Lasse Viren: het rennende mysterie Bloeddoping? Ik wist niet eens wat het was' Finse atleet verbaasde met 'dubbele dubbel' 'Ik was de beste dus ik moest op mijn bek gaan' ZATERDAG 9 MEI 1987 EXTRA j PAGINA 31 Tijdens de Olympische Spelen van 1976 sloot Lasse Viren aan in het rijtje van de grootsten uit de atletiekgeschiedenis. Nu, ruim tien jaar later, hangt er nog altijd een waas van geheimzinnigheid rond de atleet die de wereld verbaasde met het leveren van een unieke prestatie, het behalen van een 'dubbele dubbel'. Zowel in München als in Montreal won de politieagent uit het Finse dqypje Myrskylae de vijf en de tien kilometer, zonder dat hij in de tussenliggende vier jaar een wedstrijd van betekenis won. Viren verdween vervolgens weer netzo snel van het internationale podium als hij er op was verschenen. In Montreal werd hij door collega-atleten en journalisten beschuldigd van het gebruik van bloeddoping. "Maar ik wist niet eens wat dat was", houdt de laatste van de grote Finse hardlopers nog altijd vol. De verdachtmakingen aan zijn adres waren voor Viren lange tijd reden om buitenlandse journalisten te ontlopen. Maar de tijd heelt alle wonden en tijdens zijn recente bezoek aan Nederland, waar hij afgelopen zondag deelnam aan een internationale wegwedstrijd over tien kilometer, toonde de nu 38-jarige legende zich bereid om terug te blikken op een korte, maar grootse internationale carrière en uitgebreid stil te staan bij zijn vier enerverende Olympische finaleraces. Lasse Viren toont na de gouden tien kilometer-race zijn schoenen aan het Canadese publiek: "Dat had niets te maken met commercie, ik had last van blaren". (archieffoto ANP) Geen wonder dat Lasse Viren zich al op jeugdige leeftijd ontpopte als een gretige kilometervreter. Hardlo pen en langlaufen waren pakweg 25 jaar geleden namelijk de enige spor ten die de inwoners van de talloze Finse dorpjes konden beoefenen. In Myrskylae, een gehucht dat tachtig kilometer ten noordoosten van Hel sinki ligt, legde de jonge Lasse in de zomermaanden te voet grote afstan den af die hij 's winters op de smalle latten overbrugde. "Wat moest je anders", kijkt hij nuchter achterom, "behalve in de steden waren er ner gens faciliteiten voor andere spor ten. Dus ging iedereen hardlopen en langlaufen". door Jaap Visser Als hardloper bleek Viren toch het beste uit de voeten te kunnen en op 15- jarige leeftijd besloot hij atleet te wor den. Twee jaar later werd hij Fins junio renkampioen op de 3000 meter en nog eens twee jaar later zou hij nationaal kampioen op de 5000 meter Worden. "Tot op dat moment had ik alles zelf ge daan, zonder trainer. Ik deed gewoon wat ik dacht dat goed voor mij was, ik luisterde naar mijn lichaam en dat ben ik eigenlijk altijd blijven doen". Daarnaast luisterde hij ook nauwgezet naar de aanwijzingen van zijn coach Rolf Haikkola die op het talent afstapte na diens onstuimige doorbraak in eigen land. "Het klikte meteen tussen ons", kan Viren zich de eerste ontmoeting met de vermaarde Finse atletiektrainer nog levendig herinneren. "Mijn basis was goed, ik had altijd rustig maar wel heel veel getraind. Soms liep ik 250 kilometer per week. Mijn conditie was uitstekend, maar Haikkola heeft mij leren versnel len en in tactisch opzicht gevormd". Agent Na zijn schooltijd gaf Lasse Viren zich op voor de politieschool met als doel agent te worden in zijn eigen woon plaats. "Politieagent in Myrskylae, dat leek mij een ideale baan. Bij ons in de omgeving gebeurde toch nooit wat, dus zou ik alle tijd hebben om te trainen". Viren kreeg zijn zin en als agent van po litie legde hij op 20 mei 1971 in Rome de 5000 meter af in een tijd van 13 minuten en 35,2 seconden, zijn eerste Finse senio renrecord. In datzelfde jaar nestelde Viren zich in de Europese top door op de Europese kampioenschappen in eigen land als ze vende te eindigen op de 5000 meter. "Dat was voor mij het bewijs dat ik de wereldtop zou kunnen halen.. Niet om dat die zevende plaats zo goed was, maar omdat ik het gevoel had dat ik nog veel meer uit mijzelf kon halen". Hij zou het een jaar later ondubbelzinnig bewijzen. Op 3 september 1972 liep Viren zijn eerste Olympische finale en de tiendui zenden toeschouwers in het Münchener stadion hielden hun adem in toen de 23- jarige Fin na 4600 van de af te leggen 10.000 meter tegen het tartan klapte. Zo maar, zonder te zijn aangeraakt. De Tu nesiër Mohammed Gammoudi kon hem niet meer ontwijken en ging eveneens onderuit. De Afrikaanse medaillekandi daat bleef kreundend van de pijn liggen, maar Viren krabbelde pijlsnel overeind en zette het op een lopen. Ruim drie rondjes verder passeerde hij de Engelse leider David Bredford en .maakte van de laatste kilometers een afvalrace die hij voltooide in de wereldrecordtijd van 27.38,4. De verbetering van het zeven jaar ou de record van de Australiër Ron Clarke dankte Viren aan zijn supersnelle laatste kilometer waarvoor hij slechts twee mi nuten en 29 seconden nodig had. "Ik was stomverbaasd", kan hij zich zijn eer ste reactie nog voor de geest halen. "Een wereldrecord had ik niet voor mogelijk gehouden, zeker niet na die val. De oor zaak daarvan was dat het tempo in de kopgroep plotseling omlaag ging. Ik moest inhouden en struikelde. Mijn ge luk was dat de concurrentie er niets van heeft gemerkt anders had ik het wel kunnen vergeten. Ik kon weer aanhaken omdat het op dat moment verschrikke lijk langzaam ging. Ik deed bijna zeven tig seconden over dat rondje. En dan toch een wereldrecord lopen, ik kan het eigenlijk nog niet geloven". Circusaap Door zijn winst op de tien kilometer was Viren prompt de favoriet en de te kloppen man op de vijf kilometer. Maar die druk bleek de nog maar 23-jarige Scandinaviër prima aan te kunnen. "Na die tien kilometer voelde ik me heel ont spannen en ik had geen enkele moeite om de concentratie te bewaren". Met als gevolg dat hij op 5 september na zijn landgenoot Hannes Kolehmainen, de Tsjech Emil Zatopek en de Rus Wladi- mir Kuts de vierde atleet werd die op de Spelen de 'dubbel' veroverde. De twee gouden medailles verander den het leven van Viren die zich bij te rugkeer in Finland "een circusaap" voel de. Ik werd overal naar toe gesjouwd en had geen moment rust meer. Iedereen wilde goede sier met mij maken en daar dreigde ik knettergek van te worden. Vandaar dat ik een tijdje ben ondergedo ken. In financieel opzicht hebben die gouden medailles nauwelijks iets opge leverd, wat dat betreft ben ik tien jaar te vroeg geboren. Wie nu zowel de vijf als de tien kilometer wint, kan miljonair worden. Maar dan moet hij wel de hele wereld rond trekken. Inderdaad, als een circusaap en daar zou ik niet zoveel voor hebben gevoeld. Het succes van Mün chen heeft me alleen een stuk grond in Myrskylae opgeleverd. Een geschenk van het dorp. Later heb ik daar een mooi huis op laten bouwen". Opmerkelijk genoeg slaagde Viren er na München nauwelijks in zijn Olympi sche faam waar te maken. De 1 meter 80 lange en nog geen 60 kilo lichte stayer leed nederlaag op nederlaag. Bij de Eu ropese kampioenschappen van 1974 in Rome werd hij teleurstellend zevende op de tien kilometer. Op de vijf kilome ter bracht hij het er aanzienlijk beter van af, maar moest hij uiteindelijk achter de Engelsman Brendan Foster en de Oost- duitse winnaar van de tien kilometer, Manfred Kuschmann, genoegen nemen met het brons. Blessures Het jaar 1975 werd voor Viren geken merkt door blessures. Op een operatieve ingreep aan een bovenbeenspier volgde een enkelblessure die hij opliep bij het jagen, zijn favoriete vrijetijdsbesteding. Toen hij uiteindelijk weer was opgelapt, leed Viren een serie smadelijke nederla gen en ook het Olympische seizoen '76 opende hij bija dramatisch slecht. Zijn collega's gingen steeds minder re kening met hem houden en zijn in Mün chen opgebouwde naam had hij al zo vaak te grabbel gegooid dat van zijn marktwaarde nog nauwelijks iets over was. Maar op het moment dat bijna ie dereen Lasse Viren had afgeschreven, sloeg hij meedogenloos toe. Op 26 juli 1976 nam Carlos Lopes in de eindstrijd van de 10.000 meter al snel de benen. Alleen Lasse Viren kon het hoge aanvangstempo van de Portugees vol gen. In de laatste ronde dankte de pupil trainer Haikkola voor de wijze lessen, schakelde over op een hogere versnel ling en legde voor de derde keer beslag op Olympisch goud. "Op het moment dat ik bij Lopes kon aanhaken, wist ik dat zou winnen", blikt Viren terug. "Carlos kon namelijk maar in één tempo lopen en was niet in staat te versnellen. Ik dus wel, dankzij Haik kola". Met zijn overtuigende zege stelde Vi ren zijn concurrenten en de buitenland se journalisten voor een raadsel. "Hoe is het toch mogelijk dat hij hier goud pakt, die man heeft vier jaar lang geen wed strijd gewonnen?", vroeg men zich har dop af. Op sensatie beluste verslagge vers en afgunstige atleten vonden elkaar al snel in de verklaring dat Viren zich schuldig zou hebben gemaakt aan het gebruik van bloeddoping. Bloeddoping 'Blood boosting', zoals de internatio nale term luidt, is een onnatuurlijke pro cedure waarbij iemand het zuur- stoftransporterend vermogen van het li chaam aanzienlijk vergroot door een flinke hoeveelheid bloed (één tot ander halve liter) te laten aftappen, in te vrie zen en pas weer in te spuiten als het li chaam zich weer heeft hersteld. Het ge volg is dat het hemoglobine-gehalte en de capaciteit van de zuurstofopname toeneemt en het uithoudingsvermogen groter wordt. Bloeddoping zou leiden tot de verbetering van een duurprestatie met zestien tot vijfentwintig procent en bij geoefende atleten nog altijd tussen de 6 en 9 procent. Bloeddoping wordt beschouwd als een Scandinavische uit vinding waarmee vooral in Finland drif tig werd geëxperimenteerd. Geconfronteerd met de beschuldiging dat hij vlak voor de Spelen zijn natuurlij ke hoeveelheid bloed zou hebben aange vuld, beet Viren in Montreal van zich af. Rendierenmelk zou het geheim zijn van zijn opmerkelijke krachtsexplosies op dagen dat er Olympisch goud was te del ven. Onschuld Nog altijd is Viren overtuigd van zijn eigen onschuld. "Want ik wist niet eens wat het precies inhield, bloeddoping. Ik had er natuurlijk wel van gehoord, maar bij ons in Finland was het niet eens mo gelijk om er mee te experimenteren. We hadden namelijk niet de verfijnde appa ratuur om het bloed in te vriezen, daar voor moest je naar Zweden. Bovendien is het effect van bloeddoping hetzelfde als van het langdurig trainen op extreme hoogte en dat was precies wat ik in mijn voorbereiding op de Spelen van '76 had gedaan". Zijn trainingsstages van een maand in Columbia (op 3000 meter hoogte), een maand in Porto Rico (op 2500 meter), een maand in de Zweedse bergen en vier weken in Kenia (op 2300 meter), hadden Viren inderdaad een perfecte aanloop naar Montreal bezorgd. "Maar ik heb wel al mijn organisatorische talenten moe ten aanwenden om dat voor elkaar te krijgen. In Finland krijgt elke topatleet jaarlijks een budget dat naar eigen goed dunken mag worden besteed. In '76 kreeg ik 5000 gulden, maar daar kan je natuurlijk niet vier maanden van naar het buitenland. Daarom ben ik heel erg zorgvuldig geweest in het aanvaarden van uitnodigingen voor buitenlandse wedstrijden. Ik heb alleen daar gelopen waar de organisatie mijn retourticket wilde betalen en ik op eigen kosten lan ger zou kunnen blijven voor het afwer ken van een hoogtestage". "Dat was ook de reden dat ik voor Montreal zo weinig internationale wed strijden heb gelopen. Dat wekte de jaloe zie van mijn concurrenten, maar kon ik het helpen dat ik het slimmer had aange pakt dan zij? De enige wedstrijden die voor mij telden, waren de Olympische wedstrijden, de andere ontmoetingen in teresseerden mij niet zoveel". Tot ergernis van Jos Hermens, die stad, land en zelfs werelddeel afliep om internationale wedstrijden over vijf en tien kilometer op te luisteren. De Nijme- genaar, die tegenwoordig furore maakt als atletenmakelaar, won veel, maar stel de op grote wedstrijden steevast teleur. Zoals in Montreal waar hij er op de tien kilometer niet aan te pas kwam en zijn grootste teleurstelling beleefde toen hij bemerkte dat de zuinige Fin wéér met de gouden medaille aan de haal was ge gaan. "Ik had iedereen het goud ge gund", bazuinde Hermens na de finale van de 10.000 meter rond, "behalve die Viren, want over een maand loop ik hem er weer uit". Laster Om die opmerking kan de atleet uit het land van de duizend meren nu harte lijk lachen. "Maar toen niet. Ik was kwaad op al die collega's die laster over mij spraken. Maar achteraf kan ik het wel verklaren. Als er één duidelijk de beste is, zijn de anderen er op uit om hem op zijn bek te laten gaan". Zoals de Zweden die een protest tegen Viren indienden omdat hij de Olympi sche gedragsregels zou hebben overtre den door blootsvoets een ereronde af te leggen en opzichtig met zijn schoenen te zwaaien. Viren werd voor zijn afwijken de gedrag door het Internationale Olym pische Comité op het matje geroepen. "Maar ik heb de IOC-leden er van kun nen overtuigen dat ik mijn schoenen had uitgetrokken omdat ik last had van blaren bij mijn achillespezen. Het had niets met commercie te maken. Natuur lijk zal mijn sponsor het best aardig heb ben gevonden, maar ik heb er zelfs achteraf niets extra's voor gekregen". De incidenten rond zijn persoon kon den Viren in de drie dagen tussen de tien en vijf kilometer niet uit zijn balans brengen. "Al die onzin die er toen over mij gezegd en geschreven is, heeft mij alleen maar ongelooflijk gemotiveerd voor de 5000 meter. Ik had een gevoel van: 'kom maar op dan zullen we eens zien wie de beste is'. Ik barstte van het zelfvertrouwen". Tot vlak voor de dramatische finale, één van de boeiendste uit de Olympi sche geschiedenis. Viren: "Bij aankomst in het stadion begon ik te twijfelen. Ik wist dat ik niet meer zo snel was als in '72 en dat iedereen de jacht op mij zou openen. Maar Haikkola zei: 'Maak je niet ongerust, er is maar één mogelijkheid: jij wint'. Ik heb toen de beste race uit mijn carrière gelopen, bijna perfect". Schaduw Zoals Viren had verwacht, joeg het he le veld achter hem aan en bij het ingaan van de laatste ronde werd hij door maar liefst zes concurrenten op de hielen ge zeten. Zeven lopers, onder wie de geheel in het zwart gehulde Nieuwzeelandse wereldrecordhouder Dick Quax, stort ten zich in de laatste 200 meter. Viren: "Ik keek om me heen en ik wist dat ik moest lopen alsof mijn leven er van af hing. Vlak voor de finish zag ik iets zwarts naast me. Ik moest nög harder, maar voor mijn gevoel kon ik niet meer harder. Ik klapte bijna uit elkaar. Toch lukte het, want langzaam zag ik die zwarte schaduw verdwijnen". Zijn tweede Olympische dubbelslag leverde Viren opnieuw een lap grond op, maar nu een stukje verder van huis. "In Lapland, op de poolcirkel en 850 kilome ter van Myrskylae. Daar staat nu mijn zomerhuisje. Het is daar heerlijk in de zomer, altijd dag". Na Montreal kon Viren nauwelijks meer de motivatie opbrengen om net zo veel trainingsarbeid te verrichten als hij in de tien jaar daarvoor had gedaan. De Europese kampioenschappen van 1978 liet hij lopen als gevolg van een knie blessure en in 1980 maakte hij nog wel deel uit van de Finse Olympische ploeg, maar zijn vijfde plaats op de 10.000 me ter en opgave op de marathon spraken niet bepaald tot de verbeelding. "Ik had er nooit aan moeten beginnen", ziet Vi ren met de nodige wrok naar zijn laatste Spelen om. "Ik had mij laten overhalen door de publieke opinie. Daar heb ik be hoorlijk spijt van gekregen, want in Moskou beleefde ik de afgang die ik vreesde". Te gemakkelijk Met het internationale afscheid van Viren kwam er ook een eind aan de Fin se stayersdynastie. Na Viren is het alle maal minder geworden en de huidige pr- en marketingmedewerker van een Finse bank wijt dat aan de verhoogde levens standaard in zijn land. "Het wordt de jeugd tegenwoordig veel te gemakkelijk gemaakt. Vroeger gingen wij naar school lopen of langlaufen, in het meest gunstige geval fietsen. Tegenwoordig worden ze gehaald en weer thuis ge bracht met de bus of zelfs met een taxi. Het gaat de mensen goed, zelfs in de kleine dorpjes is tegenwoordig van alles te doen. De hogere levensstandaard mag dan een zegen voor het land zijn, voor het hardlopen en langlaufen is het dat beslist niet". Lasse Viren heeft de zwarte scha duw Dick Quax van zich afge schud en voltooit zijn tweede dub bel. Klaus-Dieter Hildenbrand werpt zich als der de over de finish. (archieffoto ANP)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1987 | | pagina 31