'Plaat van Stockhausen kun je in
warenhuis nauwelijks meer kopen'
'Tubutsch': boeiende
monoloog Bob de Moor
Dag van de nieuwe muziek' in Haagse Korzo
Van Totem tot Lifestyle
Olim: oude muziek in gewijde sfeer
DONDERDAG 26 MAART 1987
KUNST
PAGINA 23
DEN HAAG (GPD) - Als hij
componeert is dat voor en
sembles waarvan hij de le
den kent. Alleen als hij zich
bij de groep betrokken
voelt, is het voor hem inte
ressant iets voor ze te schrij
ven. Zijn composities kun
je niet zomaar aanschaffen.
Als je een stuk van hem wilt
spelen, dan zul je er tenmin
ste een bandopname bij
moeten huren of- beter nog
- hem er persoonlijk bij
moeten halen.
door
Peter Huysman
Passage uit het juryrapport over
een erkend moeilijk heerschap die
er onvoorwaardelijke en compro
misloze opvattingen op nahoudt:
Gilius van Bergeijk, winnaar van
de (Haagse) Ooyevaer Prijs-1987.
Uitvoerend musicus (hobo. saxo
foon). componist, docent, organisa
tor, stimulator, zich bewegend op
het terrein van geimproviseerde
muziek, jazz. film- en theatermu-
ziek, strijdmuziek.
Op 27 maart krijgt Van Bergeijk
de onderscheiding - een plastiek -
AMSTERDAM (ANP) - Premier
Lubbers heeft gistermiddag, de
tentoonstelling 'Totem, goden, hel
den, heiligen' in het Amsterdamse"
Tropenmuseum geopend. Hij gaf
daarmee tevens het startsein voor
de manifestatie 'Van Totem tot Li
festyle', waar de expositie een on
derdeel van is. De organisatie is in
handen van het Tropenmuseum en
het Goethe-instituut, de Westduit-
se culturele voorpost in ons land,
in het kader van de manifestaties
voor Amsterdam Culturele Hoofd
stad van Europa 1987. Lubbers is
voorzitter van het aanbevelingsco
mité.
Volgens de premier wordt er ge
zocht naar een nieuwe Europese
identiteit. Er bestaat behoefte aan
onderlinge herkenning via geza
menlijke symbolen, gebruiken en
vieringen "van wat dan ook". Dat
komt omdat er een leegte is ont
staan door onder meer het wegval
len van ideologieën. De tentoon
stelling kan daarom naar zijn oor
deel dubbel boeiend zijn: naast het
tonen van wat er allemaal te zien is,
kan zij ook aanzetten tot nadenken
over die nieuwe Europese identi
teit.
De expositie in het Tropeninsti
tuut toont talrijke voorwerpen uit
verschillende culturen waarmee
mensen of groepen hun identiteit
tot uitdrukking brengen en hun
bestaan richting geven. Totems
('bezielde voorwerpen') kunnen de
symbolen zijn waarmee de mens
zich naast de ideale voorbeelden
van goden, helden en heiligen ze
kerheid verschaft, laten zien bij
wie hij hoort en wie hij is. Op
grond van deze filosofie is de ten
toonstelling opgebouwd.
overhandigd in het Haagse Korzo-
theater voor zijn vele verdiensten
op het gebied van de nieuwe mu
ziek. Van de gelegenheid om een
avondvullend programma naar ei
gen keuze samen te stellen, maakt
Van Bergeijk gretig gebruik. Hij
heeft er een speciaal project voor
ontworpen, een 'muzieklabyrint'.
Al etend en drinkend nemen be
zoekers kennis van een 'verrassend
spektakel' met ensembles, musici
en leerlingen van het Koninklijk
Conservatorium die aan de slag
gaan met een door de componist
bedachte schematische partituur.
Het zal daar in Korzo ongetwij
feld een feest worden. Verscheide
ne vermaarde 'moderne muziek
groepen zullen op deze 'Dag van de
Nieuwe Muziek' componisten als
Igor Stravinsky, Diderik Wage
naar, Huib Emmer, Arnold Schön-
berg, Anton Webern en Alban Berg
ten gehore brengen en soms 'zicht
baar' maken. Feest zal het zijn om
dat het goed gaat met deze muziek,
ongeacht of die nu nieuw, eigen
tijds, modern, actueel, contempo
rain, geïmproviseerd, kleinschalig,
avantgardistisch, electronisch of
gecomputeriseerd wordt genoemd
De VPRO maakt opnamen die op 9
april via Hilversum 4 worden uit
gezonden.
Podium
De gemeente Den Haag heeft
De manifestatie "Van Totem tot
Lifestyle" omvat verder nog: pu-
blikaties, muziek, film, theater,
beeldende kunst, cabaret en een
symposium.
Gelijk met de tentoonstelling in
het Tropenmuseum is het begelei
dende boek 'Van Totem tot Li
festyle' gepresenteerd. Evenals de
tentoonstelling wordt in het boek
de wisselwerking tussen cultuur
en economie onder de aandacht ge
bracht.
Enige honderden studenten, do
centen, medewerkers en directie
van de Rietveld Academie in Am
sterdam hebben de opening door
Lubbers van de tentoonstelling
aangegrepen voor een ludieke ac
tie als protest tegen de aangekon
digde bezuiniging van tien procent
op het kunstonderwijs. Ongeveer
een kwartier voor de opening stel
den zij zich met zwarte vlaggetjes
op bij de stoep naar de entree van
het Tropeninstituut. Daar werd
vervolgens op een sokkel een zelf
gemaakte Rietveldstoel neergezet.
Even later kwam in een echte li
mousine een imitatie-Lubbers aan
gereden, die vervolgens uitstapte
en met een grote hamer de Riet
veldstoel in stukken sloeg. Daar
mee wilden zij Lubbers als 'vernie
tiger van kunst en cultuur' uitbeel
den.
Na deze voorstelling vertrokken
de demonstranten weer hun zwar
te vlaggetjes tussen de straatste
nen achterlatend. Twee geheel in
zwart gehulde vrouwen bleven als
een soort dodenwacht gedurende
de gehele openingsplechtigheid
buiten op de stoep staan.
eindelijk in de beurs getast. Korzo,
voorbestemd als voornaamste po
dium voor nieuwe muziekmanifes
taties, kan met de noodzakelijke
verbouwing beginnen. Ensembles
krijgen subsidie. En vooral, het or
ganisatiebureau voor nieuwe mu
ziek Ooyevaer Desk, twee jaar gele
den begonnen als werkgelegen-
heidsorganisatie met alleen vrijwil
ligers als medewerkers, zal zijn
vleugels iets ruimer kunnen gaan
uitslaan.
Componist Victor Wentink (39),
coördinator van het impresariaat
dat zo'n 15 ensembles met 80 musi
ci aan werk (concerten) in binnen-
en buitenland helpt, is blij met de
erkenning. "De gemeente geeft ons
direct na het Nederlands Dans
Theater de hoogste prioriteit. We
krijgen zelfs een directeur en som
migen van ons krijgen zowaar een
salaris". In een opgeknapt afbraak
pand aan het Haagse Spui is er
sinds 1985 ontzaglijk veel werk
verricht. Doel is steeds geweest de
nieuwe muziek in de residentie
weer op het florissante peil van
weleer te brengen, toen rond het
Koninklijk Conservatorium en zijn
toenmalige directeur Kees van
Baaren nieuwe stromingen in de
muziek een bloeitijd doormaakten.
In het kielzog van Van Baaren
forceerden mensen als Jan van
Vlijmen, Misha Mengelberg, Peter
Schat, Reinbert de Leeuw, Konrad
Boehmer. Louis Andriessen. Dick
Raaijmakers (Wentink is een leer
ling van de laatste) en de Italiaanse
componist Bruno Maderna des
tijds de doorbraak en gingen in te
gen de vastgeroeste visies van de
traditionele muziekinstellingen.
De eerste Notekraker-acties kwa
men op gang. Vóór die tijd waren
seriële muziek en nieuwe electro-
nische muziekrichtingen in Neder
land, in tegenstelling tot Frankrijk,
Duitsland en Italië, vrijwel taboe.
Positie
In de jaren zestig verlegden
(Haagse) componisten en musici
tijdelijk hun activiteiten naar Am
sterdam, als vanouds politiek be
wuste stad, geconfronteerd met
woelingen op allerlei terrein. Maar
Den Haag wist zijn positie terug te
winnen: het Conservatorium kon
eindelijk beschikken over een elec-
tronische studio, nieuwe vakken
("electronische muziek" en "analy
se moderne muziek") werden geïn
troduceerd en vooraanstaande do
centen (Geoffrey Madge) aange
steld. Geestdriftige liefhebbers be
zochten concerten, waar niet alleen
gekeken en geluisterd, maar ook
zeer veel gelachen werd.
De nieuwe muziek heeft in Den
Haag sindsdien een stevige plaats
verworven, met toonaangevende
groepen (Schonberg Ensemble.
Hoketus. Het Nieuwe Leven van
Van Bergeijk en Wentink), een ta-
Voorstelling: 'Tubutsch' van Albert
Ehrenstein door het Gezelschap van
de Witte Kraai; regie: Lucas Vander-
vost; speler: Bob de Moor. Gezien in
het LAK-theater. Nog te zien: van-
LEIDEN - In 'Tubutsch', de no
velle waarmee Ehrenstein in
1911 debuteerde en van de ene
op de andere dag bekendheid
kreeg, wordt in monoloog vorm
het leven geschetst van een arme
Weense burgerman, vlak voor
het uitbreken van de Eerste We
reldoorlog. "Mijn naam is Tu
butsch, Karl Tubutsch. Ik vertel
dat alleen, omdat ik behalve mijn
naam niets bezit", zo luidt de
sombere aanhef van het relaas.
Bob de Moor durft pas halver
wege zijn monoloog deze aanhef
te gebruiken. Hij geeft hiermee
al de aarzelingen en moeilijkhe-
Muziek van de Devotio Moderna en
Bourgondische muziek door het en
semble Olim: Erik Beijer vedel, slag
werk, Lida Dekkers, zang, Wieland
Eggermont, zang, hakkebord. Eveli
ne Juten, luit. zang. Jan Quik, blok
fluit, traverso. Ingrid Smit Duyzent-
kunst, zang. Gehoord in de Taffeli-
zaal op 25 maart.
LEIDEN - Zelden is het verschil
tussen wereldse en religieuze
muziek zo tastbaar geweest als
tijdens het optreden van het en
semble Olim. hetgeen in het la-
tijn 'eertijds' betekent. Het pro
gramma bestond uit gezangen
uit de 'Moderne Devotie', een re
ligieuze beweging uit de vijftien
de eeuw die een godsvruchtige
levenswandel voorstond en met
dat doel voornamelijk meerstem
mige strofe-liederen zong in la-
tijn. volkstaal of mengtaal.
Deze gezangen klonken op
vanuit het binnenste van de Taf-
feh-tempel, waar alle ensemble
leden rondom een groepje bran-
melijk unieke componistenclub,
de Stichting Ooyevaer (voor de
bevordering van nieuwe muziek in
navolging van BIM in Amster
dam), het Conservatorium als
kweekvijver voor nieuw talent en
nieuwe stromingen én Ooyevaer
Desk.
Victor Wentink: "Het duizelt je
als je weet hoeveel ontwikkelingen
Den Haag op het gebied van de
moderne muziek de laatste jaren
heeft doorgemaakt. Bij elkaar op
geteld kun je zeggen dat er hier cir
ca 150 musici (en componisten)
verantwoordelijk voor zijn. Omdat
deze mensen nauwelijks werk had
den, hebben wij een kunstgreep
toegepast. In samenwerking met
het Arbeidsbureau zijn we een
werkgelegenheidsproject begon-
Fijnproevers
Aanvankelijk begonnen met een
aanloopbedrag van 40.000 gulden,
afkomstig van de gemeente en
twee fondsen (later kwam daar wat
programmasubsidie en steun voor
speciale projecten bij), heeft het
bureau sinds de oprichting 400
concerten georganiseerd, in het he
le land maar met een groot accent
op Den Haag. Wentink: "We heb
ben die nieuwe muziek er echt bij
een groot publiek ingestampt door
zoveel mogelijk concerten te orga
niseren".
Op de 'fijnproevers' en de avon-
tuurlijk-ingestelden na is het met
de doorsnee-publieke belangstel-
Antiekbeurs in
Nieuwe Kerk
AMSTERDAM (ANP) - Met de
storting van een bedrag van tien
duizend gulden door de Vereeni-
ging van handelaren in oude kunst
in Nederland ten behoeve van de
restauratie van een Maquetteschil
derij van de Nieuwe Kerk is giste
ren in Amsterdam de vijfde Kunst
en Antiekbeurs geopend.
De gift is bedoeld als speciale
geste ter gelegenheid van het eer
ste jubileum van de beurs in de
Nieuwe Kerk. De vereniging wil
ermee aantonen dat ze niet alleen
belang heeft bij de verkoop van
cultuurgoederen, maar ook bij het
behoud ervan.
Het vijfjarig jubileum is tevens
aanleiding voor een speciale expo
sitie van kunstvoorwerpen en ob
jecten uit het bezit van de Nieuwe
Kerk. Deze verzameling schilderij
en, zilver, tin en voorwerpen die
betrekking hebben op de geschie
denis van de kerk. is te zien tijdens
de beurs.
den in het leven van zijn perso
nage aan. Tubutsch is er van
overtuigd dat zijn schuchterheid
er debet aan is dat hij zijn misere
niet te boven kan komen.
Als De Moor opkomt in een
zwerversjas en met rode hand
schoenen springt Tubutsch'
schutterigeheid meteen in het
oog. Hij heeft nog geen vier
woorden gezegd of hij moet zich
zelf al corrigeren. Zijn enige red
middel is de fantasie, een middel
dat op den duur ondeugdelijk
blijkt, omdat het hem niet in
staat stelt werkelijk aan het le
ven deel te nemen. Alles speelt
zich immers slechts af in het
hoofd. In werkelijkheid gebeurt
er niets. Dagenlang zit hij doel
loos op zijn kamer. Of doelloos,
in gedachten doolt hij door We
nen en schept zo een surrogaatle-
dende kaarsen stonden opge
steld De gewijde sfeer werd
voor degenen die een ouder
wetse rooms-katholieke traditie
hebben beleefd - nog versterkt
door de aard van de gezangen,
die nauw verwant klonken met
het Gregoriaans. Immers van
beide zangen is het ritme vrij en
niet in een maatsoort genoteerd
en de middeleeuwse kerktoon
soorten, die noch majeur, noch
mineur zijn, vormen de melodi
sche basis. Ook het voortduren
en de betrekkelijke eentonigheid
(voor twintigste eeuwse oren)
riepen bij mij reminiscenties op
aan langdurige koorgebeden en
litanieën.
Een relatief contrast hiermee
ling voor moderne muziek lang
problematisch gesteld geweest
Wentink: "Op een werk van Stock
hausen kwamen in het algemeen
niet meer dan 50 mensen af. Ze be
grijpen de muziek niet, of denken
het niet te begrijpen. Of ze vinden
de muziek lelijk. We hebben een
zeer gecompliceerde maatschap
pij, de kunst is daaraan gerela
teerd. Als alles al zo gecompliceerd
is dan hebben de mensen behoefte
aan lichtverteerbare, makkelijke
dingen. De cultuurindustrie speelt
daarop in door toegankelijke con
certseries te organiseren: verkoop-
normen gaan een rol spelen".
Volgens Wentink is een symp
toom daarvan dat je tegenwoordig
in de Bijenkorf of V D nauwe
lijks meer een plaat van Stockhau
sen kunt krijgen. In de boekhandel
kun je nauwelijks boeken over mo
derne, eigentijdse muziek krijgen.
"Het is waar dat hedendaagse com
ponisten en improviserende muzi
kanten niet bepaald uit zijn op ge
makkelijke stukken. Ze hebben
misschien iets calvinistisch over
zich maar dat heeft ook zijn goede
kanten: probeer er iets van 'mee te
nemen' Er is een soort strenge op
rechtheid bij die mensen, ze staan
echt voor hun vak en visie".
Politiek
Lange tijd is moderne muziek
politiek gebonden geweest. Die
geëngageerdheid - De Volharding
is er nog één van de laatste expo
nenten van - kwam toen veel meer
manifest naar buiten toe. Wentink:
"Tegenwoordiger gaat het veel
meer om de 'inhoud', om de kwali
teit van de uitvoering, het is alle
maal wat minder provocerend. In
plaats daarvan krijgen de concer
ten een extra kader met lezingen,
informatie, videopresentaties en
soms de lijflijke aanwezigheid van
de componist om wie het gaat."
Ons land, en met name Den Haag
en Amsterdam, heeft zich in de we
reld een indrukwekkende naam op
het gebied van de moderne muziek
verworven. Men kan naar zeer veel
concerten toe; geregeld zijn hier
Berio en Stockhausen te beluiste
ren. Er is veel talent op het gebied
van de geïmproviseerde en electro
nische muziek. Het uit Utrecht
overgebrachte Instituut voor So-
nologie is wereldberoemd. En
vooral steekt Nederland boven an
dere landen uit wat betreft de
kleinschalige ensembles die gefor
meerd worden uit afgestudeerden
van conservatoria, mogeüjk ge
maakt door subsidie. In Engeland,
op zichzelf boordevol talent, be
staat dit fenomeen bijvoorbeeld
niet.
Stielkind
Het verbaast Wentink dat de ge-
De Moor heeft goede manieren
gevonden om vaart en afwisse
ling in de monoloog te houden.
Hij richt zich de ene keer recht
streeks tot het publiek, de ander
keer meldt hij dat het om een
conference gaat en er zijn ook
momenten dat hij in zichzelf ge
keerd op een stoel tegen het le
ven tekeer gaat.
In het toneelverhaal van Tu
butsch wordt niet alleen gebruik
gemaakt van Ehrensteins tek
sten. Ook fragmenten van andere
tijdgenoten zoals Kraus, Musil,
Freud, Wi.tgensteinr en Maeter
linck duiken op. Hierdoor wordt
de periode, het culturele klimaat
van het Wenen rond de eeuwwis
seling goed getypeerd. Al die
schrijvers hebben wel iets ge
meen met Tubutsch.
Zo levert de keuze van De
Moor en de regisseur om steeds
vormden de instrumentale we
reldlijke dansen in chansons van
het Bourgondische hof. (Gilles
de Binchois). Aan de voet van de
tempel - dus niet op 'gewijde'
grond - werd getokkeld op hak
kebord en luit, werd gestreken
op vedel en geblazen op blok- en
dwarsfluit. Dit alles in een leven
dig tempo en ritme en elkaar af
wisselend in stemvoering. Enk
Beijer verving tussen zijn gevou
wen benen de vedel voor een
trom.
Het verschil tussen deze twee
genres was daarom zo tastbaar,
omdat wij als toehoorders de re
ligieuze intentie van de zangen
nauwelijks door applaus durfden
te verstoren, terwijl het speelse
en soms humoristische karakter
meente Den Haag zich tot voor
kort nooit bewust was van het
Haagse potentieel aan moderne
musici en componisten. Trouwens,
dat geldt eigenlijk voor het hele
land. Dat is opmerkelijk als je je
realiseert dat moderne beeldende
kunst volop geaccepteerd - en
soms bijna tot mode verheven - is.
Moderne muziek is wat dat betreft
nog steeds een stiefkind.
Over de steun in de rug van de
overheid zegt Wentink: "De linkse
coup binnen het gemeentebestuur
van Den Haag kwam niet ongele
gen. We moeten proberen van de
komende jaren gebruik te maken
door onszelf verder uit te bouwen
en de zaak definitief overeind te
zetten. Als WD en CDA het bij
ons weer voor het zeggen krijgen,
kunnen we het wel vergeten en
dan stap ik op. De plannen die het
gemeentebestuur nu met ons
heeft, zien er goed uit, hoewel pi
kant is dat we uit de pot van 'eco
nomische zaken' en van het Ge
westelijk Arbeidsbureau worden
betaald".
Wentink: "Maar we moeten af
wachten hoe het werkelijk uitpakt.
Laten we niet vergeten dat de ex-
perimentenpot, afgezet tegen de 60
miljoen die deze stad besteedt aan
'cultuur' (en daar vallen veel tam-
boerkorpsen-met-m^jorettes on
der). uitermate bescheiden van for
maat is".
van personage te wisselen, zelfs
in de tijd, geen enkel probleem.
De geestige stijl, de galgehumor
en de ongewone kyk op het le
ven van Tubutsch blijven. Het
geeft de voorstelling alleen maar
een actueel accent. Ook in de pe
riode van Bob Dylan hebben er
'Tubutschen' geleefd.
Het enige wat ik eigenlijk heb
gemist is een zekere gekweld
heid. De Moor roept die niet echt
op Hij past zo perfect in de huid
van Tubutsch. een figuur die
zich juist niet thuisvoelt in zijn
eigen huid. Dat laatste weerbar
stige element van Tubutsch' per
soonlijkheid komt niet helemaal
uit de verf
Net zoals in het boek, heerst er
ook op het toneel stilte en verla
tenheid. Achter een merkwaar
dig tafeltje goochelt hij niet al
leen met flessen wijn maar ook
met zijn eigen leven. 'De hoer in
mij is niet kapot te krijgen. Dat
kan toch niet...Ik heb de hele
avond alleen maar Tubutsch ver
tolkt'. Hoe komt dat? Daarop
blijft hij het antwoord gelukkig
schuldig. De Moor moet zich dat
niet op toneel gaan afvragen. Hij
is voor mij een boeiend en inte
ressant acteur, zoals Ehrenstein
dat als schrijver was.
SASKIA STOELINGA
van de dansen daar als het ware
toe uitnodigden. Deze instru
mentale muziek werd nu en dan
versterkt door zangstemmen en
behield in alle gevallen toch een
bescheiden klank, waardoor je
nu niet direkt de indruk kreeg
van een gezellig dansavondje.
Deze bescheidenheid was door
Thomas Kempis zelf aanbevo
len: beter te zingen als een kik
vors dan kwinkeleren als een
nachtegaal
Het laatste lied, een vrolijke
wijs door iedereen gespeeld en
gezongen, - Jolis mois de may -
herinnerde ons er aan, dat ook na
al deze regens de maand mei in
het verschiet ligt.
MONICA SCHIKS
(foto GPDl
Anna Vreede en
Marg. Königs:
ongelijk span
Recital door Marguerite Konigs,
viool en Anna Vreede-Mees, piano.
Vioolsonates van Beethoven (op.
12 nr. 1), Debussy en Franck. Ge
hoord op 25 maart in de Kapelzaal
van K&O.
LEIDEN - Sommige pianisten
hebben er een hekel aan om
een omslaander te vragen. Im
mers, je belast iemand een hele
avond met zeer ondankbaar
werk, dat onopgemerkt blijft
als het goed gaat en heel sto
rend is als het misgaat. Ook de
pianiste Anna Vreede-Mees
staat er op alles zelf te doen. Dit
had gisteravond wel tot gevolg
dat de vleugel herschapen was
in een muziekbibliotheek van
aan elkaar geplakte vellen mu-
ziekpapier en kopieen er van.
Soms stonden er vier bladzij
den naast elkaar op de lesser
naar, een hachelijke construc
tie die met kunst en vliegwerk
nog net niet de zaal in fladder
de. Elk deel van een sonate had
zijn eigen papierwinkel die
apart op de lessenaar moest
worden bevestigd. Ondanks
dat moest er toch af en toe wor
den omgeslagen, waardoor on
vermijdelijk een paar noten on
der tafel vielen. Buiten dat vie
len er nog wel meer noten on
der tafel, vooral bij snelle pas
sages, voorzover die niet in het
halve tempo werden gespeeld.
Het klinkt negatief, maar dat is
de indruk die ik kreeg. Bijvoor
beeld het andante-thema van
de Beethovensonate in D op. 12
nr. 1 werd met zoveel horten en
stoten in de piano ten gehore
gebracht, dat het voor de violis
te Marguerite Königs moeilijk
was hiervan.nog iets te maken.
Desondanks speelde zij hetzelf
de thema in de viool hierna wel
mooi vloeiend.
Dit brengt mij tot de totaalin
druk van het duo: het deed
denken aan een leerling-lerares
verhouding op een voorspeel
middag van een conservato
rium. De pianiste, die een gene
ratie ouder was dan de violiste,
legde haar stempel op het mu
siceren door haar nadrukkelij
ke manier van aangeven. Daar
door werd Marguerite Königs
ingeperkt en in het begin kon
ze moeilijk vrijuit spelen. Later
musiceerde ze meer ongedwon
gen in het laatste deel van De
bussy en vooral in César
Franck. Met een soepele streek
speelde ze zowel de lyrische als
de monumentale gedeelten
overtuigend. Anna Vreede-
Mees sloeg zich met flair door
de bewerkelijke pianopartij
heen. Marguerite Königs maak
te op het podium een verlegen
indruk maar gaf spelend van
haar mogelijkheden blijk. Wel
licht zou ze zich in andere com
binaties nog verder kunnen
ontwikkelen.
Overigens gaf Anna Vreede-
Mees aan het begin nog een aar
dige uiteenzetting over de stuk
ken. Zo bleek dat Beethoven
zijn eerste vioolsonate heeft op
gedragen aan. Salieri (van wie
nooit is aangetoond dat hij Mo
zart zou hebben vergiftigd)
Beethoven beschouwde Salieri
tot diens dood in 1809 als zijn
leraar, ook toen Beethoven zelf
al verscheidene symfonieën
had geschreven.
FRANK DEN HERDER
Expositie in Tropenmuseum