Tropenj aren voor
Dingeman Stoop
Rinus Michels: 'Ik heb alles van me afgezet'
Ik heb geen hoge pet op van trainers
WOENSDAG 12 AUGUSTUS 1087
DEN HAAG (GPD) - Dé Stoop hanteert het
komende seizoen niet alleen de voorzitters
hamer bij FC Den Haag, hij gaat zich ook
bemoeien met het technische beleid. Trainer
Pim van de Meent heeft van hem te horen
gekregen hoe hij zijn elftal moet laten voet
ballen.
„Omdat legt Stoop uit, „ik het afgelopen
seizoen steeds weer geluiden kreeg te horen
dat de opbouw van FC Den Haag vanuit de
achterhoede te langzaam ging. Ik heb Van
de Meent nu de duidelijke opdracht gegeven
dat er in de achterhoede niet langer moet
worden geschoven. De bal moet zo snel mo
gelijk naar voren worden gespeeld. Het
voetbal in Nederland is afgezakt in syste
men en gedegradeerd tot een soort schaak
voetbal. Dal moet veranderen en dat kan
alleen als de trainers daartoe opdracht krij
gen".
„Natuurlijk was Van de Meent niet geluk
kig met die opdracht. Hij zei direct: wil je
het elftal dan misschien ook opstellen? Ja, zo
zijn de trainers in dit land. die denken al-
lijd dat alleen zij het weten. Ze spelen veel te
weinig in op hetgeen de klant vraagt. Dal
vind ik voor een bedrijfsleider - want dat is
een trainer - een slechte zaak. Als ik in mijn
bedrijf alleen maar zou doen wat de techni
ci willen, zonder te luisteren naar hetgeen
de klant wil, leid ik mijn bedrijf ook slecht"'.
„Bovendien moet een trainer natuurlijk
nooit tegen mij zeggen dat ik geen verstand
van voetbal heb, want hij lag nog in de
luiers toen ik al voetballeider was. En had
ik er tijd voor en zin in om dagelijks bij de
spelers te zijn, dan stélde ik het elftal ook op,
zondermeer... en dan was ik met FC Dén
Haag ook in de Europa Cup gekomen
„Van de Meent krijgt minder zeggen
schap. Hij was technisch directeur - iedere
trainer in dit land wil dat op dit moment
worden. Maar de meesten zijn er volkomen
ongeschikt voor. Van de Meent mist er ook
de kwaliteiten voor. Dan zag ik hem met al
lemaal papieren achter z'n bureau bezig,
met dingen die op mijn bedrijf de jongste
bediende doet. Of ik zag hem een lijst maken
en die nog zelf uittikken ook. Maar. wat
mijn secretaresse in drie minuten tikt, daar
doet hij natuurlijk drie uur over. Ik heb
daarom tegen hem gezegd: jongen jij hoort
op het veld thuis en daar zal-ie dit seizoen
ook weer vooral zijn".
„Nee, ik heb geen hoge pet op van trai
ners. Alleen zij weten het altijd precies en de
klantenkring interesseert ze geen ene moer.
Dat heb ik in de loop der jaren met alle trai
ners zó ervaren. En de salarissen die ze op
strijken liggen over het algemeen ook veel te
hoog. Salarissen van om en nabij de 150.000
gulden vind ik absurd. Trainers moeten lus
sen de 60 en 100.000 gulden verdienen en
dan moet het afgelopen zijn. De werktijden
van die jongens zijn ook niet zo daverend".
DEN HAAG (GPD) - Dé
(Dingeman) Stoop stond
ruim dertig jaar geleden aan
de basis van het betaalde
voetbal in Nederland. Hij
zat destijds in het bestuur
van de Nederlandse Be
roeps Voetbalbond, die in
1954 met de KNVB fuseer
de. De Amsterdammer
maakte deel uit van het
bondsbestuur en het be
stuur betaald voetbal. Hij
was veertien jaar voorzitter
van eerst DWS en daarna
FC Amsterdam, dat hij in
1982 zelf om zeep hielp. Me
dio 1983 bracht hij twaalf
dagen door in een cel in ver
band met de 'zwart-geld-
zaak' FC Amsterdam. Is ei
genaar/directeur van de lif-
tenfabriek Starlift. Gaf ooit
zijn voltallige personeel 25
gulden toen de regering
Den Uyl-Boersma viel. Ver
toont met zekere regelmaat
demagogische trekjes. Is
sterk controversieel, vaak
ongenuanceerd, soms irri
tant, een ras opportunist en
tegenwoordig voorzitter
van FC Den Haag.
Dé Stoop is inmiddels 67; een
mooie leeftijd toch om eens wat ex
tra aandacht te besteden aan de
kleinkinderen. Maar nee, Stoop
moest drie jaar geleden zonodig
voorzitter van FC Den Haag wor
den, de meest relgevoelige club
van Nederland. „De kleinkinde
ren", schiet Stoop in een harde
lach, „komen heus niet te kort
hoor. Het is zelfs zo dat ze bij ons
thuis zeggen: opa moet niet teveel
met de kleinkinderen optrekken,
want hij verpest ze".
,,'t Is zo", gaat Stoop verder, „dat
als je ouder wordt, je ook om je
heen geconfronteerd wordt met
het ouder worden van mensen.
Nou, mijn levensstijl is zo, dat ik
zeg: zolang je nog aan het leven'
mag deelnemen, doe het dan maar,
want daarna heeft het leven weinig
waarde meer. Als ik m'n schoon
moeder toch zie - 83, helemaal de
ment...". „Stoppen met werken op
je 60e of 65e heb ik altijd een hele
formele zaak gevonden, die ner
gens op slaat. Er zijn echt i
die moeten op hun 40ste al stop
pen, die zijn daar dan al rijp voor.
maar andere mensen moeten nog
niet op hun 70e stoppen. Zoals ik
nu leef, leef ik lekker, vind ik. Ik
ben nog behoorlijk veel op de zaak,
zit behoorlijk veel bij de club en be
steed behoorlijk veel aandacht aan
m'n gezin en m'n kleinkinderen. Ik
kan het nog net allemaal bezetten".
„De voetballerij is de laatste ja
ren overigens wel een stuk zwaar
der geworden; daardoor kom ik
wel eens een beetje in tijdnood. Je
moet tegenwoordig zóveel aan
dacht besteden aan supporters,
burgemeesters, politie en allerlei
vergaderingen... En het is ook
zwaarder geworden omdat je de
kracht van je onafhankelijkheid
wat verliest. Ik ben helemaal onaf
hankelijk, kan me permitteren om
te zeggen: ik doe vandaag niks. Ik
heb geen verantwoording af-te leg
gen aan banken, commissarissen
of aandeelhouders, want dat ben ik
allemaal zelf. Maar in m'n kwaliteit
van voorzitter van FC Den Haag
heb ik het afgelopen jaar wel een
brokje onafhankelijkheid verloren,
omdat ik afhankelijk was van een
burgemeester, van de politie... dat
is me eigenlijk het zwaarst geval
len".
Als voorzitter van FC Den Haag,
zegt Stoop, heeft hij het afgelopen
seizoen „dubbele tropenjaren" ge
maakt. Bepaald geen overdreven
voorstelling van zaken. De club uit
de Residentie was voortdurend in
opspraak vanwege het supporters-
gedrag, ondermeer betrokken bij
twee gestaakte wedstrijden (Excel-
sior-FC Den Haag en FC Den
Haag-Ajax - red.) en amper wel
kom in andere gemeentes. Kort
om: een outcast.
Maar, hoe tegenstrijdig, aan het
eind van het rampseizoen lag er zo
waar een prijs voor de trammelant-
club te wachten. De KNVB-beker-
finale tegen Ajax werd weliswaar
verloren, maar omdat de Amster
dammers zich eerder in Athene al
verzekerd hadden van Europees
voetbal, mag ook FC Den Haag ko
mend seizoen in het Europa Cup
H-toemoói uitkomen.
Al weifelde de KNVB nog even
met inschrijving, bang als het is
voor Europese excessen bij FC
Den Haag, waarvan de andere Ne
derlandse clubs dan weer de dupe
zouden kunnen worden. Want de
Uefa straft streng. Denk alleen
maar aan de situatie van de Engel
se clubs, die nu al voor het derde
achtereenvolgende jaar uit de Eu
ropese toernooien zijn verbannen.
Stoop: „Had de KNVB ons niet in
geschreven, dan was ik direct een
kort geding begonnen".
i de
Stoop: „Dat weet ik niet alleen,
dat weten onze supporters ook. Ze
weten dat de schade die ze aan hun
club toe kunnen brengen ongeloof
lijk groot zal zijn. Daarom ben ik
ook zo blij met een club uit Honga
rije (Ujpest Dosza - red.) in de eer
ste ronde. Oh gelukkig, goddank,
dat gevaar is weer geweken, dacht
ik bij de loting".
„Er zullen geen supporters van
Hongarije naar Nederland komen,
waardoor het Zuiderpark- stadion
optimaal benut zal kunnen wor
den. En je mag ook verwachten dat
er weinig supporters van de FC
Den Haag naar Hongarije zullen
gaan. En degenen die wel gaan,
zullen geconfronteerd worden met
een duidelijk andere instelling van
de politie dan ze gewend zijn. Ze
hoeven daar echt niet te proberen
wat ze in Nederland doen. En de
gevangenissen zijn er ook heel an
ders... ze worden er ook sneller ge
vuld dan hier".
„Wij hadden het natuurlijk een
stuk slechter kunnen treffen. De
avond vóór de loting zeiden be
stuursleden van KV Mechelen nog
tegen me: We hopen niet dat we
jullie treffen; we willen wel tegen
jullie, maar dan het liefst aan het
eind van het seizoen, want dan
moet ons stadion toch afgebroken
worden...". „Ook het bestuur van
HSV hoopte dat ze niet tegen ons
zouden loten. Niet alleen vanwege
jullie supporters, zeiden ze, want
onze supporters zijn niet minder
erg, maar vanwege de supporters
botsingen. En zo is het natuurlijk
ook, want het vandalisme houdt
niet op aan de grens van Neder
land".
„Maar tegen die Hongaren zal
het zo'n vaart niet lopen. Al is het
wel zo dat als wij wat verder ko
men, de risico's ook groter zullen
worden. En als we dan een Belgi
sche club, een Duitse, een Franse,
een Spaanse of een Italiaanse lo
ten, jaah, dan zijn we nog niet uit
de problemen".
- Met andere woorden, FC Den
Haag moet maar in de eerste ronde
worden uitgeschakeld.
Stoop: „Op het moment dat ik er
binnen kwam was FC Den Haag
dood. Er was geen geld, er kwam
geen publiek, er waren grote be-
stuursruzies en er was een voorzit
tersvacature. Al komt dat in het be
taalde voetbal natuurlijk wel meer
voor. Kort geleden had je er nog
een in Maastricht, toen Melchior
afscheid nam van MW, na het een
jaar geprobeerd te hebben. In de
paardesport bleek het hem toch
beter af te gaan dan in de voetbal
sport. Ze hebben nu professor
Greep als voorzitter binnenge
haald. Dat is natuurlijk een uitste
kende chirurg, dat denk ik tenmin
ste, maar die zal ook wel weer erva
ren dat het vak van voetballeider
een apart vak is".
- Maar wat is er fijn aan om voor
zitter van FC Den Haag te zijn. Of,
ik zal de vraag anders stellen:
waarom blijft u voorzitter van FC
Den Haag?
Stopp: „Om iets wat moeilijk
gaat in de steek te laten, daar heb
ik moeite mee. Ik ben een vechter,
en een vechter vecht door, hè. Nee,
niet tot het bittere eind. Ja, tot
waar, dat is de vlaag. Er is natuur
lijk een grens. Voor de bekerwed
strijd tegen Ajax heb ik ook duide
lijk gesteld: als er nü iets gebeurt
door toedoen van de Den Haag
supporters, dan ga ik weg... dan ga
ik onherroepelijk weg".
Dan, ontroerd bijna: „De suppor
ters dragen me op handen, hè: de
hele club draagt me op handen. En
als ik dan terwille van een aantal
vandalen zou zeggen ik stop er
mee, dan doe ik veel mensen ver
driet. Je laat niet alleen zo'mriub in
de steek, maar je laat ook acht a
negenduizend mensen in de steek.
Want het vervangen van Dé Stoop
als voorzitter wordt een heel groot
probleem. Maar het afgelopen sei
zoen is mijn aftreden wel heel
dichtbij geweest. Het moet niet zo
worden dat ze je voor gek verkla-
- Maar gebeurt dat al niet?
Stoop gaat niet op de vraag i
„Dan vind ik het jammer voor
spelers en voor iedereen die
Stoop: „Nee, niet echt".
- Bent u wel eens bang?
Stoop: „Nee... Je moet natuurlijk
wel oppassen, maar dat is met alle
dingen zo. Als je weet dat er ergens
een groepje supporters van de te
genpartij staat, moet je daar na
tuurlijk niet in de buurt gaan staan.
Maar je moet ook geen weg over
steken als er verkeer aan komt. En
als ik Amsterdam in ga, weet ik
precies op welke plaatsen ik wel
kan komen en op welke plaatsen
beter'niet. Zo leef je nu eenmaal in
deze maatschappij".
- U heeft geen body-guards?
Stoop: „Nee".
- Nooit gehad ook?
hard voor werkt, maar dan heb ik
wel te maken met miljoenen Ne
derlanders, die niet zullen begrij
pen dat ik aan blijf. Als deze club
door mij het predikaat 'onbeheers
baar' krijgt, treed ik terug".
I club dan
Stoop: „Dat onbeheersbare moet
door mijzelf gevonden worden. Ik
zal zeker niet door druk van bui
tenaf opstappen, dan had ik het af
gelopen seizoen al weg moeten
gaan. M'n familie zegt ook: pa.
moetje daar nu wel mee doorgaan?
Om over m'n vrouw maar te zwij
gen. Jij hebt dit soort dingen toch
niet nodig, zegt ze. En dat is in we
zen ook zo. Ik heb het privé niet
nodig... ik ben bekend genoeg... En
er moet ook echt niet zo vreselijk
veel meer gebeuren, dan ga ik wel
weg".
Stoop: „Ja, één keer, bij de laat
ste wedstrijd van FC Amsterdam.
Toen was de stemming van de res
terende 800 supporters zó slecht -
en ik wilde niet weg blijven. Ik had
toen een paar knapen van een ame-
rican footballteam gehuurd, breed
geschouderde jongens".
(Lacht smakelijk).
- Verwacht u komend
weer grote problemen bij FC Den
Haag?
Stoop: „Nee. We hebben voor
ons relgevoelige vak (het vroegere
Midden-Noord, dat tegenwoordig
Westtribune heet - red.) pasjes la
ten maken voor iedereen. Daar
door weten we in ieder geval wie er
staat. Al bereik je daar natuurlijk
nog niks mee, want in Den Haag is
het zo dat de politie weigert in dat
vak te komen. Ze zijn bang voor
een escalerend effect. Ja, daar heb
je het weer. Een ander zou zeggen:
dan kun je er direct op slaan. Maar
nee, in Den Haag wil de politie dat
niet".
„Ik heb het al meer gezegd: het
pasjessysteem is een formaliteit
die tot niets leidt als het geen fol-
low-up krijgt. Wat gebeurt er en
wie doet wat als iemand zich mis
draagt?, daar gaat het om. Straks
heb ik in dat vak 3000 mensen zit
ten, allemaal een pasje, keurig.
Maar als er dan hetzelfde gebeurt
als het afgelopen seizoen - en dat
was dus niks - dan helpt dat pas
jessysteem helemaal niks".
„Dat supporterspasje begint
trouwens ook al een soort status
symbool te worden. Jaah, daar
krijg je dan weer mee te maken.
Heb jij al een pasje?, vragen ze aan
elkaar. Een mooie foto er op, hele
maal geplastificeerd, net zoiets als
een diners-card. Bij alle Vip-kaar
tjes, die er op dit moment al zijn,
alle nachtclub kaartjes, American-
express-cards en diners-cards, is
nu het voetbalpasje gekomen".
„Maar goed, we hopen dat er
vanuit die pasjesgroep zelf een so
ciale controle komt en dat ze de
grens van hun enthousiasme niet
meer zullen overschreiden. En het
zijn natuurlijk niet allemaal vanda
len".
- Maar op veel meer dan hoop is
uw verwachting niet gebaseerd.
Stoop: „Ja, ik hoop dat de sup
porters zelf tot de conclusie komen
dat er iets moet gebeuren. Maar ik
weet ook dat het heel moeilijk zal
worden. En waarom? Omdat er
over voetbalvandalisme wordt ge
sproken, maar het in feite over van
dalisme gaat. Het gaat om het ge
mak waarmee mensen in dit land
vandalisme kunnen bedrijven. Het
kan in Amsterdam gebeuren dat ie
mand vier keer per dag gearres
teerd wordt omdat-ie een autora
dio heeft gejat, maar dan nog gaat-
ie in de nacht gewoon verder".
- Heeft u zelf nog spijt van be
paalde uitspraken dit
- U vindt dat u niks verkeerd
hebt gedaan dit jaar.
Stoop: „Nee... ik zou hooguit
kunnen zeggen: ik had geen voor-
ziLtter van FC Den Haag moeten
blijven!'.
- Dat kunt u nog corrigeren.
Stoop: (harde lach).
ZEIST (GPD) - De naderende hoosbui, maakt het humeur van Rinus Michels er niet
vrolijker op. Als op afspraak klettert de regen tegen de ramen, als de bondscoach tegen
wil en dank zijn hart lucht over het Grote Onrecht dat hem en het Nederlands elftal in het
voorjaar is aangedaan. „Het is niet meetbaar hoe zwaar dat verloren punt tegen de Grie
ken gaat wegen. Je kunt alleen maar hopen dat het Nederlands elftal geen nadelige
gevolgen zal ondervinden van de fout, zeg maar gerust blunder, die het bestuur toen
gemaakt heeft. Maar ik verwacht wel dat ze straks niet een ander de schuld geven".
De sinds Ajax-Sparta totaal verkil
de verhoudingen in Zeist passen
wonderwel bij het weertype van
deze zomer: veel bewolking, wei
nig zon, en de ene dépressie na de
andere. Tussen de buien en de fer
me aanklachten door kijkt Michels
reikhalzend naar buiten, alsof hij
elk moment verwacht dat PSV
hem alsnog uit z'n isolement zal
verlossen. „Of ik teleurgesteld ben
dat ik hier nog zit?... Nu niet meer.
Er had beter een ander op deze
stoel kunnen zitten, iemand die er
onbevangen tegenover staat. Dat is
niet het geval, daarom heb ik alles
van me afgezet. Vergeten ben ik
het echter niet. Maar in mijn
werken en handelen zal dat geen
invloed hebben. Daarvoor ben ik
een te geroutineerde prof. Ik wil al
tijd het beste eruit halen wat erin
zit. Als je die motivatie niet hebt.
ben je echt ongeschikt voor dit
vak".
Normaal gesproken zal Michels
zijn contract, dat na het Europees
kampioenschap van volgend jaar
afloopt, daarom keurig uitdienen.
Tegen heug en meug, dat wel. „Ik
hoop nu alleen maar dat zich rond
de drie wedstrijden, drie finales
dus, niet opnieuw problemen voor
doen die schadelijk zijn voor het
Nederlands elftal". Erg veel fiducie
heeft hij daarin niet. „Er is niks
veranderd, alles is bij het oude ge
bleven". Het sectiebestuur riskeert
daarmee een hete nazomer, waarin
een hernieuwde botsing bijna on
vermijdelijk is. Bij het minste of
geringste zal de vlam opnieuw in
de pan slaan. Zeker in het geval
van Michels, een perfectionist pur
sang, die slechts bij wijze van hoge
uitzondering bereid is water bij de
wijn te doen. De samenstelling van
het sectiebestuur is wat dat betreft
niet in zijn voordeel.
Verhouding
Als voormalig clubcoach weet
Michels echter als geen ander hoe
de verhoudingen liggen. Als trai
ner van Ajax zou hij niet anders
hebben gehandeld als Cruijff, die
vier dagen voor de interland tegen
de Grieken ten koste van alles wil
de dat Sparta-Ajax werd gespeeld,
omdat Ajax anders Wouters moest
missen in de competitiekraker te
gen PSV. „Cruijff begrijp ik best.
Net als ik is hij een perfectionist,
die heel goed het belang ziet van
het Nederlands elftal, maar niet ten
koste van de eigen club. Cruijff be
schouwde PSV-Ajax als een finale,
en terecht. Maar dat geldt voor alle
wedstrijden van het Nederlands
elftal. Als bondscoach weet je dat
je afhankelijk bent van de clubs.
Dat is een gegeven, daar moet je
ook niet over mekkeren. Er zijn
echter wel grenzen. Het bestuur
wist dat die overschreden zouden
worden, maar kennelijk dachten
ze: het zal wel los lopen. Zo in de
trant van: die jongens van Ajax ne
men dat karwei tegen Griekenland
ook nog wel even mee".
Een misverstand. „Voor mij als
prof was het onaanvaardbaar dat
het technisch beleid werd overru
led door bestuurlijk beleid. Dat
werd notabene gedaan in een tele
fonische vergadering, omdat ze de
niet allemaal op tijd bij el
kaar konden krijgen. Daarin speelt
dan iedereen z'n eigen rol. Ik heb
toen heel duidelijk gesteld: als jul
lie menen dit te moeten doen, moet
je wel rekening houden met de ver
antwoording die je neemt en de
consequenties daarvan. Als het
punten kost is dat jullie verant
woording. Uiteindelijk hebben ze
toch besloten Cruijff zijn zin te ge
ven. Als die interland dan voorbij
is en het resultaat is teleurstellend,
zegt niemand: wij zijn verantwoor
delijk, wij hebben het niet goed ge
daan. Nee, dan krijg je als trainer
opnieuw het volle pond. Dan deugt
de opstelling en het concept niet
en was de coaching niet goed. Ie
dereen bemoeit zich dan ineens
met technische zaken. Daar heb ik
bezwaren tegen, dat heeft me ma
teloos gestoord".
Op dat moment stond het voor
Michels vast dat hij zijn tijd in
Zeist niet zou uitdienen. Maar
waarom nam hij niet meteen ont
slag? Michels: „Die wedstrijd te
gen Hongarije zat er te dicht op om
het bestuur te confronteren met de
consequenties die ik voor ogen
had. Daarom ben ik ook bewust
weggebleven bij de evaluatieverga
dering die altijd na een interland
wordt gehouden. Tegen Huybregts
heb ik gezegd: ik verschijn niet, an
ders kan het wel eens heel onaan
genaam worden. Maar ook dat sig
naal werd kennelijk niet serieus
genomen".
Rusten
Met zijn naderende vertrek in het
achterhoofd begon Michels aan de
Rinus Michels
'(archieffoto)
voorbereiding op de interland te
gen Hongarije. „Voor die wedstrijd
had ik wel de gelegenheid de pun
tjes op de i te zetten. Anders dan
vier weken eerder tegen Grieken
land, toen ik niks met de Ajacieden
kon beginnen. Ik kon ze alleen
maar laten rusten, rusten en nog
eens rusten. Maar ook voor mij per
soonlijk was dio wedstrijd tegen
Hongarije verschrikkelijk belang
rijk. Als we een punt zouden verlie
zen, lag Nederland uit de race en
zou ik mijn werk in Zeist hebben
afgemaakt. Want het ligt niet in
mijn aard om een zinkend schip te
verlaten. Nu kon ik met een gerust
hart weggaan en had de nieuwe
man vier maanden de tijd om zich
in te werken".
„Voor mij stond het vast", neemt
Michels geen blad voor de mond,
„dat na Hongarije de confrontatie
zou komen". Die kwam echter veel
eerder dan hem lief was. „Alles
kwam in een stroomversnelling
door de manier waarop een aantal
bestuurders meende te moeten
reageren op het resultaat vahvdie
wedstrijd. Dat vond ik dermate on
rechtvaardig, dat het voor mij geen
enkele zin meer had in deze relatie
verder te gaan. Ik zag geen oplos
singen meer, de interesses lagen
kennelijk te ver uit elkaar. En ik
ben nu eenmaal een man die snel
en vrij emotioneel reageert".
Vrijwel meteen werd zijn naam
in verband gebracht met PSV.
„Maar ook zonder PSV", meent
Michels oprecht, „zou dit gebeurd
zijn. De grenzen waren overschre
den, zowel professioneel als men
selijk. Je hebt een brok zelfrespect.
Voor mij was er daarom geen weg
terug. Zo zit ik nu eenmaal in el
kaar. Ik blijf er ook bij dat het voor
alle partijen beter zou zijn geweest
als ik was vertrokken. De relatie is
niet meer te herstellen en is nu zo
danig dat daar heel snel moeilijk
heden uit voort kunnen komen.
Als er gewonnen wordt, zullen er
geen problemen zijn. Maar als het
niet goed gaat, komen die proble
men er onherroepelijk. Daarom
had hier nu iemand anders moeten
zitten. Dat zou voor het Neder
lands elftal sowieso beter zijn ge
weest".
De frustraties over de afloop van
het conflict, die strandde op een af
koopsom van 450.000 gulden, lo
pen parallel met zijn, op z'n zachtst
gezegd, weinig vleiende oordeel
over het bestuurlijk kader. De
kreet dat Oranje er volgend jaar in
West-Duitsland bij moet zijn
noemt Michels 'kretologie', omdat
er niet naar wordt gehandeld. „Het
is de kunst om prioriteiten te stel
len, hoe moeilijk dat vaak ook is.
Dat bepaalt de kracht en de waarde
van een bestuur. Het komt wel
mooi en stoer over als je roept dat
het Nederlands elftal naar de EK
moet, maar als je er niet naar han
delt, ben je geen knip voor de neus
waard. Gelukkig zijn ze er nog wel.
de goeie bestuurders. Anders zou
je nog kunnen zeggen dat het te
moeilijk is. In het buitenland zijn
er voorbeelden genoeg dat het wel
werkt, alleen in Nederland werkt
het niet. In dit land zijn we zo sterk
individualistisch ingesteld, dat we
niet makkelijk voor één karretje te
spannen zijn. Dat is een beetje de
volksaard".
Circus
Gerijpt in het vak als Michels is,
verbaast hij zich al lang niet meer
over het merkwaardige gedragspa
troon in het 'voetbalcircus'. Wat
hem echter wel stoort is de totale
metamorfose die in het zakenleven
gelouterde bestuurders kennelijk
ondergaan zodra zij voetbalbeslis
singen moeten nemen. „Dan zie je
ineens de meest vreemdsoortige
gedragingen. Mensen die in zaken
heel evenwichtig denken en han
delen raken in de sport volledig uit
de koers. Dan gelden ineens ande
re normen. Dan zijn er maar heel
weinig in staat het hoofd koel te
houden en worden vaak de meest
vreemde beslissingen genomen.
Daar heb je als professional reke
ning mee te houden. Op zich is dat
niet eens zo erg, als zo'n bestuur
dan maar één gezicht toont en als
een blok opereert. Maar als het er
op aankomt, speelt iedereen zijn ei
gen rol in het hele gebeuren".
Zo kan het gebeuren dat Ajax-
voorzitter Ton Harmsen als sectie
bestuurder de belangen van Ajax
liet prevaleren boven die van het
Nederlands elftal. „Daar valt niet
aan te ontkomen", herkent Michels
de grote zwakte van het sectiebe
stuur, „als mensen zich blijven be
wegen tussen persoonlijke interes
ses en zij het doel daaraan onderge
schikt moeten maken. Als hij het
anders zou doen, doet hij het niet
goed. Maar dat gaat onvermijdelijk
ten koste van het algemeen belang,
dus de bond en het Nederlands elf
tal. Een perfectionist en professio
nal ergert zich aan zo'n situatie
maar hij ziet ook regelmatig het
rendement van zijn werk bedreigd.
In de competitie kun je een fout
herstellen, elke interland is echter
een finale. In 90 minuten kun je al
les verliezen en kan alle werk voor
niks Zijn geweest".
Het definitieve antwoord krijgt
Michels pas op 16 december in
Athene, waar Griekenland de laat
ste tegenstander van Orar\je is op
weg naar het Europees kampioen
schap. Maar eerst staan nog de
wedstrijden tegen Cyprus en Polen
op het programma. Van essentieel
belang is de inbreng van Gullit en
Van Pasten, de pijlers van Oranje,
die in Milaan hun (financiële) ge
luk hebben gezocht. „Individueel
zullen die twee er alleen maar beter
van worden. Ze zullen meer moe
ten brengen, er zal meer van hun
worden geëist. Dat zal ze alleen
maar louteren. Wat dat betreft zijn
er geen problemen. In de extra
voorbereiding kan ik echter niet
meer over die twee beschikken,
dat is een enorme handicap".
Beperkt
De verhuizing van de beste va
derlandse voetballers naar het bui
tenland is echter niet meer af te
remmen. „Ik zou ook niet weten",
blikt Michels somber vooruit, „hoe
je meer publiek naar de stadions
wilt krijgen met een competitie
van deze kwaliteit. Als we het over
topvoetbal hebben, is er in dit land
maar ruimte voor een beperkt aan
tal clubs. Hooguit tien tot twaalf,
die met behulp van sponsors op de
been te brengen zyn. Dat is het eni
ge gezonde uitgangspunt. Maar in
het ver doorgevoerde democratise
ringsproces is dat een onhaalbare
kaart. En ondertussen wordt de in
breng en de rol van de sponsors
steeds groter. Maar dat is wel een
voetbalvreemd fenomeen, dat de
sfeer en de ambiance in de sta
dions niet verhoogt. Ik vraag me af
waartoe dat uiteindelijk leidt. Hoe
lang gaat dat goed?"