Ik kan zaken en personen scheiden, vader helaas niet' De aarzelende come-back van het condoom Mr. Baruch Moszkowicz: ZATERDAG 21 FEBRUARI 1987 EXTRA PAGINA 29 "Een familiedrama dat als televisieserie niet zou onderzoek voor toppers als Dallas en Dynasty", schreef een journalist in deze krant. "Een geschil", zei de Raad van Toezicht voor de Advocatuur. ",dat het aanzien van de Nederlandse advocatuur schaadt. Deze kwestie is een triest unicum". Krantekoppen als: "Zoon moet vader 5 miljoen aan dwangsommen betalen". Een bittere strijd op Limburgse bodem, tussen Nederlands bekendste advocaat Max Moszkowicz (60) en diens tweede zoon Baruch (33). Op 8 augustus vorig jaar kwam het conflict in de publiciteit als gevolg van het feit dat Baruch een week tevoren 'de maatschap' had verlaten. Een maatschap die draait rond vader Max met al zijn zoons als partners: mr. David, mr. Max jr., mr. Abraham en - tot 1 augustus 1986 - mr. Baruch. Hoewel... "Moszkowicz senior bestrijdt dat zijn zoon lid is van de maatschap. Hij werd per verrichting betaald", aldus deze krant van 12 augustus 1986. "Ik heb een winstaandeel uit de maatschap tegoed", meent Baruch. Spreken doen vader en zoon niet meer met elkaar, maar zien wel. Sinds de breuk bestoken ze elkaar over-en-weer met kort gedingen, dus komen ze elkaar regelmatig tegen in de rechtszaal. De inzet: cliënten, dossiers en financiële claims. Mr. Max P. Moszkowicz is een zoon van uit Polen afkomstige joodse ouders die zich - op de vlucht - in 1932 te Maastricht vestigden. Van het gezin (vader, moeder, drie kinderen) overleefde alleen Max de Duitse concentratiekampen waarnaar het gezin in 1942 werd gedeporteerd. Baruch Moszkowicz voltooide zijn rechtenstudie aan de Rijks Universiteit Utrecht in hoog tempo. Binnen vier jaar was hij afgestudeerd. Ook zijn stagetijd (bij zijn vader) duurde kort: 12 maanden (in plaats van drie jaar). Eind 1977 vroeg zijn vader hem een kantoor op te zetten in Roermond, later kwam daar Venlo bij. Baruch had in deze vestigingen totaal zes confrères onder zich. Na de breuk met zijn vader (vorig jaar augustus) zette hij in Roermond en Venlo eigen kantoren op. Baruch kwam verschillende malen negatief in het nieuws door bij de Raad van Toezicht gedeponeerde klachten met betrekking tot de hoogte van zijn declaraties, die leidden tot schorsingen. Tijdens een van de kort gedingen waarbij de hoge nota's ter sprake kwamen, riep Baruch in de rechtszaal van Maastricht: "De declaratietechniek heb ik van mijn vader geleerd". Van de tegen hem uitgesproken schorsingen is er slechts één geëffectueerd (2 dagen); alle andere wachten op behandeling in Hoger Beroep. "En ik ben er zeker van dat die uitspraken mij zullen zuiveren van alle blaam", zegt mr. Baruch. In de strijd tussen vader en zoon is een spectaculair hoogtepunt bereikt met een door Baruch aangespannen kort geding dat op 29 januari diende in Maastricht. Baruch vocht daarbij een hem op 5 december Mr Baruch Moszkowicz: "Miljoenen i mijn financiële positie riant is". n'n eentje opbrengen... nee. Hoewel De breuk is ruim drie weken een feit en sinds 15 dagen in de publici teit, als mr. Max Moszkowicz sr. Op 23 augustus 1986 in een dagblad een uitspraak doet die frontaal gericht is tegen zijn zoon Baruch. Hij zegt: "De familie zit in de sores door dat rotjoch dat altijd al het zwarte schaap van de familie is geweest". door Peter Heerkens "Nee...dat heeft geen pijn gedaan toen ik dat las. Ik wist al jaren dat mijn vader zo dacht. Al jaren. Dat verdriet heb ik verwerkt. Daarom deed het geen pijn. Als kind had ik al in de gaten dat ik een bijzondere plaats innam in het gezin. Weet u, het is niet goed als een vader laat blijken dat hij een of meer zonen...dat hij zich daar meer toe aangetrokken voelt dan tot een andere zoon. Ik vermijd dat dan ook bij mijn kinderen. Ik weet hoe dat voelt. Maar de problemen die er nu zijn hebben daar direct noch indirect mee te maken. Ik zag u zeggen: ik kan zaken en personen scheiden. Mijn vader helaas niet. Mijn broers ook niet. Ik heb absoluut geen contact meer met mijn va der, dus ook niet met mijn broers. Zo werkt dat binnen de familie. Ze zijn vori ge maand niet eens op de begrafenis van m'n zoontje geweest. Twee maanden was-ie; ik vond hem dood in zijn bedje. Niet één teken van medeleven, terwijl ze ervan op de hoogte waren. Sterker, ze achtten het noodzakelijk om in die da gen een of ander exploot te laten beteke nen. Beestachtig, vind ik die houding. Gelukkig was de deurwaarder zo mense lijk om dat exploot tot na de begrafenis te laten liggen. Mijn moeder? Neen, ook geen reactie van mijn moeder. Maar ach ...die kan er niks aan doen. Die zit in een zodanige positie...die kan er niks aan doen, mijn moeder. Ondanks alles: zou ik horen dat mijn vader plotsklaps ern stig ziek was, dan stond ik binnen twin tig minuten in Maastricht". Onterfd - U schetst een nogal hard en domi- nant beeld van uw vader. "Het is niet anders. Toen ik een vrouw trouwde die hem niet zinde ben ik ont erfd. En nu waarschijnlijk nog. Of: wéér nu, dat weet ik niet. Ik weet niet of het ooit opgeheven is geweest. Mijn vader probeerde alles te bepalen, tot in het ab surde toe. Als ik een nieuwe auto wilde kopen, dicteerde hij de kleur. Aan dat soort bevelen heb ik nooit toegegeven". - En uw broers? "Meestal wel". - Tijdens de kort gedingen profileerde "de maatschap" en dus de tegenpartij mr. Baruch Moszkowicz als een niet goed functionerende directeur van de vesti gingen Roermond en Venlo. "Er zijn veel onwaarheden gezegd en geschreven. Ik zei u al: mijn vader is hard. Als hij het juridisch niet kan win nen, gaat hij op de man spelen. Teke nend. Gelukkig is de rechter in Neder land zo objectief dat eh...dat ik vol ver trouwen de uitspraak van dat hoger be roep tegemoet zie. Hoe harder hij op de man speelt, hoe beter voor mij eigenlijk, want daarin zal de rechter mijn vaders zwakte herkennen. Het feit dat 75 pro cent van de cliënten mij als raadsman hield toen ik eigen kantoren opende, zegt voldoende. Ik had veel eerder voor mezelf moeten beginnen. Véél eerder. De manier waarop hij zich met alles be moeide...". - Zou het u verbazen als uw broers ooit uit de maatschap met uw vader zouden gaan om, net als u, een eigen kantoor op te zetten? "Ja". Foefje - In de Limburgse juridische wereld heeft men het nogal eens moeilijk met de wijze waarop Baruch Moszkowicz zijn pleidooien houdt: fel, hard. "Een beetje Amerikaans, dat is het. Ik pleit nogal direct en niet buigerig. Dat kent men in Limburg niet zo. Mijn werk wijze wordt me hier niet altijd in dank afgenomen, dat weet ik. In de Randstad val ik er minder mee op; daar kan men die benadering zelfs waarderen. Ik pleit vaak in de Randstad door mijn speciali teit: casino-zaken, discotheken, video filmbedrijven. Daar heb ik deskundig heid in verworven. Laat ik zeggen: ik ontdekte een foefje waarmee ik heel wat zaken wist te winnen en dat werkt door onder die bazen. Bij dat soort onderne mingen staan enorme financiële belan gen op het spel". "Dat ik zo'n felle ben in mijn pleidooi en...ik denk dat het te maken heeft met mijn joodse afkomst. Het voortkomen uit een minderheid. Hoewel niet vaak, gebeurde het in mijn schooltijd dat er zich ten aanzien van mijn persoon anti semitische excessen voordeden. Zo'n jongen timmerde ik dan op het speel pleintje achter de boomschors en het was afgelopen. Maar het is me altijd bij gebleven, dat gevoel van: de onderdruk te. Misschien dat ik me daarom zo aan getrokken voelde tot dit beroep". "In een strafproces zie ik de verdachte als onderdrukte, als de zwakke partij, en daar wil ik voor opkomen. Dat maakt me ook zo fel tegenover het Openbaar Mi nisterie. Als verdachte en als advocaat staan je weinig middelen ter beschik king, maar het OM kan iedereen inscha kelen die het maar wil. Ze hebben tegen woordig - ik weet niet of u dat bekend is - in elke straat een stille zitten die infor matie verstrekt over z'n buren. Dat wist u niet? Ik kan u verzekeren dat het waar is. In elke straat zit een stille. Georgani seerd? Jazeker. Georganiseerd". 'Hij wist het hoor!' - Over de gang van zaken bij de breuk tussen vader en zoon zegt Baruch zelf: "Ik ben zelf opgestapt". Zijn broer Da vid: "Vader heeft hem de deur gewezen". "Het bewijs dat ik gelijk heb leverde mijn vader zelf tijdens het eerste kort ge ding. Hij maakte er toen een punt van dat ik zo plotseling en zo snel weg was. wat hij schadelijk vond voor zijn kan toor. Maar hij wist het hoor! Hij wist wat er te gebeuren stond. Daarover zijn meerdere gesprekken geweest tussen ons, maar typisch mijn vader: hij deed alsof het hem niet deerde. "Er was bij mij groot ongenoegen, om dat ik als verantwoordelijke man in Ven lo en Roermond geen eigen beleid kon voeren. Het beleid, dat was mijn vader. Het beleid zat in Maastricht. Alleen op puur juridisch terrein liet hij me vrij. Voor de rest...de bankafschriften moes ten dagelijks naar Maastricht. Dat vond ik puur wantrouwen. De kwaliteit van de mensen met wie ik moest werken was naar mijn mening onvoldoende en bo venal: te weinig mensen. Onderbezet ting. We zaten met z'n zevenen. In Venlo had er minstens één bij gemoeten, in Roermond zeker twee. We kregen kwali teitsverlies. Het ging te oppervlakkig, te slordig". "Vanuit de rechtbank kwamen er ook signalen naar de kantoren dat dat het ge val was. Rennen en draven. Veel werk, te weinig mensen. Bij herhaling heb ik mijn vader om meer medewerkers ge vraagd, maar daar had-ie geen oren naar Zuinig beleid. Kosten drukken. En aan het eind van de maand bellen: "hoe zit 't?" (maakt met duim en wijsvinger hel geldgebaar). Nooit iets van "hoe gaat het nou", of "hoe is het nou". Nee. Maar wee als er eens een envelop met te veel post zegels erop naar Maastricht was gegaan. Ik voelde mij gebruikt als geldmachine. Dat heb ik ook gezegd tijdens een van de kort gedingen. Ik heb niet gezegd "mijn vader is een geldmachine", zoals ergens gepubliceerd werd. Er is wel méér ver keerd weergegeven". Gewin Interviews met Max Moszkowicz sr., en beschouwende artikelen rond hem. zijn zelden geschreven zonder een ster ke nadruk op het financiële gewin. ,,Hij schrijft rekeningen met aanzien des per- soons", aldus Vrij Nederland op 27 no vember 1982. Bij die opmerking tekende Max sr. aan: ,,Ik weet niet of dat mag hoor, maar ik doe het wel". Baruch in een reactie op de miljoenennota van de dwangsommen: "Als ik moet betalen is er nog geen man overboord. Dan betaal ik. Ik heb, mede dank zij hulp van vrien den, het geld". - Mr. Baruch Moszkowicz moet een ver mogend man geworden zijn in 11 jaar advocaten-praktijk. Niet bang voor een miljoenen-vordering. "Zo is het ja. Ik zou die dwangsom men kunnen betalen. Zij het dat ik daar bij hulp nodig heb van vrienden. En over die vrienden beschik ik. Miljoenen in m'n eentje opbrengen...nee. Hoewel mijn financiële positie riant is. Mijn praktijk loopt uitstekend. Van de om vang van je praktijk hangt af hoeveel je verdient. Plus van de aard van de beta lende zaken. Inderdaad, dan handel ik als mijn vader: mét aanzien des per- soons. Die filosofie houdt overigens ook in dat ik financieel zwakken minder laat 1986 opgelegde dwangsom aan met betrekking tot dossiers die de maatschap had teruggevorderd. Hij stond er 26 af; twee te weinig. En dat tegen een boete van 2000 gulden per ifur, per dossier. Of wel: 96.000 gulden per dag. Ten tijde van het kort geding was het bedrag opgelopen tot rond 4,2 miljoen gulden. Baruch tekende beroep aan. Het verzoek om een interview wilde mr. Baruch Moszkowiez op één voorwaarde honoreren: "Niet over de zaken waarmee ik naar mijn mening ten onrechte negatief in de publiciteit ben geweest. Ik wil wèl praten over persoonlijke onderwerpen en gevoelens". Bij die uitspraak hebben we ons neergelegd. betalen. En dat betekent allemaal niet dat ik afkerig ben van pro deo-zaken. Die doe ik met evenveel aandacht, met evenveel plezier. Dat wil ik graag gezegd hebben". "Ik héb er niet zo'n hinder van dat de rechter mijn verzoek afwees om een voorschot op wat ik van de maatschap te vorderen heb. Let wel: op formele gron den afwees. Ik had over het hoofd gezien dat ik niet voor mezelf als procureur kon optreden. Als ik dat geld nou écht nodig had, zou ik wel op een andere manier zijn doorgegaan. Met een kort geding, ja". Formaliteit "Maar óóit wil ik natuurlijk wel datge ne waar ik aanspraak op heb. Er is een achterstallig en niet uitgekeerd maat- schaps-winstaandeel. Dat beloopt onge veer anderhalf miljoen gulden. Daar loopt nu een procedure over. Mijn vader komt namelijk alleen over de brug als hij daartoe gedwongen wordt door rechter lijk vonnis. Dan heb ik recent nog een andere vordering ingesteld, namelijk een die betrekking heeft op mijn werk vóór ik toetrad tot de maatschap. Een paar ton is dat". - Misschien valt dat te verrekenen met die miljoenen van de dwangsommen "Ja, ja...precies. Dat zouden ze nou zo graag willen denk ik. Maar dat doe ik dus niet. Zeker niet. En dat heb ik de maatschap al geschreven ook. Je kunt appels toch niet met peren vergelijken?! Trouwens, wie zegt dat ik die miljoenen moet betalen? Ik geloof er niks van dat ik daartoe in hoger beroep veroordeeld word. Het gaat hier namelijk om zó'n stupide formaliteit. Echt flauwekul. U gelooft het misschien niet, maar ik heb niet eens de moeite genomen om na te tellen of het 4,2 miljoen is of wat meer, of wat minder. Zó'n flauwekul vind ik het". "Want waar gaat het om? Om twee dossiers. Eentje is er absoluut onvind baar. Ik kan 't maar niet vinden. Ze mo gen het zo van me hebben, maar ik héb dat dossier niet. Dus beriep ik me bij de rechter op overmacht. Dat kan. Juri disch kan dat. "Nee", zei de rechter, "u had er maar goed op moeten letten". Het andere dossier is van een cliënt die een verklaring heeft gegeven dat hij mij als raadsman wil houden. Op de zitting was me dat totaal ontschoten. Ik heb toen meteen de maatschap geschreven: als de rechter had geweten dat... enzovoorts, enzovoorts". Formalisme "Dat kan best zijn, zegt de rechter nu, maar u had het moeten teruggeven aan de maatschap en het meteen op basis van die verklaring van uw cliënt weer moeten opeisen. Dat is natuurlijk forma lisme ten top. Ik kan me niet voorstellen dat het Hof er ook zo over denkt". - Maar als het Hof er wel ook zo over denkt? 'Dan moet om te beginnen de maat schap een beroep doen op die miljoenen en ik betwijfel of mijn vader en broers zo ver gaan. Ze zouden hun reden kunnen hebben om het niet te doen. Welke? Be- drijfspolitieke overwegingen. Want wat gaan de mensen er wel niet van denken als ze dat bedrag opeisen? Het is toch volstrekt uit den boze, om op grond van een stupide formaliteit, om twee onnoze le dossiertjes, een dergelijk bedrag op te eisen. Als ze slim zijn, doen ze het alleen daarom al niet. Het zou er hun positie in de publieke opinie niet sympathieker op maken". door Peter van Nuijsenburg Het testen van condooms in het laboratorium van Durex te Leerdam. (foto GPD) Een Amerikaanse dominee zorgt voor wereldnieuws door na de dienst condooms uit te delen aan zijn gemeente. De aandelen van de London Rubber Comapany, de fabrikant van Durex (the best there is) condooms, zijn het afgelopen jaar naar recordhoogten geschoten. Het gezaghebbende Engelse weekblad The Economist voorspelt dat het gebruik van het condoom de trend van de komende jaren wordt. De conclusie ligt, kortom, voor de hand: het condoom maakt een glorieuze come-back. De verkoopcijfers zouden deze conclu sie, zeker na de recente golf van publici teit rond aids, en, in mindere mate, her pes en andere geslachtsziekten extra re liëf moeten geven. Maar van een specta culaire stijging van de condoomverkoop is nog geen sprake. Anette van den En den, marketing-manager van de London Rubber Company (LRC) in Nederland moet constateren dat de beursgoeroes het tot dusver bij het verkeerde eind hebben. „De condoommarkt is de laatste tien jaar stabiel. Per jaar worden er in Neder land zo'n 17 20 miljoen verkocht. Er is in december verleden jaar en in januari inderdaad een lichte stijging in de ver koop geweest, maar je kunt echt niet zeggen: het trekt aan". Haar bevindingen worden gedeeld door Sjaan van Velse, consulente van de Nederlandse Vereniging voor Seksuele Hervorming (NVSH) in Amsterdam. De penningmeester kon ook daar geen op merkelijke verkoopcijfers melden. Hoewel beide dames jiel condoom vanuit een verschillende invalshoek be naderen - by Van den Enden ligt het ac cent op produktie en marketing; bij Van Velse op de 'consumptie' - zijn ze eens gezind in hun diagnose: de overheids voorlichting over geslachtsziekten en met name aids laat veel te wensen over; en bij het publiek leven grote vooroorde len jegens het condoom. Dat laatste mag zonder overdrijving frappant worden genoemd. Het con doom geldt zeker sinds de eeuwwisse ling als een betrouwbaar en betaalbaar anti-conceptiemiddel. Niettemin blijken die vooroordelen moeilijk uitroeibaar. Van den Enden „Heel veel mensen roepen maar wat, zonder dat ze ooit een condoom gebruikt hebben. De stereotie pe opmerking: 'het is hetzelfde als het met je sokken aan in bad gaan'. Aperte nonsens. Je moet ermee leren leven in de goede zin van het woord. Ik leg het altijd zo uit: als je een keukenmachine koopt, een met toeters en bellen, dan ga je daar ook eerst mee experimenteren. Je gebruikt 'm niet meteen voor een in gewikkeld diner. Met condooms is het idem dito. Wij sturen altijd proefmon sters met twee stuks. Een om mee te ex perimenteren, en een voor daadwerke lijk gebruik. Mensen die al 10 tot 15 jaar condooms gebruiken zijn unaniem van mening dat het perfect werkt". Over de vermeende onbetrouwbaar heid van condooms blijken talloze fabels in omloop. Van den Enden: „De con dooms worden uit en te na getest. Sinds 1 april 1980 is de wet 'Besluit Rubber Condomen' van kracht. Er is een enorme lijst van eisen waaraan een condoom moet voldoen. Hij moet minimaal 20 li ter lucht kunnen bevatten, de treksterk te van het rubber moet ten minste 250 kilo zijn, hij mag niet poreus zijn en geen schadelijke stoffen afgeven". Sinds in 1978 een comdoom met zaad dodend glijmiddel op de markt werd ge bracht, is dit voorbehoedsmiddel even veilig als het hormonale anti-conceptie middel, dat in de wandeling 'de pil' wordt genoemd. Als er iets 'fout' gaat, ligt dat in de eerste plaats aan de gebrui kers), aldus Van den Enden. „Je moet een condoom bijvoorbeeld nooit van te voren gaan controleren. Als je dat doet loop je juist het risico dat het verkeerd gaat. Controle kan altijd nog achteraf. Maar je kunt er in principe van uitgaan dat het condoom veilig is". Van Velse ontmoet in haar praktijk nog altijd een levensgroot taboe rond het condoom. „Ik gaf laatst voorlichting aan een groep verpleegsters. Je ver wacht toch dat die beter weten. Maar ook daar hoorde je: je voelt niets. Dat is echt onzin". Ze propageert het gebruik van con dooms, ook wanneer de vrouw de pil slikt of een spiraaltje heeft. „Dat is geen kwestie van wantrouwen. Maar een kwestie van zuinig zijn op elkaar. Want het is nu eenmaal zo, je gaat tegenwoor dig ook met de vorige partners van je vriend of vriendin naar bed". Waar het vooral aan schort, aldus Van den Enden en Van Velse, is een doeltref fende voorlichting door de overheid. Postbus 51 zou wat actiever moeten zijn. Van den Enden: Het is nu te versnip perd. De risico's zijn nog lang niet ge noeg bekend. Die campagne mag best hard zijn. Zoals die tegen de gevaren van vuurwerk. Of zoals die aids-spotjes in Engeland, waar het probleem wordt ver geleken met de top van een ijsberg" Ook Van Velse blijkt niet afkerig van een krachtige campagne. Maar, en dat is ze met Van den Enden eens. zo'n cam pagne mag niet ontaarden in een hetze tegen homo's of goedkoop gemoraliseer. Van Velse: „Je moet niet de nadruk leggen op monogamie, het vrijen met slechts één partner. Want dat is onzin, de mens is niet monogaam. Wie ontmoet nu nog een partner waar hij of zy het hele leven aan blijft hangen?" En Van den Ende: „Dat kun je wel heel makkelijk met je verstand berede neren, maar de natuur is nu eenmaal sterker dan de leer. Emoties kun je niet altijd sturen. Echt veilig is natuurlijk nooit meer te vrijen, maar ja, je kunt een hond het blaffen met afleren, zoals de Duitsers zeggen" Met begrippen als 'wisselende part ners', die de suggestie wekken van een woest seksleven ('elke nacht een ander'), Annette van den Enden: "meer voorlichting". (foto gpd» is eveneens voorzichtigheid geboden. Van den Enden: „Neem bijvoorbeeld de groep gescheiden mensen. Die komen iemand tegen die ze aardig vinden en met wie ze naar bed gaan. Na verloop van tijd blijkt het toch niet zo gezellig en de relatie verloopt. Een paar maanden later ontmoeten ze iemand anders met wie het wel klikt. Moetje dan zeggen dat iemand 'wisselende contacten' heeft? Bovendien: één keer vrijen kan al fataal zijn". Van Velse weet uit haar praktijk dat veel homo's hun gedragspatroon veran derd hebben, voorzichtiger zijn gewor den „In de sauna's is het al veel minder druk. Ik hoor dat ze minder snel iemand oppikken of zomaar met iemand mee gaan Bij een goede voorlichting is ge moraliseer niet nodig. Van belang is dat het taboe rond het condoom verdwijnt. Daarom is het zaak dat er meer automa ten in disco's en bars komen. Ook in de damestoiletten. Want vrijen doe je met z'n tweeën".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1987 | | pagina 29