dat vraagt een sterke be
geleiding en is dus een kostbare
aangelegenheid".
door
Nicole Lucas
sloten Sony en Hewlett Packard
een overeenkomst voor het op
slaan van computergegevens;
het verdrag tussen Sony en HP
legde ook de standaard voor de
floppy disc vast. De computer-ta
pe zou de inhoud van duizend
floppy discs (meer dan een mil
jard byte) kunnen bevatten en
eenvoudig te gebruiken zijn op
een huiscomputer. Vooral grote
databestanden kunnen op deze
manier snel in het geheugen wor
den geladen.
En achter de DAT staat de
'wisbare CD' te wachten. Dat is
een compact disc waarmee onbe
perkt kan worden opgenomen,
gewist en veranderd. Ook de wis
bare CD werkt digitaal, en ook
met de CD's zullen de kopieer
problemen steeds groter wor
den. Op een gewone CD kunnen
zeshonderd miljoen lettertekens,
dat zijn zo'n tweeduizend floppy
discs bij elkaar op een enkel zil
veren schijfje. De complete En
cyclopaedia Britannica kan op
een enkele CD, zo pocht de in
dustrie. Computerfabrikanten
hebben al CD-spelers ontwik
keld waarin dergelijke vraagba
ken kunnen worden afgespeeld.
Voor niets
Met de wisbare en beschrijfba
re CD komt automatisch de kopi
eerbare CD. Stop een lege en een
volle CD in de disc-drive, geef de
opdracht 'kopieer' aan de com
puter, en de volle CD wordt bin
nen een paar minuten overge
schreven naar de lege (of, eventu
eel, naar de digitale band). Of er
nu muziek van Madonna of een
encyclopedie opstaat. Niet alleen
Madonna, maar de hele Encyclo
paedia Britannica komt vrijwel
voor niets beschikbaar.
Muziek, boeken, landkaarten,
cursuspakketten, niets is meer
veilig als het eenmaal digitaal is
opgeslagen op band of plaat.
Met de digitalisering van gege
vens wordt eigenlijk het hele au
teursrecht een farce, en daarmee
het inkomen van de oorspronke
lijke samensteller. Wie zal nog
bloedig werken op encyclopedie
of woordenboek als daar geen in
komsten tegenoverstaan? Welke
uitgeverij begint er nog aan? De
problemen waarmee de muziek
uitgeverij worstelt, zijn nog
slechts een voorproefje van wat
komen gaat met de DAT en de
wisbare CD.
Het vreemde van het geheel is
echter, dat daarover nog steeds
niet wordt nagedacht. Iedereen
gaat blijmoedig door met het on
derzoek naar de digitale cassette
en de wisbare compact disc,
geeft eens in de paai' jaren een
persbericht uit dat het onder
zoek vordert, maar denkt niet na
over de andere voorspelbare pro
blemen. Eerst de technologie en
de octrooien rond hebben, ver
volgens de markt veroveren, en
pas dan kijken wat er wordt aan
gericht. Dat is commerciële high
tech ten voeten uit: de vlucht
naar voren.
als het voornaamste pijnpunt van
die ontwikkeling werd gezien",
zegt hij. „Maar nu is sprake van het
omgekeerde. Het blijkt ook moge
lijk produktiviteitswinst te beha
len met het integreren van taken.
Dat vergt van de betrokken werk
nemers meer kennis. Bij een aantal
bedrijven zie je dan ook, dat de
mensen met weinig scholing uit de
boot vallen".
Volgens Van Zuthem kunnen
wij niet met de armen over elkaar
toekijken. „Want dan aanvaarden
we, dat straks minstens 10 a 15 pro
cent van de beroepsbevolking niet
mag meedoen in een samenleving,
waarin een baan nog steeds geldt
als het middel bij uitstek voor per
soonlijke ontplooiing en maat
schappelijk aanzien. Die groep zal
een subcultuur ontwikkelen, waar
van op geen enkele wijze is te over
zien welke gevolgen die zal hebben
voor onze samenleving in de zin
van criminaliteit en maatschappe
lijke onrust".
Geruisloos
De uitstoot van laaggeschoolde
arbeid is al jaren aan de gang, maar
ze is tot dusver vrij geruisloos ver
lopen via 'kanalen' als de 57,5-jari-
gen-regeling, de wao en de vut.
Drs. E. A. Bolhuis, hoofd van de af
deling sociale verzekeringen van
•het Centraal Planbureau, onder
schrijft dat. „Veel werknemers zijn
arbeidsongeschikt verklaard om
dat ze de technologische ontwikke
lingen niet konden bijbenen. Daar
is de laatste jaren de vut als aan
trekkelijker alternatief bij geko
men". Hij meent evenwel, dat het
probleem dat de Twentse hoogle
raar aanroert, vooral betrekking
heeft op oudere werknemers die
weinig opleiding hebben en veelal
ook psychisch niet meer in staat
zijn veranderingen snel op te pak
ken.
Bolhuis is aanzienlijk minder
pessimistisch dan Van Zuthem. Hij
wijst erop dat de scholingsgraad
van de Nederlandse beroepsbevol
king de laatste jaren snel stijgt. „Er
zal altijd wel een groep zijn die niet
NIEUW VENNEP - Drie weken
met vakantie gaan en de koeien on
beheerd achterlaten is er ook
straks voor de boer nog niet bij.
Maar de melkrobot die bij Vicon,
fabrikant van landbouwwerktui
gen, wordt ontwikkeld geeft hem
wel meer bewegingsvrijheid. „Hij
kan zich 's ochtends om zes uur
nog eens omdraaien als hij dat wil",
aldus Eric Aurik. Hij is ruim ander
half jaar als elektronicus betrok
ken bij het project dat uiteindelijk
een volautomatische melkinrich
ting moet opleveren. Aan het mel
ken komt dan geen mens meer te
pas.
Dat is dan het einde van een ont
wikkeling die zo'n 130 jaar geleden
begon. Omstreeks 1850 werd voor
het eerst een poging gedaan om het
arbeidsintensieve handmelken te
vervangen door andere methoden
van melkwinning. Het duurde ech
ter zo'n honderd jaar (vanaf 1950)
voordat het machinaal melken een
hoge vlucht nam. Inmiddels zijn
bovendien veel stallen zo ingericht
dat de koe snel op de juiste plaats
terecht komt. Bij deze automati
sche 'koeverkeerssystemen' moet
de boer alleen nog de melkmachine
aansluiten.
Ook dat zal straks automatisch
kunnen gebeuren. Het grote 'ge
heim' zit natuurlijk in de methode
die is gevonden om de robot de
melkbekers om de spenen van de
koe te laten doen. Aurik: „Je kunt
het apparaat omschrijven als een
arm met oogjes. Het kan zelf opzoe
ken waar de uiers hangen en ver
schillende patronen herkennen".
De door Vicon, onderdeel van
Greenland, ontwikkelde techniek
betekent volgens projectmanager
Dick 't Hoogt niet alleen een door
braak op het gebied van de melk-
technologie, maar ook op het ter
rein van de robots.
Kwaliteit
Het melken gebeurt nu twee keer
per dag. Het zou beter zijn om dat
minstens drie en eigenlijk liefst
vier tot zeven keer per dag te doen.
't Hoogt: „Als je vaker melkt, wordt
de kwaliteit van de melk beter, om
dat het proces natuurlijker ver
loopt. Een kalfje drinkt ook gemid
deld vijf keer per dag bij de moe
der".
Drie keer per dag melken zou
echter betekenen dat de boer om
vijf uur 's ochtends de eerste beurt
moet geven, om twaalf uur 's mid
dags de tweede en om zeven uur 's
avonds de laatste. En dat zeven da
gen per week, want de koeien stop
pen op zondag niet met de produk-
tie. „Dat kun je een boer natuurlijk
niet aandoen. Hij werkt nu al ze
ventig tot tachtig uur in de week",
aldus 't Hooft. Voor een robot zijn
lange werktijden uiteraard geen
punt.
Vaker melken zou ook de span
ning op de uier kunnen verminde
ren, waardoor de veel voorkomen
de melkklierontstekir.g mastitis
*Inde 'stal van de toekomst' lopen de koeien vrij rond. Ze zorgen zelf dat ze ruwvoer rechts) en krachtvoer mid
denachterkrijgen en dat ze worden gemolken (links). De boer houdt via de computer allesin de gaten en grijpt in
als dat nodig is. (foto pn
kan worden voorkomen. Dat zou
heel wat geld besparen, want die
ren die dat eenmaal hebben, moe
ten in ieder geval met penicilline
worden behandeld. De robot kan
met zijn 'oogjes' de ziekte boven
dien sneller signaleren. Aurik: „De
boer kan mastitis pas vaststellen
als het duidelijk zichtbaar is. De ro
bot kan als het ware door de uier
heenkijken".
De kwaliteit van de melk wordt
volgens 't Hooft ook verbeterd
doordat het apparaat ook het
schoonmaken van de tepels voor
zijn rekening neemt. „Ik trap nu
misschien een heleboel boeren op
de tenen, maar het zal de hygiëne
ongetwijfeld ten goede komen".
Melkplas
Met de robot kan niet alleen bete
re, maar ook méér melk worden ge
produceerd. Per koe zo'n 15 pro
cent. Dat lijkt niet erg gewenst ge
zien alle moeite die de EG zich
moet getroosten om de toch al
enorme melkplas niet groter te la
ten worden. Volgens 't Hooft is die
redenering niet juist: „Verhoging
van de melkproduktie per koe be
tekent dat de boeren hun.veestapel
kunnen inkrimpen en dus bespa
ren op voer en land. Met de robot
kunnen de produktiekosten om
laag en de kwaliteit wordt beter.
Dat is de enige manier om de con
currentie aan te kunnen".
Daarom is er volgens hem een
duidelijke markt voor de robot,
hoewel hij wat voorzichtig toe
voegt: „Als je het de boeren nü
vraagt, zeggen ze allemaal 'ja'. Maar
je moet natuurlijk nog maar af
wachten wat ze doen als er 2,5 ton
op tafel moet komen". Zo veel
moet de hele installatie namelijk
gaan kosten. Die is daarom alleen
rendabel voor boeren met mini
maal zo'n zestig koeien. Die staan
echter op het punt hun 10 jaar gele
den aangeschafte en inmiddels af
geschreven melkmachines te ver
vangen, zodat de afzetkansen voor
Vicon toch gunstig lijken.
Het bedrijf uit Nieuw-Vennep
ontwikkelt de robot overigens niet
op eigen houtje. Er wordt onder
meer samengewerkt met Philips,
Nedap, het Nationaal Rundvee
Syndicaat, het ministerie van eco
nomische zaken en de Landbouw
universiteit in Wageningen. „Bo
vendien", benadrukt 't Hooft,
„hebben we regelmatig gesprek
ken met boeren. Die moeten de ro
bot tenslotte straks gaan gebrui
ken".
Proefmachines
Volgens de project-manager zul
len de eerste proefmachines in het
najaar van 1988 op de markt ko
men. Hij verwacht dat Vicon een
van de eerste zal zijn met een der
gelijk apparaat, 't Hooft denkt jaar
lijks enkele honderden installaties
te kunnen verkopen, niet alleen in
Nederland, maar ook in Engeland,
Frankrijk, West-Duitsland en
Noord-Amerika.
Koeien zullen er dan aan moeten
wennen zelf het initiatief te nemen
om gemolken te worden. Het zal, zo
verwacht Aurik, geen problemen
geven om de koeien naar de melk
inrichting te krijgen. „Je moet er
voor zorgen dat de koe het melk-
proces prettig vindt, zodat zij weer
terugkomt". Dat gebeurt onder
meer door extra krachtvoer te ge
ven tijdens het melken.
In de door Vicon ontworpen vol
automatische melkinrichting komt
een koe eerst bij een soort poort,
die bepaalt of het dier de melkbox
binnen mag. Aan de hand van ge
gevens als het tijdstip waarop de
koe het laatst binnen is geweest en
het aantal keren dat zij gemolken
mag worden, bepaalt het systeem
of het deurtje open gaat of niet.
Vervolgens komt dan de robot
langs, die het melkstel grijpt en
aansluit.
Beeldscherm
In het begin zal dat bij zo'n vijf
procent van de veestapel niet pro
bleemloos gaan, verwachten de
mensen van Vicon, bijvoorbeeld
omdat koeien te groot of te klein
zijn. De boeren zullen dus moeten
selecteren. Aurik verwacht dat, net
als bij de introductie van de eerste
melkmachines, de fokkers daar in
de toekomst rekening mee zullen
gaan houden. „Het is echter niet zo
dat de robot slechts 'past' op één
ras", aldus 't Hooft. Bij het ontwer
pen is rekening gehouden met de
in Nederland meest voorkomende
rassen.
In het nieuwe systeem kijkt de
boer op zijn beeldscherm of alles
goed loopt en grijpt hij in bij pro
blemen. „Want", zo stelt 't Hooft
nadrukkelijk, „de robot vervangt
de boer niet. Hij neemt alleen een
aantal routinehandelingen van
hem over".
De compact disc heeft de platen
industrie op het nippertje gered.
Toch wordt nu al weer, amper
vijf jaar later, opnieuw haar te
loorgang voorspeld: de digitale
audiocassette maakt het kopi
ëren zo eenvoudig dat de CD-ver-
koop zal kelderen. Ruzie dus tus
sen de fabrikanten onderling en
tussen fabrikanten en muziekin
dustrie. En dan komt ook de wis
bare CD nog: daarmee worden
de kopieerproblemen weer gro
ter.
door
Hans van Maanen
Aan het eind van de jaren ze
ventig was de 'digitale techniek'
zo ver gevorderd dat het moge
lijk werd muziek op deze manier
vast te leggen: de compact disc
kreeg vorm. 'Digitaal' wil zeg
gen: 'met cijfers'. Een gewone
grammofoon werkt doordat de
naald in de plaatgroef heen en
weer slingert: die slingerbewe
ging wordt met negentiende-
eeuwse technieken doorgegeven
tot de luidsprekers die, analoog
aan de armbeweging, gaan tril
len. Bij digitale technieken
wordt geluid omgezet in cijfers.
Dat werkt nauwkeuriger, be
trouwbaarder en moderner. En
ruis behoort tot het verleden: de
belangrijkste winst van de CD is
eigenlijk de stilte.
Maar ruis was ook de redding
van de industrie, want het voor
komt oneindig kopiëren. Vroe
ger kon men, met twee bandre
corders, wel kopieën van banden
maken, maar het werd al moeilij
ker om van die kopie weer een
kopie te maken: dan begon de
bandruis toch het geluidssignaal
te overheersen. Ook de bandre
corder is een analoog apparaat:
het geluid wordt nagebootst met
magnetische veldjes op de band.
Geen ruis
Nu komt echter de digitale au
diocassette, kortweg DAT. De
DAT schrijft eenvoudig de cijfer
tjes die op de compact disc staan
over, en er ontstaat een perfecte,
natuurgetrouwe kopie zonder
ruis. De rijkste jongen van de
klas koopt een tweede DAT-re
corder, en hij verkoopt, voor iets
meer dan de kostprijs van zijn
cassettes, de nieuwe DAT van
Madonna aan de hele klas. Ma
donna kan fluiten naar haar au
teursrechten, en de platenindus
trie naar haar omzet.
Kopieën gaan overigens op
grotere schaal dan schoolklassen
de wereld rond. Vooral uit Indo
nesië komen illegaal gekopieer
de cassettes: er is wel eens be
weerd dat van elke tien verkoch
te cassettes er drie illegaal zijn.
Niet verwonderlijk dat de mu
ziekindustrie daar maatregelen
tegen eist. In de DAT-recorder
moet een apparaat zitten dat het
kopiëren van CD's onaantrekke
lijk maakt. Daarbij zijn er twee
mogelijkheden: een apparaat dat
juist de cijfers van de CD niet
kan overnemen en ze dus eerst
moet omzetten in een analoog
signaal voordat het gekopieerd
wordt, of de CD beveiligen zodat
de cassetterecorder 'merkt' dat
er van digitale bron wordt geko
pieerd en dan eenvoudig afslaat.
Het probleem bij de eerste optie
is dat de geluidskwaliteit te wei
nig afneemt om de kopieerders
te ontmoedigen, bij de tweede
dat de geluidskwaliteit te veel af
neemt zodat de CD niet meer zo
mooi klinkt.
Ondergang
De DAT lijkt, kortom, een on
overkomelijk probleem te wor
den. Philips en Sony zitten el
kaar, voor de buitenwereld al
thans, verschrikkelijk in de ha
ren. De muziekindustrie vreest
opnieuw haar ondergang en
dreigt al met verschraling van
het aanbod.
De computerindustrie wacht
echter gespannen af. Onlangs
De binnenkant van een CD-speler.
Nieuwe technieken vragen om voortdurende scholing. Wie niet meedoet,
zal als eerste uit de boot vallen. (archieffoto)
kan meekomen, maar 10 tot 15 pro
cent van de beroepsbevolking lijkt
me erg veel", aldus Bolhuis.
De klacht van werkgevers dat zij
niet aan voldoende goed geschoold
personeel kunnen komen, komt
volgens de FNV'er Vos ook door
dat menig bedrijf bij de invoering
van een nieuwe technologie zich te
weinig heeft afgevraagd in hoever
re deze wel paste bij de organisatie
en het werknemersbestand dat
men al had. „Vaak is onvoldoende
bekeken, of het niet beter was de
mensen die men had, om te scho
len in plaats van op de arbeids
markt nieuwe categorieën aan te
trekken".
„Ook worden er wel mensen bin
nengehaald die veel verstand heb
ben van nieuwe machines, maar
niet van de dingen die daarmee
moeten worden gedaan. Dan heeft
men toch weer de kennis van de
oude vakman nodig. Waarom die
man dan niet meteen omge
schoold?" Nieuwe technieken vra
gen ook om nieuwe organisatievor
men. „Anders bestaat het gevaar
dat je met nieuwe technieken din
gen die je al fout deed, efficiënter
fout gaat doen".
Fouten
Fouten als Vos bedoelt, zijn in
het verleden ook wei bij Philips ge
maakt. Ing. F. L. van den Brand, lid
van de raad van bestuur van de Ne
derlandse Philips Bedrijven, onder
meer belast met sociale zaken,
geeft dat ruiterlijk toe. Maar men
heeft er wel van geleerd. „De tech
nologie is weliswaar dominant,
maar geen dictaat", benadrukt hij.
„We moeten vooral niet het idee la
ten ontstaan van een toverformule
die zich buiten ons om Voitrekt.
Het is een fout te denken dat er
geen maakbare technologie zoU
zijn. En bij de besluitvorming daar
over dient zowel de autonomie als
de inzetbaarheid van mensen mee
te spelen".
Philips - zowel ontwikkelaar èn
producent als gebruiker van tech
nologieën - is in dit bestek uiter
aard een fraai voorbeeld van een
bedrijf waar de technologische ont
wikkeling diep in elke sector in
grijpt. Dat proces zet onherroepe
lijk door, stelt Van den Brand voor
op. „Er is geen keus". Dat is trou
wens ook de mening van Vos en
Van Zuthem. De laatste: „In de
particuliere sector is de technologi
sche ontwikkeling een absolute
must in verband met de internatio
nale concurrentie".
De afgelopen vijf jaar steeg bij
Philips het aandeel van de hoger
geschoolden in het personeelsbe
stand van 12 tot 18 procent. Van
den Brand wijst er evenwel op, dat
de bijna zevenduizend nieuwe me
dewerkers die vorig jaar werden
aangetrokken (een record overi
gens) een getrouwe afspiegeling
vormen van de uitstroom van het
onderwijs. Te vaak wordt volgens
hem over het hoofd gezien, dat Phi
lips ook vele lager geschoolden in
dienst heeft en en nog steeds aan
neemt.
Kansen
De technologie zal niet alleen bij
Philips, maar bij vrijwel elke in
dustrie de werkgelegenheid uitein
delijk doen afnemen. Wat betekent
dat voor een samenleving die zich